Ezekiel 21 Cross References - DSV_Strongs

  1 H3068 En des HEEREN H1697 woord H559 H8800 geschiedde tot mij, zeggende:
  2 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 ! zet H6440 uw aangezicht H3389 tegen Jeruzalem H5197 H8685 , en drup H4720 tegen de heiligdommen H5012 H8734 , en profeteer H127 tegen het land H3478 van Israel;
  3 H559 H8804 En zeg H127 tot het land H3478 van Israel H559 H8804 : Alzo zegt H3068 de HEERE H2719 : Ziet, Ik [wil] aan u, en Ik zal Mijn zwaard H8593 uit zijn schede H3318 H8689 trekken H3772 H8689 ; en Ik zal van u uitroeien H6662 den rechtvaardige H7563 en den goddeloze.
  4 H3282 Omdat H3772 H8689 Ik [dan] van u uitroeien zal H6662 den rechtvaardige H7563 en den goddeloze H2719 , daarom zal Mijn zwaard H8593 uit zijn schede H3318 H8799 uitgaan H1320 tegen alle vlees H5045 , van het zuiden H6828 [tot] het noorden.
  5 H1320 En alle vlees H3045 H8804 zal weten H3068 , dat Ik, de HEERE H2719 , Mijn zwaard H8593 uit zijn schede H3318 H8689 getrokken heb H7725 H8799 ; het zal niet meer wederkeren.
  6 H1121 H120 Maar gij, mensenkind H584 H8734 , zucht H584 H8735 ; zucht H5869 voor hun ogen H7670 met verbreking H4975 der lenden H4814 en met bitterheid.
  7 H559 H8799 En het zal geschieden, als zij tot u zeggen zullen H584 H8737 : Waarom zucht gij H559 H8804 , dat gij zeggen zult H8052 : Om het gerucht H935 H8802 , want het komt H3820 ! en alle hart H4549 H8738 zal versmelten H3027 , en alle handen H7503 H8804 zullen verslappen H7307 , en alle geest H3543 H8765 zal inkrimpen H1290 , en alle knieen H4325 [als] water H3212 H8799 henenvlieten H935 H8802 ; ziet, het komt H1961 H8738 , en het zal geschieden H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.
  8 H3068 Wederom geschiedde des HEEREN H1697 woord H559 H8800 tot mij, zeggende:
  9 H1121 H120 Mensenkind H5012 H8734 , profeteer H559 H8804 en zeg H559 H8804 : Alzo zegt H3068 de HEERE H559 H8798 : Zeg H2719 : Het zwaard H2719 , het zwaard H2300 H8717 is gescherpt H4803 H8803 , en ook geveegd.
  10 H2300 H8717 Het is gescherpt H2874 , opdat het een slachting H2873 H8800 slachte H4178 H8794 ; het is geveegd H1300 , opdat het een glinster H176 hebbe; of H7797 H8799 wij [dan] zullen vrolijk zijn H7626 ? het is de roede H1121 Mijns Zoons H6086 , die alle hout H3988 H8802 versmaadt.
  11 H4803 H8800 En Hij heeft hetzelve te vegen H5414 H8799 gegeven H3709 , opdat men het met de hand H8610 H8800 handelen zou H2719 ; dat zwaard H2300 H8717 is gescherpt H4178 H8794 , en dat is geveegd H3027 , om hetzelve in de hand H2026 H8802 des doodslagers H5414 H8800 te geven.
  12 H2199 H8798 Schreeuw H3213 H8685 en huil H1121 H120 , o mensenkind H5971 , want hetzelve zal zijn tegen Mijn volk H5387 , het zal zijn tegen al de vorsten H3478 van Israel H4048 H8803 ; verschrikkingen H413 zullen vanwege H2719 het zwaard H5971 bij Mijn volk H5606 H8798 zijn; daarom klop H3409 op de heup.
  13 H974 H8795 Als er beproeving was H3988 H8802 , wat was het toen? Zou er dan ook geen versmadende H7626 roede H5002 H8803 zijn, spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.
  14 H1121 H120 Daarom gij, mensenkind H5012 H8734 , profeteer H5221 H8685 , en sla H3709 hand H2719 tegen hand; want het zwaard H3717 H8735 zal verdubbeld worden H7992 ten derden H2719 male, het is het zwaard H2491 dergenen, die verslagen H2719 zullen worden; het is het zwaard H1419 der groten H2491 , die verslagen H2314 H8802 zullen worden, dat tot hen in de binnenste kameren indringen zal.
  15 H19 Ik heb de punt H2719 des zwaards H5414 H8804 gezet H8179 tegen al hun poorten H3820 , opdat het hart H4127 H8800 versmelte H4383 , en de aanstoten H7235 H8687 vermenigvuldigen H253 ; ach H6213 H8803 , het is toegemaakt H1300 , opdat het glinstere H4593 , het is ingewonden H2874 om te slachten.
  16 H258 H8690 Houd u bijeen H7760 H8685 , o [zwaard]! keer u H3231 H8685 rechtsom H8041 H8685 , schik u, keer u linksom H575 , waarhenen H6440 uw aangezicht H3259 H8716 gesteld is.
  17 H3709 En Ik Zelf zal ook Mijn hand H3709 tegen Mijn hand H5221 H8686 slaan H2534 , en Mijn grimmigheid H5117 H8689 doen rusten H3068 ; Ik, de HEERE H1696 H8765 , heb het gesproken.
  18 H3068 Wederom geschiedde des HEEREN H1697 woord H559 H8800 tot mij, zeggende:
  19 H1121 H120 Gij nu, mensenkind H7760 H0 , stel u H8147 twee H1870 wegen H7760 H8798 voor H2719 , waardoor het zwaard H4428 des konings H894 van Babel H935 H8800 komt H259 ; uit een H776 land H8147 zullen zij beide H3318 H8799 voortkomen H1254 H8761 ; en kies H3027 een zijde H1254 H8761 , kies H7218 ze aan het hoofd H1870 van den weg H5892 der stad.
  20 H1870 Gij zult een weg H7760 H8799 voorstellen H2719 , waardoor het zwaard H935 H8800 inkomen zal H7237 tegen Rabba H1121 der kinderen H5983 Ammons H3063 , of tegen Juda H1219 H8803 , tot de vaste H3389 [stad] Jeruzalem.
  21 H4428 Want de koning H894 van Babel H517 H1870 zal aan de wegscheiding H5975 H8804 staan H7218 , aan het hoofd H8147 van de twee H1870 wegen H7081 , om waarzegging H7080 H8800 te gebruiken H2671 ; hij zal zijn pijlen H7043 H8773 slijpen H8655 ; hij zal de terafim H7592 H8804 vragen H3516 , hij zal de lever H7200 H8804 bezien.
  22 H7081 De waarzegging H3225 zal aan zijn rechterhand H3389 zijn op Jeruzalem H3733 , om hoofdmannen H7760 H8800 te stellen H6310 , om den mond H6605 H8800 te openen H7524 in het doodslaan H6963 , om de stem H7311 H8687 op te heffen H8643 met gejuich H3733 , om stormrammen H7760 H8800 te stellen H8179 tegen de poorten H5550 , om sterkten H8210 H8800 op te werpen H1785 , om bolwerken H1129 H8800 te bouwen.
  23 H5869 Dit zal hun in hun ogen H7723 als een ijdel H7080 H8800 waarzeggen H7621 zijn, [omdat] [zij] met eden H7650 H8803 beedigd zijn H5771 onder hen; maar hij zal der ongerechtigheid H2142 H8688 gedenken H8610 H8736 , opdat zij gegrepen worden.
  24 H559 H8804 Daarom zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5771 alzo: Omdat gijlieden uwer ongerechtigheid H2142 H8687 doet gedenken H6588 , doordien uw overtredingen H1540 H8736 ontdekt worden H2403 , zodat uw zonden H7200 H8736 gezien worden H5949 in al uw handelingen H2142 H8736 ; omdat uwer gedacht wordt H3709 , zult gij met de hand H8610 H8735 gegrepen worden.
  25 H2491 En gij, o onheilig H7563 , goddeloos H5387 vorst H3478 van Israel H3117 , wiens dag H935 H8804 komen zal H6256 , ten tijde H7093 der uiterste H5771 ongerechtigheid;
  26 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5493 H0 : Doe H4701 dien hoed H5493 H8685 weg H7311 H0 , en hef H5850 dien kroon H7311 H8685 af H2063 , deze zal dezelfde H1361 H8687 niet wezen; Ik zal verhogen H8217 dien, die nederig H8213 H8687 is, en vernederen H1364 dien, die hoog is.
  27 H5754 Ik zal die [kroon] omgekeerd H5754 , omgekeerd H5754 , omgekeerd H7760 H8799 stellen H1571 ; ja H2063 , zij H3808 zal niet H1961 H8804 zijn H5704 , totdat H935 H8800 hij kome H834 , die H4941 [daartoe] recht H5414 H8804 heeft, en [dien] Ik geven zal.
  28 H1121 H120 En gij, mensenkind H5012 H8734 , profeteer H559 H8804 en zeg H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H1121 , van de kinderen H5983 Ammons H2781 , en van hun smading H559 H8804 ; zo zeg H2719 : Het zwaard H2719 , het zwaard H6605 H8803 is uitgetrokken H2874 , het is ter slachting H4803 H8803 geveegd H398 H8687 om te verdoen H1300 , om te glinsteren;
  29 H7723 Terwijl zij u ijdelheid H2372 H8800 zien H3577 , terwijl zij u leugen H7080 H8800 voorzeggen H6677 , om u op de halzen H5414 H8800 te stellen H7563 dergenen, die van de goddelozen H2491 verslagen H3117 zijn, welker dag H935 H8804 gekomen was H6256 ten tijde H7093 der uiterste H5771 ongerechtigheid.
  30 H7725 H8685 Keer [uw] [zwaard] weder H8593 in zijn schede H4725 ! In de plaats H1254 H8738 , waar gij geschapen zijt H776 , in het land H4351 uwer woningen H8199 H8799 zal Ik u richten.
  31 H2195 En Ik zal over u Mijn gramschap H8210 H8804 uitgieten H784 , Ik zal tegen u door het vuur H5678 Mijner verbolgenheid H6315 H8686 blazen H5414 H8804 ; en Ik zal u overgeven H3027 in de hand H1197 H8802 van brandende H582 mensen H2796 , smeders H4889 des verderfs.
  32 H784 Het vuur H402 zult gij tot spijze H1818 zijn, uw bloed H8432 zal zijn in het midden H776 des lands H2142 H8735 ; uwer zal niet gedacht worden H3068 ; want Ik, de HEERE H1696 H8765 , heb het gesproken.

Deuteronomy 32:2

  2 H3948 Mijn leer H6201 H8799 druipe H4306 als een regen H565 , mijn rede H5140 H8799 vloeie H2919 als een dauw H8164 ; als een stofregen H1877 op de grasscheutjes H7241 , en als druppelen H6212 op het kruid.

Jeremiah 26:11-12

  11 H559 H8799 Toen spraken H3548 de priesters H5030 en de profeten H8269 tot de vorsten H5971 en tot al het volk H559 H8800 , zeggende H376 : Aan dezen man H4941 is een oordeel H4194 des doods H5012 H8738 , want hij heeft geprofeteerd H5892 tegen deze stad H241 , gelijk als gij met uw oren H8085 H8804 gehoord hebt.
  12 H3414 Maar Jeremia H559 H8799 sprak H8269 tot al de vorsten H5971 en tot al het volk H559 H8800 , zeggende H3068 : De HEERE H7971 H8804 heeft mij gezonden H1004 , om tegen dit huis H5892 en tegen deze stad H5012 H8736 te profeteren H1697 al de woorden H8085 H8804 , die gij gehoord hebt;

Ezekiel 4:3

  3 H3947 H8798 Verder, neem gij H1270 u een ijzeren H4227 pan H5414 H8804 , en stel H1270 ze tot een ijzeren H7023 muur H5892 tussen u en tussen die stad H3559 H8689 ; en richt H6440 uw aangezicht H4692 tegen haar, dat zij in belegering H6696 H8804 kome, en gij zult ze belegeren H1004 . Dit zij den huize H3478 Israels H226 een teken.

Ezekiel 4:7

  7 H6440 Daarom zult gij uw aangezicht H3559 H8686 richten H4692 tegen de belegering H3389 van Jeruzalem H2220 , en uw arm H2834 H8803 zal ontbloot zijn H5012 H8738 ; en gij zult tegen haar profeteren.

Ezekiel 6:2

  2 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 , zet H6440 uw aangezicht H2022 tegen de bergen H3478 Israels H5012 H8734 , en profeteer tegen dezelve;

Ezekiel 20:46

  46 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 , zet H6440 uw aangezicht H1870 naar den weg H8486 van het zuiden H5197 H8685 , en drup H1864 tegen het zuiden H5012 H8734 ; en profeteer H3293 tegen het woud H7704 van het veld H5045 [in] [het] zuiden.

Ezekiel 25:2

  2 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 ! zet H6440 uw aangezicht H1121 tegen de kinderen H5983 Ammons H5012 H8734 , en profeteer tegen dezelve;

Ezekiel 28:21

  21 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 ! zet H6440 uw aangezicht H6721 tegen Sidon H5012 H8734 , en profeteer tegen haar,

Ezekiel 29:2

  2 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 ! zet H6440 uw aangezicht H6547 tegen Farao H4428 , den koning H4714 van Egypte H5012 H8734 , en profeteer H4714 tegen hem, en tegen het ganse Egypte.

Ezekiel 36:1

  1 H1121 H120 En gij, mensenkind H5012 H8734 ! profeteer H2022 tot de bergen H3478 Israels H559 H8804 , en zeg H2022 : Gij bergen H3478 Israels H8085 H8798 ! hoort H3068 des HEEREN H1697 woord.

Ezekiel 38:2

  2 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 ! zet H6440 uw aangezicht H1463 tegen Gog H776 , het land H4031 van Magog H7218 H5387 , den hoofdvorst H4902 van Mesech H8422 en Tubal H5012 H8734 ; en profeteer tegen hem,

Amos 7:16

  16 H6258 Nu dan H8085 H8798 , hoor H3068 des HEEREN H1697 woord H859 : Gij H559 H8802 zegt H3808 : Gij zult niet H5012 H8735 profeteren H5921 tegen H3478 Israel H3808 , noch H5197 H8686 druppen H5921 tegen H1004 het huis H3446 van Izak.

Micah 2:6

  6 H5197 H8686 Profeteert H408 gijlieden niet H5197 H8686 , [zeggen] [zij], laat [die] profeteren H5197 H8686 ; zij profeteren H3808 niet H428 als die H5253 H0 ; men wijkt H3808 niet H5253 H8799 af H3639 [van] smaadheden.

Micah 2:11

  11 H3863 Zo H376 er iemand H7307 is, die met wind H1980 H8802 omgaat H8267 , en valselijk H3576 H8765 liegt H5197 H8686 , [zeggende]: Ik zal u profeteren H3196 voor wijn H7941 en voor sterken drank H2088 ! dat H1961 H8804 is H5197 H8688 een profeet H5971 dezes volks.

Acts 6:13-14

  13 G5037 En G2476 G5627 stelden G5571 valse G3144 getuigen G3004 G5723 , die zeiden G5127 : Deze G444 mens G3973 G5731 houdt G3756 niet G989 op lasterlijke G4487 woorden G2980 G5723 te spreken G2596 tegen G3778 deze G40 heilige G5117 plaats G2532 en G3551 de wet.
  14 G1063 Want G846 wij hebben hem G191 G5754 horen G3004 G5723 zeggen G3754 , dat G5126 deze G2424 Jezus G3480 , de Nazarener G3778 , deze G5117 plaats G2647 G5692 zal verbreken G2532 , en G1485 [dat] Hij de zeden G236 G5692 veranderen zal G3739 , die G2254 ons G3475 Mozes G3860 G5656 overgeleverd heeft.

Ephesians 6:19

  19 G2532 En G5228 voor G1700 mij G2443 , opdat G3427 mij G3056 het Woord G1325 G5684 gegeven worde G1722 in G457 de opening G3450 mijns G4750 monds G1722 met G3954 vrijmoedigheid G3466 , om de verborgenheid G2098 van het Evangelie G1107 G5658 bekend te maken;

Exodus 15:9

  9 H341 H8802 De vijand H559 H8804 zeide H7291 H8799 : Ik zal vervolgen H5381 H8686 , ik zal achterhalen H7998 , ik zal den buit H2505 H8762 delen H5315 , mijn ziel H4390 H8799 zal van hen vervuld worden H2719 , ik zal mijn zwaard H7324 H8686 uittrekken H3027 , mijn hand H3423 H8686 zal hen uitroeien.

Leviticus 26:25

  25 H2719 Want Ik zal een zwaard H935 H8689 over u brengen H5359 , dat de wraak H1285 des verbonds H5358 H8802 wreken zal H413 , zodat gij in H5892 uw steden H622 H8738 vergaderd zult worden H1698 ; dan zal Ik de pest H8432 in het midden H7971 H8765 van u zenden H3027 , en gij zult in de hand H341 H8802 des vijands H5414 H8738 overgegeven worden.

Leviticus 26:33

  33 H1471 Daartoe zal Ik u onder de heidenen H2219 H8762 verstrooien H2719 ; en een zwaard H310 achter H7324 H8689 u uittrekken H776 ; en uw land H8077 zal woest H5892 , en uw steden H2723 zullen een woestijn zijn.

Deuteronomy 32:41-42

  41 H1300 Indien Ik Mijn glinsterend H2719 zwaard H8150 H8804 wette H3027 , en Mijn hand H4941 ten gerichte H270 H8799 grijpt H5359 , zo zal Ik wraak H6862 op Mijn tegenpartijen H7725 H8686 doen wederkeren H8130 H8764 , en Mijn hateren H7999 H8762 vergelden.
  42 H2671 Ik zal Mijn pijlen H7937 H8686 dronken maken H1818 van bloed H2719 , en Mijn zwaard H1320 zal vlees H398 H8799 eten H1818 ; van het bloed H2491 des verslagenen H7633 en des gevangenen H7218 , van het hoofd H6546 af zullen er wraken H341 H8802 des vijands zijn.

Job 9:22

  22 H1931 Dat H259 is een H5921 H3651 ding, daarom H559 H8804 zeg ik H8535 : Den oprechte H7563 en den goddeloze H3615 H8764 verdoet H1931 Hij.

Psalms 17:13

  13 H6965 H8798 Sta op H3068 , HEERE H6923 H0 , kom H6440 zijn aangezicht H6923 H8761 voor H3766 H8685 , vel hem neder H6403 H8761 ; bevrijd H5315 mijn ziel H2719 met Uw zwaard H7563 van den goddeloze;

Ecclesiastes 9:2

  2 H259 Alle ding [wedervaart] [hun], gelijk aan alle [anderen]; enerlei H4745 wedervaart H6662 den rechtvaardige H7563 en den goddeloze H2896 , den goede H2889 en den reine H2931 , als den onreine H2076 H8802 ; zo dien, die offert H834 , als dien, die H2076 H8802 niet offert H2896 ; gelijk den goede H2398 H8802 , alzo [ook] den zondaar H7650 H8737 , dien, die zweert H7621 , gelijk dien, die den eed H3373 vreest.

Isaiah 10:5

  5 H1945 Wee H804 den Assyrier H7626 , [die] de roede H639 Mijns toorns H2195 is, en Mijn grimmigheid H4294 is een stok H3027 in hun hand!

Isaiah 34:5

  5 H2719 Want Mijn zwaard H7301 H8765 is dronken geworden H8064 in den hemel H4941 ; ziet, het zal ten oordeel H3381 H8799 nederdalen H123 op Edom H5971 , en op het volk H2764 , hetwelk Ik verbannen heb.

Jeremiah 15:2-4

  2 H559 H8799 En het zal geschieden, wanneer zij tot u zullen zeggen H3318 H8799 : Waarhenen zullen wij uitgaan H559 H8804 ? dat gij tot hen zult zeggen H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H4194 : Wie ten dood H4194 , ten dode H2719 ; en wie tot het zwaard H2719 , ten zwaarde H7458 , en wie tot den honger H7458 , ten honger H7628 ; en wie ter gevangenis H7628 , ter gevangenis!
  3 H6485 H8804 Want Ik zal bezoeking over hen doen H702 [met] vier H4940 geslachten H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H2719 : met het zwaard H2026 H8800 , om te doden H3611 ; en met de honden H5498 H8800 , om te slepen H5775 ; en met het gevogelte H8064 des hemels H929 , en met het gedierte H776 der aarde H398 H8800 , om op te eten H7843 H8687 en te verderven.
  4 H5414 H8804 En Ik zal hen overgeven H2189 H8675 H2113 tot een beroering H4467 aan alle koninkrijken H776 der aarde H1558 , vanwege H4519 Manasse H1121 , zoon H3169 van Jehizkia H4428 , koning H3063 van Juda H3389 , om hetgeen hij te Jeruzalem H6213 H8804 gedaan heeft.

Jeremiah 21:13

  13 H3427 H8802 Ziet, Ik [wil] aan u, gij inwoneres H6010 des dals H6697 , gij rots H4334 van het plein H5002 H8803 ! spreekt H3068 de HEERE H559 H8802 ; gijlieden, die zegt H5181 H8799 : Wie zou tegen ons afkomen H935 H8799 , of wie zou komen H4585 in onze woningen?

Jeremiah 47:6-7

  6 H1945 O wee H2719 , gij zwaard H3068 des HEEREN H3808 ! Hoe lang zult gij niet H8252 H8799 stil houden H622 H8734 ? Vaar in H8593 uw schede H7280 H8734 , rust H1826 H8798 en wees stil!
  7 H8252 H8799 Hoe zoudt gij stil houden H3068 ? De HEERE H6680 H8765 heeft toch aan het [zwaard] bevel gegeven H831 ; tegen Askelon H3220 H2348 en tegen de zeehaven H3259 H8804 , aldaar heeft Hij het besteld.

Jeremiah 50:31

  31 H2087 Ziet, Ik [wil] aan u, gij trotse H5002 H8803 ! spreekt H136 de Heere H3069 , de HEERE H6635 der heirscharen H3117 ; want uw dag H935 H8802 is gekomen H6256 , de tijd H6485 H8804 , dat Ik u bezoeken zal.

Jeremiah 51:20

  20 H4661 Gij zijt Mij een voorhamer H3627 H4421 , [en] krijgswapenen H1471 ; en door u zal Ik volken H5310 H8765 in stukken slaan H4467 , en door u zal Ik koninkrijken H7843 H8689 verderven.

Jeremiah 51:25

  25 H4889 Ziet, Ik [wil] aan u, gij verdervende H2022 berg H5002 H8803 ! spreekt H3068 de HEERE H776 , gij, die de ganse aarde H7843 H8688 verderft H3027 , en Ik zal Mijn hand H5186 H8804 tegen u uitstrekken H5553 , en u van de steenrotsen H1556 H8773 afwentelen H5414 H8804 , en zal u stellen H2022 tot een berg H8316 des brands.

Ezekiel 5:8

  8 H559 H8804 Daarom zegt H136 de Heere H3069 HEERE H4941 alzo: Ziet, Ik [wil] aan u, ja Ik, want Ik zal gerichten H8432 in het midden H6213 H8804 van u oefenen H5869 , voor de ogen H1471 van die heidenen.

Ezekiel 5:12

  12 H7992 Een derde deel H1698 van u zal van de pestilentie H4191 H8799 sterven H7458 , en zal door honger H8432 in het midden H3615 H8799 van u te niet worden H7992 ; en een derde deel H2719 zal in het zwaard H5307 H8799 vallen H5439 rondom H7992 u; en een derde deel H7307 zal Ik in alle winden H2219 H8762 verstrooien H2719 , en Ik zal het zwaard H310 achter H7324 H8686 hen uittrekken.

Ezekiel 9:5-6

  5 H428 Maar tot die H559 H8804 [anderen] zeide Hij H241 voor mijn oren H5674 H8798 : Gaat door H5892 , door de stad H310 achter H5221 H8685 hem, en slaat H5869 , ulieder oog H2347 H8799 verschone H2550 H8799 niet, en spaart niet!
  6 H2026 H8799 Doodt H2205 ouden H970 , jongelingen H1330 en maagden H2945 , en kinderkens H802 en vrouwen H4889 , tot verdervens H5066 H8799 toe; maar genaakt H376 aan niemand H8420 , op denwelken het teken H2490 H8686 is, en begint H4720 van Mijn heiligdom H2490 H8686 . En zij begonnen H2205 van de oude H582 mannen H6440 , die voor H1004 het huis waren.

Ezekiel 14:17

  17 H2719 Of [als] Ik het zwaard H935 H8686 brenge H776 over datzelve land H559 H8804 , en zegge H2719 : Zwaard H5674 H8799 ! ga door H776 , door dat land H3772 H8689 , zodat Ik daarvan uitroeie H120 mensen H929 en beesten;

Ezekiel 14:21

  21 H559 H8804 Want alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H702 : Hoeveel te meer als Ik mijn vier H7451 boze H8201 gerichten H2719 , het zwaard H7458 , en den honger H7451 , en het boze H2416 gedierte H1698 , en de pestilentie H7971 H8765 gezonden zal hebben H3389 tegen Jeruzalem H120 , om daaruit mensen H929 en beesten H3772 H8687 uit te roeien!

Ezekiel 21:9-11

  9 H1121 H120 Mensenkind H5012 H8734 , profeteer H559 H8804 en zeg H559 H8804 : Alzo zegt H3068 de HEERE H559 H8798 : Zeg H2719 : Het zwaard H2719 , het zwaard H2300 H8717 is gescherpt H4803 H8803 , en ook geveegd.
  10 H2300 H8717 Het is gescherpt H2874 , opdat het een slachting H2873 H8800 slachte H4178 H8794 ; het is geveegd H1300 , opdat het een glinster H176 hebbe; of H7797 H8799 wij [dan] zullen vrolijk zijn H7626 ? het is de roede H1121 Mijns Zoons H6086 , die alle hout H3988 H8802 versmaadt.
  11 H4803 H8800 En Hij heeft hetzelve te vegen H5414 H8799 gegeven H3709 , opdat men het met de hand H8610 H8800 handelen zou H2719 ; dat zwaard H2300 H8717 is gescherpt H4178 H8794 , en dat is geveegd H3027 , om hetzelve in de hand H2026 H8802 des doodslagers H5414 H8800 te geven.

Ezekiel 21:19

  19 H1121 H120 Gij nu, mensenkind H7760 H0 , stel u H8147 twee H1870 wegen H7760 H8798 voor H2719 , waardoor het zwaard H4428 des konings H894 van Babel H935 H8800 komt H259 ; uit een H776 land H8147 zullen zij beide H3318 H8799 voortkomen H1254 H8761 ; en kies H3027 een zijde H1254 H8761 , kies H7218 ze aan het hoofd H1870 van den weg H5892 der stad.

Ezekiel 26:3

  3 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H6865 : Ziet, Ik [wil] aan u, o Tyrus H7227 ! en Ik zal vele H1471 heidenen H5927 H8689 tegen u doen opkomen H3220 , alsof Ik de zee H1530 met haar golven H5927 H8687 deed opkomen.

Nahum 2:13

  13 H2009 Ziet H413 , Ik [wil] aan H5002 H8803 u, spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H7393 , en Ik zal haar wagenen H6227 in rook H1197 H8689 verbranden H2719 , en het zwaard H3715 zal uw jonge leeuwen H398 H8799 verteren H2964 , en Ik zal uw roof H3772 H8689 uitroeien H4480 van H776 de aarde H6963 , en de stem H4397 uwer gezanten H3808 zal niet H5750 meer H8085 H8735 gehoord worden.

Nahum 3:5

  5 H2009 Ziet H413 , Ik [wil] aan H5002 H8803 u, spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H7757 , en Ik zal uw zomen H1540 H8765 ontdekken H5921 boven H6440 uw aangezicht H1471 , en Ik zal den heidenen H4626 uw naaktheid H4467 , en den koninkrijken H7036 uw schande H7200 H8689 wijzen.

Zephaniah 2:12

  12 H1571 Ook H1992 gij H3569 , Moren H2491 ! zult de verslagenen H2719 van Mijn zwaard H1922 zijn.

Zechariah 13:7

  7 H2719 Zwaard H5782 H8798 ! ontwaak H5921 tegen H7462 H8802 Mijn Herder H5921 , en tegen H1397 den Man H5997 , Die Mijn Metgezel H5002 H8803 is, spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H5221 H8685 ; sla H7462 H8802 dien Herder H6629 , en de schapen H6327 H8799 zullen verstrooid worden H3027 ; maar Ik zal Mijn hand H5921 tot H6819 H8802 de kleinen H7725 H8689 wenden.

Ezekiel 6:11-14

  11 H559 H8804 Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5221 H8685 : Sla H3709 met uw hand H7554 H8798 , en stamp H7272 met uw voet H559 H8798 , en zeg H253 : Ach H8441 , over alle gruwelen H7451 der boosheden H1004 van het huis H3478 Israels H2719 ; want zij zullen door het zwaard H7458 , door den honger H1698 en door de pestilentie H5307 H8799 vallen.
  12 H7350 Die verre af H1698 is, zal door de pest H4191 H8799 sterven H7138 , en die nabij H2719 is, zal door het zwaard H5307 H8799 vallen H7604 H8737 ; maar die overgebleven H5341 H8803 en belegerd is H7458 , zal door honger H4191 H8799 sterven H2534 ; alzo zal Ik Mijn grimmigheid H3615 H8765 tegen hen volbrengen.
  13 H3045 H8804 Dan zult gij weten H3068 , dat Ik de HEERE H2491 ben, als hun verslagenen H8432 in het midden H1544 hunner drekgoden H5439 rondom H4196 hun altaren H7311 H8802 wezen zullen op alle hoge H1389 heuvelen H7218 , op alle toppen H2022 der bergen H7488 , en onder allen groenen H6086 boom H5687 , en onder alle dichte H424 eiken H4725 , de plaats H1544 , alwaar zij al hun drekgoden H5207 liefelijken H7381 reuk H5414 H8804 maakten.
  14 H3027 Daarom zal Ik Mijn hand H5186 H8804 over hen uitstrekken H776 , en zal het land H8077 woest H5414 H8804 maken H4923 , ja, woester H4057 dan de woestijn H1689 naar Diblath H4186 henen, in al hun woningen H3045 H8804 ; en zij zullen bevinden H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Ezekiel 7:2

  2 H1121 H120 Verder, gij mensenkind H559 H8804 , zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H127 , van het land H3478 Israels H7093 : Het einde H7093 is er, het einde H935 H8804 is gekomen H702 over de vier H3671 hoeken H776 des lands.

Ezekiel 20:47

  47 H559 H8804 En zeg H3293 H5045 tot het zuiderwoud H8085 H8798 : Hoor H3068 des HEEREN H1697 woord H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H784 : Ziet, Ik zal een vuur H3341 H8688 in u aansteken H3892 , hetwelk in u allen groenen H6086 boom H3002 en allen dorren H6086 boom H398 H8804 verteren zal H3852 ; de vlammende H7957 vlam H3518 H8799 zal niet uitgeblust worden H6866 H8738 , maar daardoor zullen verbrand worden H6440 alle aangezichten H5045 van het zuiden H6828 tot het noorden toe.

Numbers 14:21-23

  21 H199 Doch zekerlijk H2416 , [zo] [waarachtig] [als] Ik leef H776 , zo zal de ganse aarde H3519 met de heerlijkheid H3068 des HEEREN H4390 H8735 vervuld worden!
  22 H582 Want al de mannen H7200 H8802 , die gezien hebben H3519 Mijn heerlijkheid H226 , en Mijn tekenen H4714 , die Ik in Egypte H4057 en in de woestijn H6213 H8804 gedaan heb H853 , en Mij H6235 H6471 nu tienmaal H5254 H8762 verzocht hebben H6963 , en Mijner stem H8085 H8804 niet zijn gehoorzaam geweest;
  23 H518 Zo H776 zij het land H1 , hetwelk Ik aan hun vaderen H7650 H8738 gezworen heb H7200 H8799 , zien zullen H5006 H8764 . Ja, geen van die Mij getergd hebben H7200 H8799 , zullen dat zien!

Deuteronomy 29:24-28

  24 H1471 En alle volken H559 H8804 zullen zeggen H3068 : Waarom heeft de HEERE H776 aan dit land H6213 H8804 alzo gedaan H2750 ? Wat is de ontsteking H1419 van dezen groten H639 toorn?
  25 H559 H8804 Dan zal men zeggen H1285 : Omdat zij het verbond H3068 des HEEREN H430 , des Gods H1 hunner vaderen H5800 H8804 , hebben verlaten H3772 H8804 , dat Hij met hen gemaakt had H776 H4714 , als Hij hen uit Egypteland H3318 H8687 uitvoerde;
  26 H3212 H8799 En zij heengegaan zijn H312 , en andere H430 goden H5647 H8799 gediend H7812 H8691 en zich voor die gebogen hebben H430 ; goden H3045 H8804 , die hen niet gekend hadden H2505 H8804 , en geen van welke hun iets medegedeeld had;
  27 H639 Daarom is de toorn H3068 des HEEREN H2734 H8799 ontstoken H776 tegen dit land H935 H8687 , om daarover te brengen H7045 al dezen vloek H5612 , die in dit boek H3789 H8803 geschreven is.
  28 H3068 En de HEERE H127 heeft hen uit hun land H5428 H8799 uitgetrokken H639 , in toorn H2534 , en in grimmigheid H1419 , en in grote H7110 verbolgenheid H7993 H8686 ; en Hij heeft hen verworpen H312 in een ander H776 land H3117 , gelijk het is te dezen dage.

1 Samuel 3:12

  12 H1931 Te dienzelven H3117 dage H6965 H8686 zal Ik verwekken H413 over H5941 Eli H3605 alles H834 , wat H413 Ik tegen H1004 zijn huis H1696 H8765 gesproken heb H2490 H8687 ; Ik zal het beginnen H3615 H8763 en voleinden.

1 Kings 9:7-9

  7 H3478 Zo zal Ik Israel H3772 H8689 uitroeien H4480 H5921 H6440 van H127 het land H834 , dat H5414 H8804 Ik hun gegeven heb H1004 , en dit huis H834 , hetwelk H8034 Ik Mijn Naam H6942 H8689 geheiligd heb H4480 H5921 , zal Ik van H6440 Mijn aangezicht H7971 H8762 wegwerpen H3478 ; en Israel H4912 zal tot een spreekwoord H8148 en spotrede H1961 H8804 zijn H3605 onder alle H5971 volken.
  8 H2088 En aangaande dit H1004 huis H5945 , [dat] verheven H1961 H8799 zal geweest zijn H3605 , al H5921 wie voor H5674 H8802 hetzelve zal voorbijgaan H8074 H8799 , zal zich ontzetten H8319 H8804 en fluiten H559 H8804 ; men zal zeggen H5921 H4100 : Waarom H3068 heeft de HEERE H3602 alzo H6213 H8804 gedaan H2063 aan dit H776 land H2088 en aan dit H1004 huis?
  9 H559 H8804 En men zal zeggen H5921 H834 : Omdat H3068 zij den HEERE H430 , hun God H5800 H8804 , verlaten hebben H834 , Die H1 hun vaderen H4480 uit H776 H4714 Egypteland H3318 H8689 uitgevoerd had H312 , en hebben zich aan andere H430 goden H2388 H8686 gehouden H7812 H8691 , en zich voor dezelve nedergebogen H5647 H8799 , en hen gediend H5921 H3651 ; daarom H3068 heeft de HEERE H3605 al H2063 dit H7451 kwaad H5921 over H935 H8689 hen gebracht.

Isaiah 45:23

  23 H7650 H8738 Ik heb gezworen H1697 bij Mijzelven, er is een woord H6666 der gerechtigheid H6310 uit Mijn mond H3318 H8804 gegaan H7725 H8799 , en het zal niet wederkeren H1290 : dat Mij alle knie H3766 H8799 zal gebogen worden H3956 , alle tong H7650 H8735 [Mij] zal zweren.

Isaiah 55:11

  11 H1697 Alzo zal Mijn woord H6310 , dat uit Mijn mond H3318 H8799 uitgaat H7387 , [ook] zijn, het zal niet ledig H7725 H8799 tot Mij wederkeren H6213 H8804 ; maar het zal doen H2654 H8804 , hetgeen Mij behaagt H6743 H8689 , en het zal voorspoedig zijn H7971 H8804 [in] hetgeen, waartoe Ik het zende.

Jeremiah 23:20

  20 H3068 Des HEEREN H639 toorn H7725 H8799 zal zich niet afwenden H6213 H8800 , totdat Hij zal hebben gedaan H6965 H8687 , en totdat Hij zal hebben daargesteld H4209 de gedachten H3820 Zijns harten H319 ; in het laatste H3117 der dagen H998 zult gij [met] verstand H995 H8709 daarop letten.

Ezekiel 20:48

  48 H1320 En alle vlees H7200 H8804 zal zien H3068 , dat Ik, de HEERE H1197 H8765 , dat aangestoken heb H3518 H8799 ; het zal niet uitgeblust worden.

Ezekiel 21:30

  30 H7725 H8685 Keer [uw] [zwaard] weder H8593 in zijn schede H4725 ! In de plaats H1254 H8738 , waar gij geschapen zijt H776 , in het land H4351 uwer woningen H8199 H8799 zal Ik u richten.

Nahum 1:9

  9 H4100 Wat H2803 H8762 denkt gijlieden H413 tegen H3068 den HEERE H1931 ? Hij zal zelf H3617 een voleinding H6213 H8802 maken H6869 ; de benauwdheid H3808 zal niet H6471 tweemaal H6965 H8799 op rijzen.

Isaiah 16:11

  11 H1993 H8799 Daarom rommelt H4578 mijn ingewand H4124 over Moab H3658 , als een harp H7130 , en mijn binnenste H7025 over Kir-heres.

Isaiah 21:3

  3 H4975 Daarom zijn mijn lendenen H4390 H8804 vol H2479 van grote krankheid H6735 , bange weeen H270 H8804 hebben mij aangegrepen H6735 , gelijk de bange weeen H3205 H8802 van een, die baart H5753 H8738 ; ik krom mij H8085 H8800 van horen H926 H8738 , ik word ontsteld H7200 H8800 van het aanzien.

Isaiah 22:4

  4 H559 H8804 Daarom zeg ik H8159 H8798 : Wendt het gezicht van mij af H4843 H8762 ; laat mij bitterlijk H1065 wenen H213 H8686 ; dringt niet aan H5162 H8763 , om mij te troosten H7701 over de verstoring H1323 der dochteren H5971 mijns volks.

Jeremiah 4:19

  19 H4578 O mijn ingewand H4578 , mijn ingewand H2342 H8799 H8675 H3176 H8686 ! ik heb barenswee H7023 , o wanden H3820 mijns harten H3820 ! mijn hart H1993 H8802 maakt getier H2790 H8686 in mij, ik kan niet zwijgen H5315 ; want gij, mijn ziel H8085 H8804 ! hoort H6963 het geluid H7782 der bazuin H8643 H4421 [en] het krijgsgeschrei.

Jeremiah 9:17-21

  17 H559 H8804 Zo zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H995 H8708 : Merkt daarop H7121 H8798 , en roept H6969 H8789 klaagvrouwen H935 H8799 , dat zij komen H7971 H8798 ; en zendt henen H2450 naar de wijze H935 H8799 [vrouwen], dat zij komen.
  18 H4116 H8762 En haasten H5092 , en een weeklage H5375 H8799 over ons opheffen H5869 , dat onze ogen H1832 van tranen H3381 H8799 nederdalen H6079 , en onze oogleden H4325 van water H5140 H8799 vlieten.
  19 H6963 Want er is een stem H5092 van weeklage H8085 H8738 gehoord H6726 uit Sion H7703 H8795 : Hoe zijn wij verstoord H3966 ! wij zijn zeer H954 H8804 beschaamd H776 , omdat wij het land H5800 H8804 hebben verlaten H4908 , omdat zij onze woningen H7993 H8689 hebben omgeworpen.
  20 H8085 H8798 Hoort H3068 dan des HEEREN H1697 woord H802 , gij vrouwen H241 ! en uw oor H3947 H8799 ontvange H1697 het woord H6310 Zijns monds H3925 H8761 , en leert H1323 uw dochters H5092 weeklagen H802 , en elke H7468 een haar metgezellin H7015 klaagliederen.
  21 H4194 Want de dood H5927 H8804 is geklommen H2474 in onze vensteren H759 , hij is in onze paleizen H935 H8804 gekomen H5768 , om de kinderkens H3772 H8687 uit te roeien H2351 van de wijken H970 , de jongelingen H7339 van de straten.

Jeremiah 19:10

  10 H1228 Dan zult gij de kruik H7665 H8804 verbreken H5869 voor de ogen H582 der mannen H1980 H8802 , die met u gegaan zijn;

Jeremiah 30:6

  6 H7592 H8798 Vraagt H7200 H8798 toch en ziet H2145 , of een manspersoon H3205 H8802 baart H7200 H8804 ? Waarom zie Ik H1397 [dan] eens iegelijken mans H3027 handen H2504 op zijn lenden H3205 H8802 , als van een barende H6440 [vrouw], en alle aangezichten H2015 H8738 veranderd H3420 in bleekheid?

Ezekiel 4:12

  12 H8184 H5692 En gij zult een gerstekoek H398 H8799 eten H1561 , en dien zult gij met drek H120 van des mensen H6627 afgang H5746 H8799 bakken H5869 voor hun ogen.

Ezekiel 6:11

  11 H559 H8804 Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5221 H8685 : Sla H3709 met uw hand H7554 H8798 , en stamp H7272 met uw voet H559 H8798 , en zeg H253 : Ach H8441 , over alle gruwelen H7451 der boosheden H1004 van het huis H3478 Israels H2719 ; want zij zullen door het zwaard H7458 , door den honger H1698 en door de pestilentie H5307 H8799 vallen.

Ezekiel 9:4

  4 H3068 En de HEERE H559 H8799 zeide H5674 H8798 tot hem: Ga door H8432 , door het midden H5892 der stad H8432 , door het midden H3389 van Jeruzalem H8427 H8689 , en teken H8420 een teken H4696 op de voorhoofden H582 der lieden H584 H8737 , die zuchten H602 H8737 en uitroepen H8441 over al die gruwelen H8432 , die in het midden H6213 H8737 derzelve gedaan worden.

Ezekiel 12:3-5

  3 H1121 H120 Daarom gij, mensenkind H6213 H8798 , maak H3627 u gereedschap H1473 van vertrekking H1540 H8798 ; en vertrek H3119 bij dag H5869 voor hun ogen H1540 H8804 ; en gij zult vertrekken H4725 van uw plaats H312 tot een andere H4725 plaats H5869 voor hun ogen H7200 H8799 ; misschien zullen zij het merken H4805 , hoewel zij een wederspannig H1004 huis zijn.
  4 H3627 Gij zult dan uw gereedschap H3119 bij dag H5869 voor hun ogen H3318 H8689 uitbrengen H3627 , als het gereedschap H1473 dergenen, die vertrekken H6153 ; daarna zult gij in den avond H3318 H8799 uitgaan H5869 voor hun ogen H4161 , gelijk zij uitgaan H1473 , die vertrekken.
  5 H2864 H8798 Doorgraaf H7023 u den wand H5869 voor hun ogen H3318 H8689 , en breng daardoor [uw] [gereedschap] uit.

Ezekiel 21:12

  12 H2199 H8798 Schreeuw H3213 H8685 en huil H1121 H120 , o mensenkind H5971 , want hetzelve zal zijn tegen Mijn volk H5387 , het zal zijn tegen al de vorsten H3478 van Israel H4048 H8803 ; verschrikkingen H413 zullen vanwege H2719 het zwaard H5971 bij Mijn volk H5606 H8798 zijn; daarom klop H3409 op de heup.

Ezekiel 37:20

  20 H6086 De houten H3789 H8799 nu, op dewelke gij zult geschreven hebben H3027 , zullen in uw hand H5869 zijn voor hunlieder ogen.

Daniel 5:6

  6 H116 Toen H8133 H8754 veranderde zich H2122 de glans H4430 des konings H7476 , en zijn gedachten H927 H8792 verschrikten H7001 hem; en de banden H2783 zijner lendenen H8271 H8723 werden los H755 , en zijn knieen H5368 H8750 stieten H1668 H1668 tegen elkander aan.

Daniel 8:27

  27 H1961 H0 Toen werd ik H1840 , Daniel H1961 H8738 , zwak H3117 , en was [enige] dagen H2470 H8738 krank H6965 H8799 ; daarna stond ik op H6213 H8799 , en deed H4428 des konings H4399 werk H8074 H8709 ; en ik was ontzet H4758 over dit gezicht H995 H8688 ; maar niemand merkte het.

Nahum 2:10

  10 H950 Zij is geledigd H4003 , ja, uitgeledigd H1110 H8794 , uitgeput H3820 , en haar hart H4549 H8738 versmelt H1290 , en de knieen H6375 schudden H3605 , en in al H4975 de lenden H2479 is smart H3605 , en hun aller H6440 aangezichten H6908 H8765 betrekken H6289 , [als] een pot.

Habakkuk 3:16

  16 H8085 H8804 Als ik het hoorde H990 , zo werd mijn buik H7264 H8799 beroerd H6963 ; voor de stem H8193 hebben mijn lippen H6750 H8804 gebeefd H7538 ; verrotting H935 H8799 kwam H6106 in mijn gebeente H7264 H8799 , en ik werd beroerd H8478 in mijn plaats H5117 H8799 . Zekerlijk, ik zal rusten H3117 ten dage H6869 der benauwdheid H5927 H8800 , als hij optrekken zal H5971 tegen het volk H1464 H8799 , dat hij het met benden aanvalle.

John 11:33-35

  33 G2424 Jezus G3767 dan G5613 , als G846 Hij haar G1492 G5627 zag G2799 G5723 wenen G2532 , en G2453 de Joden G846 , die met haar G4905 G5631 kwamen G2799 G5723 , [ook] wenen G1690 G5662 , werd zeer bewogen G4151 in den geest G2532 , en G5015 G5656 ontroerde G1438 Zichzelven;
  34 G2532 En G2036 G5627 zeide G4226 : Waar G846 hebt gij hem G5087 G5758 gelegd G3004 G5719 ? Zij zeiden G846 tot Hem G2962 : Heere G2064 G5736 , kom G2532 en G1492 G5657 zie het.
  35 G2424 Jezus G1145 G5656 weende.

Exodus 15:15

  15 H227 Dan H441 zullen de vorsten H123 van Edom H926 H8738 verbaasd wezen H7461 ; beving H352 zal de machtigen H4124 der Moabieten H270 H8799 bevangen H3427 H8802 ; al de ingezetenen H3667 van Kanaan H4127 H8738 zullen versmelten!

Leviticus 26:36

  36 H7604 H8737 En aangaande de overgeblevenen H3824 onder u, Ik zal in hun hart H4816 een wekigheid H776 in de landen H341 H8802 hunner vijanden H935 H8689 laten komen H6963 ; zodat het geruis H5086 H8737 van een gedreven H5929 blad H7291 H8804 hen jagen zal H5127 H8804 , en zij zullen vlieden H4499 , gelijk men vliedt H2719 voor een zwaard H5307 H8804 , en zullen vallen H7291 H8802 , waar niemand is, die jaagt.

Deuteronomy 20:8

  8 H7860 H8802 Daarna zullen de ambtlieden H3254 H8804 voortvaren H1696 H8763 te spreken H5971 tot het volk H559 H8804 , en zeggen H376 : Wie is de man H3373 , die vreesachtig H7390 en week H3824 van hart H3212 H8799 is? Die ga henen H7725 H8799 en kere weder H1004 naar zijn huis H3824 ; opdat het hart H251 zijner broederen H4549 H8735 niet smelte H3824 , gelijk zijn hart.

Joshua 2:9-11

  9 H559 H8799 En zij sprak H413 tot H582 die mannen H3045 H8804 : Ik weet H3588 , dat H3068 de HEERE H776 u dit land H5414 H8804 gegeven heeft H3588 , en dat H367 ulieder verschrikking H5921 op H5307 H8804 ons gevallen is H3588 , en dat H3605 al H3427 H8802 de inwoners H776 dezes lands H4480 voor H6440 ulieder aangezicht H4127 H8738 gesmolten zijn.
  10 H3588 Want H8085 H8804 wij hebben gehoord H834 , dat H3068 de HEERE H4325 de wateren H5488 H3220 der Schelfzee H3001 H8689 uitgedroogd heeft H4480 voor H6440 ulieder aangezicht H4480 , toen gij uit H4714 Egypte H3318 H8800 gingt H834 ; en wat H8147 gijlieden aan de twee H4428 koningen H567 der Amorieten H5511 , Sihon H5747 en Og H6213 H8804 , gedaan hebt H834 , die H5676 op gene zijde H3383 van de Jordaan H834 waren, dewelke H2763 H8689 gijlieden verbannen hebt.
  11 H8085 H8799 Als wij het hoorden H4549 H8735 , zo versmolt H3824 ons hart H6965 H8804 , en er bestaat H3808 geen H7307 moed H5750 meer H376 in iemand H4480 , vanwege H6440 ulieder tegenwoordigheid H3588 ; want H3068 de HEERE H430 , ulieder God H1931 , is H430 een God H4480 H4605 boven H8064 in den hemel H4480 H8478 , en beneden H5921 op H776 de aarde.

Joshua 5:1

  1 H1961 H8799 En het geschiedde H3605 , toen al H4428 de koningen H567 der Amorieten H834 , die H5676 aan deze zijde H3383 van de Jordaan H3220 westwaarts H3605 , en al H4428 de koningen H3669 der Kanaanieten H834 , die H5921 aan H3220 de zee H8085 H8800 [waren], hoorden H834 , dat H3068 de HEERE H4325 de wateren H3383 van de Jordaan H3001 H8689 had uitgedroogd H4480 , voor H6440 het aangezicht H1121 der kinderen H3478 Israels H5704 , totdat H5674 H8800 wij daardoor gegaan waren H4549 H8735 ; zo versmolt H3824 hun hart H1961 H8804 , en er was H3808 geen H7307 moed H5750 meer H4480 in hen, voor H6440 het aangezicht H1121 der kinderen H3478 Israels.

2 Samuel 17:10

  10 H1931 Zo zou hij H1571 , die ook H2428 een dapper H1121 man H834 is, wiens H3820 hart H3820 H738 is als een leeuwenhart H4549 H8736 , te enen male H4549 H8735 smelten H3588 ; want H3605 gans H3478 Israel H3045 H8802 weet H3588 , dat H1 uw vader H1368 een held H2428 is, en het dappere H1121 mannen H834 zijn, die H854 met hem zijn.

2 Kings 21:12

  12 H3651 Daarom H3541 , alzo H559 H8804 zegt H3068 de HEERE H430 , de God H3478 Israels H2009 : Ziet H7451 , Ik zal een kwaad H5921 over H3389 Jeruzalem H3063 en Juda H935 H8688 brengen H834 , dat H3605 een ieder H8085 H8802 , die het hoort H8147 , beide H241 zijn oren H6750 H8799 klinken zullen.

Job 4:3-4

  3 H2009 Zie H7227 , gij hebt velen H3256 H8765 onderwezen H7504 , en gij hebt slappe H3027 handen H2388 H8762 gesterkt;
  4 H4405 Uw woorden H3782 H8802 hebben den struikelende H6965 H8686 opgericht H3766 H8802 , en de krommende H1290 knieen H553 H8762 hebt gij vastgesteld;

Isaiah 7:2

  2 H1004 Als men den huize H1732 Davids H5046 H8714 boodschapte H559 H8800 , zeggende H758 : De Syriers H5117 H8804 rusten H669 op Efraim H5128 H8799 , zo bewoog zich H3824 zijn hart H3824 en het hart H5971 zijns volks H6086 , gelijk de bomen H3293 des wouds H5128 H8800 bewogen worden H6440 van H7307 den wind.

Isaiah 13:7

  7 H3027 Daarom zullen alle handen H7503 H8799 slap worden H582 , en aller mensen H3824 hart H4549 H8735 zal versmelten;

Isaiah 28:19

  19 H1767 Van den tijd H5674 H8800 af, als hij doortrekt H3947 H8799 , zal hij ulieden wegnemen H1242 , want allen H1242 morgen H5674 H8799 zal hij doortrekken H3117 , bij dag H3915 en bij nacht H8052 ; en het zal geschieden, dat het gerucht H995 H8687 te verstaan H2113 , enkel beroering wezen zal.

Isaiah 35:3

  3 H2388 H8761 Versterkt H7504 de slappe H3027 handen H553 H0 , en stelt H3782 H8802 de struikelende H1290 knieen H553 H8761 vast.

Jeremiah 6:22-24

  22 H559 H8804 Zo zegt H3068 de HEERE H935 H8802 : Ziet, er komt H5971 een volk H776 uit het land H6828 van het noorden H1419 , en een grote H1471 natie H5782 H8735 zal opgewekt worden H3411 uit de zijden H776 der aarde.
  23 H7198 Boog H3591 en spies H2388 H8686 zullen zij voeren H394 , het is een wreed H7355 H8762 [volk], en zij zullen niet barmhartig zijn H6963 ; hun stem H1993 H8799 zal bruisen H3220 als de zee H5483 , en op paarden H7392 H8799 zullen zij rijden H6186 H8803 ; het is toegerust H376 , als een man H4421 ten oorlog H1323 tegen u, o dochter H6726 van Sion!
  24 H8089 Wij hebben zijn gerucht H8085 H8804 gehoord H3027 , onze handen H7503 H8804 zijn slap geworden H6869 ; benauwdheid H2388 H8689 heeft ons aangegrepen H2427 , weedom H3205 H8802 als van een barende [vrouw].

Jeremiah 8:18

  18 H4010 Mijn verkwikking H3015 is in droefenis H3820 ; mijn hart H1742 is flauw in mij.

Jeremiah 49:23

  23 H1834 Tegen Damaskus H954 H8804 . Beschaamd is H2574 Hamath H774 en Arpad H7451 ; omdat zij een boos H8052 gerucht H8085 H8804 gehoord hebben H4127 H8738 , zijn zij gesmolten H3220 ; bij de zee H1674 is bekommernis H3201 H8799 , men kan H8252 H8687 er niet rusten.

Jeremiah 50:43

  43 H4428 De koning H894 van Babel H8088 heeft hunlieder gerucht H8085 H8804 gehoord H3027 , en zijn handen H7503 H8804 zijn slap geworden H6869 ; benauwdheid H2388 H8689 heeft hem aangegrepen H2427 , weedom H3205 H8802 als van een barende [vrouw].

Lamentations 5:17

  17 H3820 Daarom is ons hart H1739 mat H5869 , om deze dingen zijn onze ogen H2821 H8804 duister geworden.

Ezekiel 7:2-12

  2 H1121 H120 Verder, gij mensenkind H559 H8804 , zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H127 , van het land H3478 Israels H7093 : Het einde H7093 is er, het einde H935 H8804 is gekomen H702 over de vier H3671 hoeken H776 des lands.
  3 H7093 Nu is het einde H639 over u; want Ik zal Mijn toorn H7971 H8765 tegen u zenden H8199 H8804 , en Ik zal u richten H1870 naar uw wegen H5414 H8804 , en Ik zal op u brengen H8441 al uw gruwelen.
  4 H5869 En Mijn oog H2347 H8799 zal u niet verschonen H2550 H8799 , en Ik zal niet sparen H1870 ; maar Ik zal uw wegen H5414 H8799 op u brengen H8441 , en uw gruwelen H8432 zullen in het midden H3045 H8804 van u zijn, en gijlieden zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.
  5 H559 H8804 Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H7451 : Een kwaad H259 , een enig H7451 kwaad H935 H8802 , ziet, is gekomen;
  6 H7093 Een einde H935 H8804 is er gekomen H7093 , dat einde H935 H8804 is gekomen H6974 H8689 , het is opgewaakt H935 H8802 tegen u; ziet, het [kwaad] is gekomen!
  7 H6843 De morgenstond H935 H8804 is tot u gekomen H3427 H8802 , o inwoner H776 des lands H6256 , de tijd H935 H8804 H8676 H935 H8802 is gekomen H3117 , de dag H4103 der beroerte H7138 is nabij H1906 , en er is geen wederklank H2022 der bergen.
  8 H7138 Nu zal Ik in kort H2534 Mijn grimmigheid H8210 H8799 over u uitgieten H639 , en Mijn toorn H3615 H8765 tegen u volbrengen H8199 H8804 , en u richten H1870 naar uw wegen H5414 H8804 , en zal op u brengen H8441 al uw gruwelen.
  9 H5869 En Mijn oog H2347 H8799 zal niet verschonen H2550 H8799 , en Ik zal niet sparen H5414 H8799 ; Ik zal u geven H1870 naar uw wegen H8441 , en uw gruwelen H8432 zullen in het midden H3045 H8804 van u zijn; en gijlieden zult weten H3068 , dat Ik de HEERE H5221 H8688 ben, Die slaat.
  10 H3117 Ziet, de dag H935 H8802 , ziet, [de] [morgenstond] is gekomen H6843 , de morgenstond H3318 H8804 is voortgekomen H4294 , de roede H6692 H8804 heeft gebloeid H2087 , de hovaardij H6524 H8804 heeft gegroend.
  11 H2555 Het geweld H6965 H8804 is opgerezen H4294 tot een roede H7562 der goddeloosheid H1995 ; niets van hen zal [overblijven], noch van hun menigte H1991 , noch van hun gedruis H5089 , en geen klage zal over hen zijn.
  12 H6256 De tijd H935 H8804 is gekomen H3117 , de dag H5060 H8689 is genaakt H7069 H8802 ; de koper H8055 H8799 zij niet blijde H4376 H8802 , en de verkoper H56 H8691 bedrijve geen rouw H2740 ; want een brandende toorn H1995 is over de gehele menigte van het [land].

Ezekiel 7:17

  17 H3027 Alle handen H7503 H8799 zullen slap worden H1290 , en alle knieen H3212 H8799 zullen henenvlieten H4325 [als] water.

Ezekiel 7:26

  26 H1943 Ellende H1943 zal op ellende H935 H8799 komen H8052 , en er zal gerucht H8052 op gerucht H2377 wezen; dan zullen zij het gezicht H5030 van een profeet H1245 H8765 zoeken H8451 ; maar de wet H6 H8799 zal vergaan H3548 van den priester H6098 , en de raad H2205 van de oudsten.

Ezekiel 12:9-11

  9 H1121 H120 Mensenkind H1004 , heeft niet het huis H3478 Israels H4805 , het wederspannig H1004 huis H559 H8804 , tot u gezegd H6213 H8802 : Wat doet gij?
  10 H559 H8798 Zeg H559 H8804 tot hen: Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H4853 : Deze last H5387 is [tegen] den vorst H3389 te Jeruzalem H1004 , en het ganse huis H3478 Israels H8432 , dat in het midden van hen is.
  11 H559 H8798 Zeg H4159 : Ik ben ulieder wonderteken H6213 H8804 ; gelijk als ik gedaan heb H6213 H8735 , alzo zal hun gedaan worden H1473 ; zij zullen door wegvoering H7628 in de gevangenis H3212 H8799 heengaan.

Ezekiel 12:22-28

  22 H1121 H120 Mensenkind H4912 , wat is dit voor een spreekwoord H127 , [dat] gijlieden hebt in het land H3478 Israels H559 H8800 , zeggende H3117 : de dagen H748 H8799 zullen verlengd worden H2377 , en al het gezicht H6 H8804 zal vergaan?
  23 H559 H8798 Daarom zeg H559 H8804 tot hen: Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H4912 : Ik zal dit spreekwoord H7673 H8689 doen ophouden H4911 H8799 , dat zij het niet meer ten spreekwoord gebruiken zullen H3478 in Israel H1696 H8761 . Maar spreek H3117 tot hen: De dagen H7126 H8804 zijn nabij gekomen H1697 , en het woord H2377 van ieder gezicht.
  24 H7723 Want geen ijdel H2377 gezicht H2509 zal er meer wezen, noch vleiende H4738 waarzegging H8432 , in het midden H1004 van het huis H3478 Israels.
  25 H3068 Want Ik ben de HEERE H1696 H8762 , Ik zal spreken H1697 ; het woord H1696 H8762 , dat Ik zal spreken H6213 H8735 , zal gedaan worden H4900 H8735 , [de] [tijd] zal niet meer uitgesteld worden H3117 ; want in uw dagen H4805 , o wederspannig H1004 huis H1697 , zal Ik een woord H1696 H8762 spreken H6213 H8804 , en hetzelve doen H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.
  26 H1697 Verder geschiedde het woord H3068 des HEEREN H559 H8800 tot mij, zeggende:
  27 H1121 H120 Mensenkind H1004 , zie, die van het huis H3478 Israels H559 H8802 zeggen H2377 : Het gezicht H2372 H8802 dat hij ziet H7227 , is voor vele H3117 dagen H5012 H8738 , en hij profeteert H6256 van tijden H7350 , die verre zijn.
  28 H559 H8798 Daarom zeg H559 H8804 tot hen: Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H1697 : Geen Mijner woorden H4900 H8735 zullen meer uitgesteld worden H1697 ; het woord H1696 H8762 , hetwelk Ik gesproken heb H6213 H8735 , dat zal gedaan worden H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 20:49

  49 H559 H8799 En ik zeide H162 : Ach H136 , Heere H3069 HEERE H559 H8802 , zij zeggen H4911 H8764 van mij: Is hij niet een verdichter H4912 van gelijkenissen?

Ezekiel 24:19

  19 H5971 En het volk H559 H8799 zeide H5046 H8686 tot mij: Zult gij ons niet te kennen geven H6213 H8802 , wat ons deze dingen zijn, dat gij [aldus] doet?

Luke 21:26

  26 G444 En den mensen G674 G5723 het hart zal bezwijken G575 van G5401 vrees G2532 en G4329 verwachting G3625 der dingen, die het aardrijk G1904 G5740 zullen overkomen G1063 ; want G1411 de krachten G3772 der hemelen G4531 G5701 zullen bewogen worden.

Hebrews 12:12

  12 G1352 Daarom G461 G5657 richt weder op G3935 G5772 de trage G5495 handen G2532 , en G3886 G5772 de slappe G1119 knieen;

1 Peter 4:7

  7 G1161 En G5056 het einde G3956 aller dingen G1448 G5758 is nabij G4993 G ; zijt G3767 dan G4993 G5657 nuchteren G2532 , en G3525 G5657 waakt G1519 in G4335 de gebeden.

Job 20:25

  25 H8025 H8804 Men zal [het] [zwaard] uittrekken H4480 , het zal uit H1465 het lijf H3318 H8799 uitgaan H1300 , en glinsterende H4480 uit H4846 zijn gal H1980 H8799 voortkomen H367 ; verschrikkingen H5921 zullen over hem zijn.

Psalms 7:11-13

  11 H430 [07:12] God H6662 is een rechtvaardige H8199 H8802 Rechter H410 , en een God H3117 , Die te allen dage H2194 H8802 toornt.
  12 H7725 H8799 [07:13] Indien hij zich niet bekeert H2719 , zo zal Hij Zijn zwaard H3913 H8799 wetten H7198 ; Hij heeft Zijn boog H1869 H8804 gespannen H3559 H8787 , en dien bereid.
  13 H4194 [07:14] En heeft dodelijke H3627 wapenen H3559 H8689 voor hem gereed gemaakt H2671 ; Hij zal Zijn pijlen H1814 H8801 tegen de hittige vervolgers H6466 H8799 te werk stellen.

Isaiah 27:1

  1 H3117 Te dien dage H3068 zal de HEERE H7186 met Zijn hard H1419 , en groot H2389 , en sterk H2719 zwaard H6485 H8799 bezoeken H3882 den Leviathan H1281 , de langwemelende H5175 slang H3882 , ja, den Leviathan H6129 , de kromme slomme H5175 slang H8577 ; en Hij zal den draak H3220 , die in de zee H2026 H8804 is, doden.

Isaiah 34:5-6

  5 H2719 Want Mijn zwaard H7301 H8765 is dronken geworden H8064 in den hemel H4941 ; ziet, het zal ten oordeel H3381 H8799 nederdalen H123 op Edom H5971 , en op het volk H2764 , hetwelk Ik verbannen heb.
  6 H2719 Het zwaard H3068 des HEEREN H4390 H8804 is vol H1818 van bloed H1878 H8719 , het is vet geworden H2459 van smeer H1818 , van het bloed H3733 der lammeren H6260 en der bokken H2459 , van het smeer H3629 der nieren H352 van de rammen H3068 ; want de HEERE H2077 heeft een slachtoffer H1224 te Bozra H1419 , en een grote H2874 slachting H776 in het land H123 der Edomieten.

Isaiah 66:16

  16 H784 Want met vuur H2719 , en met Zijn zwaard H3068 zal de HEERE H8199 H8737 in het recht treden H1320 met alle vlees H2491 ; en de verslagenen H3068 des HEEREN H7231 H8804 zullen vermenigvuldigd zijn.

Jeremiah 12:12

  12 H8205 Op alle hoge plaatsen H4057 in de woestijn H7703 H8802 zijn verstoorders H935 H8804 gekomen H2719 ; want het zwaard H3068 des HEEREN H398 H8802 verteert H7097 van het [ene] einde H776 des lands H7097 tot aan het [andere] einde H776 des lands H7965 ; er is geen vrede H1320 voor enig vlees.

Jeremiah 15:2

  2 H559 H8799 En het zal geschieden, wanneer zij tot u zullen zeggen H3318 H8799 : Waarhenen zullen wij uitgaan H559 H8804 ? dat gij tot hen zult zeggen H559 H8804 : Zo zegt H3068 de HEERE H4194 : Wie ten dood H4194 , ten dode H2719 ; en wie tot het zwaard H2719 , ten zwaarde H7458 , en wie tot den honger H7458 , ten honger H7628 ; en wie ter gevangenis H7628 , ter gevangenis!

Ezekiel 21:3

  3 H559 H8804 En zeg H127 tot het land H3478 van Israel H559 H8804 : Alzo zegt H3068 de HEERE H2719 : Ziet, Ik [wil] aan u, en Ik zal Mijn zwaard H8593 uit zijn schede H3318 H8689 trekken H3772 H8689 ; en Ik zal van u uitroeien H6662 den rechtvaardige H7563 en den goddeloze.

Ezekiel 21:15

  15 H19 Ik heb de punt H2719 des zwaards H5414 H8804 gezet H8179 tegen al hun poorten H3820 , opdat het hart H4127 H8800 versmelte H4383 , en de aanstoten H7235 H8687 vermenigvuldigen H253 ; ach H6213 H8803 , het is toegemaakt H1300 , opdat het glinstere H4593 , het is ingewonden H2874 om te slachten.

Ezekiel 21:28

  28 H1121 H120 En gij, mensenkind H5012 H8734 , profeteer H559 H8804 en zeg H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H1121 , van de kinderen H5983 Ammons H2781 , en van hun smading H559 H8804 ; zo zeg H2719 : Het zwaard H2719 , het zwaard H6605 H8803 is uitgetrokken H2874 , het is ter slachting H4803 H8803 geveegd H398 H8687 om te verdoen H1300 , om te glinsteren;

Amos 9:4

  4 H518 En al H3212 H8799 gingen zij H7628 in gevangenis H6440 voor het aangezicht H341 H8802 hunner vijanden H4480 , zo zal Ik van H8033 daar H2719 het zwaard H6680 H8762 gebieden H2026 H8804 , dat het hen dode H5869 ; en Ik zal Mijn oog H5921 tegen H7760 H8804 hen zetten H7451 ten kwade H3808 , en niet H2896 ten goede.

2 Samuel 7:14

  14 H589 Ik H1961 H8799 zal hem zijn H1 tot een Vader H1931 , en hij H1961 H8799 zal Mij zijn H1121 tot een zoon H834 ; dewelke H5753 H8687 als hij misdoet H7626 H582 , zo zal Ik hem met een mensenroede H5061 en met plagen H1121 H120 der mensenkinderen H3198 H8689 straffen.

Esther 3:15

  15 H7323 H8801 De lopers H3318 H8804 gingen uit H1765 H8803 , voortgedrongen zijnde H1697 door het woord H4428 des konings H1881 , en de wet H5414 H8738 werd uitgegeven H1002 in den burg H7800 Susan H4428 . En de koning H2001 en Haman H3427 H8804 zaten H8354 H8800 en dronken H5892 , doch de stad H7800 Susan H943 H8737 was verward.

Psalms 2:7-9

  7 H413 Ik zal van H2706 het besluit H5608 H8762 verhalen H3068 : de HEERE H413 heeft tot H559 H8804 Mij gezegd H859 : Gij H1121 zijt Mijn Zoon H3117 , heden H3205 H8804 heb Ik U gegenereerd.
  8 H7592 H8798 Eis H4480 van H1471 Mij, en Ik zal de heidenen H5414 H8799 geven H5159 tot Uw erfdeel H657 , en de einden H776 der aarde H272 [tot] Uw bezitting.
  9 H7489 H8799 Gij zult hen verpletteren H1270 met een ijzeren H7626 scepter H5310 H8762 ; Gij zult hen in stukken slaan H3335 H8802 H3627 als een pottenbakkersvat.

Psalms 89:26-32

  26 H7121 H8799 [089:27] Hij zal Mij noemen H1 : Gij zijt mijn Vader H410 ! mijn God H6697 , en de Rotssteen H3444 mijns heils!
  27 H1060 [089:28] Ook zal Ik hem ten eerstgeborenen H5414 H8799 zoon stellen H5945 , ten hoogste H4428 over de koningen H776 der aarde.
  28 H2617 [089:29] Ik zal hem Mijn goedertierenheid H5769 in eeuwigheid H8104 H8799 houden H1285 , en Mijn verbond H539 H8737 zal hem vast blijven.
  29 H2233 [089:30] En Ik zal zijn zaad H5703 in eeuwigheid H7760 H8804 zetten H3678 , en zijn troon H3117 als de dagen H8064 der hemelen.
  30 H1121 [089:31] Indien zijn kinderen H8451 Mijn wet H5800 H8799 verlaten H4941 , en in Mijn rechten H3212 H8799 niet wandelen;
  31 H2708 [089:32] Indien zij Mijn inzettingen H2490 H8762 ontheiligen H4687 , en Mijn geboden H8104 H8799 niet houden;
  32 H6588 [089:33] Zo zal Ik hun overtreding H7626 met de roede H6485 H8804 bezoeken H5771 , en hun ongerechtigheid H5061 met plagen.

Psalms 89:38-45

  38 H2186 H8804 [089:39] Maar Gij hebt [hem] verstoten H3988 H8799 en verworpen H5674 H8694 ; Gij zijt verbolgen geworden H4899 tegen Uw gezalfde.
  39 H1285 [089:40] Gij hebt het verbond H5650 Uws knechts H5010 H8765 te niet gedaan H5145 ; Gij hebt zijn kroon H2490 H8765 ontheiligd H776 tegen de aarde.
  40 H1448 [089:41] Gij hebt al zijn muren H6555 H8804 doorgebroken H4013 ; Gij hebt zijn vestingen H7760 H8804 H4288 nedergeworpen.
  41 H1870 [089:42] Allen, die den weg H5674 H8802 voorbijgingen H8155 H8804 , hebben hem beroofd H7934 ; zijn naburen H2781 is hij tot een smaad geweest.
  42 H3225 [089:43] Gij hebt de rechterhand H6862 zijner wederpartijders H7311 H8689 verhoogd H341 H8802 ; Gij hebt al zijn vijanden H8055 H8689 verblijd.
  43 H6697 [089:44] Gij hebt ook de scherpte H2719 zijns zwaards H7725 H8686 omgekeerd H6965 H8689 , en hebt hem niet staande gehouden H4421 in den strijd.
  44 H2892 [089:45] Gij hebt zijn schoonheid H7673 H8689 doen ophouden H3678 ; en Gij hebt zijn troon H776 ter aarde H4048 H8765 nedergestoten.
  45 H3117 [089:46] Gij hebt de dagen H5934 zijner jeugd H7114 H8689 verkort H955 ; Gij hebt hem met schaamte H5844 H8689 overdekt H5542 . Sela.

Psalms 110:5-6

  5 H136 De HEERE H3225 is aan Uw rechterhand H4428 ; Hij zal koningen H4272 H8804 verslaan H3117 ten dage H639 Zijns toorns.
  6 H1777 H8799 Hij zal recht doen H1471 onder de heidenen H4390 H0 ; Hij zal het vol H1472 dode lichamen H4390 H8804 maken H4272 H8804 ; Hij zal verslaan H7218 dengene, die het hoofd H7227 is over een groot H776 land.

Ecclesiastes 3:4

  4 H6256 Een tijd H1058 H8800 om te wenen H6256 , en een tijd H7832 H8800 om te lachen H6256 ; een tijd H5594 H8800 om te kermen H6256 , en een tijd H7540 H8800 om op te springen;

Isaiah 5:12-14

  12 H3658 En harpen H5035 en luiten H8596 , trommelen H2485 en pijpen H3196 , en wijn H4960 zijn [in] hun maaltijden H5027 H8686 ; maar zij aanschouwen H6467 het werk H3068 des HEEREN H7200 H8804 niet, en zij zien H4639 niet op het maaksel H3027 Zijner handen.
  13 H5971 Daarom zal mijn volk H1540 H8804 gevankelijk weggevoerd worden H1847 , omdat het geen wetenschap H3519 H4962 heeft; en deszelfs heerlijken H7458 zullen honger lijden H1995 , en hun menigte H6704 zal verdorren H6772 van dorst.
  14 H7585 Daarom zal het graf H5315 zichzelf H7337 H8689 wijd opensperren H6310 , en zijn mond H6473 H8804 opendoen H2706 , zonder maat H3381 H8804 ; opdat nederdale H1926 haar heerlijkheid H1995 , en haar menigte H7588 , met haar gedruis H5938 , en die in haar van vreugde opspringt.

Isaiah 22:12-14

  12 H3117 En te dien dage H136 zal de Heere H3069 , de HEERE H6635 der heirscharen H7121 H8799 , roepen H1065 tot geween H4553 , en tot rouwklage H7144 , en tot kaalheid H2296 H8800 , en tot omgording H8242 des zaks.
  13 H8342 Maar ziet, er is vreugde H8057 en blijdschap H1241 met runderen H2026 H8800 te doden H6629 , en schapen H7819 H8800 te kelen H1320 , vlees H398 H8800 te eten H3196 , en wijn H8354 H8800 te drinken H398 H8800 , [en] [te] [zeggen]: Laat ons eten H8354 H8800 en drinken H4279 , want morgen H4191 H8799 zullen wij sterven.
  14 H3068 Maar de HEERE H6635 der heirscharen H241 heeft Zich voor mijn oren H1540 H8738 geopenbaard H5771 , [zeggende]: Indien ulieden deze ongerechtigheid H3722 H8792 verzoend wordt H4191 H8799 , totdat gij sterft H559 H8804 ! zegt H136 de Heere H3069 , de HEERE H6635 der heirscharen.

Jeremiah 46:4

  4 H631 H0 Spant H5483 de paarden H631 H8798 aan H5927 H8798 , en klimt op H6571 , gij ruiters H3320 H8690 ! en stelt u H3553 met helmen H4838 H8798 ; veegt H7420 de spiesen H3847 H0 , trekt H5630 de pantsiers H3847 H8798 aan!

Ezekiel 19:11-14

  11 H5797 En hij had sterke H4294 roeden H7626 tot scepteren H4910 H8802 der heersers H6967 , en de stam H1361 H8799 van elke [roede] werd hoog H5688 tussen de dichte takken H7200 H8735 ; en hij werd gezien H1363 door zijn hoogte H7230 , met de menigte H1808 zijner takken.
  12 H2534 Maar hij werd door grimmigheid H5428 H8714 uitgerukt H776 , [en] ter aarde H7993 H8717 geworpen H6921 H7307 , en de oostenwind H6529 heeft zijn vrucht H3001 H8689 verdroogd H5797 ; zijn sterke H4294 roeden H6561 H8694 zijn afgebroken H3001 H8804 en zijn verdroogd H784 ; het vuur H398 H8804 heeft ze verteerd.
  13 H8362 H8803 En nu is hij geplant H4057 in een woestijn H6723 , in een dor H6772 en dorstig H776 land.
  14 H784 Daartoe is een vuur H3318 H8799 uitgegaan H4294 uit een roede H905 zijner ranken H6529 , [dat] zijn vrucht H398 H8804 verteerd heeft H5797 ; zodat aan hem geen sterke H4294 roede H7626 is [tot] een scepter H4910 H8800 , om te heersen H7015 . Dit is een weeklage H7015 , en is tot een weeklage geworden.

Ezekiel 21:25-27

  25 H2491 En gij, o onheilig H7563 , goddeloos H5387 vorst H3478 van Israel H3117 , wiens dag H935 H8804 komen zal H6256 , ten tijde H7093 der uiterste H5771 ongerechtigheid;
  26 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5493 H0 : Doe H4701 dien hoed H5493 H8685 weg H7311 H0 , en hef H5850 dien kroon H7311 H8685 af H2063 , deze zal dezelfde H1361 H8687 niet wezen; Ik zal verhogen H8217 dien, die nederig H8213 H8687 is, en vernederen H1364 dien, die hoog is.
  27 H5754 Ik zal die [kroon] omgekeerd H5754 , omgekeerd H5754 , omgekeerd H7760 H8799 stellen H1571 ; ja H2063 , zij H3808 zal niet H1961 H8804 zijn H5704 , totdat H935 H8800 hij kome H834 , die H4941 [daartoe] recht H5414 H8804 heeft, en [dien] Ik geven zal.

Amos 6:3-7

  3 H7451 Gij, die den bozen H3117 dag H5077 H8764 verre stelt H7675 H8800 , en den stoel H2555 des gewelds H5066 H8686 nabij brengt.
  4 H7901 H8802 Die daar liggen H5921 op H8127 elpenbenen H4296 bedsteden H5628 H8803 , en weelderig zijn H5921 op H6210 hun koetsen H398 H8802 , en eten H3733 de lammeren H4480 van H6629 de kudde H5695 , en de kalveren H4480 uit H8432 het midden H4770 van den meststal.
  5 H5921 Die op H6310 het geklank H5035 der luit H6527 H8802 kwinkeleren H2803 H8804 , [en] bedenken H3627 zichzelven instrumenten H7892 der muziek H1732 , gelijk David;
  6 H3196 Die wijn H4219 uit schalen H8354 H8802 drinken H4886 H8799 , en zich zalven H7225 met de voortreffelijkste H8081 olie H2470 H8738 , maar bekommeren zich H3808 niet H5921 over H7667 de verbreking H3130 van Jozef.
  7 H3651 Daarom H6258 zullen zij nu H1540 H8799 gevankelijk henengaan H7218 onder de voorsten H1540 H8802 , die in gevangenis gaan H4797 ; en het banket H5628 H8803 dergenen, die weelderig zijn H5493 H8804 , zal wegwijken.

Nahum 1:10

  10 H3588 Dewijl H5440 H8803 zij in elkander gevlochten zijn H5704 als H5518 doornen H5433 H8803 , en dronken zijn H5435 , gelijk zij plegen dronken te zijn H4392 , zo worden zij volkomen H398 H8795 verteerd H3002 , als een dorre H7179 stoppel.

Nahum 3:3

  3 H6571 De ruiter H5927 H8688 steekt omhoog H3851 , zo het vlammende H2719 zwaard H1300 , als de bliksemende H2595 spies H7230 , en er zal veelheid H2491 der verslagenen H3514 zijn, en een zware H6297 menigte der dode lichamen H369 H0 ; ja, er zal geen H7097 einde H369 zijn H1472 der lichamen H1472 , men zal over hun lichamen H3782 H8804 H8675 H3782 H8735 struikelen;

Habakkuk 3:11

  11 H8121 De zon H3394 en de maan H5975 H8804 stonden stil H2073 in [haar] woning H216 ; met het licht H1980 H8762 gingen H2671 Uw pijlen H5051 daarhenen, met glans H1300 Uw bliksemende H2595 spies.

Luke 21:34-35

  34 G1161 En G4337 G5720 wacht G1438 uzelven G5216 , dat uw G2588 harten G3379 niet te eniger tijd G925 G5686 bezwaard worden G1722 met G2897 brasserij G2532 en G3178 dronkenschap G2532 , en G3308 zorgvuldigheden G982 dezes levens G2532 , en G1909 G5209 dat u G1565 die G2250 dag G160 niet onvoorziens G2186 G5632 [over] kome.
  35 G1063 Want G5613 gelijk G3803 een strik G1904 G5695 zal hij komen G1909 over G3956 al G1909 degenen, die op G3956 den gansen G4383 G1093 aardbodem G2521 G5740 gezeten zijn.

Revelation 2:27

  27 G2532 En G846 hij zal ze G4165 G5692 hoeden G1722 met G4603 een ijzeren G4464 staf G5613 ; zij zullen als G4632 G2764 pottenbakkersvaten G4937 G5743 vermorzeld worden G5613 ; gelijk G2504 ook Ik G3844 van G3450 Mijn G3962 Vader G2983 G5758 ontvangen heb.

Jeremiah 25:9

  9 H7971 H8802 Ziet, Ik zal zenden H3947 H8804 , en nemen H4940 alle geslachten H6828 van het noorden H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H5019 ; en tot Nebukadnezar H4428 , den koning H894 van Babel H5650 , Mijn knecht H935 H8689 ; en zal ze brengen H776 over dit land H3427 H8802 , en over de inwoners H1471 van hetzelve, en over al deze volken H5439 rondom H2763 H8689 ; en Ik zal ze verbannen H7760 H8804 , en zal ze stellen H8047 tot een ontzetting H8322 , en tot een aanfluiting H5769 , en tot eeuwige H2723 woestheden.

Jeremiah 25:33

  33 H2491 En de verslagenen H3068 des HEEREN H3117 zullen te dien dage H7097 [liggen] van het [ene] einde H776 der aarde H7097 tot aan het [andere] einde H776 der aarde H5594 H8735 ; zij zullen niet beklaagd H622 H8735 , noch opgenomen H6912 H8735 , noch begraven worden H1828 ; tot mest H6440 op H127 den aardbodem zullen zij zijn.

Jeremiah 51:20-23

  20 H4661 Gij zijt Mij een voorhamer H3627 H4421 , [en] krijgswapenen H1471 ; en door u zal Ik volken H5310 H8765 in stukken slaan H4467 , en door u zal Ik koninkrijken H7843 H8689 verderven.
  21 H5310 H8765 En door u zal Ik in stukken slaan H5483 het paard H7392 H8802 en zijn ruiter H5310 H8765 ; en door u zal Ik in stukken slaan H7393 den wagen H7392 H8802 en zijn ruiter.
  22 H5310 H8765 En door u zal Ik in stukken slaan H376 den man H802 en de vrouw H5310 H8765 ; en door u zal Ik in stukken slaan H2205 den oude H5288 en den jonge H5310 H8765 ; en door u zal Ik in stukken slaan H970 den jongeling H1330 en de jonkvrouw.
  23 H5310 H8765 En door u zal Ik in stukken slaan H7462 H8802 den herder H5739 en zijn kudde H5310 H8765 ; en door u zal Ik in stukken slaan H406 den akkerman H6776 en zijn juk H5310 H8765 [ossen]; en door u zal Ik in stukken slaan H6346 landvoogden H5461 en overheden.

Jeremiah 25:34

  34 H3213 H8685 Huilt H7462 H8802 , gij herders H2199 H8798 ! en schreeuwt H6428 H8690 , en wentelt u H117 [in] [de] [as], gij heerlijken H6629 van de kudde H3117 ! want uw dagen H4390 H8804 zijn vervuld H2873 H8800 , dat men slachten zal H8600 , en van uw verstrooiingen H5307 H8804 , dan zult gij vervallen H2532 als een kostelijk H3627 vat.

Jeremiah 31:12

  12 H935 H8804 Dies zullen zij komen H4791 , en op de hoogte H6726 van Sion H7442 H8765 juichen H5102 H8804 , en toevloeien H3068 tot des HEEREN H2898 goed H1715 , tot het koren H8492 , en tot den most H3323 , en tot de olie H1121 , en tot de jonge H6629 schapen H1241 en runderen H5315 ; en hun ziel H7302 zal zijn als een gewaterde H1588 hof H3254 H8686 , en zij zullen voortaan niet meer H1669 H8800 treurig zijn.

Jeremiah 31:19

  19 H310 Zekerlijk, nadat H7725 H8800 ik bekeerd ben H5162 H8738 , heb ik berouw gehad H310 , en nadat H3045 H8736 ik mijzelven ben bekend gemaakt H3409 , heb ik op de heup H5606 H8804 geklopt H954 H8804 , ik ben beschaamd H3637 H8738 , ja, ook schaamrood geworden H2781 , omdat ik de smaadheid H5271 mijner jeugd H5375 H8804 gedragen heb.

Ezekiel 9:8

  8 H5221 H8687 Het geschiedde nu, als zij hen geslagen hadden H7604 H8737 , en ik overgebleven was H6440 , dat ik op mijn aangezicht H5307 H8799 viel H2199 H8799 , en riep H559 H8799 , en zeide H162 : Ach H136 , Heere H3069 HEERE H7611 , zult Gij al het overblijfsel H3478 van Israel H7843 H8688 verderven H2534 , met Uw grimmigheid H8210 H8800 uit te gieten H3389 over Jeruzalem?

Ezekiel 21:6

  6 H1121 H120 Maar gij, mensenkind H584 H8734 , zucht H584 H8735 ; zucht H5869 voor hun ogen H7670 met verbreking H4975 der lenden H4814 en met bitterheid.

Ezekiel 21:14

  14 H1121 H120 Daarom gij, mensenkind H5012 H8734 , profeteer H5221 H8685 , en sla H3709 hand H2719 tegen hand; want het zwaard H3717 H8735 zal verdubbeld worden H7992 ten derden H2719 male, het is het zwaard H2491 dergenen, die verslagen H2719 zullen worden; het is het zwaard H1419 der groten H2491 , die verslagen H2314 H8802 zullen worden, dat tot hen in de binnenste kameren indringen zal.

Ezekiel 30:2

  2 H1121 H120 Mensenkind H5012 H8734 ! profeteer H559 H8804 , en zeg H559 H8804 : Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3213 H8685 : Huilt H1929 : Ach H3117 die dag!

Joel 1:13

  13 H2296 H8798 Omgordt u H5594 H8798 , en rouwklaagt H3548 , gij priesters H3213 H8685 ! huilt H8334 H8764 , gij dienaars H4196 des altaars H935 H8798 ! gaat in H3885 H8798 , vernacht H8242 in zakken H8334 H8764 , gij dienaars H430 mijns Gods H3588 ! want H4503 spijsoffer H5262 en drankoffer H4513 H8738 is geweerd H4480 van H1004 het huis H430 uws Gods.

Micah 1:8

  8 H5921 H2063 Hierom H5594 H8799 zal ik misbaar bedrijven H3213 H8686 en huilen H7758 H8675 H7758 ; ik zal beroofd H6174 en naakt H3212 H8799 gaan H4553 ; ik zal misbaar H6213 H8799 maken H8577 als de draken H60 , en treuren H1323 als de jonge H3284 struisen.

Job 9:23

  23 H518 Als H7752 de gesel H6597 haastelijk H4191 H8686 doodt H3932 H8799 , bespot Hij H4531 de verzoeking H5355 der onschuldigen.

Ezekiel 21:10

  10 H2300 H8717 Het is gescherpt H2874 , opdat het een slachting H2873 H8800 slachte H4178 H8794 ; het is geveegd H1300 , opdat het een glinster H176 hebbe; of H7797 H8799 wij [dan] zullen vrolijk zijn H7626 ? het is de roede H1121 Mijns Zoons H6086 , die alle hout H3988 H8802 versmaadt.

Ezekiel 21:25

  25 H2491 En gij, o onheilig H7563 , goddeloos H5387 vorst H3478 van Israel H3117 , wiens dag H935 H8804 komen zal H6256 , ten tijde H7093 der uiterste H5771 ongerechtigheid;

2 Corinthians 8:2

  2 G3754 Dat G1722 in G4183 vele G1382 beproeving G2347 der verdrukking G4050 de overvloed G846 hunner G5479 blijdschap G2532 , en G846 hun G2596 G899 zeer diepe G4432 armoede G4052 G5656 overvloedig geweest is G1519 tot G4149 den rijkdom G846 hunner G572 goeddadigheid.

Leviticus 26:21

  21 H7147 En zo gij met Mij [in] tegenheid H3212 H8799 wandelen zult H14 H8799 , en Mij niet zult willen H8085 H8800 horen H2403 , zo zal Ik over u, naar uw zonden H7651 , zevenvoudig H4347 slagen H3254 H8804 toedoen.

Leviticus 26:24

  24 H7147 Zo zal Ik ook met u in tegenheid H1980 H8804 wandelen H1571 , en Ik zal u ook H7651 zevenvoudig H2403 over uw zonden H5221 H8689 slaan.

Numbers 24:10

  10 H2734 H8799 Toen ontstak H639 de toorn H1111 van Balak H1109 tegen Bileam H5606 H0 , en hij sloeg H3709 zijn handen H5606 H8799 samen H1111 ; en Balak H559 H8799 zeide H1109 tot Bileam H7121 H8804 : Ik heb u geroepen H341 H8802 , om mijn vijanden H6895 H8800 te vloeken H7969 H6471 ; maar zie, gij hebt hen nu driemaal H1288 H8763 gedurig H1288 H8765 gezegend!

1 Kings 20:30

  30 H3498 H8737 En de overgeblevenen H5127 H8799 vloden H663 naar Afek H413 in H5892 de stad H2346 , en de muur H5307 H8799 viel H5921 op H7651 zeven H6242 en twintig H505 duizend H376 mannen H3498 H8737 , die overgebleven waren H5127 H8804 ; ook vlood H1130 Benhadad H935 H8799 , en kwam H413 in H5892 de stad H2315 [van] kamer H2315 in kamer.

1 Kings 22:25

  25 H4321 En Micha H559 H8799 zeide H2009 : Zie H7200 H8802 , gij zult het zien H1931 , op dienzelfden H3117 dag H834 , als H935 H8799 gij zult gaan H2315 [van] kamer H2315 in kamer H2247 H8736 , om u te versteken.

2 Kings 24:1

  1 H3117 In zijn dagen H5927 H0 toog H5019 Nebukadnezar H4428 , de koning H894 van Babel H5927 H8804 , op H3079 , en Jojakim H1961 H8799 werd H5650 zijn knecht H7969 drie H8141 jaren H7725 H8799 ; daarna keerde hij zich om H4775 H8799 , en rebelleerde tegen hem.

2 Kings 24:10-16

  10 H1931 Te dier H6256 tijd H5927 H8804 togen H5650 de knechten H5019 van Nebukadnezar H4428 , den koning H894 van Babel H3389 , naar Jeruzalem H5892 ; en de stad H935 H8799 H4692 werd belegerd.
  11 H935 H8799 Zelfs kwam H5019 Nebukadnezar H4428 , de koning H894 van Babel H5921 , tegen H5892 de stad H5650 , als zijn knechten H6696 H8802 H5921 die belegerden.
  12 H3318 H0 Toen ging H3078 Jojachin H4428 , de koning H3063 van Juda H3318 H8799 , uit H5921 tot H4428 den koning H894 van Babel H1931 , hij H517 , en zijn moeder H5650 , en zijn knechten H8269 , en zijn vorsten H5631 , en zijn hovelingen H4428 ; en de koning H894 van Babel H3947 H8799 nam H853 hem H8083 [gevangen] in het achtste H8141 jaar H4427 H8800 zijner regering.
  13 H3318 H0 En hij bracht H4480 van H8033 daar H3318 H8686 uit H3605 al H214 de schatten H1004 van het huis H3068 des HEEREN H214 , en de schatten H1004 van het huis H4428 des konings H7112 H0 ; en hij hieuw H3605 alle H2091 gouden H3627 vaten H7112 H8762 af H834 , die H8010 Salomo H4428 , de koning H3478 van Israel H1964 , in den tempel H3068 des HEEREN H6213 H8804 gemaakt had H834 , gelijk als H3068 de HEERE H1696 H8765 gesproken had.
  14 H1540 H0 En hij voerde H3605 gans H3389 Jeruzalem H1540 H8689 weg H3605 , mitsgaders al H8269 de vorsten H3605 , en alle H2428 strijdbare H1368 helden H6235 , tien H505 duizend H1540 H8802 gevangen H3605 , en alle H2796 timmerlieden H4525 en smeden H3808 ; niemand H7604 H8738 werd overgelaten H2108 , dan H1803 het arme H5971 volk H776 des lands.
  15 H1540 H0 Zo voerde hij H3078 Jojachin H1540 H8686 weg H894 naar Babel H4428 , mitsgaders des konings H517 moeder H4428 , en des konings H802 vrouwen H5631 , en zijn hovelingen H352 H8675 H193 ; daartoe de machtigen H776 des lands H3212 H8689 bracht hij H1473 gevankelijk H4480 van H3389 Jeruzalem H894 naar Babel;
  16 H3605 En alle H2428 kloeke H582 mannen H7651 tot zeven H505 duizend H2796 , en timmerlieden H4525 en smeden H505 tot een duizend H3605 , [en] alle H1368 helden H4421 , die ten oorlog H6213 H8802 geoefend waren H935 H8686 ; dezen bracht H4428 de koning H894 van Babel H1473 gevankelijk H894 naar Babel.

2 Kings 25:1-7

  1 H1961 H8799 En het geschiedde H8671 in het negende H8141 jaar H4427 H8800 zijner regering H6224 , in de tiende H2320 maand H6218 , op den tienden H2320 der maand H5019 , [dat] Nebukadnezar H4428 , de koning H894 van Babel H935 H8804 , kwam H5921 tegen H3389 Jeruzalem H1931 , hij H3605 en zijn ganse H2428 heir H2583 H8799 , en legerde zich H5921 tegen H1129 H8799 haar; en zij bouwden H5921 tegen H1785 haar sterkten H5439 rondom.
  2 H935 H8799 Zo kwam H5892 de stad H4692 in belegering H5704 , tot in H6249 H6240 het elfde H8141 jaar H4428 van den koning H6667 Zedekia.
  3 H8672 Op den negenden H2320 der [vierde] maand H7458 , als de honger H5892 in de stad H2388 H8799 sterk werd H5971 , en het volk H776 des lands H3808 geen H3899 brood H1961 H8804 had,
  4 H5892 Toen werd de stad H1234 H8735 doorgebroken H3605 , en al H582 H4421 de krijgslieden H3915 [vloden] des nachts H1870 door den weg H8179 der poort H996 , tussen H2346 de twee muren H834 , die H5921 aan H4428 des konings H1588 hof H3778 waren (de Chaldeen H5921 nu waren tegen H5892 de stad H5439 rondom H3212 H8799 ), en [de] [koning] trok H1870 [door] den weg H6160 des vlakken velds.
  5 H2428 Doch het heir H3778 der Chaldeen H7291 H8799 jaagde H4428 den koning H310 na H5381 H8686 , en zij achterhaalden H853 hem H6160 in de vlakke velden H3405 van Jericho H3605 , en al H2428 zijn heir H4480 werd van H5921 bij H6327 H8738 hem verstrooid.
  6 H8610 H8799 Zij dan grepen H4428 den koning H853 , en voerden hem H5927 H8686 opwaarts H413 tot H4428 den koning H894 van Babel H7247 , naar Ribla H1696 H8762 ; en zij spraken H4941 een oordeel H853 tegen hem.
  7 H7819 H8804 En zij slachtten H1121 de zonen H6667 van Zedekia H5869 voor zijn ogen H5786 H8765 , en men verblindde H6667 Zedekia's H5869 ogen H631 H8799 , en zij bonden H5178 hem met twee koperen H5178 ketenen H935 H8686 , en voerden H894 hem naar Babel.

Ezekiel 8:12

  12 H559 H8799 Toen zeide Hij H7200 H8804 tot mij: Hebt gij gezien H1121 H120 , mensenkind H2205 , wat de oudsten H1004 van het huis H3478 Israels H6213 H8802 doen H2822 in de duisternis H376 , een ieder H4906 in zijn gebeelde H2315 binnenkameren H559 H8802 ? want zij zeggen H3068 : De HEERE H7200 H8802 ziet H3068 ons niet, de HEERE H776 heeft het land H5800 H8804 verlaten.

Ezekiel 21:17

  17 H3709 En Ik Zelf zal ook Mijn hand H3709 tegen Mijn hand H5221 H8686 slaan H2534 , en Mijn grimmigheid H5117 H8689 doen rusten H3068 ; Ik, de HEERE H1696 H8765 , heb het gesproken.

Daniel 3:19

  19 H116 Toen H5020 werd Nebukadnezar H4391 H8728 vol H2528 grimmigheid H6755 , en de gedaante H600 zijns aangezichts H8133 H8724 veranderde H5922 tegen H7715 Sadrach H4336 , Mesach H5665 en Abed-nego H6032 H8750 ; hij antwoordde H560 H8750 en zeide H861 , dat men den oven H2298 H7655 zevenmaal H5922 meer H228 H8749 heet zou maken H1768 dan H2370 H8752 men dien pleegt H228 H8749 heet te maken.

Amos 9:2

  2 H518 Al H2864 H8799 groeven zij H7585 [tot] in de hel H3027 , zo zal Mijn hand H4480 ze van H8033 daar H3947 H8799 halen H518 , en al H5927 H8799 klommen zij H8064 in den hemel H4480 , zo zal Ik ze van H8033 daar H3381 H8686 doen nederdalen.

Psalms 22:14

  14 H8210 H8738 [022:15] Ik ben uitgestort H4325 als water H6106 , en al mijn beenderen H6504 H8694 hebben zich vaneen gescheiden H3820 ; mijn hart H1749 is als was H4549 H8738 , het is gesmolten H8432 in het midden H4578 mijns ingewands.

Jeremiah 17:27

  27 H8085 H8799 Maar indien gij naar Mij niet zult horen H7676 H3117 , om den sabbatdag H6942 H8763 te heiligen H4853 , en om geen last H5375 H8800 te dragen H7676 H3117 als gij op den sabbatdag H8179 door de poorten H3389 van Jeruzalem H935 H8800 ingaat H784 ; zo zal Ik een vuur H8179 in haar poorten H3341 H8689 aansteken H759 , dat de paleizen H3389 van Jeruzalem H398 H8804 zal verteren H3518 H8799 , en niet worden uitgeblust.

Ezekiel 15:7

  7 H6440 Want Ik zal Mijn aangezicht H5414 H8804 tegen hen zetten H784 ; als zij van het [ene] vuur H3318 H8804 uitgaan H784 , zal het [andere] vuur H398 H8799 hen verteren H3045 H8804 ; en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE H6440 ben, als Ik Mijn aangezicht H7760 H8800 tegen hen gesteld zal hebben.

Ezekiel 21:7

  7 H559 H8799 En het zal geschieden, als zij tot u zeggen zullen H584 H8737 : Waarom zucht gij H559 H8804 , dat gij zeggen zult H8052 : Om het gerucht H935 H8802 , want het komt H3820 ! en alle hart H4549 H8738 zal versmelten H3027 , en alle handen H7503 H8804 zullen verslappen H7307 , en alle geest H3543 H8765 zal inkrimpen H1290 , en alle knieen H4325 [als] water H3212 H8799 henenvlieten H935 H8802 ; ziet, het komt H1961 H8738 , en het zal geschieden H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 21:22

  22 H7081 De waarzegging H3225 zal aan zijn rechterhand H3389 zijn op Jeruzalem H3733 , om hoofdmannen H7760 H8800 te stellen H6310 , om den mond H6605 H8800 te openen H7524 in het doodslaan H6963 , om de stem H7311 H8687 op te heffen H8643 met gejuich H3733 , om stormrammen H7760 H8800 te stellen H8179 tegen de poorten H5550 , om sterkten H8210 H8800 op te werpen H1785 , om bolwerken H1129 H8800 te bouwen.

Genesis 13:9

  9 H3808 [Is] niet H3605 het ganse H776 land H6440 voor uw aangezicht H6504 H8734 ? Scheid u H4994 toch H4480 H5921 van H518 mij; zo H8040 gij de linkerhand H3231 H8686 [kiest], zo zal ik ter rechterhand gaan H518 ; en zo H3225 gij de rechterhand H8041 H8686 , zo zal ik ter linkerhand gaan.

Ezekiel 16:46

  46 H1419 Uw grote H269 zuster H8111 nu is Samaria H1323 , zij en haar dochteren H3427 H8802 , dewelke woont H8040 aan uw linkerhand H269 ; maar uw zuster H6996 , die kleiner H3225 is dan gij, die tegen uw rechterhand H3427 H8802 woont H5467 , is Sodom H1323 en haar dochteren.

Ezekiel 21:4

  4 H3282 Omdat H3772 H8689 Ik [dan] van u uitroeien zal H6662 den rechtvaardige H7563 en den goddeloze H2719 , daarom zal Mijn zwaard H8593 uit zijn schede H3318 H8799 uitgaan H1320 tegen alle vlees H5045 , van het zuiden H6828 [tot] het noorden.

Ezekiel 21:20

  20 H1870 Gij zult een weg H7760 H8799 voorstellen H2719 , waardoor het zwaard H935 H8800 inkomen zal H7237 tegen Rabba H1121 der kinderen H5983 Ammons H3063 , of tegen Juda H1219 H8803 , tot de vaste H3389 [stad] Jeruzalem.

Deuteronomy 28:63

  63 H3068 En het zal geschieden, gelijk als de HEERE H7797 H8804 Zich over ulieden verblijdde H3190 H8687 , u goed doende H7235 H8687 en u vermenigvuldigende H3068 , alzo zal Zich de HEERE H7797 H8799 over u verblijden H6 H8687 , u verdoende H8045 H8687 en u verdelgende H5255 H8738 ; en gij zult uitgerukt worden H127 uit het land H935 H8802 , waar gij naar toe gaat H3423 H8800 , om dat te erven.

Isaiah 1:24

  24 H5002 H8803 Daarom spreekt H113 de Heere H3068 , HEERE H6635 der heirscharen H46 , de Machtige H3478 Israels H1945 : O wee H5162 H8735 ! Ik zal Mij troosten H6862 van Mijn wederpartijders H5358 H8735 . Ik zal Mij wreken H341 H8802 van Mijn vijanden.

Ezekiel 5:13

  13 H639 Alzo zal Mijn toorn H3615 H8804 volbracht worden H2534 , en Ik zal Mijn grimmigheid H5117 H8689 op hen doen rusten H5162 H8694 , en Mij troosten H3045 H8804 ; en zij zullen weten H3068 , dat Ik, de HEERE H7068 , in Mijn ijver H1696 H8765 gesproken heb H2534 , als Ik Mijn grimmigheid H3615 H8763 tegen hen volbracht zal hebben.

Ezekiel 16:42

  42 H2534 Zo zal Ik Mijn grimmigheid H5117 H8689 op u doen rusten H7068 , en Mijn ijver H5493 H8804 zal van u afwijken H8252 H8804 ; en Ik zal stil zijn H3707 H8799 , en niet meer toornig wezen.

Ezekiel 22:13

  13 H3709 Ziet dan, Ik heb Mijn hand H5221 H8689 geslagen H1215 , om uw gierigheid H6213 H8804 , die gij bedreven hebt H1818 , en om uw bloed H8432 , die in het midden van u geweest zijn.

Zechariah 6:8

  8 H2199 H8686 En Hij riep H853 mij H1696 H8762 , en sprak H413 tot H559 H8800 mij, zeggende H7200 H8798 : Zie H3318 H8802 , deze, die uitgegaan zijn H413 naar H6828 H776 het Noorderland H7307 , hebben Mijn Geest H5117 H8689 doen rusten H6828 H776 in het Noorderland.

Jeremiah 1:10

  10 H7200 H8798 Zie H6485 H8689 , Ik stel H3117 u te dezen dage H1471 over de volken H4467 en over de koninkrijken H5428 H8800 , om uit te rukken H5422 H8800 , en af te breken H6 H8686 , en te verderven H2040 H8800 , en te verstoren H1129 H8800 ; [ook] om te bouwen H5193 H8800 en te planten.

Ezekiel 4:1-3

  1 H1121 H120 En gij, mensenkind H3947 H8798 , neem H3843 u een tichelsteen H5414 H8804 , en leg H6440 dien voor uw aangezicht H2710 H8804 , en bewerp H5892 daarop de stad H3389 Jeruzalem.
  2 H5414 H8804 En maak H4692 een belegering H1129 H8804 tegen haar, en bouw H1785 tegen haar sterkten H8210 H8804 , en werp H5550 tegen haar een wal H5414 H8804 op, en stel H4264 legers H7760 H8798 tegen haar, en zet H3733 tegen haar stormrammen H5439 rondom.
  3 H3947 H8798 Verder, neem gij H1270 u een ijzeren H4227 pan H5414 H8804 , en stel H1270 ze tot een ijzeren H7023 muur H5892 tussen u en tussen die stad H3559 H8689 ; en richt H6440 uw aangezicht H4692 tegen haar, dat zij in belegering H6696 H8804 kome, en gij zult ze belegeren H1004 . Dit zij den huize H3478 Israels H226 een teken.

Ezekiel 5:1-17

  1 H1121 H120 En gij, mensenkind H3947 H8798 , neem H2299 u een scherp H2719 mes H8593 , een scheermes H1532 der barbieren H3947 H8799 zult gij u nemen H5674 H8689 , hetwelk gij zult laten gaan H7218 over uw hoofd H2206 en over uw baard H3976 H4948 ; daarna zult gij u een weegschaal H3947 H8804 nemen H2505 H8765 , en die [haren] delen.
  2 H7992 Een derde deel H8432 zult gij in het midden H5892 der stad H217 met vuur H1197 H8686 verbranden H3117 , nadat de dagen H4692 der belegering H4390 H8800 vervuld worden H7992 ; dan zult gij een derde deel H3947 H8804 nemen H5221 H8686 , slaande H2719 met een zwaard H5439 rondom H7992 hetzelve, en een derde deel H7307 zult gij in den wind H2219 H8799 strooien H2719 ; want Ik zal het zwaard H310 achter H7324 H8686 hen uittrekken.
  3 H4592 Gij zult ook weinige H4557 in getal H3947 H8804 daarvan nemen H3671 , en in uw slippen H6696 H8804 binden.
  4 H3947 H8799 En nog zult gij van die nemen H7993 H8689 , en die werpen H8432 in het midden H784 des vuurs H8313 H8804 , en zult ze verbranden H784 met vuur H3318 H8799 ; daaruit zal voortkomen H784 een vuur H1004 tegen het gehele huis H3478 van Israel.
  5 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3389 : Dit is Jeruzalem H8432 , welke Ik in het midden H1471 der heidenen H7760 H8804 gezet heb H776 , en landen H5439 rondom haar henen.
  6 H4941 Doch zij heeft Mijn rechten H4784 H8686 veranderd H7564 in goddeloosheid H1471 meer dan de heidenen H2708 , en Mijn inzettingen H776 meer dan de landen H5439 , die rondom H4941 haar zijn; want zij hebben Mijn rechten H3988 H8804 verworpen H2708 , en in Mijn inzettingen H1980 H8804 hebben zij niet gewandeld.
  7 H559 H8804 Daarom zegt H136 de Heere H3069 HEERE H1995 H8800 alzo: Dewijl gijlieden dies meer gemaakt hebt H1471 dan de heidenen H5439 , die rondom H2708 u zijn, in Mijn inzettingen H1980 H8804 niet gewandeld hebt H4941 , en Mijn rechten H6213 H8804 niet gedaan hebt H4941 , zelfs naar de rechten H1471 der heidenen H5439 , die rondom H6213 H8804 u zijn, niet gedaan hebt;
  8 H559 H8804 Daarom zegt H136 de Heere H3069 HEERE H4941 alzo: Ziet, Ik [wil] aan u, ja Ik, want Ik zal gerichten H8432 in het midden H6213 H8804 van u oefenen H5869 , voor de ogen H1471 van die heidenen.
  9 H6213 H8804 En Ik zal onder u doen H6213 H8804 , hetgeen Ik niet gedaan heb H6213 H8799 , en desgelijks Ik voortaan niet doen zal H3282 , om H8441 al uwer gruwelen wil.
  10 H1 Daarom zullen de vaders H1121 de kinderen H398 H8799 eten H8432 in het midden H1121 van u, en de kinderen H1 zullen hun vaderen H398 H8799 eten H8201 ; en Ik zal gerichten H6213 H8804 onder u oefenen H7611 , en zal al uw overblijfsel H7307 in alle winden H2219 H8765 verstrooien.
  11 H2416 Daarom [zo] [waarachtig] [als] Ik leef H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H4720 (omdat gij Mijn heiligdom H2930 H8765 verontreinigd hebt H8251 met al uw verfoeiselen H8441 , en met al uw gruwelen H1639 H8799 ), zo Ik ook niet daarom [u] verminderen H5869 , en Mijn oog H2347 H8799 [u] niet verschonen zal H2550 H8799 , en Ik ook niet zal sparen!
  12 H7992 Een derde deel H1698 van u zal van de pestilentie H4191 H8799 sterven H7458 , en zal door honger H8432 in het midden H3615 H8799 van u te niet worden H7992 ; en een derde deel H2719 zal in het zwaard H5307 H8799 vallen H5439 rondom H7992 u; en een derde deel H7307 zal Ik in alle winden H2219 H8762 verstrooien H2719 , en Ik zal het zwaard H310 achter H7324 H8686 hen uittrekken.
  13 H639 Alzo zal Mijn toorn H3615 H8804 volbracht worden H2534 , en Ik zal Mijn grimmigheid H5117 H8689 op hen doen rusten H5162 H8694 , en Mij troosten H3045 H8804 ; en zij zullen weten H3068 , dat Ik, de HEERE H7068 , in Mijn ijver H1696 H8765 gesproken heb H2534 , als Ik Mijn grimmigheid H3615 H8763 tegen hen volbracht zal hebben.
  14 H2723 Daartoe zal Ik u ter woestheid H2781 en ter smaadheid H5414 H8799 zetten H1471 onder de heidenen H5439 , die rondom H5869 u zijn, voor de ogen H5674 H8802 van al degene, die voorbijgaat.
  15 H2781 Zo zal de smaadheid H1422 en hoon H4148 een onderwijs H4923 en ontzetting H1471 den heidenen H5439 zijn, die rondom H8201 u zijn, wanneer Ik over u gerichten H639 in toorn H2534 , en in grimmigheid H2534 , en in grimmige H8433 straffen H6213 H8800 oefenen zal H3068 ; Ik, de HEERE H1696 H8765 , heb [het] gesproken!
  16 H7451 Wanneer Ik de boze H2671 pijlen H7458 des hongers H7971 H8762 tegen hen uitzenden zal H4889 , die ten verderve H7971 H8763 zijn zullen, die Ik uitzenden zal H7843 H8763 om u te verderven H7458 ; zo zal Ik den honger H3254 H8686 over u vermeerderen H4294 , en u den staf H3899 des broods H7665 H8804 breken.
  17 H7458 Ja, honger H7451 en boos H2416 gedierte H7921 H8765 , die u van kinderen beroven zullen H7971 H8765 , zal Ik over u zenden H1698 ; ook zal pestilentie H1818 en bloed H5674 H8799 onder u omgaan H2719 ; en het zwaard H935 H8686 zal Ik over u brengen H3068 ; Ik, de HEERE H1696 H8765 , heb [het] gesproken!

Deuteronomy 3:11

  11 H5747 Want Og H4428 , de koning H1316 van Bazan H3499 , was alleen van de overigen H7497 der reuzen H7604 H8738 overgebleven H6210 ; ziet, zijn bedstede H6210 , zijnde een bedstede H1270 van ijzer H3808 , is zij niet H7237 te Rabba H1121 der kinderen H5983 Ammons H8672 ? Negen H520 ellen H753 is haar lengte H702 , en vier H520 ellen H7341 haar breedte H376 , naar eens mans H520 elleboog.

2 Samuel 5:9

  9 H3427 H8799 Alzo woonde H1732 David H4686 in den burg H7121 H8799 en noemde H1732 dien Davids H5892 stad H1732 . En David H1129 H8799 bouwde H5439 rondom H4480 van H4407 Millo H1004 af en binnenwaarts.

2 Samuel 12:26

  26 H3097 Joab H3898 H8735 nu krijgde H7237 tegen Rabba H1121 der kinderen H5983 Ammons H3920 H8799 ; en hij nam H4410 de koninklijke H5892 stad in.

2 Chronicles 26:9

  9 H1129 H8799 Daartoe bouwde H5818 Uzzia H4026 torens H3389 te Jeruzalem H5921 , aan H6438 H8179 de Hoekpoort H5921 en aan H1516 H8179 de Dalpoort H5921 , en aan H4740 de hoeken H2388 H8762 ; en hij sterkte ze.

2 Chronicles 32:5

  5 H2388 H8691 Zo versterkte hij zich H1129 H8799 , en bouwde H3605 den gehelen H2346 muur H6555 H8803 op, die gebroken was H5927 H8686 , dien hij optrok H5921 tot aan H4026 de torens H312 , met een anderen H2346 muur H2351 daarbuiten H2388 H8762 , en hij versterkte H4407 Millo H5892 [in] de stad H1732 Davids H6213 H8799 ; en hij maakte H7973 geweer H4043 en schilden H7230 in menigte.

2 Chronicles 33:14

  14 H310 En na H3651 dezen H1129 H8804 bouwde hij H2346 H2435 den buitenmuur H5892 aan de stad H1732 Davids H4628 , aan de westzijde H1521 van Gihon H5158 in het dal H935 H8800 , en tot den ingang H1709 H8179 van de Vispoort H5437 H8804 , en omsingelde H6077 Ofel H1361 H8686 , en verhief H3966 dien zeer H7760 H8799 ; hij leide H8269 H2428 ook krijgsoversten H3605 in alle H1219 H8803 vaste H5892 steden H3063 in Juda.

Psalms 48:12-13

  12 H5437 H8798 [048:13] Gaat rondom H6726 Sion H5362 H8685 , en omringt H5608 H8798 haar; telt H4026 haar torens;
  13 H7896 H8798 [048:14] Zet H3820 uw hart H2430 op haar vesting H6448 H8761 ; beschouwt onderscheidenlijk H759 haar paleizen H314 , opdat gij het aan het navolgende H1755 geslacht H5608 H8762 vertelt.

Psalms 125:1-2

  1 H7892 Een lied H4609 Hammaaloth H3068 . Die op den HEERE H982 H8802 vertrouwen H2022 , zijn als de berg H6726 Sion H4131 H8735 , [die] niet wankelt H3427 H8799 , [maar] blijft H5769 in eeuwigheid.
  2 H5439 Rondom H3389 Jeruzalem H2022 zijn bergen H3068 ; alzo is de HEERE H5439 rondom H5971 Zijn volk H5704 , van nu aan tot H5769 in der eeuwigheid.

Isaiah 22:10

  10 H1004 Gij zult ook de huizen H3389 van Jeruzalem H5608 H8804 tellen H1004 ; en gij zult huizen H5422 H8799 afbreken H2346 , om de muren H1219 H8763 te bevestigen.

Jeremiah 49:2

  2 H3117 Daarom ziet, de dagen H935 H8802 komen H559 H8804 , spreekt H3068 de HEERE H7237 , dat Ik over Rabba H1121 der kinderen H5983 Ammons H8643 H4421 een krijgsgeschrei H8085 H8689 zal doen horen H8077 , en zij zal tot een woesten H8510 hoop H1323 worden, en haar onderhorige plaatsen H784 zullen met vuur H3341 H8799 aangestoken worden H3478 ; en Israel H3423 H8804 zal erven H3423 H8802 degenen, die hem geerfd hadden H5002 H8803 , zegt H3068 de HEERE.

Lamentations 4:12

  12 H4428 [Lamed]. De koningen H776 der aarde H539 H8689 zouden het niet geloofd hebben H3427 H8802 , noch al de inwoners H8398 der wereld H6862 , dat de tegenpartijder H341 H8802 en vijand H8179 tot de poorten H3389 van Jeruzalem H935 H8799 zou ingaan.

Ezekiel 25:5

  5 H7237 En Ik zal Rabba H5116 H1581 tot een kemelstal H5414 H8804 maken H1121 , en de kinderen H5983 Ammons H4769 H6629 tot een schaapskooi H3045 H8804 ; en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Amos 1:14

  14 H784 Daarom zal Ik een vuur H3341 H8689 aansteken H2346 in den muur H7237 van Rabba H759 , dat zal haar paleizen H398 H8804 verteren H8643 ; met een gejuich H3117 ten dage H4421 des strijds H5591 , met een onweder H3117 ten dage H5492 des wervelwinds.

Genesis 31:19

  19 H3837 Laban H1980 H8804 nu was gegaan H6629 , om zijn schapen H1494 H8800 te scheren H1589 H8799 ; zo stal H7354 Rachel H8655 de terafim H834 , die H1 haar vader had.

Genesis 31:30

  30 H6258 En nu H1980 H8800 , gij hebt immers willen H1980 H8804 vertrekken H3588 , omdat H3700 H8736 gij zo zeer H3700 H8738 begerig waart H1 naar uws vaders H1004 huis H4100 ; waarom H430 hebt gij mijn goden H1589 H8804 gestolen?

Numbers 22:7

  7 H3212 H8799 Toen gingen H2205 de oudsten H4124 der Moabieten H2205 , en de oudsten H4080 der Midianieten H7081 , en hadden het [loon] [der] waarzeggingen H3027 in hun hand H935 H8799 ; alzo kwamen zij H1109 tot Bileam H1696 H8762 , en spraken H1697 tot hem de woorden H1111 van Balak.

Numbers 23:23

  23 H5173 Want er is geen toverij H3290 tegen Jakob H7081 noch waarzeggerij H3478 tegen Israel H6256 . Te dezer tijd H3290 zal van Jakob H559 H8735 gezegd worden H3478 , en van Israel H410 , wat God H6466 H8804 gewrocht heeft.

Numbers 23:28

  28 H3947 H8799 Toen nam H1111 Balak H1109 Bileam H7218 mede tot de hoogte H6465 van Peor H6440 , die tegen H3452 de woestijn H8259 H8737 ziet.

Deuteronomy 18:10

  10 H4672 H8735 Onder u zal niet gevonden worden H1121 , die zijn zoon H1323 of zijn dochter H784 door het vuur H5674 H8688 doet doorgaan H7081 , die met waarzeggerijen H7080 H8802 omgaat H6049 H8781 , een guichelaar H5172 H8764 , of die op vogelgeschrei acht geeft H3784 H8764 , of tovenaar.

Judges 17:5

  5 H376 En de man H4318 Micha H1004 H430 had een godshuis H6213 H8799 ; en hij maakte H646 een efod H8655 , en terafim H4390 H8762 , en vulde H3027 de hand H259 van een H4480 uit H1121 zijn zonen H3548 , dat hij hem tot een priester H1961 H8799 ware.

Judges 18:14

  14 H6030 H8799 Toen antwoordden H2568 de vijf H582 mannen H1980 H8802 , die gegaan waren H776 om het land H3919 van Lais H7270 H8763 te verspieden H559 H8799 , en zeiden H413 tot H251 hun broederen H3045 H8804 : Weet gijlieden H3588 ook, dat H428 in die H1004 huizen H646 een efod H3426 is H8655 , en terafim H6459 , en een gesneden H4541 en een gegoten beeld H3045 H8798 ? Zo weet H6258 nu H4100 , wat H6213 H8799 u te doen zij.

Judges 18:18

  18 H428 Als die H1004 nu ten huize H4318 van Micha H935 H8804 waren ingegaan H6459 , en het gesneden beeld H646 , den efod H8655 , en de terafim H4541 , en het gegoten beeld H3947 H8799 weggenomen hadden H559 H8799 , zo zeide H3548 de priester H413 tot H4100 hen: Wat H6213 H8802 doet H859 gijlieden?

Judges 18:20

  20 H3190 H0 Toen werd H3820 het hart H3548 van den priester H3190 H8799 vrolijk H3947 H8799 , en hij nam H646 den efod H8655 , en de terafim H6459 , en het gesneden beeld H935 H8799 , en hij kwam H7130 in het midden H5971 des volks.

Judges 18:24

  24 H559 H8799 Toen zeide hij H430 : Gijlieden hebt mijn goden H834 , die H6213 H8804 ik gemaakt had H3947 H8804 , weggenomen H3548 , mitsgaders den priester H3212 H8799 , en zijt weggegaan H4100 ; wat H5750 heb ik nu meer H4100 ? Wat H2088 is het H413 dan, dat gij tot H559 H8799 mij zegt H4100 : Wat is u?

1 Samuel 15:23

  23 H3588 Want H4805 wederspannigheid H2403 is een zonde H7081 der toverij H6484 H8687 , en wederstreven H205 is afgoderij H8655 en beeldendienst H3282 . Omdat H3068 gij des HEEREN H1697 woord H3988 H8804 verworpen hebt H3988 H8799 , zo heeft Hij u verworpen H4480 , dat gij geen H4428 koning zult zijn.

2 Kings 23:24

  24 H1571 En ook H1197 H0 deed H2977 Josia H1197 H8765 weg H178 de waarzeggers H3049 , en de duivelskunstenaars H8655 , en de terafim H1544 , en de drekgoden H3605 , en alle H8251 verfoeiselen H834 , die H776 in het land H3063 van Juda H3389 en in Jeruzalem H7200 H8738 gezien werden H4616 ; opdat H6965 H8687 hij bevestigde H1697 de woorden H8451 der wet H3789 H8803 , die geschreven waren H5921 in H5612 het boek H834 , dat H3548 de priester H2518 Hilkia H1004 in het huis H3068 des HEEREN H4672 H8804 gevonden had.

Proverbs 16:10

  10 H7081 Waarzegging H8193 is op de lippen H4428 des konings H6310 ; zijn mond H4603 H8799 zal niet overtreden H4941 in het gericht.

Proverbs 16:33

  33 H1486 Het lot H2436 wordt in den schoot H2904 H8714 geworpen H4941 ; maar het gehele beleid H3068 daarvan is van den HEERE.

Proverbs 21:1

  1 H4428 Des konings H3820 hart H3027 is in de hand H3068 des HEEREN H6388 H4325 [als] waterbeken H5186 H8686 . Hij neigt H2654 H8799 het tot al wat Hij wil.

Hosea 3:4

  4 H1121 Want de kinderen H3478 Israels H7227 zullen vele H3117 dagen H3427 blijven zitten H4428 , zonder koning H2077 , en zonder vorst, en zonder offer H4676 , en zonder opgericht beeld H646 , en zonder efod H8655 en terafim.

Hosea 4:12

  12 H5971 Mijn volk H7592 vraagt H6086 zijn hout H4731 , en zijn stok H5046 zal het hem bekend maken H7307 ; want de geest H2183 der hoererijen H8582 verleidt H430 hen, dat zij van onder hun God H2181 weghoereren.

Zechariah 10:2

  2 H3588 Want H8655 de terafim H1696 H8765 spreken H205 ijdelheid H7080 H8802 , en de waarzeggers H2372 H8804 zien H8267 valsheid H1696 H8762 , en zij spreken H7723 ijdele H2472 dromen H5162 H8762 , zij troosten H1892 [met] ijdelheid H5921 H3651 ; daarom H5265 H8804 zijn zij henengetogen H3644 als H6629 schapen H6031 H8799 , zij zijn onderdrukt geworden H3588 ; want H369 er was geen H7462 H8802 herder.

Acts 16:16

  16 G1161 En G1096 G5633 het geschiedde G2257 , als wij G1519 tot G4335 het gebed G4198 G5740 heengingen G5100 , dat een zekere G3814 dienstmaagd G2192 G5723 , hebbende G4436 een waarzeggenden G4151 geest G2254 , ons G528 G5658 ontmoette G3748 , welke G846 haar G2962 heren G4183 groot G2039 gewin G3930 G5707 toebracht G3132 G5740 met waarzeggen.

Exodus 32:17-18

  17 H3091 Toen nu Jozua H5971 des volks H6963 stem H8085 H8799 hoorde H7452 , als het juichte H559 H8799 , zo zeide hij H4872 tot Mozes H6963 H4421 : Er is een krijgsgeschrei H4264 in het leger.
  18 H559 H8799 Maar hij zeide H6963 : Het is geen stem H6030 H8800 des geroeps H1369 van overwinning H6963 , het is ook geen stem H6030 H8800 des geroeps H2476 van nederlaag H8085 H8802 ; ik hoor H6963 een stem H6031 H8763 van zingen bij beurte.

Joshua 6:10

  10 H3091 Jozua H5971 nu had het volk H6680 H8765 geboden H559 H8800 , zeggende H3808 : Gij zult niet H7321 H8686 juichen H6963 , ja, gij zult uw stem H3808 niet H8085 H8686 laten horen H3808 , en geen H1697 woord H4480 zal er uit H6310 uw mond H3318 H8799 uitgaan H5704 , tot H3117 op den dag H413 , wanneer ik tot H559 H8800 ulieden zeggen zal H7321 H8685 : Juicht H7321 H8689 ! dan zult gij juichen.

Joshua 6:20

  20 H5971 Het volk H7321 H8686 dan juichte H7782 , als zij met de bazuinen H8628 H8799 bliezen H1961 H8799 ; en het geschiedde H5971 , als het volk H6963 het geluid H7782 der bazuin H8085 H8800 hoorde H7321 H8686 , zo juichte H5971 het volk H1419 met een groot H8643 gejuich H2346 ; en de muur H5307 H8799 viel H8478 onder H5971 zich, en het volk H5927 H8799 klom H5892 in de stad H376 , een ieder H5048 tegenover H3920 H0 zich, en zij namen H5892 de stad H3920 H8799 in.

1 Samuel 17:20

  20 H7925 H0 Toen maakte zich H1732 David H1242 des morgens H7925 H8686 vroeg op H5203 H8799 , en hij liet H6629 de schapen H5921 bij H8104 H8802 den hoeder H5375 H8799 , en hij nam het op H3212 H8799 , en ging henen H834 , gelijk als H3448 Isai H6680 H8765 hem bevolen had H935 H8799 ; en hij kwam H4570 aan den wagenburg H2428 , als het heir H413 in H4634 slagorde H3318 H8802 uittoog H4421 , en men ten strijde H7321 H8689 riep.

Job 39:25

  25 H1767 [039:28] In het volle geklank H7782 der bazuin H559 H8799 , zegt het H1889 : Heah H7306 H8686 ! en ruikt H4421 den krijg H4480 van H7350 verre H7482 , den donder H8269 der vorsten H8643 en het gejuich.

Jeremiah 32:24

  24 H5550 Zie, de wallen H935 H8804 ! zij zijn gekomen H5892 aan de stad H3920 H8800 , om die in te nemen H5892 , en de stad H5414 H8738 is gegeven H3027 in de hand H3778 der Chaldeen H3898 H8737 , die tegen haar strijden H6440 ; vanwege H2719 het zwaard H7458 en den honger H1698 en de pestilentie H1696 H8765 ; en wat Gij gesproken hebt H7200 H8802 , is geschied, en zie, Gij ziet [het].

Jeremiah 33:4

  4 H559 H8804 Want zo zegt H3068 de HEERE H430 , de God H3478 Israels H1004 , van de huizen H5892 dezer stad H1004 , en van de huizen H4428 der koningen H3063 van Juda H5550 , die door de wallen H2719 en door het zwaard H5422 H8803 zijn afgebroken:

Jeremiah 51:14

  14 H3068 De HEERE H6635 der heirscharen H7650 H8738 heeft gezworen H5315 bij Zijn ziel H120 : Ofschoon Ik u met mensen H3218 als [met] kevers H4390 H8765 vervuld heb H1959 , nochtans zullen zij elkander een vreugdegeschrei H6030 H8804 over u toeroepen!

Jeremiah 52:4

  4 H8671 En het geschiedde in het negende H8141 jaar H4427 H8800 zijner regering H6224 , in de tiende H2320 maand H6218 , op den tienden H2320 der maand H5019 , [dat] Nebukadrezar H4428 , de koning H894 van Babel H935 H8804 , kwam H3389 tegen Jeruzalem H2428 , hij en zijn ganse heir H2583 H8799 , en zij legerden zich H1129 H8799 tegen haar, en zij bouwden H1785 tegen haar sterkten H5439 rondom.

Ezekiel 4:2

  2 H5414 H8804 En maak H4692 een belegering H1129 H8804 tegen haar, en bouw H1785 tegen haar sterkten H8210 H8804 , en werp H5550 tegen haar een wal H5414 H8804 op, en stel H4264 legers H7760 H8798 tegen haar, en zet H3733 tegen haar stormrammen H5439 rondom.

Ezekiel 26:9

  9 H4239 H6904 En hij zal muurbrekers H2346 tegen uw muren H5414 H8799 stellen H4026 , en uw torens H2719 met zijn zwaarden H5422 H8799 afbreken.

Numbers 5:15

  15 H376 Dan zal die man H802 zijn huisvrouw H3548 tot den priester H935 H8689 brengen H7133 , en zal haar offerande H935 H8689 voor haar medebrengen H6224 , een tiende H374 deel van een efa H8184 H7058 gerstemeel H8081 ; hij zal geen olie H3332 H8799 daarop gieten H3828 , noch wierook H5414 H8799 daarop leggen H4503 , dewijl het een spijsoffer H7068 der ijveringen H4503 is, een spijsoffer H2146 der gedachtenis H5771 , dat de ongerechtigheid H2142 H8688 in gedachtenis brengt.

1 Kings 17:18

  18 H559 H8799 En zij zeide H413 tot H452 Elia H4100 : Wat H376 heb ik met u te doen, gij man H430 Gods H413 ? Zijt gij bij H935 H8804 mij ingekomen H5771 , om mijn ongerechtigheid H2142 H8687 in gedachtenis te brengen H1121 , en om mijn zoon H4191 H8687 te doden?

2 Kings 24:20-25:7

  20 H3588 Want H1961 H8804 het geschiedde H5921 , om H639 den toorn H3068 des HEEREN H3389 tegen Jeruzalem H3063 en tegen Juda H5704 , totdat H853 Hij hen H4480 H5921 van H6440 Zijn aangezicht H7993 H8689 weggeworpen had H6667 . En Zedekia H4775 H8799 rebelleerde H4428 tegen den koning H894 van Babel.

2 Chronicles 36:13

  13 H1571 Daartoe werd hij ook H4775 H8804 afvallig H4428 tegen den koning H5019 Nebukadnezar H834 , die H7650 H8689 hem beedigd had H430 bij God H7185 H8686 ; en verhardde H6203 zijn nek H553 H8762 , en verstokte H3824 zijn hart H4480 , dat hij zich niet H7725 H8800 bekeerde H413 tot H3068 den HEERE H430 , den God H3478 Israels.

Isaiah 28:14-15

  14 H8085 H8798 Daarom, hoort H3068 des HEEREN H1697 woord H3944 H582 , gij bespotters H4910 H8802 , gij heersers H5971 over dit volk H3389 , dat te Jeruzalem is!
  15 H559 H8804 Omdat gijlieden zegt H1285 : Wij hebben een verbond H4194 met den dood H3772 H8804 gemaakt H7585 , en met de hel H2374 hebben wij een voorzichtig verdrag H6213 H8804 gemaakt H7857 H8802 ; wanneer de overvloeiende H7752 H8675 H7885 gesel H5674 H8799 H8675 H5674 H8804 doortrekken zal H935 H8799 , zal hij tot ons niet komen H3577 ; want wij hebben de leugen H4268 ons tot een toevlucht H7760 H8804 gesteld H8267 , en onder de valsheid H5641 H8738 hebben wij ons verborgen.

Jeremiah 52:3-11

  3 H5921 Want het geschiedde, om H639 den toorn H3068 des HEEREN H3389 tegen Jeruzalem H3063 en Juda H6440 , totdat Hij hen van Zijn aangezicht H7993 H8687 weggeworpen had H6667 ; en Zedekia H4775 H8799 rebelleerde H4428 tegen den koning H894 van Babel.
  4 H8671 En het geschiedde in het negende H8141 jaar H4427 H8800 zijner regering H6224 , in de tiende H2320 maand H6218 , op den tienden H2320 der maand H5019 , [dat] Nebukadrezar H4428 , de koning H894 van Babel H935 H8804 , kwam H3389 tegen Jeruzalem H2428 , hij en zijn ganse heir H2583 H8799 , en zij legerden zich H1129 H8799 tegen haar, en zij bouwden H1785 tegen haar sterkten H5439 rondom.
  5 H935 H8799 Alzo kwam H5892 de stad H4692 in belegering H6249 H6240 , tot in het elfde H8141 jaar H4428 van den koning H6667 Zedekia.
  6 H7243 In de vierde H2320 maand H8672 , op den negenden H2320 der maand H7458 , als de honger H5892 in de stad H2388 H8799 sterk werd H5971 , en het volk H776 des lands H3899 geen brood had;
  7 H5892 Toen werd de stad H1234 H8735 doorgebroken H582 H4421 , en al de krijgslieden H1272 H8799 vloden H3318 H8799 , en trokken uit H3915 des nachts H5892 , uit de stad H1870 , door den weg H8179 der poort H2346 tussen de twee muren H4428 , die aan des konings H1588 hof H3778 waren (de Chaldeen H5892 nu waren tegen de stad H5439 rondom H3212 H8799 ), en zij togen H1870 [door] den weg H6160 des vlakken velds.
  8 H2428 Doch het heir H3778 der Chaldeen H7291 H8799 jaagde H4428 den koning H310 na H5381 H8686 , en zij achterhaalden H6667 Zedekia H6160 in de vlakke velden H3405 van Jericho H2428 ; en al zijn heir H6327 H8738 werd van bij hem verstrooid.
  9 H8610 H8799 Zij dan grepen H4428 den koning H5927 H8686 , en voerden hem opwaarts H4428 tot den koning H894 van Babel H7247 naar Ribla H776 , in het land H2574 van Hamath H1696 H8762 ; die sprak H4941 oordelen tegen hem.
  10 H4428 En de koning H894 van Babel H7819 H8799 slachtte H1121 de zonen H6667 van Zedekia H5869 voor zijn ogen H7819 H8804 ; en hij slachtte H8269 ook al de vorsten H3063 van Juda H7247 te Ribla.
  11 H5786 H8765 En hij verblindde H5869 de ogen H6667 van Zedekia H631 H8799 , en hij bond H5178 hem met twee koperen ketenen H935 H8686 ; alzo bracht H4428 hem de koning H894 van Babel H894 naar Babel H5414 H8799 , en stelde H1004 H6486 hem in het gevangenhuis H3117 , tot den dag H4194 zijns doods toe.

Ezekiel 11:3

  3 H559 H8802 Die zeggen H1004 : Men moet geen huizen H7138 nabij H1129 H8800 bouwen H5518 ; deze [stad] zou de pot H1320 , en wij het vlees zijn.

Ezekiel 12:22

  22 H1121 H120 Mensenkind H4912 , wat is dit voor een spreekwoord H127 , [dat] gijlieden hebt in het land H3478 Israels H559 H8800 , zeggende H3117 : de dagen H748 H8799 zullen verlengd worden H2377 , en al het gezicht H6 H8804 zal vergaan?

Ezekiel 17:13-19

  13 H4410 Daartoe heeft hij van het koninklijk H2233 zaad H3947 H8799 genomen H1285 , en daarmede een verbond H3772 H8799 gemaakt H423 , en heeft hem tot een eed H935 H8686 gebracht H352 , en de machtigen H776 des lands H3947 H8804 heeft hij weggenomen;
  14 H4467 Opdat het koninkrijk H8217 nederig H5375 H8692 zou zijn, zich niet verheffende H1285 , [en] dat het, zijn verbond H8104 H8800 houdende H5975 H8800 , bestaan mocht.
  15 H4775 H8799 Maar hij rebelleerde H7971 H8800 tegen hem, zendende H4397 zijn boden H4714 in Egypte H5483 , opdat men hem paarden H7227 en veel H5971 volks H5414 H8800 bestellen zou H6743 H8799 ; zal hij gedijen H4422 H8735 ? Zal hij ontkomen H6213 H8802 , die zulke dingen doet H1285 ? Ja, zal hij het verbond H6565 H8689 breken H4422 H8738 en ontkomen?
  16 H2416 [Zo] [waarachtig] [als] Ik leef H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H4725 , zo hij niet in de plaats H4428 des konings H4427 H8688 , die hem koning gemaakt heeft H423 , wiens eed H959 H8804 hij veracht H1285 , en wiens verbond H6565 H8689 hij gebroken heeft H8432 , bij hem in het midden H894 van Babel H4191 H8799 zal sterven!
  17 H6547 Ook zal Farao H1419 , door een groot H2428 heir H7227 en door menigte H6951 van [krijgs] vergadering H4421 , met hem in oorlog H6213 H8799 niets uitrichten H5550 als men een wal H8210 H8800 zal opwerpen H1785 , en als men sterkten H1129 H8800 bouwen zal H7227 , om vele H5315 zielen H3772 H8687 uit te roeien.
  18 H423 Want hij heeft den eed H959 H8804 veracht H6565 H8687 , brekende H1285 het verbond H3027 , daar hij, ziet, zijn hand H5414 H8804 gegeven had H6213 H8804 ; dewijl hij al deze dingen gedaan heeft H4422 H8735 , zal hij niet ontkomen.
  19 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H2416 : [Zo] [waarachtig] [als] Ik leef H423 , zo Ik Mijn eed H959 H8804 , dien hij veracht heeft H1285 , en Mijn verbond H6331 H8689 , dat hij gebroken heeft H7218 , datzelve niet op zijn hoofd H5414 H8804 geve!

Ezekiel 21:24

  24 H559 H8804 Daarom zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5771 alzo: Omdat gijlieden uwer ongerechtigheid H2142 H8687 doet gedenken H6588 , doordien uw overtredingen H1540 H8736 ontdekt worden H2403 , zodat uw zonden H7200 H8736 gezien worden H5949 in al uw handelingen H2142 H8736 ; omdat uwer gedacht wordt H3709 , zult gij met de hand H8610 H8735 gegrepen worden.

Ezekiel 29:16

  16 H1004 En het zal den huize H3478 Israels H4009 niet meer zijn tot een vertrouwen H5771 , dat der ongerechtigheid H2142 H8688 doet gedenken H310 , wanneer zij naar H6437 H8800 henlieden omzien H3045 H8804 ; maar zij zullen weten H136 , dat Ik de Heere H3069 HEERE ben.

Revelation 16:19

  19 G2532 En G3173 de grote G4172 stad G1519 is in G5140 drie G3313 delen G1096 G5633 gescheurd G2532 , en G4172 de steden G1484 der heidenen G4098 G5627 zijn gevallen G2532 ; en G3173 het grote G897 Babylon G3415 G5681 is gedacht geworden G1799 voor G2316 God G846 , om haar G1325 G5629 te geven G4221 den drinkbeker G3631 van den wijn G2372 des toorns G846 Zijner G3709 gramschap.

Isaiah 3:9

  9 H1971 Het gelaat H6440 huns aangezichts H6030 H8804 getuigt H2403 tegen hen, en hun zonden H5046 H8689 spreken zij vrij uit H5467 , gelijk Sodom H3582 H8765 ; zij verbergen H188 ze niet. Wee H5315 hunlieder ziel H1580 H8804 ; want zij doen H7451 zichzelven kwaad.

Isaiah 22:17-18

  17 H3068 Zie, de HEERE H2904 H8772 zal u wegwerpen H1397 met een mannelijke H2925 wegwerping H5844 H8800 , en Hij zal u ganselijk H5844 H8802 overdekken.
  18 H6801 H8800 Hij zal u gewisselijk H6801 H8799 voortrollen H1754 , gelijk men een bal H6802 rolt H776 , in een land H7342 , wijd H3027 van begrip H4191 H8799 ; aldaar zult gij sterven H3519 , en aldaar zullen uw heerlijke H4818 wagenen H7036 zijn, o gij schandvlek H1004 van het huis H113 uws heren!

Jeremiah 2:34

  34 H1818 Ja, het bloed H5315 van de zielen H5355 der onschuldige H34 nooddruftigen H3671 is in uw zomen H4672 H8738 gevonden H4290 ; Ik heb dat niet met opgraven H4672 H8804 gevonden, maar aan alle die.

Jeremiah 3:2

  2 H5375 H8798 Hef H5869 uw ogen H8205 op naar de hoge plaatsen H7200 H8798 , en zie toe H375 , waar H7693 H8795 H8676 H7901 H8795 zijt gij niet beslapen H3427 H8804 ? Gij hebt voor hen gezeten H1870 aan de wegen H6163 , als een Arabier H4057 in de woestijn H776 ; alzo hebt gij het land H2610 H8686 ontheiligd H2184 met uw hoererijen H7451 en met uw boosheid.

Jeremiah 5:27-28

  27 H3619 Gelijk een kouw H4392 vol H5775 is van gevogelte H1004 , alzo zijn hun huizen H4392 vol H4820 van bedrog H1431 H8804 ; daarom zijn zij groot H6238 H8686 en rijk geworden.
  28 H8080 H8804 Zij zijn vet H6245 H8804 , zij zijn glad H1697 , zelfs de daden H7451 der bozen H5674 H8804 gaan zij te boven H1779 ; de rechtzaak H1777 H8804 richten zij H3490 niet, [zelfs] de rechtzaak des wezen H6743 H8686 , nochtans zijn zij voorspoedig H8199 H8804 ; ook oordelen zij H4941 het recht H34 der nooddruftigen niet.

Jeremiah 6:15

  15 H3001 H8689 Zijn zij beschaamd H8441 , omdat zij gruwel H6213 H8804 bedreven hebben H1571 ? Ja H954 H8799 , zij schamen zich H954 H8800 in het minste H3045 H8804 niet, weten H1571 ook H3637 H8687 niet van schaamrood te maken H5307 H8799 ; daarom zullen zij vallen H5307 H8802 onder de vallenden H6256 , ten tijde H6485 H8804 als Ik hen bezoeken zal H3782 H8735 , zullen zij struikelen H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE.

Jeremiah 8:12

  12 H3001 H8689 Zijn zij beschaamd H8441 , omdat zij gruwel H6213 H8804 bedreven hebben H954 H8799 ? Ja, zij schamen zich H954 H8800 in het minste H3045 H8804 niet, en weten H3637 H8736 niet schaamrood te worden H5307 H8799 ; daarom zullen zij vallen H5307 H8802 onder de vallenden H6256 ; ten tijde H6486 hunner bezoeking H3782 H8735 zullen zij struikelen H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE.

Jeremiah 9:2-7

  2 H5414 H8799 Och, dat H4057 ik in de woestijn H4411 een herberg H732 H8802 der wandelaars H5971 had, zo zou ik mijn volk H5800 H8799 verlaten H3212 H8799 , en van hen trekken H5003 H8764 ; want zij zijn allen overspelers H898 H8802 , een trouweloze H6116 hoop.
  3 H1869 H8686 En zij spannen H3956 hun tong H7198 [als] hun boog H8267 [tot] leugen H1396 H8804 ; zij worden geweldig H776 in het land H530 , doch niet tot waarheid H3318 H8804 ; want zij gaan voort H7451 van boosheid H7451 tot boosheid H3045 H8804 , maar Mij kennen zij H5002 H8803 niet, spreekt H3068 de HEERE.
  4 H8104 H8734 Wacht u H376 , een iegelijk H7453 van zijn vriend H982 H8799 , en vertrouwt H251 niet op enigen broeder H251 ; want elk broeder H6117 H8800 doet niet dan H6117 H8799 bedriegen H7453 , en elk vriend H1980 H8799 wandelt H7400 [in] achterklap.
  5 H2048 H8762 En zij handelen bedriegelijk H376 , een ieder H7453 met zijn vriend H1696 H8762 , en spreken H571 de waarheid H3925 H8765 niet; zij leren H3956 hun tong H8267 leugen H1696 H8763 spreken H3811 H8738 , zij maken zich moede H5753 H8687 met verkeerdelijk te handelen.
  6 H3427 H8800 Uw woning H8432 is in het midden H4820 van bedrog H4820 ; door bedrog H3985 H8765 weigeren zij H3045 H8800 Mij te kennen H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.
  7 H559 H8804 Daarom zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H6884 H8802 alzo: Ziet, Ik zal hen smelten H974 H8804 en zal hen beproeven H6213 H8799 ; want hoe zou Ik [anders] doen H6440 ten aanzien H1323 der dochter H5971 Mijns volks?

Ezekiel 16:16-22

  16 H899 En gij hebt van uw klederen H3947 H8799 genomen H6213 H8799 , en u gemaakt H2921 H8803 geplekte H1116 hoogten H2181 H8799 , en hebt daarop gehoereerd H935 H8802 ; [zulks] is niet gekomen, en zal niet geschieden.
  17 H3947 H8799 Daartoe hebt gij genomen H3627 de vaten H8597 uws sieraads H2091 van Mijn goud H3701 en van Mijn zilver H5414 H8804 , dat Ik u gegeven had H6754 H2145 , en gij hebt u mansbeelden H6213 H8799 gemaakt H2181 H8799 , en gij hebt met dezelve gehoereerd.
  18 H7553 En gij hebt uw gestikte H899 klederen H3947 H8799 genomen H3680 H8762 , en hebt ze bedekt H8081 ; en gij hebt Mijn olie H7004 en Mijn reukwerk H6440 voor hun aangezichten H5414 H8804 gesteld.
  19 H3899 En Mijn brood H5414 H8804 , hetwelk Ik u gaf H5560 , meelbloem H8081 en olie H1706 , en honig H398 H8689 , [waarmede] Ik u spijsde H6440 , dat hebt gij ook voor hun aangezichten H5414 H8804 gesteld H5207 tot een liefelijken H7381 reuk H5002 H8803 ; zo is het geschied, spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.
  20 H1121 Verder hebt gij uw zonen H1323 en uw dochteren H3205 H8804 , die gij Mij gebaard hadt H3947 H8799 , genomen H2076 H8799 , en hebt ze denzelven geofferd H398 H8800 om te verteren H4592 ; is het wat kleins H8457 van uw hoererijen,
  21 H1121 Dat gij Mijn kinderen H7819 H8799 geslacht hebt H5414 H8799 , en hebt ze overgegeven H5674 H8687 , als gij dezelve voor hen door [het] [vuur] hebt doen gaan?
  22 H8441 Ook hebt gij bij al uw gruwelen H8457 en uw hoererijen H2142 H8804 niet gedacht H3117 aan de dagen H5271 uwer jonkheid H5903 , als gij naakt H6181 en bloot H947 H8711 waart, [als] gij vertreden waart H1818 in uw bloed.

Ezekiel 22:3-12

  3 H559 H8804 En zeg H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H5892 : O stad H8432 , die in haar midden H1818 bloed H8210 H8802 vergiet H6256 , opdat haar tijd H935 H8800 kome H1544 , en drekgoden H6213 H8804 tegen zichzelve maakt H2930 H8800 , om zich te verontreinigen!
  4 H1818 Door uw bloed H8210 H8804 , dat gij vergoten hebt H816 H8804 , zijt gij schuldig geworden H1544 , en met uw drekgoden H6213 H8804 , die gij gemaakt hebt H2930 H8804 , hebt gij u verontreinigd H3117 , en hebt uw dagen H7126 H8686 doen naderen H8141 , en zijt tot uw jaren H935 H8799 gekomen H1471 ; daarom heb Ik u den heidenen H5414 H8804 overgegeven H2781 [tot] een smaad H776 , en allen landen H7048 [tot] een spot.
  5 H7138 Die nabij H7350 en verre H7046 H8691 van u zijn, zullen u bespotten H2931 , gij onreine H8034 van naam H7227 en vol H4103 van onrust!
  6 H5387 Ziet, de vorsten H3478 Israels H376 zijn in u geweest, een ieder H2220 naar zijn kracht H1818 , om bloed H8210 H8800 te vergieten.
  7 H1 Vader H517 en moeder H7043 H8689 hebben zij in u licht geacht H1616 ; met den vreemdeling H8432 hebben zij in het midden H6233 van u door verdrukking H6213 H8804 gehandeld H3490 ; zij hebben in u den wees H490 en de weduwe H3238 H8689 verdrukt.
  8 H6944 Mijn heilige dingen H959 H8804 hebt gij veracht H7676 , en Mijn sabbatten H2490 H8765 hebt gij ontheiligd.
  9 H582 H7400 Achterklappers H1818 zijn in u geweest om bloed H8210 H8800 te vergieten H2022 , en in u hebben zij op de bergen H398 H8804 gegeten H2154 , zij hebben schandelijkheid H8432 in het midden H6213 H8804 van u gedaan.
  10 H6172 Men heeft de schaamte H1 des vaders H1540 H8765 in u ontdekt H2931 ; die onrein H5079 was door afzondering H6031 H8765 , hebben zij in u verkracht.
  11 H376 Daartoe heeft de een H8441 gruwel H6213 H8804 gedaan H7453 met zijns naasten H802 huisvrouw H376 , en een ander H3618 heeft zijns zoons vrouw H2154 met schandelijkheid H2930 H8765 verontreinigd H376 ; nog een ander H269 heeft in u zijn zuster H1 , zijns vaders H1323 dochter H6031 H8765 ; verkracht.
  12 H7810 Zij hebben geschenken H3947 H8804 in u genomen H1818 , om bloed H8210 H8800 te vergieten H5392 ; woeker H8636 en overwinst H3947 H8804 hebt gij genomen H1214 H8762 , en gij hebt gierigheid gepleegd H7453 aan uw naaste H6233 door verdrukking H7911 H8804 ; maar gij hebt Mijner vergeten H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 22:24-31

  24 H1121 H120 Mensenkind H559 H8798 , zeg H776 tot haar; Gij zijt een land H2891 H8794 , dat niet gereinigd is H1656 , [dat] zijn plasregen H3117 niet [heeft] [gehad] ten dage H2195 der gramschap.
  25 H7195 De verbintenis H5030 harer profeten H8432 is in het midden H7580 H8802 van haar als een brullende H738 leeuw H2964 , die een roof H2963 H8802 rooft H398 H8804 ; zij eten H5315 de zielen H2633 op, den schat H3366 en het kostelijke H3947 H8799 nemen zij weg H490 ; haar weduwen H7235 H8689 vermenigvuldigen zij H8432 in het midden van haar.
  26 H3548 Haar priesters H8451 doen Mijn wet H2554 H8804 geweld aan H2490 H8762 , en zij ontheiligen H6944 Mijn heilige dingen H6944 ; tussen het heilige H2455 en het onheilige H914 H8689 maken zij geen onderscheid H2931 , en [het] [verschil] tussen het onreine H2889 en reine H3045 H8689 geven zij niet te kennen H5956 H8689 ; daartoe verbergen zij H5869 hun ogen H7676 van Mijn sabbatten H8432 ; ja, Ik word in het midden H2490 H8735 van hen ontheiligd.
  27 H8269 Haar vorsten H7130 zijn in het midden H2061 van haar als wolven H2964 , die een roof H2963 H8802 roven H1818 , om bloed H8210 H8800 te vergieten H5315 , [en] om zielen H6 H8763 te verderven H1215 ; opdat zij gierigheid H1214 H8800 zouden plegen.
  28 H5030 Haar profeten H2902 H8804 nu pleisteren H8602 hen met loze H2374 kalk; ziende H7723 ijdelheid H3577 en hun leugen H7080 H8802 voorzeggende H559 H8802 , zeggende H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3068 ! en de HEERE H1696 H8765 heeft niet gesproken.
  29 H5971 Het volk H776 des lands H6231 H8804 pleegt H6233 enkel verdrukking H1497 H8804 , en bedrijft H1498 enkel roverij H3238 H8689 , ook onderdrukken zij H6041 den ellendige H34 en nooddruftige H1616 , en den vreemdeling H6231 H8804 verdrukken zij H4941 zonder recht.
  30 H1245 H8762 Ik zocht H376 nu een man H1447 uit hen, die den muur H1443 H8802 mocht toemuren H6440 , en voor Mijn aangezicht H6556 in de bresse H5975 H8802 staan H776 voor het land H7843 H8763 , opdat Ik het niet mocht verderven H4672 H8804 ; maar Ik vond niemand.
  31 H2195 Daarom heb Ik Mijn gramschap H8210 H8799 over hen uitgegoten H784 ; door het vuur H5678 Mijner verbolgenheid H3615 H8765 heb Ik hen verteerd H1870 ; hun weg H7218 heb Ik op hun hoofd H5414 H8804 gegeven H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 23:5-21

  5 H170 Ohola H2181 H8799 nu hoereerde H8478 , zijnde onder H5689 H8799 Mij; en zij werd verliefd H157 H8764 op haar boelen H804 , op de Assyriers H7138 , die nabij waren;
  6 H3847 H8803 Bekleed H8504 met hemelsblauw H6346 , vorsten H5461 en overheden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden.
  7 H5414 H8799 Alzo dreef zij H8457 haar hoererijen H4005 met dezelve, die allen de keure H1121 der kinderen H804 van Assur H5689 H8804 waren; en met allen, op dewelke zij verliefd was H1544 , met al derzelver drekgoden H2930 H8738 , verontreinigde zij zich.
  8 H5800 H8804 Zij verliet H8457 ook haar hoererijen H4714 niet, [gebracht] uit Egypte H5271 ; want zij hadden bij haar in haar jeugd H7901 H8804 gelegen H1717 , en zij hadden de tepelen H1331 haars maagdoms H6213 H8765 betast H8457 , en zij hadden hun hoererij H8210 H8799 over haar uitgestort.
  9 H5414 H8804 Daarom gaf Ik H3027 haar in de hand H157 H8764 van haar boelen H3027 over, in de hand H1121 der kinderen H804 van Assur H5689 H8804 , op dewelke zij verliefd was.
  10 H1540 H8765 Dezen ontdekten H6172 haar schaamte H1121 , haar zonen H1323 en haar dochteren H3947 H8804 namen zij weg H2026 H8804 , maar haar doodden zij H2719 met het zwaard H8034 ; en zij kreeg een naam H802 onder de vrouwen H8196 , nadat men gerichten H6213 H8804 over haar geoefend had.
  11 H269 Als haar zuster H172 , Oholiba H7200 H8799 , [dit] zag H7843 H8686 , zo verdierf zij H5691 haar minne H8457 nog meer dan zij, en haar hoererijen H2183 meer dan de hoererijen H269 van haar zuster.
  12 H5689 H8804 Zij werd verliefd H1121 op de kinderen H804 van Assur H6346 , de vorsten H5461 en overheden H7138 , die nabij H3847 H8803 waren, bekleed H4358 met volkomen sieraad H6571 , ruiteren H7392 H8802 , rijdende H5483 op paarden H2531 , altemaal gewenste H970 jongelingen.
  13 H7200 H8799 Toen zag Ik H2930 H8738 , dat zij verontreinigd was H8147 ; zij hadden beiden H259 enerlei H1870 weg.
  14 H3254 H0 Ja, zij deed H8457 tot haar hoererijen H3254 H8686 nog meer toe H2707 H8794 ; want toen zij geschilderde H582 mannen H7023 aan den wand H7200 H8799 zag H6754 , de beelden H3778 der Chaldeen H2710 H8803 , geschilderd H8350 met menie,
  15 H2289 Gegord H232 met een gordel H4975 aan hun lenden H5628 H8803 , hebbende overvloedig H2871 geverfde H7218 [hoeden] op hun hoofden H4758 , die allen in het aanzien H7991 hoofdmannen H1823 waren, [naar] de gelijkenis H1121 der kinderen H894 van Babel H3778 , van Chaldea H776 , het land H4138 hunner geboorte;
  16 H5689 H8799 Zo werd zij op dezelve verliefd H4758 met het opzien H5869 van haar ogen H7971 H8799 , en zij zond H4397 boden H3778 tot hen, naar Chaldea.
  17 H1121 De kinderen H894 van Babel H935 H8799 nu kwamen H4904 tot haar in tot het leger H1730 der minne H2930 H8762 , en verontreinigden H8457 haar met hun hoererij H2930 H8799 ; ook verontreinigde zij zich H5315 met hen; daarna werd haar ziel H3363 H8799 van hen afgetrokken.
  18 H1540 H8762 Alzo ontdekte zij H8457 haar hoererijen H1540 H8762 , en ontdekte H6172 haar schaamte H5315 ; toen werd Mijn ziel H3363 H8799 van haar afgetrokken H5315 , gelijk als Mijn ziel H5361 H8804 was afgetrokken H269 van haar zuster.
  19 H7235 H8686 Doch zij vermenigvuldigde H8457 haar hoererijen H2142 H8800 , gedenkende H3117 aan de dagen H5271 van haar jeugd H2181 H8804 , als zij gehoereerd had H776 in het land H4714 van Egypte.
  20 H5689 H8799 En zij werd verliefd H6370 meer dan derzelver bijwijven H1320 , welker vlees H1320 is [als] het vlees H2543 der ezelen H2231 , en welker vloed H2231 is [als] de vloed H5483 der paarden.
  21 H6485 H8799 Alzo hebt gij weder opgehaald H2154 de schandelijke daad H5271 uwer jeugd H4714 , als die van Egypte H1717 uw tepelen H6213 H8800 betastten H7699 , vanwege de borsten H5271 uwer jeugd.

Ezekiel 24:7

  7 H1818 Want haar bloed H8432 is in het midden H6706 van haar; op een gladde H5553 steenrots H7760 H8804 heeft zij dat gelegd H776 ; zij heeft het op de aarde H8210 H8804 niet uitgestort H6083 , om hetzelve met stof H3680 H8763 te bedekken.

Hosea 4:2

  2 H422 [Maar] vloeken H3584 en liegen H7523 , en doodslaan H1589 , en stelen H5003 , en overspel doen H6555 ; zij breken door H1818 , en bloedschulden H5060 raken H1818 aan bloedschulden.

Amos 9:1-3

  1 H7200 H8804 Ik zag H136 den Heere H5324 H8737 staan H5921 op H4196 het altaar H559 H8799 , en Hij zeide H5221 H8685 : Sla H3730 dien knoop H5592 , dat de posten H7493 H8799 beven H1214 H8798 , en doorkloof H3605 ze allen H7218 in het hoofd H319 ; en Ik zal hun achterste H2719 met het zwaard H2026 H8799 doden H5127 H8801 ; en vliedende H3808 zal onder hen niet H5127 H8799 ontvlieden H3808 , noch H6412 de ontkomende H4422 H8735 onder hen behouden worden.
  2 H518 Al H2864 H8799 groeven zij H7585 [tot] in de hel H3027 , zo zal Mijn hand H4480 ze van H8033 daar H3947 H8799 halen H518 , en al H5927 H8799 klommen zij H8064 in den hemel H4480 , zo zal Ik ze van H8033 daar H3381 H8686 doen nederdalen.
  3 H518 En al H2244 H8735 verstaken zij zich H7218 op de hoogte H3760 van Karmel H2664 H8762 , zo zal Ik ze naspeuren H4480 en van H8033 daar H3947 H8804 halen H518 ; en al H5641 H8735 verborgen zij zich H4480 van H5048 voor H5869 Mijn ogen H7172 in den grond H3220 van de zee H4480 , zo zal Ik van H8033 daar H5175 een slang H6680 H8762 gebieden H5391 H8804 , die zal ze bijten.

Micah 3:10-12

  10 H1129 H8802 Bouwende H6726 Sion H1818 met bloed H3389 , en Jeruzalem H5766 met onrecht.
  11 H7218 Haar hoofden H8199 H8799 rechten H7810 om geschenken H3548 , en haar priesters H3384 H8686 leren H4242 om loon H5030 , en haar profeten H7080 H8799 waarzeggen H3701 om geld H8172 H8735 ; nog steunen zij H5921 op H3068 den HEERE H559 H8800 , zeggende H3068 : Is de HEERE H3808 niet H7130 in het midden H5921 van ons? H3808 Ons zal geen H7451 kwaad H935 H8799 overkomen.
  12 H3651 Daarom H1558 , om uwentwil H6726 , zal Sion H7704 [als] een akker H2790 H8735 geploegd worden H3389 , en Jeruzalem H5856 zal [tot] steenhopen H1961 H8799 worden H2022 , en de berg H1004 dezes huizes H1116 tot hoogten H3293 eens wouds.

Psalms 7:9

  9 H7451 [07:10] Laat toch de boosheid H7563 der goddelozen H1584 H8799 een einde nemen H3559 H8787 , maar bevestig H6662 den rechtvaardige H3826 , Gij, Die harten H3629 en nieren H974 H8802 beproeft H6662 , o rechtvaardige H430 God!

Psalms 9:5-6

  5 H1471 [09:6] Gij hebt de heidenen H1605 H8804 gescholden H7563 , den goddeloze H6 H8765 verdaan H8034 , hun naam H4229 H8804 uitgedelgd H5769 , tot in eeuwigheid H5703 en altoos.
  6 H341 H8802 [09:7] O vijand H2723 ! zijn de verwoestingen H8552 H8804 voleind H5331 in eeuwigheid H6145 H8676 H5892 , en hebt gij de steden H5428 H8804 uitgeroeid H2143 ? Hunlieder gedachtenis H1992 is [met] hen H6 H8804 vergaan.

Jeremiah 24:8

  8 H7451 En gelijk de boze H8384 vijgen H7455 , die vanwege de boosheid H398 H8735 niet kunnen gegeten worden H559 H8804 (want aldus zegt H3068 de HEERE H5414 H8799 ), alzo zal Ik maken H6667 Zedekia H4428 , den koning H3063 van Juda H8269 , mitsgaders zijn vorsten H7611 , en het overblijfsel H3389 van Jeruzalem H776 , die in dit land H7604 H8737 zijn overgebleven H776 H4714 , en die in Egypteland H3427 H8802 wonen;

Jeremiah 51:13

  13 H7227 Gij, die aan vele H4325 wateren H7931 H8802 H8675 H7931 H8804 woont H7227 , die machtig H214 zijt van schatten H7093 ! uw einde H935 H8802 is gekomen H520 , de maat H1215 uwer gierigheid.

Jeremiah 52:2

  2 H6213 H8799 En hij deed H7451 , dat kwaad H5869 was in de ogen H3068 des HEEREN H3079 , naar alles, wat Jojakim H6213 H8804 gedaan had.

Ezekiel 7:6

  6 H7093 Een einde H935 H8804 is er gekomen H7093 , dat einde H935 H8804 is gekomen H6974 H8689 , het is opgewaakt H935 H8802 tegen u; ziet, het [kwaad] is gekomen!

Ezekiel 17:19

  19 H559 H8804 Daarom, alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H2416 : [Zo] [waarachtig] [als] Ik leef H423 , zo Ik Mijn eed H959 H8804 , dien hij veracht heeft H1285 , en Mijn verbond H6331 H8689 , dat hij gebroken heeft H7218 , datzelve niet op zijn hoofd H5414 H8804 geve!

Ezekiel 21:29

  29 H7723 Terwijl zij u ijdelheid H2372 H8800 zien H3577 , terwijl zij u leugen H7080 H8800 voorzeggen H6677 , om u op de halzen H5414 H8800 te stellen H7563 dergenen, die van de goddelozen H2491 verslagen H3117 zijn, welker dag H935 H8804 gekomen was H6256 ten tijde H7093 der uiterste H5771 ongerechtigheid.

Ezekiel 30:3

  3 H3117 Want de dag H7138 is nabij H3117 , ja, de dag H3068 des HEEREN H7138 is nabij H6051 , een wolkige H3117 dag H1471 , het zal der heidenen H6256 tijd zijn.

Ezekiel 35:5

  5 H5769 Omdat gij een eeuwige H342 vijandschap H1121 hebt, en hebt de kinderen H3478 Israels H5064 H8686 doen wegvloeien H3027 door het geweld H2719 des zwaards H6256 , ten tijde H343 huns verderfs H6256 , ten tijde H7093 der uiterste H5771 ongerechtigheid;

1 Samuel 2:7-8

  7 H3068 De HEERE H3423 H8688 maakt arm H6238 H8688 en maakt rijk H8213 H8688 ; Hij vernedert H637 , ook H7311 H8789 verhoogt Hij.
  8 H6965 H8688 Hij verheft H1800 den geringe H4480 uit H6083 het stof H34 , [en] den nooddruftige H7311 H8686 verhoogt Hij H4480 uit H830 den drek H3427 H8687 , om te doen zitten H5973 bij H5081 de vorsten H3678 , dat Hij hen den stoel H3519 der ere H5157 H8686 doe beerven H3588 ; want H4690 de grondvesten H776 des aardrijks H3068 zijn des HEEREN H8398 , en Hij heeft de wereld H5921 daarop H7896 H8799 gezet.

2 Kings 25:6

  6 H8610 H8799 Zij dan grepen H4428 den koning H853 , en voerden hem H5927 H8686 opwaarts H413 tot H4428 den koning H894 van Babel H7247 , naar Ribla H1696 H8762 ; en zij spraken H4941 een oordeel H853 tegen hem.

2 Kings 25:27

  27 H1961 H8799 Het geschiedde H7651 daarna in het zeven H7970 en dertigste H8141 jaar H1546 der wegvoering H3078 van Jojachin H4428 , den koning H3063 van Juda H8147 H6240 , in de twaalfde H2320 maand H7651 , op den zeven H6242 en twintigsten H2320 der maand H192 , dat Evilmerodach H4428 , de koning H894 van Babel H8141 , in het jaar H4427 H8800 , als hij koning werd H7218 , het hoofd H3078 van Jojachin H4428 , den koning H3063 van Juda H4480 , uit H1004 H3608 het gevangenhuis H5375 H8804 , verhief.

Psalms 75:7

  7 H430 [075:8] Maar God H8199 H8802 is Rechter H8213 H8686 ; Hij vernedert H7311 H8686 dezen, en verhoogt genen.

Psalms 113:7-8

  7 H1800 Die den geringe H6083 uit het stof H6965 H8688 opricht H34 , [en] den nooddruftige H830 uit den drek H7311 H8686 verhoogt;
  8 H3427 H8687 Om te doen zitten H5081 bij de prinsen H5081 , bij de prinsen H5971 Zijns volks.

Jeremiah 13:18

  18 H559 H8798 Zeg H4428 tot den koning H1377 en tot de koningin H8213 H8685 : Vernedert u H3427 H8798 , zet u neder H4761 ; want uw ganse hoofdsieraad H5850 , de kroon H8597 uwer heerlijkheid H3381 H8804 , is nedergedaald.

Jeremiah 39:6-7

  6 H4428 En de koning H894 van Babel H7819 H8799 slachtte H1121 de zonen H6667 van Zedekia H7247 te Ribla H5869 voor zijn ogen H7819 H8804 ; ook slachtte H4428 de koning H894 van Babel H2715 alle edelen H3063 van Juda.
  7 H5786 H8765 En hij verblindde H5869 de ogen H6667 van Zedekia H631 H8799 , en bond H5178 hem met twee koperen ketenen H894 , om hem naar Babel H935 H8687 te voeren.

Jeremiah 52:31-34

  31 H7651 Het geschiedde daarna, in het zeven H7970 en dertigste H8141 jaar H1546 der gevankelijke wegvoering H3078 van Jojachin H4428 , den koning H3063 van Juda H8147 H6240 , in de twaalfde H2320 maand H2568 , op den vijf H6242 en twintigsten H2320 der maand H192 , dat Evilmerodach H4428 , de koning H894 van Babel H8141 , in het [eerste] jaar H4438 zijns koninkrijks H7218 , het hoofd H3078 van Jojachin H4428 , den koning H3063 van Juda H5375 H8804 , verhief H1004 H3628 , en hem uit het gevangenhuis H3318 H8686 uitbracht.
  32 H1696 H8762 En hij sprak H2896 vriendelijk H5414 H8799 met hem, en stelde H3678 zijn stoel H4605 boven H3678 den stoel H4428 der koningen H894 , die bij hem te Babel waren.
  33 H8138 H8765 En hij veranderde H899 de klederen H3608 zijner gevangenis H398 H8804 ; en hij at H8548 geduriglijk H3899 brood H6440 voor zijn aangezicht H3117 , al de dagen H2416 zijns levens.
  34 H737 En aangaande zijn tering H8548 , een gedurige H737 tering H4428 werd hem van den koning H894 van Babel H5414 H8738 gegeven H3117 , elk dagelijks H1697 bestemde deel H3117 op zijn dag H3117 , tot op den dag H4194 zijns doods H3117 , al de dagen H2416 zijns levens.

Lamentations 5:16

  16 H5850 De kroon H7218 onzes hoofds H5307 H8804 is afgevallen H188 ; o wee H2398 H8804 nu onzer, dat wij [zo] gezondigd hebben!

Ezekiel 12:12-13

  12 H5387 En de vorst H8432 , die in het midden H3802 van hen is, zal [het] [gereedschap] op den schouder H5375 H8799 dragen H5939 in donker H3318 H8799 , en hij zal uitgaan H7023 ; zij zullen door den wand H2864 H8799 graven H3318 H8687 , om [hem] daardoor uit te brengen H6440 ; hij zal zijn aangezicht H3680 H8762 bedekken H3282 , opdat H5869 hij met het oog H776 de aarde H7200 H8799 niet zie.
  13 H7568 Ik zal ook Mijn net H6566 H8804 over hem uitspreiden H4686 , dat hij in Mijn jachtgaren H8610 H8738 gegrepen worde H935 H8689 ; en Ik zal hem brengen H894 in Babylonie H776 , het land H3778 der Chaldeen H7200 H8799 ; ook zal hij dat niet zien H4191 H8799 , hoewel hij daar sterven zal.

Ezekiel 16:12

  12 H5414 H8799 Desgelijks deed Ik H5141 een voorhoofdsiersel H639 aan uw aangezicht H5694 , en oorringen H241 aan uw oren H5850 , en een kroon H8597 der heerlijkheid H7218 op uw hoofd.

Ezekiel 17:24

  24 H6086 Zo zullen alle bomen H7704 des velds H3045 H8804 weten H3068 , dat Ik, de HEERE H1364 , den hogen H6086 boom H8213 H8689 vernederd heb H8217 , den nederigen H6086 boom H1361 H8689 verheven heb H3892 , den groenen H6086 boom H3001 H8689 verdroogd H3002 , en den drogen H6086 boom H6524 H8689 bloeiende gemaakt heb H3068 ; Ik, de HEERE H1696 H8765 , heb het gesproken H6213 H8804 , en zal het doen.

Luke 1:52

  52 G1413 Hij heeft machtigen G575 van G2362 de tronen G2507 G5627 afgetrokken G2532 , en G5011 nederigen G5312 G5656 heeft Hij verhoogd.

Genesis 49:10

  10 H7626 De schepter H4480 zal van H3063 Juda H3808 niet H5493 H8799 wijken H2710 H8781 , noch de wetgever H4480 van H996 tussen H7272 zijn voeten H5704 H3588 , totdat H7886 Silo H935 H8799 komt H5971 , en Denzelven zullen de volken H3349 gehoorzaam zijn.

Numbers 24:19

  19 H3290 En er zal [een] uit Jakob H7287 H8799 heersen H8300 , en hij zal de overigen H5892 uit de steden H6 H8689 ombrengen.

Psalms 2:6

  6 H589 Ik H4428 toch heb Mijn Koning H5258 H8804 gezalfd H5921 over H6726 Sion H2022 , den berg H6944 Mijner heiligheid.

Psalms 72:7-10

  7 H3117 In zijn dagen H6662 zal de rechtvaardige H6524 H8799 bloeien H7230 , en de veelheid H7965 van vrede H3394 , totdat de maan niet meer zij.
  8 H7287 H8799 En hij zal heersen H3220 van de zee H3220 tot aan de zee H5104 , en van de rivier H657 tot aan de einden H776 der aarde.
  9 H6728 De ingezetenen van dorre plaatsen H6440 zullen voor zijn aangezicht H3766 H8799 knielen H341 H8802 , en zijn vijanden H6083 zullen het stof H3897 H8762 lekken.
  10 H4428 De koningen H8659 van Tharsis H339 en de eilanden H4503 zullen geschenken H7725 H8686 aanbrengen H4428 ; de koningen H7614 van Scheba H5434 en Seba H814 zullen vereringen H7126 H8686 toevoeren.

Isaiah 9:6-7

  6 H3206 [09:5] Want een Kind H3205 H8795 is ons geboren H1121 , een Zoon H5414 H8738 is ons gegeven H4951 , en de heerschappij H7926 is op Zijn schouder H7121 H8799 ; en men noemt H8034 Zijn naam H6382 Wonderlijk H3289 H8802 , Raad H1368 , Sterke H410 God H1 , Vader H5703 der eeuwigheid H8269 H7965 , Vredevorst;
  7 H4766 [09:6] Der grootheid H4951 dezer heerschappij H7965 en des vredes H7093 zal geen einde H3678 zijn op den troon H1732 van David H4467 en in zijn koninkrijk H3559 H8687 , om dat te bevestigen H5582 H8800 , en dat te sterken H4941 met gericht H6666 en met gerechtigheid H5704 , van nu aan tot H5769 in eeuwigheid H7068 toe. De ijver H3068 des HEEREN H6635 der heirscharen H6213 H8799 zal zulks doen.

Jeremiah 23:5-6

  5 H3117 Ziet, de dagen H935 H8802 komen H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H1732 , dat Ik aan David H6662 een rechtvaardige H6780 Spruit H6965 H8689 zal verwekken H4428 ; Die zal Koning H4427 H8804 zijnde regeren H7919 H8689 , en voorspoedig zijn H4941 , en recht H6666 en gerechtigheid H6213 H8804 doen H776 op de aarde.
  6 H3117 In Zijn dagen H3063 zal Juda H3467 H8735 verlost worden H3478 , en Israel H983 zeker H7931 H8799 wonen H8034 ; en dit zal Zijn naam H7121 H8799 zijn, waarmede men Hem zal noemen H3072 : De HEERE: ONZE GERECHTIGHEID.

Jeremiah 30:21

  21 H117 En zijn Heerlijke H4910 H8802 zal uit hem zijn, en zijn Heerser H7130 uit het midden H3318 H8799 van hem voortkomen H7126 H8689 ; en Ik zal hem doen naderen H5066 H8738 , en hij zal tot Mij genaken H3820 ; want wie is hij, die met zijn hart H6148 H8804 borg worde H5066 H8800 , om tot Mij te genaken H5002 H8803 ? spreekt H3068 de HEERE.

Jeremiah 33:15-16

  15 H3117 In die dagen H6256 , en te dier tijd H1732 zal Ik David H6780 een SPRUIT H6666 der gerechtigheid H6779 H8686 doen uitspruiten H4941 ; en Hij zal recht H6666 en gerechtigheid H6213 H8804 doen H776 op aarde.
  16 H3117 In die dagen H3063 zal Juda H3467 H8735 verlost worden H3389 , en Jeruzalem H983 zeker H7931 H8799 wonen H7121 H8799 ; en deze is, die haar roepen zal H3072 : De HEERE, onze GERECHTIGHEID.

Jeremiah 33:21

  21 H6565 H8714 Zo zal ook vernietigd kunnen worden H1285 Mijn verbond H5650 met Mijn knecht H1732 David H1121 , dat hij geen zoon H3678 hebbe, die op zijn troon H4427 H8802 regere H3881 , en met de Levieten H3548 , de priesteren H8334 H8764 , Mijn dienaren.

Jeremiah 33:26

  26 H1571 Zo zal Ik ook H2233 het zaad H3290 van Jakob H5650 en van Mijn knecht H1732 David H3988 H8799 verwerpen H2233 , dat Ik van zijn zaad H3947 H8800 niet neme H4910 H8802 , die daar heerse H2233 over het zaad H85 van Abraham H3446 , Izak H3290 en Jakob H7622 ; want Ik zal hun gevangenis H7725 H8686 H8675 H7725 H8799 wenden H7355 H8765 en Mij hunner ontfermen.

Ezekiel 17:22-23

  22 H559 H8804 Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H6788 : Ik zal ook van den oppersten tak H7311 H8802 des hogen H730 ceders H3947 H8804 nemen H5414 H8804 , dat Ik zetten zal H7218 ; van het opperste H3127 zijner jonge takjes H7390 zal Ik een tederen H6998 H8799 afplukken H1364 , denwelken Ik op een hogen H8524 H8803 en verhevenen H2022 berg H8362 H8804 planten zal;
  23 H2022 Op den berg H4791 der hoogte H3478 van Israel H8362 H8799 zal Ik hem planten H6057 ; en hij zal takken H5375 H8804 voortbrengen H6529 , en vrucht H6213 H8804 dragen H117 , en hij zal tot een heerlijken H730 ceder H7931 H8804 worden, dat onder hem wonen zal H6833 alle gevogelte H3671 van allerlei vleugel H6738 ; in de schaduw H1808 zijner takken H7931 H8799 zullen zij wonen.

Ezekiel 21:13

  13 H974 H8795 Als er beproeving was H3988 H8802 , wat was het toen? Zou er dan ook geen versmadende H7626 roede H5002 H8803 zijn, spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.

Ezekiel 34:23

  23 H259 En Ik zal een enigen H7462 H8802 Herder H6965 H8689 over hen verwekken H7462 H8804 , en Hij zal hen weiden H5650 , [namelijk] Mijn knecht H1732 David H7462 H8799 ; die zal ze weiden H7462 H8802 , en Die zal hun tot een Herder zijn.

Ezekiel 37:24-25

  24 H5650 En Mijn Knecht H1732 David H4428 zal Koning H259 over hen zijn; en zij zullen allen te zamen een H7462 H8802 Herder H4941 hebben; en zij zullen in Mijn rechten H3212 H8799 wandelen H2708 , en Mijn inzettingen H8104 H8799 bewaren H6213 H8804 en die doen.
  25 H3427 H8804 En zij zullen wonen H776 in het land H5650 , dat Ik Mijn knecht H3290 Jakob H5414 H8804 gegeven heb H1 , waarin uw vaders H3427 H8804 gewoond hebben H3427 H8804 ; ja, daarin zullen zij wonen H1121 , zij en hun kinderen H1121 H1121 , en hun kindskinderen H5769 tot in eeuwigheid H5650 , en Mijn Knecht H1732 David H5387 zal hunlieder Vorst H5704 zijn tot H5769 in eeuwigheid.

Daniel 2:44

  44 H3118 Doch in de dagen H581 van die H4430 koningen H426 zal de God H8065 des hemels H4437 een Koninkrijk H6966 H8681 verwekken H5957 , dat in der eeuwigheid H3809 niet H2255 H8721 zal verstoord worden H4437 ; en dat Koninkrijk H3809 zal aan geen H321 ander H5972 volk H7662 H8721 overgelaten worden H3606 ; het zal al H459 die H4437 koninkrijken H1855 H8681 vermalen H5487 H8681 , en te niet doen H1932 , maar zelf H5957 zal het in alle eeuwigheid H6966 H8748 bestaan.

Daniel 9:25

  25 H3045 H8799 Weet H7919 H8686 dan, en versta H4161 : van den uitgang H1697 des woords H7725 H8687 , om te doen wederkeren H3389 , en om Jeruzalem H1129 H8800 te bouwen H4899 , tot op Messias H5057 , den Vorst H7651 , zijn zeven H7620 weken H8147 , en twee H8346 en zestig H7620 weken H7339 ; de straten H2742 , en de grachten H7725 H8799 zullen wederom H1129 H8738 gebouwd worden H6695 , doch in benauwdheid H6256 der tijden.

Hosea 3:5

  5 H310 Daarna H1121 zullen zich de kinderen H3478 Israels H7725 bekeren H1245 , en zoeken H3068 den HEERE H430 , hun God H1732 , en David H4428 , hun Koning H6342 ; en zij zullen vrezende H3068 komen tot den HEERE H2898 en tot Zijn goedheid H319 , in het laatste H3117 der dagen.

Amos 9:11-12

  11 H1931 Te dien H3117 dage H5307 H8802 zal Ik de vervallen H5521 hut H1732 van David H6965 H8686 weder oprichten H6556 , en Ik zal haar reten H1443 H8804 vertuinen H2034 , en wat aan haar is afgebroken H6965 H8686 , weder oprichten H1129 H8804 , en zal ze bouwen H3117 , als [in] de dagen H5769 van ouds;
  12 H4616 Opdat H3423 H8799 zij erfelijk bezitten H7611 het overblijfsel H123 van Edom H3605 , en al H1471 de heidenen H834 , die H5921 naar H8034 Mijn Naam H7121 H8738 genoemd worden H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H2063 , Die dit H6213 H8802 doet.

Micah 5:2

  2 H859 [05:1] En gij H1035 , Bethlehem H672 Efratha H6810 ! zijt gij klein H1961 H8800 om te wezen H505 onder de duizenden H3063 van Juda H4480 ? Uit H3318 H8799 u zal Mij voortkomen H4910 H8802 , Die een Heerser H1961 H8800 zal zijn H3478 in Israel H4163 , en Wiens uitgangen H4480 zijn van H6924 ouds H4480 , van H3117 de dagen H5769 der eeuwigheid.

Haggai 2:7

  7 H3605 [02:8] Ja, Ik zal al H853 de H1471 heidenen H7493 H8689 doen beven H935 H8804 , en zij zullen komen H2532 [tot] den Wens H3605 aller H1471 heidenen H4390 H0 , en Ik zal H853 , H2088 dit H1004 huis H3519 met heerlijkheid H4390 H8765 vervullen H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen.

Haggai 2:21-22

  21 H559 H8798 [02:22] Spreek H413 tot H2216 Zerubbabel H6346 , den vorst H3063 van Juda H559 H8800 , zeggende H589 : Ik H853 zal de H8064 hemelen H853 en de H776 aarde H7493 H8688 bewegen.
  22 H3678 [02:23] En Ik zal den troon H4467 der koninkrijken H2015 H8804 omkeren H8045 H8689 , en verdelgen H2392 de vastigheid H4467 van de koninkrijken H1471 der heidenen H4818 ; en Ik zal den wagen H2015 H8804 omkeren H7392 H8802 , en die daarop rijden H5483 ; en de paarden H7392 H8802 , en die daarop rijden H3381 H8804 , zullen nederstorten H376 , een iegelijk H251 in des anderen H2719 zwaard.

Zechariah 6:12-13

  12 H559 H8804 En spreek H413 tot H559 H8800 hem, zeggende H3541 : Alzo H559 H8804 spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H559 H8800 , zeggende H2009 : Ziet H376 , een Man H8034 , Wiens naam H6780 is SPRUITE H6779 H8799 , Die zal uit Zijn plaats spruiten H3068 , en Hij zal des HEEREN H1964 tempel H1129 H8804 bouwen.
  13 H1931 Ja, Hij H1964 zal den tempel H3068 des HEEREN H1129 H8799 bouwen H1931 , en Hij H1935 zal het sieraad H5375 H8799 dragen H3427 H8804 , en Hij zal zitten H4910 H8804 , en heersen H5921 op H3678 Zijn troon H3548 ; en Hij zal priester H1961 H8804 zijn H5921 op H3678 Zijn troon H6098 ; en de raad H7965 des vredes H996 zal tussen H8147 die Beiden H1961 H8799 wezen.

Zechariah 9:9

  9 H1523 H8798 Verheug u H3966 zeer H1323 , gij dochter H6726 Sions H7321 H8685 ! juich H1323 , gij dochter H3389 Jeruzalems H2009 ! Ziet H4428 , uw Koning H935 H8799 zal u komen H6662 , rechtvaardig H1931 , en Hij H3467 H8737 is een Heiland H6041 ; arm H7392 H8802 , en rijdende H5921 op H2543 een ezel H5921 , en op H5895 een veulen H1121 , een jong H860 der ezelinnen.

Malachi 3:1

  1 H2009 Ziet H7971 H8802 , Ik zende H4397 Mijn engel H6440 , die voor Mijn aangezicht H1870 den weg H6437 H8765 bereiden zal H6597 ; en snellijk H413 zal tot H1964 Zijn tempel H935 H8799 komen H113 die Heere H834 , Dien H859 gijlieden H1245 H8764 zoekt H4397 , te weten de Engel H1285 des verbonds H834 , aan Denwelken H859 gij H2655 lust H2009 hebt; ziet H935 H8804 , Hij komt H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen.

Malachi 4:2

  2 H8034 Ulieden daarentegen, die Mijn Naam H3373 vreest H8121 , zal de Zon H6666 der gerechtigheid H2224 H8804 opgaan H4832 , en er zal genezing H3671 zijn onder Zijn vleugelen H3318 H8804 ; en gij zult uitgaan H6335 H8804 , en toenemen H5695 H4770 , als mestkalveren.

Matthew 28:18

  18 G2532 En G2424 Jezus G4334 G5631 , bij hen komende G2980 G5656 , sprak G846 tot hen G3004 G5723 , zeggende G3427 : Mij G1325 G5681 is gegeven G3956 alle G1849 macht G1722 in G3772 hemel G2532 en G1909 op G1093 aarde.

Luke 1:32

  32 G3778 Deze G3173 zal groot G2071 G5704 zijn G2532 , en G5207 de Zoon G5310 des Allerhoogsten G2564 G5701 genaamd worden G2532 ; en G2316 God G2962 , de Heere G846 , zal Hem G2362 den troon G846 van Zijn G3962 vader G1138 David G1325 G5692 geven.

Luke 1:69

  69 G2532 En G2768 heeft een hoorn G4991 der zaligheid G2254 ons G1453 G5656 opgericht G1722 , in G3624 het huis G1138 van David G846 , Zijn G3816 knecht;

Luke 2:11

  11 G3754 [Namelijk] dat G5213 u G4594 heden G5088 G5681 geboren is G4990 de Zaligmaker G3739 , welke G2076 G5748 is G5547 Christus G2962 , de Heere G1722 , in G4172 de stad G1138 Davids.

John 1:4

  4 G1722 In G846 Hetzelve G2258 G5713 was G2222 het Leven G2532 , en G2222 het Leven G2258 G5713 was G5457 het Licht G444 der mensen.

John 1:9

  9 G2258 G5713 [Dit] was G228 het waarachtige G5457 Licht G3739 , Hetwelk G5461 G5719 verlicht G3956 een iegelijk G444 mens G2064 G5740 , komende G1519 in G2889 de wereld.

Ephesians 1:20-22

  20 G3739 Die G1754 G5656 Hij gewrocht heeft G1722 in G5547 Christus G846 , als Hij Hem G1537 uit G3498 de doden G1453 G5660 heeft opgewekt G2532 ; en G2523 G5656 heeft [Hem] gezet G1722 tot G846 Zijn G1188 rechter [hand G1722 ] in G2032 den hemel;
  21 G5231 Verre boven G3956 alle G746 overheid G2532 , en G1849 macht G2532 , en G1411 kracht G2532 , en G2963 heerschappij G2532 , en G3956 allen G3686 naam G3687 G5746 , die genaamd wordt G3756 , niet G3440 alleen G1722 in G5129 deze G165 wereld G235 , maar G2532 ook G1722 in G3195 G5723 de toekomende;
  22 G2532 En G3956 heeft alle G5259 dingen G846 Zijn G4228 voeten G5293 G5656 onderworpen G2532 , en G846 heeft Hem G1577 der Gemeente G1325 G5656 gegeven G2776 tot een Hoofd G5228 boven G3956 alle dingen;

Philippians 2:9-10

  9 G1352 Daarom G846 heeft Hem G2532 ook G2316 God G5251 G5656 uitermate verhoogd G2532 , en G846 heeft Hem G3686 een Naam G5483 G5662 gegeven G3588 , welke G5228 boven G3956 allen G3686 naam is;
  10 G2443 Opdat G1722 in G3686 den Naam G2424 van Jezus G2578 G5661 zich zou buigen G3956 alle G1119 knie G2032 dergenen, die in den hemel G2532 , en G1919 die op de aarde G2532 , en G2709 die onder de aarde zijn.

Hebrews 12:26-27

  26 G3739 Wiens G5456 stem G5119 toen G1093 de aarde G4531 G5656 bewoog G1161 ; maar G3568 nu G1861 G5766 heeft Hij verkondigd G3004 G5723 , zeggende G2089 : Nog G530 eenmaal G1473 zal Ik G4579 G5719 bewegen G3756 niet G3440 alleen G1093 de aarde G235 , maar G2532 ook G3772 den hemel.
  27 G1161 En G2089 dit [woord]: Nog G530 eenmaal G1213 G5719 , wijst aan G3331 de verandering G4531 G5746 der bewegelijke dingen G5613 , als G4160 G5772 welke gemaakt waren G2443 , opdat G3306 G5661 blijven zouden G3361 de dingen, die niet G4531 G5746 bewegelijk zijn.

1 Peter 3:22

  22 G3739 Welke G2076 G5748 is G1722 aan G1188 de rechter G2316 [hand] Gods G4198 G5679 , opgevaren G1519 ten G3772 hemel G32 , de engelen G2532 , en G1849 machten G2532 , en G1411 krachten G846 Hem G5293 G5651 onderdanig gemaakt zijnde.

Revelation 19:11-16

  11 G2532 En G1492 G5627 ik zag G3772 den hemel G455 G5772 geopend G2532 ; en G2400 G5628 ziet G3022 , een wit G2462 paard G2532 , en G1909 Die op G846 hetzelve G2521 G5740 zat G2564 G5746 , was genaamd G4103 Getrouw G2532 en G228 Waarachtig G2532 , en G2919 G5719 Hij oordeelt G2532 en G4170 G5719 voert krijg G1722 in G1343 gerechtigheid.
  12 G1161 En G846 Zijn G3788 ogen G5613 waren als G5395 een vlam G4442 vuurs G2532 , en G1909 op G846 Zijn G2776 hoofd G4183 waren vele G1238 koninklijke hoeden G2192 G5723 ; en Hij had G3686 een naam G1125 G5772 geschreven G3739 , die G3762 niemand G1492 G5758 wist G1508 , dan G846 Hij Zelf.
  13 G2532 En G4016 G5772 Hij was bekleed G2440 met een kleed G129 , dat met bloed G911 G5772 geverfd was G2532 ; en G846 Zijn G3686 naam G2564 G5743 wordt genoemd G3056 het Woord G2316 Gods.
  14 G2532 En G4753 G3588 de heirlegers G1722 in G3772 den hemel G190 G5707 volgden G846 Hem G1909 op G3022 witte G2462 paarden G1746 G5765 , gekleed G3022 met wit G2532 en G2513 rein G1039 fijn lijnwaad.
  15 G2532 En G1537 uit G846 Zijn G4750 mond G1607 G5736 ging G3691 een scherp G4501 zwaard G2443 , opdat G1722 G846 Hij daarmede G1484 de heidenen G3960 G5661 slaan zou G2532 . En G846 Hij zal hen G4165 G5692 hoeden G1722 met G4603 een ijzeren G4464 roede G2532 ; en G3961 G5719 Hij treedt G3025 den wijnpersbak G3631 van den wijn G2372 des toorns G2532 en G3709 der gramschap G3841 des almachtigen G2316 Gods.
  16 G2532 En G2192 G5719 Hij heeft G1909 op G2440 [Zijn] kleed G2532 en G1909 op G846 Zijn G3382 dij G3686 dezen Naam G1125 G5772 geschreven G935 : Koning G935 der koningen G2532 , en G2962 Heere G2962 der heren.

Jeremiah 49:1-5

  1 H1121 Tegen de kinderen H5983 Ammons H559 H8804 zegt H3068 de HEERE H3478 alzo: Heeft dan Israel H1121 geen kinderen H3423 H8802 ? Heeft hij geen erfgenaam H4428 ? Waarom is dan Malcham H3423 H8804 erfgenaam H1410 van Gad H3427 H8804 , en [waarom] woont H5971 zijn volk H5892 in deszelfs steden?
  2 H3117 Daarom ziet, de dagen H935 H8802 komen H559 H8804 , spreekt H3068 de HEERE H7237 , dat Ik over Rabba H1121 der kinderen H5983 Ammons H8643 H4421 een krijgsgeschrei H8085 H8689 zal doen horen H8077 , en zij zal tot een woesten H8510 hoop H1323 worden, en haar onderhorige plaatsen H784 zullen met vuur H3341 H8799 aangestoken worden H3478 ; en Israel H3423 H8804 zal erven H3423 H8802 degenen, die hem geerfd hadden H5002 H8803 , zegt H3068 de HEERE.
  3 H3213 H8685 Huil H2809 , o Hesbon H5857 ! want Ai H7703 H8795 is verstoord H6817 H8798 ; krijt H1323 , gij dochteren H7237 van Rabba H2296 H8798 , gordt H8242 zakken H5594 H8798 aan, drijft misbaar H7751 H8708 , en loopt om H1448 bij de tuinen H4428 ; want Malcham H3212 H8799 zal wandelen H1473 in gevangenis H3548 , zijn priesteren H8269 en zijn vorsten H3162 te zamen.
  4 H1984 H8691 Wat roemt gij H6010 op [uw] dalen H6010 ? Uw dal H2100 H8802 is weggevloten H7728 , gij afkerige H1323 dochter H214 ! die op haar schatten H982 H8802 vertrouwt H935 H8799 , [zeggende]: Wie zou tegen mij komen?
  5 H6343 Ziet, Ik zal vreze H935 H8688 over u brengen H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 , de HEERE H6635 der heirscharen H5439 , van allen, die rondom H376 u zijn, en gijlieden zult, een iegelijk H6440 voor zich H5080 H8738 henen, uitgedreven worden H5074 H8802 , en niemand zal den omdolende H6908 H8764 vergaderen.

Ezekiel 21:9-10

  9 H1121 H120 Mensenkind H5012 H8734 , profeteer H559 H8804 en zeg H559 H8804 : Alzo zegt H3068 de HEERE H559 H8798 : Zeg H2719 : Het zwaard H2719 , het zwaard H2300 H8717 is gescherpt H4803 H8803 , en ook geveegd.
  10 H2300 H8717 Het is gescherpt H2874 , opdat het een slachting H2873 H8800 slachte H4178 H8794 ; het is geveegd H1300 , opdat het een glinster H176 hebbe; of H7797 H8799 wij [dan] zullen vrolijk zijn H7626 ? het is de roede H1121 Mijns Zoons H6086 , die alle hout H3988 H8802 versmaadt.

Ezekiel 25:2-7

  2 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 ! zet H6440 uw aangezicht H1121 tegen de kinderen H5983 Ammons H5012 H8734 , en profeteer tegen dezelve;
  3 H559 H8804 En zeg H1121 tot de kinderen H5983 Ammons H8085 H8798 : Hoort H136 des Heeren H3069 HEEREN H1697 woord H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H559 H8800 : Omdat gij gezegd hebt H1889 : Heah H4720 ! over Mijn heiligdom H2490 H8738 , als het ontheiligd werd H127 , en over het land H3478 Israels H8074 H8738 , als het verwoest werd H1004 , en over het huis H3063 van Juda H1473 , als zij in gevangenis H1980 H8804 gingen;
  4 H1121 Daarom, ziet, Ik zal u aan die H6924 van het oosten H5414 H8802 overgeven H4181 tot een bezitting H2918 , dat zij hun burgen H3427 H8765 in u zetten H4908 , en hun woningen H5414 H8804 in u stellen H6529 , die zullen uw vruchten H398 H8799 eten H2461 , en die zullen uw melk H8354 H8799 drinken.
  5 H7237 En Ik zal Rabba H5116 H1581 tot een kemelstal H5414 H8804 maken H1121 , en de kinderen H5983 Ammons H4769 H6629 tot een schaapskooi H3045 H8804 ; en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.
  6 H559 H8804 Want alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3027 : Omdat gij met de hand H4222 H8763 geklapt H7272 , en met den voet H7554 H8800 gestampt hebt H5315 , en van harte H8055 H8799 verblijd zijt geweest H7589 in al uw plundering H127 , over het land H3478 Israels;
  7 H3027 Daarom, ziet, Ik zal Mijn hand H5186 H8804 tegen u uitstrekken H1471 , en u den heidenen H957 H8675 H897 ten buit H5414 H8804 geven H5971 , en zal u uit de volken H3772 H8689 uitroeien H776 , en u uit de landen H6 H8689 verdoen H8045 H8686 ; Ik zal u verdelgen H3045 H8804 ; en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Amos 1:13-15

  13 H3541 Alzo H559 H8804 zegt H3068 de HEERE H5921 : Om H7969 drie H6588 overtredingen H1121 der kinderen H5983 Ammons H5921 , en om H702 vier H3808 zal Ik dat niet H7725 H8686 afwenden H5921 ; omdat H2030 zij de zwangere H1568 [vrouwen] van Gilead H1234 H8800 hebben opengesneden H4616 , om H1366 hun landpale H7337 H8687 te verwijden.
  14 H784 Daarom zal Ik een vuur H3341 H8689 aansteken H2346 in den muur H7237 van Rabba H759 , dat zal haar paleizen H398 H8804 verteren H8643 ; met een gejuich H3117 ten dage H4421 des strijds H5591 , met een onweder H3117 ten dage H5492 des wervelwinds.
  15 H4428 En hunlieder koning H1980 H8804 zal gaan H1473 in de gevangenis H1931 , hij H8269 en zijn vorsten H3162 te zamen H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE.

Zephaniah 2:8-10

  8 H2781 Ik heb de beschimping H4124 van Moab H8085 H8804 gehoord H1421 , en de scheldwoorden H1121 der kinderen H5983 Ammons H834 , waarmede H5971 zij Mijn volk H2778 H8765 beschimpt hebben H1431 H8686 , en hebben zich groot gemaakt H5921 tegen H1366 deszelfs landpale.
  9 H3651 Daarom H589 , [zo] [waarachtig] [als] Ik H2416 leef H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H430 , de God H3478 Israels H4124 : Moab H5467 zal zekerlijk zijn als Sodom H1121 , en de kinderen H5983 Ammons H6017 als Gomorra H4476 H2738 , een netelheide H4379 H4417 , en een zoutgroeve H8077 , en een verwoesting H5704 tot H5769 in eeuwigheid H7611 ! De overigen H5971 Mijns volks H962 H8799 zullen ze beroven H3499 , en het overige H1471 Mijns volks H5157 H8799 zal ze erfelijk bezitten.
  10 H2063 Dat H8478 zullen zij hebben in plaats van H1347 hun hoogmoed H3588 ; want H2778 H8765 zij hebben beschimpt H1431 H8686 , en hebben zich groot gemaakt H5921 tegen H5971 het volk H3068 van den HEERE H6635 der heirscharen.

Job 18:20

  20 H5921 Over H3117 zijn dag H314 zullen de nakomelingen H8074 H8738 verbaasd zijn H6931 , en de ouden H8178 met schrik H270 H8804 bevangen worden.

Psalms 37:13

  13 H136 De HEERE H7832 H8799 belacht H7200 H8804 hem, want Hij ziet H3117 , dat zijn dag H935 H8799 komt.

Isaiah 44:25

  25 H226 Die de tekenen H907 der leugendichters H6565 H8688 vernietigt H7080 H8802 , en de waarzeggers H1984 H8779 dol maakt H2450 ; Die de wijzen H268 achterwaarts H7725 H8688 doet keren H1847 , en [Die] hun wetenschap H5528 H8762 verdwaast;

Isaiah 47:13

  13 H3811 H8738 Gij zijt moede geworden H7230 in de veelheid H6098 uwer raadslagen H5975 H8799 ; laat nu opstaan H8064 , die den hemel H1895 H8802 waarnemen H3556 , die in de sterren H2374 kijken H2320 , die naar de nieuwe manen H3045 H8688 voorzeggen H3467 H8686 ; en laat ze u verlossen H935 H8799 van die dingen, die over u komen zullen.

Jeremiah 27:9

  9 H8085 H8799 Gijlieden dan, hoort H5030 niet naar uw profeten H7080 H8802 , en naar uw waarzeggers H2472 , en naar uw dromers H6049 H8781 , en naar uw guichelaars H3786 , en naar uw tovenaars H559 H8802 , dewelke tot u spreken H559 H8800 , zeggende H4428 : Gij zult den koning H894 van Babel H5647 H8799 niet dienen.

Lamentations 2:14

  14 H5030 [Nun]. Uw profeten H7723 hebben u ijdelheid H8602 en ongerijmdheid H2372 H8804 gezien H5771 , en zij hebben [u] uw ongerechtigheid H1540 H8765 niet geopenbaard H7622 H8675 H7622 , om uw gevangenis H7725 H8687 af te wenden H2372 H8799 , maar zij hebben voor u gezien H7723 ijdele H4864 lasten H4065 en uitstotingen.

Ezekiel 12:24

  24 H7723 Want geen ijdel H2377 gezicht H2509 zal er meer wezen, noch vleiende H4738 waarzegging H8432 , in het midden H1004 van het huis H3478 Israels.

Ezekiel 13:6

  6 H2372 H8804 Zij zien H7723 ijdelheid H3577 en leugenachtige H7081 voorzegging H559 H8802 , die daar zeggen H3068 : De HEERE H5002 H8803 heeft gesproken H3068 , daar de HEERE H7971 H8804 hen niet gezonden heeft H3176 H8765 ; en zij geven hope H1697 van het woord H6965 H8763 te zullen bevestigen.

Ezekiel 13:10

  10 H5971 Daarom, ja, daarom dat zij Mijn volk H2937 H8689 verleiden H559 H8800 , zeggende H7965 : Vrede H7965 , daar geen vrede H2434 is; en [dat] de een een lemen wand H1129 H8802 bouwt H2009 , en ziet H2902 H8802 , de anderen denzelven pleisteren H8602 met loze kalk.

Ezekiel 13:23

  23 H7723 Daarom zult gij niet meer ijdelheid H2372 H8799 zien H7081 , noch waarzegging H7080 H8799 gebruiken H5971 ; maar Ik zal Mijn volk H3027 uit uw hand H5337 H8689 redden H3045 H8804 , en gij zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.

Ezekiel 22:28

  28 H5030 Haar profeten H2902 H8804 nu pleisteren H8602 hen met loze H2374 kalk; ziende H7723 ijdelheid H3577 en hun leugen H7080 H8802 voorzeggende H559 H8802 , zeggende H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3068 ! en de HEERE H1696 H8765 heeft niet gesproken.

Genesis 15:14

  14 H595 Doch Ik H1471 zal het volk H1571 ook H1777 H8802 rechten H834 , hetwelk H5647 H8799 zij zullen dienen H310 H3651 ; en daarna H3318 H8799 zullen zij uittrekken H1419 met grote H7399 have.

Ezekiel 16:3-4

  3 H559 H8804 En zeg H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H3389 tot Jeruzalem H4351 : Uw handelingen H4138 en uw geboorten H776 zijn uit het land H3669 der Kanaanieten H1 ; uw vader H567 was een Amoriet H517 en uw moeder H2850 een Hethietische.
  4 H4138 En aangaande uw geboorten H3117 : ten dage H3205 H8715 , als gij geboren waart H8270 , werd uw navel H3772 H8795 niet afgesneden H4325 ; en gij waart niet met water H7364 H8795 gewassen H4935 , toen Ik [u] aanschouwde H4414 H8715 ; gij waart ook geenszins H4414 H8717 met zout gewreven H2853 H8715 , noch in windselen H2853 H8795 gewonden.

Ezekiel 16:38

  38 H4941 Daartoe zal Ik u [naar] de rechten H5003 H8802 der overspeelsters H8210 H8802 H1818 en der bloedvergietsters H8199 H8804 richten H5414 H8804 ; en Ik zal u overgeven H1818 aan het bloed H2534 der grimmigheid H7068 en des ijvers.

Ezekiel 21:4-5

  4 H3282 Omdat H3772 H8689 Ik [dan] van u uitroeien zal H6662 den rechtvaardige H7563 en den goddeloze H2719 , daarom zal Mijn zwaard H8593 uit zijn schede H3318 H8799 uitgaan H1320 tegen alle vlees H5045 , van het zuiden H6828 [tot] het noorden.
  5 H1320 En alle vlees H3045 H8804 zal weten H3068 , dat Ik, de HEERE H2719 , Mijn zwaard H8593 uit zijn schede H3318 H8689 getrokken heb H7725 H8799 ; het zal niet meer wederkeren.

Ezekiel 28:13

  13 H5731 Gij waart in Eden H430 , Gods H1588 hof H3368 ; alle kostelijk H68 gesteente H4540 was uw deksel H124 , sardisstenen H6357 , topazen H3095 en diamanten H8658 , turkooizen H7718 , sardonixstenen H3471 en jaspisstenen H5601 , saffieren H5306 , robijnen H1304 , en smaragden H2091 , en goud H4399 ; het werk H8596 uwer trommelen H5345 en uwer pijpen H3117 was bij u; ten dage H1254 H8736 als gij geschapen werdt H3559 H8797 , waren zij bereid.

Ezekiel 28:15

  15 H8549 Gij waart volkomen H1870 in uw wegen H3117 , van den dag H1254 H8736 af, dat gij geschapen zijt H5766 , totdat er ongerechtigheid H4672 H8738 in u gevonden is.

Psalms 18:15

  15 H650 [018:16] En de diepe kolken H4325 der wateren H7200 H8735 werden gezien H4146 , en de gronden H8398 der wereld H1540 H8735 werden ontdekt H1606 , van Uw schelden H3068 , o HEERE H5397 ! van het geblaas H7307 des winds H639 van Uw neus.

Isaiah 14:4-6

  4 H4912 Dan zult gij deze spreuk H5375 H8804 opnemen H4428 tegen den koning H894 van Babel H559 H8804 , en zeggen H7673 H0 : Hoe houdt H5065 H8802 de drijver H7673 H8804 op H7673 H0 ? [Hoe] houdt H4062 de goudene H7673 H8804 op?
  5 H3068 De HEERE H4294 heeft den stok H7563 der goddelozen H7665 H8804 gebroken H7626 , den scepter H4910 H8802 der heersers.
  6 H5971 Die de volken H5221 H8688 plaagde H5678 in verbolgenheid H4347 met een plaag H1115 zonder H5627 ophouden H639 , die in toorn H1471 over de heidenen H7287 H8802 heerste H4783 , die wordt vervolgd H1097 , zonder dat het iemand H2820 H8804 afweren kan.

Isaiah 30:33

  33 H8613 Want Tofeth H865 is van gisteren H6186 H8803 bereid H4428 ; [ja], hij is ook voor den koning H3559 H8717 bereid H6009 H8689 ; Hij heeft hem diep H7337 H8689 [en] wijd gemaakt H784 , het vuur H6086 en hout H4071 van zijn brandstapel H7235 H8687 is veel H5397 ; de adem H3068 des HEEREN H1197 H8802 zal hem aansteken H5158 H1614 als een zwavelstroom.

Isaiah 37:7

  7 H7307 Zie, Ik zal een geest H5414 H8802 in hem geven H8052 , dat hij een gerucht H8085 H8804 horen zal H776 , en weder in zijn land H7725 H8804 keren H2719 ; en Ik zal hem door het zwaard H776 in zijn land H5307 H8689 vellen.

Isaiah 40:7

  7 H2682 Het gras H3001 H8804 verdort H6731 , de bloem H5034 H8804 valt af H7307 , als de Geest H3068 des HEEREN H5380 H8804 daarin blaast H403 ; voorwaar H5971 , het volk H2682 is gras.

Jeremiah 4:7

  7 H738 De leeuw H5927 H8804 is opgekomen H5441 uit zijn haag H7843 H8688 , en de verderver H1471 der heidenen H5265 H8804 is opgetrokken H3318 H8804 , hij is uitgegaan H4725 uit zijn plaats H776 , om uw land H7760 H8800 te stellen H8047 in verwoesting H5892 ; uw steden H5327 H8799 zullen verstoord worden H3427 H8802 , dat er niemand in wone.

Jeremiah 6:22-23

  22 H559 H8804 Zo zegt H3068 de HEERE H935 H8802 : Ziet, er komt H5971 een volk H776 uit het land H6828 van het noorden H1419 , en een grote H1471 natie H5782 H8735 zal opgewekt worden H3411 uit de zijden H776 der aarde.
  23 H7198 Boog H3591 en spies H2388 H8686 zullen zij voeren H394 , het is een wreed H7355 H8762 [volk], en zij zullen niet barmhartig zijn H6963 ; hun stem H1993 H8799 zal bruisen H3220 als de zee H5483 , en op paarden H7392 H8799 zullen zij rijden H6186 H8803 ; het is toegerust H376 , als een man H4421 ten oorlog H1323 tegen u, o dochter H6726 van Sion!

Ezekiel 7:8

  8 H7138 Nu zal Ik in kort H2534 Mijn grimmigheid H8210 H8799 over u uitgieten H639 , en Mijn toorn H3615 H8765 tegen u volbrengen H8199 H8804 , en u richten H1870 naar uw wegen H5414 H8804 , en zal op u brengen H8441 al uw gruwelen.

Ezekiel 14:19

  19 H1698 Of [als] Ik de pestilentie H776 in datzelve land H7971 H8762 zende H2534 , en Mijn grimmigheid H1818 daarover met bloed H8210 H8804 uitgiete H120 , om daarvan mensen H929 en beesten H3772 H8687 uit te roeien;

Ezekiel 22:20-22

  20 H3701 [Gelijk] zilver H5178 , of koper H1270 , of ijzer H5777 , of lood H913 , of tin H8432 in het midden H3564 eens ovens H6910 vergaderd wordt H784 , om het vuur H5301 H8800 daarover op te blazen H5413 H8687 , opdat men het smelte H6908 H8799 ; alzo zal Ik ulieden vergaderen H639 in Mijn toorn H2534 , en in Mijn grimmigheid H3240 H8689 daar laten H5413 H8689 , en smelten.
  21 H3664 H8765 Ja, Ik zal u bijeenbrengen H5301 H8804 , en zal op u blazen H784 in het vuur H5678 Mijner verbolgenheid H8432 , dat gij in het midden H5413 H8738 van haar zult gesmolten worden.
  22 H3701 Gelijk het zilver H8432 in het midden H3564 des ovens H2046 gesmolten wordt H8432 , alzo zult gijlieden in het midden H5413 H8714 van haar gesmolten worden H3045 H8804 ; en gij zult weten H3068 , dat Ik, de HEERE H2534 , Mijn grimmigheid H8210 H8804 over u uitgegoten heb.

Nahum 1:6

  6 H4310 Wie H6440 zal voor H2195 Zijn gramschap H5975 H8799 staan H4310 , en wie H2740 zal voor de hittigheid H639 Zijns toorns H6965 H8799 bestaan H2534 ? Zijn grimmigheid H5413 H8738 is uitgestort H784 als vuur H6697 , en de rotsstenen H4480 worden van H5422 H8738 Hem vermorzeld.

Habakkuk 1:6-10

  6 H3588 Want H2009 ziet H6965 H8688 , Ik verwek H3778 de Chaldeen H4751 , een bitter H4116 H8737 en snel H1471 volk H1980 H8802 , trekkende H4800 door de breedten H776 der aarde H3423 H8800 , om erfelijk te bezitten H4908 woningen H3808 , die de zijne niet zijn.
  7 H366 Schrikkelijk H3372 H8737 en vreselijk H1931 is hetzelve H4941 ; zijn recht H7613 en zijn hoogheid H3318 H0 gaat H4480 van hemzelven H3318 H8799 uit.
  8 H5483 Want zijn paarden H7043 H8804 zijn lichter H5246 dan de luipaarden H2300 H8804 , en zij zijn scherper H6153 H2061 dan de avondwolven H6571 , en zijn ruiters H6335 H8804 verspreiden zich H6571 ; ja, zijn ruiters H4480 zullen van H7350 verre H935 H8799 komen H5774 H8799 , zij zullen vliegen H5404 als een arend H2363 H8804 , zich spoedende H398 H8800 om te eten.
  9 H3605 Het zal geheellijk H2555 tot geweld H935 H8799 komen H4041 , wat zij inslorpen zullen H6440 met hun aangezichten H6921 , [zullen] [zij] [brengen] naar het oosten H7628 ; en het zal de gevangenen H622 H8799 verzamelen H2344 als zand.
  10 H1931 En hij H4428 zal de koningen H7046 H8691 beschimpen H7336 H8802 , en de prinsen H4890 zullen hem een belaching H1931 zijn; hij H3605 zal alle H4013 vesting H7832 H8799 belachen H6083 ; want hij zal stof H6651 H8799 vergaderen H3920 H8799 , en hij zal ze innemen.

Haggai 1:9

  9 H6437 H8800 Gij ziet om H413 naar H7235 H8687 veel H2009 , maar ziet H4592 , gij bekomt weinig H1004 ; en als gij het in huis H935 H8689 gebracht hebt H5301 H8804 , zo blaas Ik H3282 daarin. Waarom H4100 dat H5002 H8803 ? spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H3282 ; om H1004 Mijns huizes H834 wil, hetwelk H2720 woest H1931 is H859 , en dat gij H7323 H8801 loopt H376 elk H1004 voor zijn eigen huis.

Numbers 23:19

  19 H410 God H376 is geen man H3576 H8762 , dat Hij liegen zou H120 , noch eens mensen H1121 kind H5162 H8691 , dat het Hem berouwen zou H559 H8804 ; zou Hij het zeggen H6213 H8799 , en niet doen H1696 H8765 , of spreken H6965 H8686 , en niet bestendig maken?

Isaiah 34:3-7

  3 H2491 En hun verslagenen H7993 H8714 zullen weggeworpen worden H6297 , en van hun dode lichamen H889 zal hun stank H5927 H8799 opgaan H2022 ; en de bergen H4549 H8738 zullen smelten H1818 van hun bloed.
  4 H6635 En al het heir H8064 der hemelen H4743 H8738 zal uitteren H8064 , en de hemelen H1556 H8738 zullen toegerold worden H5612 , gelijk een boek H6635 , en al hun heir H5034 H8799 zal afvallen H5929 , gelijk een blad H1612 van den wijnstok H5034 H8800 afvalt H5034 H8802 , en gelijk [een] [vijg] afvalt H8384 van den vijgeboom.
  5 H2719 Want Mijn zwaard H7301 H8765 is dronken geworden H8064 in den hemel H4941 ; ziet, het zal ten oordeel H3381 H8799 nederdalen H123 op Edom H5971 , en op het volk H2764 , hetwelk Ik verbannen heb.
  6 H2719 Het zwaard H3068 des HEEREN H4390 H8804 is vol H1818 van bloed H1878 H8719 , het is vet geworden H2459 van smeer H1818 , van het bloed H3733 der lammeren H6260 en der bokken H2459 , van het smeer H3629 der nieren H352 van de rammen H3068 ; want de HEERE H2077 heeft een slachtoffer H1224 te Bozra H1419 , en een grote H2874 slachting H776 in het land H123 der Edomieten.
  7 H7214 En de eenhoornen H3381 H8804 zullen met hen afgaan H6499 , en de varren H47 met de stieren H776 ; en hun land H7301 H8765 zal doordronken zijn H1818 van het bloed H6083 , en hun stof H2459 zal van het smeer H1878 H8792 vet gemaakt worden.

Ezekiel 20:47-48

  47 H559 H8804 En zeg H3293 H5045 tot het zuiderwoud H8085 H8798 : Hoor H3068 des HEEREN H1697 woord H559 H8804 : Alzo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H784 : Ziet, Ik zal een vuur H3341 H8688 in u aansteken H3892 , hetwelk in u allen groenen H6086 boom H3002 en allen dorren H6086 boom H398 H8804 verteren zal H3852 ; de vlammende H7957 vlam H3518 H8799 zal niet uitgeblust worden H6866 H8738 , maar daardoor zullen verbrand worden H6440 alle aangezichten H5045 van het zuiden H6828 tot het noorden toe.
  48 H1320 En alle vlees H7200 H8804 zal zien H3068 , dat Ik, de HEERE H1197 H8765 , dat aangestoken heb H3518 H8799 ; het zal niet uitgeblust worden.

Ezekiel 25:10

  10 H1121 Voor die H6924 van het oosten H1121 , met [het] [land] der kinderen H5983 Ammons H4181 , hetwelk Ik ter bezitting H5414 H8804 zal overgeven H1121 ; opdat der kinderen H5983 Ammons H1471 onder de heidenen H2142 H8735 niet [meer] gedacht worde.

Zephaniah 2:9

  9 H3651 Daarom H589 , [zo] [waarachtig] [als] Ik H2416 leef H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H430 , de God H3478 Israels H4124 : Moab H5467 zal zekerlijk zijn als Sodom H1121 , en de kinderen H5983 Ammons H6017 als Gomorra H4476 H2738 , een netelheide H4379 H4417 , en een zoutgroeve H8077 , en een verwoesting H5704 tot H5769 in eeuwigheid H7611 ! De overigen H5971 Mijns volks H962 H8799 zullen ze beroven H3499 , en het overige H1471 Mijns volks H5157 H8799 zal ze erfelijk bezitten.

Malachi 4:1

  1 H3588 Want H2009 ziet H3117 , die dag H935 H8802 komt H1197 H8802 , brandende H8574 als een oven H3605 , dan zullen alle H2086 hoogmoedigen H3605 , en al H7564 wie goddeloosheid H6213 H8802 doet H7179 , een stoppel H1961 H8804 zijn H935 H8802 , en de toekomstige H3117 dag H853 zal ze H3857 H8765 in vlam zetten H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H834 , Die H3808 hun noch H8328 wortel H6057 , noch tak H5800 H8799 laten zal.

Matthew 3:10

  10 G1161 En G2532 ook G2235 is alrede G513 de bijl G4314 aan G4491 den wortel G1186 der bomen G2749 G5736 gelegd G3956 ; alle G1186 boom G3767 dan G3361 , die geen G2570 goede G2590 vrucht G4160 G5723 voortbrengt G1581 G5743 , wordt uitgehouwen G2532 en G1519 in G4442 het vuur G906 G5743 geworpen.

Matthew 3:12

  12 G3739 Wiens G4425 wan G1722 in G846 Zijn G5495 hand G2532 is, en G846 Hij zal Zijn G257 dorsvloer G1245 G5692 doorzuiveren G2532 , en G4621 Zijn tarwe G1519 in G846 Zijn G596 schuur G4863 G5692 samenbrengen G1161 , en G892 zal het kaf G762 met onuitblusselijk G4442 vuur G2618 G5692 verbranden.

Matthew 24:35

  35 G3772 De hemel G2532 en G1093 de aarde G3928 G5695 zullen voorbijgaan G1161 , maar G3450 Mijn G3056 woorden G3364 zullen geenszins G3928 G5632 voorbijgaan.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.