DSV_Strongs(i)
2
H5414 H8799
Och, dat
H4057
ik in de woestijn
H4411
een herberg
H732 H8802
der wandelaars
H5971
had, zo zou ik mijn volk
H5800 H8799
verlaten
H3212 H8799
, en van hen trekken
H5003 H8764
; want zij zijn allen overspelers
H898 H8802
, een trouweloze
H6116
hoop.
3
H1869 H8686
En zij spannen
H3956
hun tong
H7198
[als] hun boog
H8267
[tot] leugen
H1396 H8804
; zij worden geweldig
H776
in het land
H530
, doch niet tot waarheid
H3318 H8804
; want zij gaan voort
H7451
van boosheid
H7451
tot boosheid
H3045 H8804
, maar Mij kennen zij
H5002 H8803
niet, spreekt
H3068
de HEERE.
4
H8104 H8734
Wacht u
H376
, een iegelijk
H7453
van zijn vriend
H982 H8799
, en vertrouwt
H251
niet op enigen broeder
H251
; want elk broeder
H6117 H8800
doet niet dan
H6117 H8799
bedriegen
H7453
, en elk vriend
H1980 H8799
wandelt
H7400
[in] achterklap.
5
H2048 H8762
En zij handelen bedriegelijk
H376
, een ieder
H7453
met zijn vriend
H1696 H8762
, en spreken
H571
de waarheid
H3925 H8765
niet; zij leren
H3956
hun tong
H8267
leugen
H1696 H8763
spreken
H3811 H8738
, zij maken zich moede
H5753 H8687
met verkeerdelijk te handelen.