2
H7378 H8800
[039:35] Is het twisten
H5973
met
H7706
den Almachtige
H3250
onderrichten
H433
? Wie God
H3198 H8688
bestraft
H6030 H8799
, die antwoorde daarop.
4
H2009
[039:37] Zie
H7043 H8804
, ik ben te gering
H4100
; wat
H7725 H8686
zou ik U antwoorden
H7760 H8804
? Ik leg
H3027
mijn hand
H3926
op
H6310
mijn mond.
5
H259
[039:38] Eenmaal
H1696 H8765
heb ik gesproken
H3808
, maar zal niet
H6030 H8799
antwoorden
H8147
; of tweemaal
H3808
, maar zal niet
H3254 H8686
voortvaren.
6
H3068
[040:1] En de HEERE
H6030 H8799
antwoordde
H347
Job
H4480
uit
H5591
een onweder
H559 H8799
, en zeide:
7
H247 H8798
[040:2] Gord
H4994
nu
H1397
als een man
H2504
uw lenden
H7592 H8799
; Ik zal u vragen
H3045 H8685
, en onderricht Mij.
8
H637
[040:3] Zult gij ook
H4941
Mijn oordeel
H6565 H8686
te niet maken
H7561 H8686
? Zult Gij Mij verdoemen
H4616
, opdat
H6663 H8799
gij rechtvaardig zijt?
9
H518
[040:4]
H2220
Hebt gij een arm
H410
gelijk God
H3644
? En kunt gij, gelijk
H6963
Hij, met de stem
H7481 H8686
donderen?
10
H5710 H8798
[040:5] Versier u
H4994
nu
H1347
met voortreffelijkheid
H1363
en hoogheid
H3847 H8799
, en bekleed u
H1935
met majesteit
H1926
en heerlijkheid!
11
H6327 H0
[040:6] Strooi
H5678
de verbolgenheden
H639
uws toorns
H6327 H8685
uit
H7200 H8798
, en zie
H3605
allen
H1343
hoogmoedige
H8213 H8685
, en verneder hem!
12
H7200 H8798
[040:7] Zie
H3605
allen
H1343
hoogmoedige
H3665 H8685
, [en] breng hem ten onder
H1915 H8798
; en verpletter
H7563
de goddelozen in hun plaats!
13
H2934 H8798
[040:8] Verberg
H3162
hen te zamen
H6083
in het stof
H2280 H8798
; verbind
H6440
hun aangezichten
H2934 H8803
in het verborgen!
14
H589
[040:9] Dan zal Ik
H1571
ook
H3034 H8686
u loven
H588
, omdat
H3225
uw rechterhand
H3467 H8686
u zal verlost hebben.
15
H2009
[040:10] Zie
H4994
nu
H930
Behemoth
H834
, welken
H6213 H8804
Ik gemaakt heb
H5973
nevens
H398 H8799
u; hij eet
H2682
hooi
H1241
, gelijk een rund.
16
H2009
[040:11] Zie
H4994
toch
H3581
, zijn kracht
H4975
is in zijn lenden
H202
, en zijn macht
H8306
in den navel
H990
zijns buiks.
17
H2654 H8799
[040:12] Als het hem lust
H2180
, zijn staart
H3644
is als
H730
een ceder
H1517
; de zenuwen
H6344
zijner schaamte
H8276 H8792
zijn doorvlochten.
18
H6106
[040:13] Zijn beenderen
H650
zijn [als] vast
H5154
koper
H1634
; zijn gebeenten
H1270
zijn als ijzeren
H4300
handbomen.
19
H1931
[040:14] Hij
H7225
is een hoofdstuk
H1870
der wegen
H410
Gods
H6213 H8802
; die hem gemaakt heeft
H2719
, heeft [hem] zijn zwaard
H5066 H8686
aangehecht.
20
H3588
[040:15] Omdat
H2022
de bergen
H944
hem voeder
H5375 H8799
voortbrengen
H7832 H8762
, daarom spelen
H3605
al
H2416
de dieren
H7704
des velds
H8033
aldaar.
21
H8478
[040:16] Onder
H6628
schaduwachtige bomen
H7901 H8799
ligt hij neder
H5643
, in een schuilplaats
H7070
des riets
H1207
en des slijks.
22
H6628
[040:17] De schaduwachtige bomen
H5526 H8799
bedekken
H6752
hem, elkeen met zijn schaduw
H6155 H5158
; de beekwilgen
H5437 H8799
omringen hem.