1
H3947 H8799
Toen nam
H5971
het volk
H776
des lands
H3059
Joahaz
H1121
, den zoon
H2977
van Josia
H4427 H8686
, en zij maakten hem koning
H1
, in zijns vaders
H8478
plaats
H3389
, te Jeruzalem.
2
H7969
Drie
H6242
en twintig
H8141
jaren
H3099
was Joahaz
H1121
oud
H4427 H8800
, als hij koning werd
H4427 H8804
, en hij regeerde
H7969
drie
H2320
maanden
H3389
te Jeruzalem.
3
H4428
Want de koning
H4714
van Egypte
H5493 H8686
zette hem af
H3389
te Jeruzalem
H6064 H0
; en hij leide
H776
het land
H6064 H8799
een boete op
H3967
van honderd
H3603
talenten
H3701
zilvers
H3603
en een talent
H2091
gouds.
4
H4428
En de koning
H4714
van Egypte
H4427 H0
maakte
H251
zijn broeder
H471
Eljakim
H4427 H8686
koning
H5921
over
H3063
Juda
H3389
en Jeruzalem
H5437 H8686
, en veranderde
H8034
zijn naam
H3079
in Jojakim
H251
; maar zijn broeder
H3099
Joahaz
H3947 H8804
nam
H5224
Necho
H935 H8686
, en bracht
H4714
hem in Egypte.
5
H2568
Vijf
H6242
en twintig
H8141
jaren
H3079
was Jojakim
H1121
oud
H4427 H8800
, als hij koning werd
H4427 H8804
, en regeerde
H259 H6240
elf
H8141
jaren
H3389
te Jeruzalem
H6213 H8799
; en hij deed
H7451
dat kwaad
H5869
was in de ogen
H3068
des HEEREN
H430
, zijns Gods.
6
H5019
Nebukadnezar
H4428
, de koning
H894
van Babel
H5921
, toog tegen
H5927 H8804
hem op
H631 H8799
, en bond
H5178
hem met twee koperen ketenen
H3212 H8687
, om hem te voeren
H894
naar Babel.
7
H5019
Nebukadnezar
H935 H8689
bracht
H4480
ook van
H3627
de vaten
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H894
naar Babel
H5414 H8799
, en stelde
H1964
ze in zijn tempel
H894
te Babel.
8
H3499
Het overige
H1697
nu van de geschiedenissen
H3079
van Jojakim
H8441
, en zijn gruwelen
H834
, die
H6213 H8804
hij deed
H5921
, en wat aan
H4672 H8737
hem gevonden werd
H2009
, ziet
H3789 H8803
, dat is geschreven
H5921
in
H5612
het boek
H4428
der koningen
H3478
van Israel
H3063
en Juda
H3078
; en Jojachin
H1121
, zijn zoon
H4427 H8799
, werd koning
H8478
in zijn plaats.
9
H8083
Acht
H8141
jaren
H3078
was Jojachin
H1121
oud
H4427 H8800
, als hij koning werd
H4427 H8804
, en regeerde
H7969
drie
H2320
maanden
H6235
en tien
H3117
dagen
H3389
te Jeruzalem
H6213 H8799
, en deed
H7451
dat kwaad
H5869
was in de ogen
H3068
des HEEREN.
10
H8666
En met de wederkomst
H8141
des jaars
H7971 H8804
zond
H4428
de koning
H5019
Nebukadnezar
H935 H0
henen, en liet
H894
hem naar Babel
H935 H8686
halen
H5973
, met
H2532
de kostelijke
H3627
vaten
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H4427 H0
; en hij maakte
H251
zijn broeder
H6667
Zedekia
H4427 H8686
koning
H3063
over Juda
H3389
en Jeruzalem.
11
H259
Een
H6242
en twintig
H8141
jaren
H6667
was Zedekia
H1121
oud
H4427 H8800
, als hij koning werd
H4427 H8804
, en regeerde
H259 H6240
elf
H8141
jaren
H3389
te Jeruzalem.
12
H6213 H8799
En hij deed
H7451
dat kwaad
H5869
was in de ogen
H3068
des HEEREN
H430
, zijns Gods
H3665 H8738
; hij verootmoedigde zich
H3808
niet
H4480
voor
H6440
het aangezicht
H5030
van den profeet
H3414
Jeremia
H4480
, [sprekende] uit
H6310
den mond
H3068
des HEEREN.
13
H1571
Daartoe werd hij ook
H4775 H8804
afvallig
H4428
tegen den koning
H5019
Nebukadnezar
H834
, die
H7650 H8689
hem beedigd had
H430
bij God
H7185 H8686
; en verhardde
H6203
zijn nek
H553 H8762
, en verstokte
H3824
zijn hart
H4480
, dat hij zich niet
H7725 H8800
bekeerde
H413
tot
H3068
den HEERE
H430
, den God
H3478
Israels.
14
H1571
Ook
H7235 H0
maakten
H3605
alle
H8269
oversten
H3548
der priesteren
H5971
, en het volk
H4603 H8800
, der overtredingen
H4604
zeer
H7235 H8689
veel
H3605
, naar alle
H8441
gruwelen
H1471
der heidenen
H2930 H8762
; en zij verontreinigden
H1004
het huis
H3068
des HEEREN
H834
, dat
H6942 H8689
Hij geheiligd had
H3389
te Jeruzalem.
15
H3068
En de HEERE
H430
, de God
H1
hunner vaderen
H7971 H8799
, zond
H5921
tot
H3027
hen, door de hand
H4397
Zijner boden
H7925 H8687
, vroeg op zijnde
H7971 H8800
, om [die] te zenden
H3588
; want
H2550 H8804 H5921
Hij verschoonde
H5971
Zijn volk
H5921
en
H4583
Zijn woning.
16
H1961 H8799 H3931 H8688
Maar zij spotten
H4397
met de boden
H430
Gods
H959 H8802
, en verachtten
H1697
Zijn woorden
H8591 H8700
; zij verleidden zichzelven
H5030
tegen Zijn profeten
H5704
; totdat
H2534
de grimmigheid
H3068
des HEEREN
H5971
tegen Zijn volk
H5927 H8800
opging
H5704
, dat
H369 H0
er geen
H4832
helen
H369
aan was.
17
H5921
Want Hij deed tegen
H5927 H8686
hen opkomen
H4428
den koning
H3778
der Chaldeen
H970
, die hun jongelingen
H2719
met het zwaard
H1004
in het huis
H4720
huns heiligdoms
H2026 H8799
doodde
H2550 H8804 H5921
, en hij verschoonde
H970
de jongelingen
H3808
niet
H1330
, noch de maagden
H2205
, de ouden
H3486
noch de stokouden
H5414 H8804
; Hij gaf
H3605
hen allen
H3027
in zijn hand.
18
H3605
En alle
H3627
vaten
H1004
van het huis
H430
Gods
H1419
, de grote
H6996
en de kleine
H214
, en de schatten
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H214
, en de schatten
H4428
des konings
H8269
en zijner vorsten
H3605
, dit alles
H935 H8689
voerde hij
H894
naar Babel.
19
H8313 H8799
En zij verbrandden
H1004
het huis
H430
Gods
H5422 H0
, en zij braken
H2346
den muur
H3389
van Jeruzalem
H5422 H8762
af
H3605
, en al
H759
de paleizen
H8313 H8804
daarvan verbrandden zij
H784
met vuur
H7843 H8687
, verdervende
H3605
ook alle
H4261
kostelijke
H3627
vaten derzelve.
20
H7611
En wie overgebleven was
H4480
van
H2719
het zwaard
H1540 H8686
, voerde hij weg
H413
naar
H894
Babel
H1961 H8799
, en zij werden
H1121
hem en zijn zonen
H5650
tot knechten
H5704
, tot
H4427 H8800
het regeren
H4438
des koninkrijks
H6539
van Perzie;
21
H1697
Opdat het woord
H3068
des HEEREN
H4390 H8763
vervuld wierd
H6310
, door den mond
H3414
van Jeremia
H5704
, totdat
H776
het land
H7676
aan zijn sabbatten
H7521 H8804
een welgevallen had
H7673 H8804
; het rustte
H3605
al
H3117
de dagen
H8074 H8715
der verwoesting
H7657
, totdat de zeventig
H8141
jaren
H4390 H8763
vervuld waren.
22
H259
Maar in het eerste
H8141
jaar
H3566
van Kores
H4428
, koning
H6539
van Perzie
H3615 H8800
, opdat volbracht wierd
H1697
het woord
H3068
des HEEREN
H6310
, door den mond
H3414
van Jeremia
H5782 H8689
, verwekte
H3068
de HEERE
H7307
den geest
H3566
van Kores
H4428
, koning
H6539
van Perzie
H6963
, dat hij een stem
H5674 H8686
liet doorgaan
H3605
door zijn ganse
H4438
koninkrijk
H1571
, zelfs ook
H4385
in geschrift
H559 H8800
, zeggende:
23
H3541
Zo
H559 H8804
zegt
H3566
Kores
H4428
, koning
H6539
van Perzie
H3068
: De HEERE
H430
, de God des
H8064
hemels
H3605
, heeft mij alle
H4467
koninkrijken
H776
der aarde
H5414 H8804
gegeven
H1931
; en Hij
H5921
heeft mij
H6485 H8804
bevolen
H1004
Hem een huis
H1129 H8800
te bouwen
H3389
te Jeruzalem
H834
, hetwelk
H3063
in Juda
H4310
is; wie
H4480
is onder ulieden van
H3605
al
H5971
Zijn volk
H3068
? De HEERE
H430
, zijn God
H5973
, zij met
H5927 H8799
hem, en hij trekke op.