Jeremiah 52:31-34

DSV_Strongs(i)
  31 H7651 Het geschiedde daarna, in het zeven H7970 en dertigste H8141 jaar H1546 der gevankelijke wegvoering H3078 van Jojachin H4428 , den koning H3063 van Juda H8147 H6240 , in de twaalfde H2320 maand H2568 , op den vijf H6242 en twintigsten H2320 der maand H192 , dat Evilmerodach H4428 , de koning H894 van Babel H8141 , in het [eerste] jaar H4438 zijns koninkrijks H7218 , het hoofd H3078 van Jojachin H4428 , den koning H3063 van Juda H5375 H8804 , verhief H1004 H3628 , en hem uit het gevangenhuis H3318 H8686 uitbracht.
  32 H1696 H8762 En hij sprak H2896 vriendelijk H5414 H8799 met hem, en stelde H3678 zijn stoel H4605 boven H3678 den stoel H4428 der koningen H894 , die bij hem te Babel waren.
  33 H8138 H8765 En hij veranderde H899 de klederen H3608 zijner gevangenis H398 H8804 ; en hij at H8548 geduriglijk H3899 brood H6440 voor zijn aangezicht H3117 , al de dagen H2416 zijns levens.
  34 H737 En aangaande zijn tering H8548 , een gedurige H737 tering H4428 werd hem van den koning H894 van Babel H5414 H8738 gegeven H3117 , elk dagelijks H1697 bestemde deel H3117 op zijn dag H3117 , tot op den dag H4194 zijns doods H3117 , al de dagen H2416 zijns levens.