Job 29 Cross References - DSV_Strongs

  1 H347 En Job H3254 H8686 ging voort H4912 zijn spreuk H5375 H8800 op te heffen H559 H8799 , en zeide:
  2 H4310 H5414 H8799 Och, of H6924 ik ware, gelijk in de vorige H3391 maanden H3117 , gelijk in de dagen H433 , [toen] God H8104 H8799 mij bewaarde!
  3 H5216 Toen Hij Zijn lamp H1984 H8800 deed schijnen H5921 over H7218 mijn hoofd H216 , [en] ik bij Zijn licht H2822 de duisternis H3212 H8799 doorwandelde;
  4 H834 Gelijk als H1961 H8804 ik was H3117 in de dagen H2779 mijner jonkheid H433 , toen Gods H5475 verborgenheid H5921 over H168 mijn tent was;
  5 H7706 Toen de Almachtige H5750 nog H5978 met H5288 mij was, [en] mijn jongens H5439 rondom mij;
  6 H1978 Toen ik mijn gangen H7364 H8800 wies H2529 in boter H6697 , en de rots H5978 bij H6388 H8081 mij oliebeken H6694 H8799 uitgoot;
  7 H3318 H8800 Toen ik uitging H8179 naar de poort H5921 door H7176 de stad H4186 , [toen] ik mijn stoel H7339 op de straat H3559 H8686 liet bereiden.
  8 H5288 De jongens H7200 H8804 zagen H2244 H8738 mij, en verstaken zich H3453 , en de stokouden H6965 H8804 rezen op H5975 H8804 [en] stonden.
  9 H8269 De oversten H6113 H0 hielden H4405 de woorden H6113 H8804 in H7760 H8799 , en leiden H3709 de hand H6310 op hun mond.
  10 H6963 De stem H5057 der vorsten H2244 H8738 verstak zich H3956 , en hun tong H1692 H8804 kleefde H2441 aan hun gehemelte.
  11 H3588 Als H241 een oor H8085 H8804 [mij] hoorde H833 H8762 , zo hield het mij gelukzalig H5869 ; als [mij] een oog H7200 H8804 zag H5749 H8686 , zo getuigde het van mij.
  12 H3588 Want H4422 H8762 ik bevrijdde H6041 den ellendige H7768 H8764 , die riep H3490 , en den wees H3808 , die geen H5826 H8802 helper had.
  13 H1293 De zegen H6 H8802 desgenen, die verloren ging H935 H8799 , kwam H5921 op H3820 mij; en het hart H490 der weduwe H7442 H8686 deed ik vrolijk zingen.
  14 H3847 H8804 Ik bekleedde mij H6664 met gerechtigheid H3847 H8799 , en zij bekleedde H4941 mij; mijn oordeel H4598 was als een mantel H6797 en vorstelijke hoed.
  15 H5787 Den blinden H1961 H8804 was ik H5869 [tot] ogen H6455 , en den kreupelen H589 was ik H7272 [tot] voeten.
  16 H595 Ik H34 was den nooddruftigen H1 een vader H7379 ; en het geschil H3808 , [dat] ik niet H3045 H8804 wist H2713 H8799 , dat onderzocht ik.
  17 H7665 H8762 En ik verbrak H4973 de baktanden H5767 des verkeerden H7993 H8686 , en wierp H2964 den roof H4480 uit H8127 zijn tanden.
  18 H559 H8799 En ik zeide H5983 : Ik zal in H7064 mijn nest H1478 H8799 den geest geven H3117 , en ik zal de dagen H7235 H8686 vermenigvuldigen H2344 als het zand.
  19 H8328 Mijn wortel H6605 H8803 was uitgebreid H413 aan H4325 het water H2919 , en dauw H3885 H8799 vernachtte H7105 op mijn tak.
  20 H3519 Mijn heerlijkheid H2319 was nieuw H5978 bij H7198 mij, en mijn boog H2498 H8686 veranderde zich H3027 in mijn hand.
  21 H8085 H8804 Zij hoorden mij aan H3176 H8765 , en wachtten H1826 H8799 , en zwegen H3926 op H6098 mijn raad.
  22 H310 Na H1697 mijn woord H8138 H0 spraken zij H3808 niet H8138 H8799 weder H4405 , en mijn rede H5197 H8799 drupte H5921 op hen.
  23 H3176 H8765 Want zij wachtten H4306 naar mij, gelijk [naar] den regen H6473 H0 , en sperden H6310 hun mond H6473 H8804 open H4456 , [als] naar den spaden regen.
  24 H7832 H0 Lachte H413 ik hun H7832 H8799 toe H539 H8686 , zij geloofden H3808 het niet H216 ; en het licht H6440 mijns aangezichts H3808 deden zij niet H5307 H8686 nedervallen.
  25 H977 H8799 Verkoos ik H1870 hun weg H3427 H8799 , zo zat ik H7218 bovenaan H7931 H8799 , en woonde H4428 als een koning H1416 onder de benden H834 , als H57 een, die treurigen H5162 H8762 vertroost.

Numbers 23:7

  7 H5375 H0 Toen hief hij H4912 zijn spreuk H5375 H8799 op H559 H8799 , en zeide H758 : Uit Syrie H1111 heeft mij Balak H4428 , de koning H4124 der Moabieten H5148 H8686 , laten halen H2042 , van het gebergte H6924 tegen het oosten H3212 H8798 , [zeggende]: Kom H779 H8798 , vervloek H3290 mij Jakob H3212 H8798 , en kom H2194 H8798 , scheld H3478 Israel!

Job 13:12

  12 H2146 Uw gedachtenissen H4912 zijn gelijk H665 as H1354 , uw hoogten H1354 als hoogten H2563 van leem.

Job 27:1

  1 H347 En Job H3254 H8686 ging voort H4912 zijn spreuk H5375 H8800 op te heffen H559 H8799 , en zeide:

Job 1:1-5

  1 H1961 H8804 Er was H376 een man H776 in het land H5780 Uz H8034 , zijn naam H347 was Job H1931 ; en dezelve H376 man H1961 H8804 was H8535 oprecht H3477 , en vroom H3373 H430 , en godvrezende H5493 H8802 , en wijkende H4480 van H7451 het kwaad.
  2 H7651 En hem werden zeven H1121 zonen H7969 en drie H1323 dochteren H3205 H8735 geboren.
  3 H1961 H8799 Daartoe was H4735 zijn vee H7651 zeven H505 duizend H6629 schapen H7969 , en drie H505 duizend H1581 kemelen H2568 H3967 , en vijfhonderd H6776 juk H1241 ossen H2568 H3967 , en vijfhonderd H860 ezelinnen H5657 ; ook was zijn dienstvolk H3966 zeer H7227 veel H1931 ; zodat deze H376 man H1419 groter H1961 H8799 was H4480 dan H1121 al die H6924 van het oosten.
  4 H1121 En zijn zonen H1980 H8804 gingen H6213 H8804 , en maakten H4960 maaltijden H376 in ieders H1004 huis H3117 op zijn dag H7971 H8804 ; en zij zonden henen H7121 H8804 , en nodigden H7969 hun drie H269 zusteren H5973 , om met H398 H8800 hen te eten H8354 H8800 en te drinken.
  5 H1961 H8799 Het geschiedde H3588 dan, als H3117 de dagen H4960 der maaltijden H5362 H8689 omgegaan waren H347 , dat Job H7971 H8799 henenzond H6942 H8762 , en hen heiligde H1242 en des morgens H7925 H8689 vroeg opstond H5930 , en brandofferen H5927 H8689 offerde H3605 [naar] hun aller H4557 getal H3588 ; want H347 Job H559 H8804 zeide H194 : Misschien H1121 hebben mijn kinderen H2398 H8804 gezondigd H430 , en God H3824 in hun hart H1288 H8765 gezegend H3602 . Alzo H6213 H8799 deed H347 Job H3605 al H3117 die dagen.

Job 1:10

  10 H3808 Hebt Gij niet H7753 H8804 een betuining gemaakt H1157 voor H1157 hem, en voor H1004 zijn huis H1157 , en voor H3605 al H834 wat H4480 H5439 hij heeft rondom H4639 ? Het werk H3027 zijner handen H1288 H8765 hebt Gij gezegend H4735 , en zijn vee H6555 H8804 is [in] [menigte] uitgebroken H776 in den lande.

Job 7:3

  3 H3651 Alzo H3391 zijn mij maanden H7723 der ijdelheid H5157 H8717 ten erve geworden H3915 , en nachten H5999 der moeite H4487 H8765 zijn mij voorbereid.

Psalms 37:28

  28 H3068 Want de HEERE H157 H0 heeft H4941 het recht H157 H8802 lief H2623 , en zal Zijn gunstgenoten H5800 H8799 niet verlaten H5769 ; in eeuwigheid H8104 H8738 worden zij bewaard H2233 ; maar het zaad H7563 der goddelozen H3772 H8738 wordt uitgeroeid.

Jeremiah 31:28

  28 H8245 H8804 En het zal geschieden, gelijk als Ik over hen gewaakt heb H5428 H8800 , om uit te rukken H5422 H8800 , en af te breken H2040 H8800 , en te verstoren H6 H8686 , en te verderven H7489 H8687 , en kwaad aan te doen H8245 H8799 ; alzo zal Ik over hen waken H1129 H8800 , om te bouwen H5193 H8800 en te planten H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.

Jude 1:1

  1 G2455 Judas G1401 , een dienstknecht G2424 van Jezus G5547 Christus G1161 , en G80 broeder G2385 van Jakobus G2822 , aan de geroepenen G1722 , die door G2316 God G3962 den Vader G37 G5772 geheiligd zijn G2532 , en G2424 [door] Jezus G5547 Christus G5083 G5772 bewaard:

Job 11:17

  17 H2465 Ja, [uw] tijd H6965 H0 zal klaarder H6672 dan de middag H6965 H8799 oprijzen H5774 H8799 ; gij zult uitvliegen H1242 , als de morgenstond H1961 H8799 zult gij zijn.

Job 18:6

  6 H216 Het licht H2821 H8804 zal verduisteren H168 in zijn tent H5216 , en zijn lamp H5921 zal over H1846 H8799 hem uitgeblust worden.

Job 21:17

  17 H4100 Hoe dikwijls H5216 geschiedt het, dat de lamp H7563 der goddelozen H1846 H8799 uitgeblust wordt H343 , en hun verderf H5921 hun H935 H8799 overkomt H2256 ; dat [God] [hun] smarten H2505 H8762 uitdeelt H639 in Zijn toorn!

Job 22:28

  28 H562 Als gij een zaak H1504 H8799 besluit H6965 H8799 , zo zal zij u bestendig zijn H5921 ; en op H1870 uw wegen H216 zal het licht H5050 H8804 schijnen.

Psalms 4:6

  6 H7227 [04:7] Velen H559 H8802 zeggen H4310 : Wie H2896 zal ons het goede H7200 H8686 doen zien H5375 H8798 ? Verhef Gij H5921 over H216 ons het licht H6440 Uws aanschijns H3068 , o HEERE!

Psalms 18:28

  28 H5216 [018:29] Want Gij doet mijn lamp H215 H8686 lichten H3068 ; de HEERE H430 , mijn God H2822 , doet mijn duisternis H5050 H8686 opklaren.

Psalms 23:4

  4 H3212 H8799 Al ging ik H1516 ook in een dal H6757 der schaduw des doods H7451 , ik zou geen kwaad H3372 H8799 vrezen H7626 , want Gij zijt met mij; Uw stok H4938 en Uw staf H5162 H8762 , die vertroosten mij.

Psalms 27:1

  1 H1732 [Een] [psalm] van David H3068 . De HEERE H216 is mijn Licht H3468 en mijn Heil H3372 H8799 , voor wien zou ik vrezen H3068 ? De HEERE H2416 is mijns levens H4581 kracht H6342 H8799 , voor wien zou ik vervaard zijn?

Psalms 84:11

  11 H430 [084:12] Want God H3068 , de HEERE H8121 , is een Zon H4043 en Schild H3068 ; de HEERE H2580 zal genade H3519 en eer H5414 H8799 geven H2896 ; Hij zal het goede H4513 H8799 niet onthouden H8549 dengenen, die in oprechtheid H1980 H8802 wandelen.

Proverbs 13:9

  9 H216 Het licht H6662 der rechtvaardigen H8055 H8799 zal zich verblijden H5216 ; maar de lamp H7563 der goddelozen H1846 H8799 zal uitgeblust worden.

Proverbs 20:20

  20 H1 Wie zijn vader H517 of zijn moeder H7043 H8764 vloekt H5216 , diens lamp H1846 H8799 zal uitgeblust worden H380 H8676 H380 in zwarte H2822 duisternis.

Proverbs 24:20

  20 H7451 Want de kwade H319 zal geen beloning H5216 hebben, de lamp H7563 der goddelozen H1846 H8799 zal uitgeblust worden.

Isaiah 2:4

  4 H8199 H8804 En Hij zal rechten H1471 onder de heidenen H3198 H8689 , en bestraffen H7227 vele H5971 volken H2719 ; en zij zullen hun zwaarden H3807 H8765 slaan H855 tot spaden H2595 , en hun spiesen H4211 tot sikkelen H1471 ; het [ene] volk H1471 zal tegen het [andere] volk H2719 geen zwaard H5375 H8799 opheffen H4421 , en zij zullen geen oorlog H3925 H8799 meer leren.

John 8:12

  12 G2424 Jezus G3767 dan G2980 G5656 sprak G3825 wederom G846 tot henlieden G3004 G5723 , zeggende G1473 : Ik G1510 G5748 ben G5457 het licht G2889 der wereld G1698 ; die Mij G190 G5723 volgt G1722 , zal in G4653 de duisternis G3364 niet G4043 G5692 wandelen G235 , maar G5457 zal het licht G2222 des levens G2192 G5692 hebben.

John 12:46

  46 G1473 Ik G5457 ben een Licht G1519 , in G2889 de wereld G2064 G5754 gekomen G2443 , opdat G3956 een iegelijk G1519 , die in G1691 Mij G4100 G5723 gelooft G1722 , in G4653 de duisternis G3361 niet G3306 G5661 blijve.

Ephesians 5:8

  8 G1063 Want G2258 G5713 gij waart G4218 eertijds G4655 duisternis G1161 , maar G3568 nu G5457 zijt gij licht G1722 in G2962 den Heere G4043 G5720 ; wandelt G5613 als G5043 kinderen G5457 des lichts.

Ephesians 5:14

  14 G1352 Daarom G3004 G5719 zegt Hij G1453 G5669 : Ontwaakt G2518 G5723 , gij, die slaapt G2532 , en G450 G5628 staat op G1537 uit G3498 de doden G2532 ; en G5547 Christus G2017 G zal over G4671 u G2017 G5692 lichten.

Job 15:8

  8 H5475 Hebt gij den verborgen raad H433 Gods H8085 H8799 gehoord H2451 , en hebt gij de wijsheid H413 naar H1639 H8799 u getrokken?

Psalms 25:14

  14 H5475 [Samech]. De verborgenheid H3068 des HEEREN H3373 is voor degenen, die Hem vrezen H1285 ; en Zijn verbond H3045 H8687 , om hun [die] bekend te maken.

Psalms 27:5

  5 H6845 H8799 Want Hij versteekt H5520 mij in Zijn hut H3117 , ten dage H7451 des kwaads H5641 H8686 ; Hij verbergt H5643 mij in het verborgene H168 Zijner tent H7311 H8787 ; Hij verhoogt H6697 mij op een rotssteen.

Psalms 91:1

  1 H5643 Die in de schuilplaats H5945 des Allerhoogsten H3427 H8802 is gezeten H3885 H8698 , die zal vernachten H6738 in de schaduw H7706 des Almachtigen.

Proverbs 3:32

  32 H3868 H8737 Want de afwijker H3068 is den HEERE H8441 een gruwel H5475 ; maar Zijn verborgenheid H3477 is met den oprechte.

Colossians 3:3

  3 G1063 Want G599 G5627 gij zijt gestorven G2532 , en G5216 uw G2222 leven G4862 is met G5547 Christus G2928 G5769 verborgen G1722 in G2316 God.

Deuteronomy 33:27-29

  27 H6924 De eeuwige H430 God H4585 zij u een woning H5769 , en van onder eeuwige H2220 armen H1644 H8762 ; en Hij verdrijve H341 H8802 den vijand H6440 voor uw aangezicht H559 H8799 , en zegge H8045 H8685 : Verdelg!
  28 H3478 Israel H983 dan zal zeker H910 alleen H7931 H8799 wonen H3290 , [en] Jakobs H5869 oog H776 zal zijn op een land H1715 van koren H8492 en most H8064 ; ja, zijn hemel H2919 zal van dauw H6201 H8799 druipen.
  29 H835 Welgelukzalig H3478 zijt gij, o Israel H5971 ! wie is u gelijk? gij zijt een volk H3467 H8737 , verlost H3068 door den HEERE H4043 , het Schild H5828 uwer hulp H2719 , en Die een Zwaard H1346 is uwer hoogheid H341 H8802 ; daarom zullen zich uw vijanden H3584 H8735 geveinsdelijk aan u onderwerpen H1116 , en gij zult op hun hoogten H1869 H8799 treden!

Joshua 1:9

  9 H3808 Heb Ik het u niet H6680 H8765 bevolen H2388 H8798 ? wees sterk H553 H8798 en heb goeden moed H6206 H8799 , en verschrik H408 niet H2865 H8735 , en ontzet u H408 niet H3588 ; want H3068 de HEERE H430 , uw God H3605 , is met u alom H834 , waar H3212 H8799 gij heengaat.

Judges 6:12-13

  12 H7200 H8735 Toen verscheen H413 hem H4397 de Engel H3068 des HEEREN H559 H8799 , en zeide H413 tot H3068 hem: De HEERE H5973 is met H2428 u, gij, strijdbare H1368 held!
  13 H1439 Maar Gideon H559 H8799 zeide H413 tot H994 Hem: Och H113 , mijn Heer H3426 ! zo H3068 de HEERE H5973 met H4100 ons is, waarom H2063 is ons dan dit H3605 alles H4672 H8804 wedervaren H346 ? en waar H3605 zijn al H6381 H8737 Zijn wonderen H834 , die H1 onze vaders H5608 H8765 ons verteld hebben H559 H8800 , zeggende H3068 : Heeft ons de HEERE H3808 niet H4480 uit H4714 Egypte H5927 H8689 opgevoerd H6258 ? Doch nu H3068 heeft ons de HEERE H5203 H8804 verlaten H4080 , en heeft ons in der Midianieten H3709 hand H5414 H8799 gegeven.

Job 23:3

  3 H4310 H5414 H8799 Och, of H3045 H8804 ik wist H4672 H8799 , dat ik Hem vinden zou H5704 , ik zou tot H8499 Zijn stoel H935 H8799 komen;

Job 23:8-10

  8 H2005 Zie H1980 H8799 , ga ik H6924 voorwaarts H369 , zo is Hij er niet H268 , of achterwaarts H995 H8799 , zo verneem ik H3808 Hem niet.
  9 H8040 Als Hij ter linkerhand H6213 H8800 werkt H2372 H8799 , zo aanschouw ik H3808 [Hem] niet H5848 H8799 ; bedekt Hij Zich H3225 ter rechterhand H7200 H8799 , zo zie ik H3808 [Hem] niet.
  10 H3588 Doch H3045 H8804 Hij kent H1870 den weg H5978 , die bij H974 H8804 mij is; Hij beproeve H2091 mij; als goud H3318 H8799 zal ik uitkomen.

Job 42:13-16

  13 H1961 H8799 Daartoe had hij H7658 zeven H1121 zonen H7969 en drie H1323 dochteren.
  14 H7121 H8799 En hij noemde H8034 den naam H259 der eerste H3224 Jemima H8034 , en den naam H8145 der tweede H7103 Kezia H8034 , en den naam H7992 der derde H7163 Keren-happuch.
  15 H3303 En er werden zo schone H802 vrouwen H3808 niet H4672 H8738 gevonden H3605 in het ganse H776 land H1323 , als de dochteren H347 van Job H1 ; en haar vader H5414 H8799 gaf H5159 haar erfdeel H8432 onder H251 haar broederen.
  16 H347 En Job H2421 H8799 leefde H310 na H2063 dezen H3967 honderd H705 en veertig H8141 jaren H7200 H8799 , dat hij zag H1121 zijn kinderen H1121 , en de kinderen H1121 zijner kinderen H702 , tot in vier H1755 geslachten.

Psalms 30:7

  7 H3068 [030:8] [Want], HEERE H2042 ! Gij hadt mijn berg H7522 door Uw goedgunstigheid H5975 H8689 H5797 vastgezet H6440 ; [maar] [toen] Gij Uw aangezicht H5641 H8689 verborgt H926 H8737 , werd ik verschrikt.

Psalms 43:2

  2 H430 Want Gij zijt de God H4581 mijner sterkte H2186 H8804 ; waarom verstoot Gij H1980 H8691 mij [dan]? Waarom ga ik H6937 H8802 steeds in het zwart H341 H8802 , vanwege des vijands H3906 onderdrukking?

Psalms 44:8-9

  8 H430 [044:9] In God H1984 H8765 roemen wij H3117 den gansen dag H8034 , en Uw Naam H3034 H8686 zullen wij loven H5769 in eeuwigheid H5542 . Sela.
  9 H637 [044:10] Maar H2186 H8804 [nu] hebt Gij ons verstoten H3637 H8686 en te schande gemaakt H6635 , dewijl Gij met onze krijgsheiren H3318 H8799 niet uittrekt.

Psalms 127:3-5

  3 H1121 Ziet, de kinderen H5159 zijn een erfdeel H3068 des HEEREN H990 ; des buiks H6529 vrucht H7939 is een beloning.
  4 H2671 Gelijk de pijlen H3027 zijn in de hand H1368 eens helds H1121 , zodanig zijn de zonen H5271 der jeugd.
  5 H835 Welgelukzalig H1397 is de man H827 , die zijn pijlkoker H4390 H8765 met dezelve gevuld heeft H954 H8799 ; zij zullen niet beschaamd worden H341 H8802 , als zij met de vijanden H1696 H8762 spreken zullen H8179 in de poort.

Psalms 128:3

  3 H802 Uw huisvrouw H6509 H8802 zal wezen als een vruchtbare H1612 wijnstok H3411 aan de zijden H1004 van uw huis H1121 ; uw kinderen H2132 H8363 als olijfplanten H5439 rondom H7979 uw tafel.

Proverbs 17:6

  6 H5850 De kroon H2205 de ouden H1121 H1121 zijn de kindskinderen H1121 , en der kinderen H8597 sieraad H1 zijn hun vaderen.

Song of Songs 2:4

  4 H935 H8689 Hij voert H3196 H1004 mij in het wijnhuis H160 , en de liefde H1714 is Zijn banier over mij.

Song of Songs 3:1-2

  1 H1245 H8765 Ik zocht H3915 des nachts H4904 op mijn leger H5315 Hem, Dien mijn ziel H157 H8804 liefheeft H1245 H8765 ; ik zocht H4672 H8804 Hem, maar ik vond Hem niet; [ik] [zeide]:
  2 H6965 H8799 Ik zal nu opstaan H5892 , en in de stad H5437 H8779 omgaan H7339 , in de wijken H7784 en in de straten H1245 H8762 ; ik zal Hem zoeken H5315 , Dien mijn ziel H157 H8804 liefheeft H1245 H8765 ; ik zocht H4672 H8804 Hem, maar ik vond Hem niet.

Jeremiah 14:8

  8 H3478 O Israels H4723 Verwachting H3467 H8688 , Zijn Verlosser H6256 in tijd H6869 van benauwdheid H1616 ! waarom zoudt Gij zijn als een vreemdeling H776 in het land H732 H8802 , en als een reiziger H5186 H8804 , [die] [slechts] inkeert H3885 H8800 om te vernachten?

Matthew 9:15

  15 G2532 En G2424 Jezus G2036 G5627 zeide G846 tot hen G3361 : G1410 G5736 Kunnen G5207 G3567 ook de bruiloftskinderen G3996 G5721 treuren G1909 G3745 , zolang G3566 de Bruidegom G3326 bij G846 hen G2076 G5748 is G1161 ? Maar G2250 de dagen G2064 G5695 zullen komen G3752 , wanneer G3566 de Bruidegom G575 van G846 hen G522 G5686 zal weggenomen zijn G2532 , en G5119 dan G3522 G5692 zullen zij vasten.

Genesis 49:11

  11 H631 H8802 Hij bindt H5895 zijn jongen ezel H1612 aan den wijnstok H1121 , en het veulen H860 zijner ezelin H8321 aan den edelsten wijnstok H3526 H8765 ; hij wast H3830 zijn kleed H3196 in den wijn H5497 , en zijn mantel H1818 H6025 in wijndruivenbloed.

Deuteronomy 32:13-14

  13 H7392 H8686 Hij deed hem rijden H1116 op de hoogten H776 der aarde H398 H8799 , dat hij at H8570 de inkomsten H7704 des velds H1706 ; en Hij deed hem honig H3243 H8686 zuigen H5553 uit de steenrots H8081 , en olie H2496 uit den kei H6697 der rots;
  14 H2529 Boter H1241 van koeien H2461 , en melk H6629 van klein vee H2459 , met het vet H3733 der lammeren H352 en der rammen H1316 , die in Bazan H1121 weiden H6260 , en der bokken H2459 , met het vette H3629 der nieren H2406 van tarwe H1818 ; en het druivenbloed H2561 , reinen H6025 wijn H8354 H8799 , hebt gij gedronken.

Deuteronomy 33:24

  24 H836 En van Aser H559 H8804 zeide hij H836 : Aser H1288 H8803 zij gezegend H1121 met zonen H251 ; hij zij zijn broederen H7521 H8803 aangenaam H2881 H8802 , en dope H7272 zijn voet H8081 in olie.

Job 20:17

  17 H6390 De stromen H5104 , rivieren H5158 , beken H1706 van honig H2529 en boter H408 zal hij niet H7200 H8799 zien.

Psalms 81:16

  16 H398 H8686 [081:17] En Hij zou het gespijsd hebben H2459 met het vette H2406 der tarwe H7646 H8686 ; ja, Ik zou u verzadigd hebben H1706 met honig H6697 uit de rotsstenen.

Deuteronomy 16:18

  18 H8199 H8802 Rechters H7860 H8802 en ambtlieden H5414 H8799 zult gij u stellen H8179 in al uw poorten H3068 , die de HEERE H430 , uw God H5414 H8802 , u geven zal H7626 , onder uw stammen H5971 ; dat zij het volk H8199 H8804 richten H4941 met een gericht H6664 der gerechtigheid.

Deuteronomy 21:19

  19 H1 Zo zullen zijn vader H517 en zijn moeder H8610 H8804 hem grijpen H3318 H8689 , en zij zullen hem uitbrengen H2205 tot de oudsten H5892 zijner stad H8179 , en tot de poorte H4725 zijner plaats.

Ruth 4:1-2

  1 H1162 En Boaz H5927 H8804 ging op H8179 in de poort H3427 H8799 , en zette zich H8033 aldaar H2009 en ziet H1350 H8802 , de losser H834 , van welken H1162 Boaz H1696 H8765 gesproken had H5674 H8802 , ging voorbij H559 H8799 ; zo zeide hij H5493 H8798 : Wijk herwaarts H3427 H8798 , zet u H6311 hier H1945 , gij H6423 , zulk H492 een H5493 H8799 ! En hij week H3427 H8799 derwaarts, en zette zich.
  2 H3947 H8799 En hij nam H6235 tien H582 mannen H4480 van H2205 de oudsten H5892 der stad H559 H8799 , en zeide H3427 H8798 : Zet u H6311 hier H3427 H8799 ; en zij zetten zich.

Ruth 4:11

  11 H3605 En al H5971 het volk H834 , dat H8179 in de poort H2205 was, mitsgaders de oudsten H559 H8799 zeiden H5707 : Wij zijn getuigen H3068 ; de HEERE H5414 H8799 make H802 deze vrouw H413 , die in H1004 uw huis H935 H8802 komt H7354 , als Rachel H3812 en als Lea H834 , die H8147 beiden H1004 het huis H3478 van Israel H1129 H8804 gebouwd hebben H6213 H8798 ; en handel H2428 kloekelijk H672 in Efratha H8034 , en maak [uw] naam H7121 H8798 vermaard H1035 in Bethlehem!

Job 31:21

  21 H518 Zo H3027 ik mijn hand H5921 tegen H3490 den wees H5130 H8689 bewogen heb H3588 , omdat H8179 ik in de poort H5833 mijn hulp H7200 H8799 zag;

Zechariah 8:16

  16 H428 Dit H1697 zijn de dingen H834 , die H6213 H8799 gij doen zult H1696 H8761 : spreekt H571 de waarheid H376 , een iegelijk H7453 met zijn naaste H8199 H8798 ; oordeelt H571 de waarheid H4941 en een oordeel H7965 des vredes H8179 in uw poorten.

Leviticus 19:32

  32 H6440 Voor H7872 het grauwe haar H6965 H8799 zult gij opstaan H6440 , en zult het aangezicht H2205 des ouden H1921 H8804 vereren H3372 H8804 ; en gij zult vrezen H430 voor uw God H3068 ; Ik ben de HEERE!

Proverbs 16:31

  31 H7872 De grijsheid H8597 is een sierlijke H5850 kroon H1870 ; zij wordt op den weg H6666 der gerechtigheid H4672 H8735 gevonden.

Proverbs 20:8

  8 H4428 Een koning H3427 H8802 , zittende H3678 op den troon H1779 des gerichts H2219 H8764 , verstrooit H7451 alle kwaad H5869 met zijn ogen.

Romans 13:3-4

  3 G1063 Want G758 de oversten G1526 G5748 zijn G3756 niet G5401 [tot] een vreze G18 den goeden G2041 werken G235 , maar G2556 den kwaden G2309 G5719 . Wilt gij G1161 nu G1849 de macht G3361 niet G5399 G5738 vrezen G4160 G5720 , doe G18 het goede G2532 , en G1868 gij zult lof G1537 van G846 haar G2192 G5692 hebben;
  4 G1063 Want G2076 G5748 zij is G2316 Gods G1249 dienares G4671 , u G1519 ten G18 goede G1161 . Maar G1437 indien G2556 gij kwaad G4160 G5725 doet G5399 G5732 G5737 , zo vrees G1063 ; want G5409 G5719 zij draagt G3162 het zwaard G3756 niet G1500 te vergeefs G1063 ; want G2076 G5748 zij is G2316 Gods G1249 dienares G1558 , een wreekster G3709 tot straf G1519 dengene G2556 , die kwaad G4238 G5723 doet.

Romans 13:7

  7 G591 G5628 Zo geeft G3767 dan G3956 een iegelijk G3782 , wat gij schuldig zijt G5411 ; schatting G3588 , dien G5411 gij de schatting G5056 , tol G3588 , dien G5056 gij den tol G5401 , vreze G3588 , dien G5401 gij de vreze G5092 , eer G3588 , dien G5092 gij de eer [schuldig] [zijt].

Titus 3:1

  1 G5279 G5720 Vermaan G846 hen G746 , dat zij aan de overheden G2532 en G1849 machten G5293 G5733 onderdanig zijn G3980 G5721 , dat zij [hun] gehoorzaam zijn G4314 , dat zij tot G3956 alle G18 goed G2041 werk G2092 bereid G1511 G5750 zijn;

1 Peter 2:17

  17 G5091 G5657 Eert G3956 een iegelijk G25 G ; hebt G81 de broederschap G25 G5720 lief G5399 G5737 ; vreest G2316 God G5091 G5720 ; eert G935 den koning.

1 Peter 5:5

  5 G3668 Desgelijks G3501 gij jongen G4245 , zijt den ouden G5293 G5649 onderdanig G1161 ; en G3956 zijt allen G240 elkander G5293 G5746 onderdanig G5012 ; zijt met de ootmoedigheid G1463 G5663 bekleed G3754 ; want G2316 God G498 G5731 wederstaat G5244 de hovaardigen G1161 , maar G5011 den nederigen G1325 G5719 geeft Hij G5485 genade.

Judges 18:19

  19 H559 H8799 En zij zeiden H2790 H8685 tot hem: Zwijg H7760 H8798 , leg H3027 uw hand H5921 op H6310 uw mond H3212 H8798 , en ga H5973 met H1961 H8804 ons, en wees H1 ons tot een vader H3548 en tot een priester H2896 ! Is het beter H3548 , dat gij een priester H1961 H8800 zijt H1004 voor het huis H259 van een H376 man H3548 , of dat gij een priester H8800 zijt boeten H7626 voor een stam H4940 , en een geslacht H3478 in Israel?

Job 4:2

  2 H1697 Zo wij een woord H5254 H8765 opnemen H413 tegen H3811 H8799 u, zult gij verdrietig zijn H4310 ? Nochtans wie H4405 zal zich van woorden H3201 H8799 kunnen H6113 H8800 onthouden?

Job 7:11

  11 H589 Zo zal ik H1571 ook H6310 mijn mond H3808 niet H2820 H8799 wederhouden H1696 H8762 , ik zal spreken H6862 in benauwdheid H7307 mijns geestes H7878 H8799 ; ik zal klagen H4751 in bitterheid H5315 mijner ziel.

Job 21:5

  5 H6437 H8798 Ziet H413 mij aan H8074 H8713 , en wordt verbaasd H7760 H8798 , en legt H3027 de hand H5921 op H6310 den mond.

Job 40:4

  4 H2009 [039:37] Zie H7043 H8804 , ik ben te gering H4100 ; wat H7725 H8686 zou ik U antwoorden H7760 H8804 ? Ik leg H3027 mijn hand H3926 op H6310 mijn mond.

Proverbs 10:19

  19 H7230 In de veelheid H1697 der woorden H2308 H8799 ontbreekt H6588 de overtreding H8193 niet; maar die zijn lippen H2820 H8802 weerhoudt H7919 H8688 , is kloek verstandig.

Proverbs 30:32

  32 H5034 H8804 Zo gij dwaselijk gehandeld hebt H5375 H8692 , met u te verheffen H2161 H8804 , en zo gij kwaad bedacht hebt H3027 , de hand H6310 op den mond!

James 1:19

  19 G5620 Zo dan G3450 , mijn G27 geliefde G80 broeders G3956 , een iegelijk G444 mens G2077 G5749 zij G5036 ras G1519 om G191 G5658 te horen G1021 , traag G1519 om G2980 G5658 te spreken G1021 , traag G1519 tot G3709 toorn;

Psalms 137:6

  6 H3956 Mijn tong H1692 H8799 kleve H2441 aan mijn gehemelte H2142 H8799 , zo ik aan u niet gedenke H3389 , zo ik Jeruzalem H5927 H8686 niet verheffe H7218 boven het hoogste H8057 mijner blijdschap!

Ezekiel 3:26

  26 H3956 En Ik zal uw tong H2441 aan uw gehemelte H1692 H8686 doen kleven H481 H8738 , dat gij stom worden zult H3198 H8688 , en zult hun niet zijn tot een bestraffenden H376 man H4805 ; want zij zijn een wederspannig H1004 huis.

Job 31:20

  20 H518 Zo H2504 zijn lenden H3808 mij niet H1288 H8765 gezegend hebben H4480 , toen hij van H1488 de vellen H3532 mijner lammeren H2552 H8691 verwarmd werd;

Proverbs 29:2

  2 H6662 Als de rechtvaardigen H7235 H8800 groot worden H8055 H8799 , verblijdt zich H5971 het volk H7563 ; maar als de goddeloze H4910 H8800 heerst H584 H8735 , zucht H5971 het volk.

Luke 4:22

  22 G2532 En G3140 G zij gaven G846 Hem G3956 allen G3140 G5707 getuigenis G2532 , en G2296 G5707 verwonderden zich G1909 over G5485 de aangename G3056 woorden G3588 , die G1537 uit G846 Zijn G4750 mond G1607 G5740 G5734 voortkwamen G2532 ; en G3004 G5707 zeiden G2076 G5748 : Is G3778 deze G3756 niet G5207 de Zoon G2501 van Jozef?

Luke 11:27

  27 G1161 En G1096 G5633 het geschiedde G1722 , als G846 Hij G5023 deze dingen G3004 G5721 sprak G5100 , dat een zekere G1135 vrouw G5456 , de stem G1869 G5660 verheffende G1537 uit G3793 de schare G846 , tot Hem G2036 G5627 zeide G3107 : Zalig G2836 is de buik G4571 , die U G941 G5660 gedragen heeft G2532 , en G3149 de borsten G3739 , die G2337 G5656 Gij hebt gezogen.

Exodus 22:22-24

  22 H490 Gij zult geen weduwe H3490 noch wees H6031 H8762 beledigen.
  23 H518 Indien H6031 H8763 gij hen enigszins H6031 H8762 beledigt H6817 H8800 , en indien zij enigszins H6817 H8799 tot Mij roepen H6818 , Ik zal hun geroep H8085 H8800 zekerlijk H8085 H8799 verhoren;
  24 H639 En Mijn toorn H2734 H8804 zal ontsteken H2719 , en Ik zal ulieden met het zwaard H2026 H8804 doden H802 ; en uw vrouwen H490 zullen weduwen H1121 , en uw kinderen H3490 zullen wezen worden.

Deuteronomy 10:18

  18 H4941 Die het recht H3490 van den wees H490 en van de weduwe H6213 H8802 doet H1616 ; en den vreemdeling H157 H8802 liefheeft H3899 , dat Hij hem brood H8071 en kleding H5414 H8800 geve.

Nehemiah 5:2-13

  2 H3426 Want er waren H834 , die H559 H8802 zeiden H1121 : Onze zonen H1323 , en onze dochteren H587 , wij H7227 zijn velen H1715 ; daarom hebben wij koren H3947 H8799 opgenomen H398 H8799 , opdat wij eten H2421 H8799 en leven.
  3 H3426 Ook waren er H834 , die H559 H8802 zeiden H6148 H8802 : Wij verpanden H7704 onze akkers H3754 , en onze wijngaarden H1004 , en onze huizen H587 , opdat wij H7458 in dezen honger H1715 koren H3947 H8799 mogen opnemen.
  4 H3426 Desgelijks waren er H834 , die H559 H8802 zeiden H3701 : Wij hebben geld H3867 H8804 ontleend H4428 tot des konings H4060 cijns H7704 , [op] onze akkers H3754 en onze wijngaarden.
  5 H6258 Nu H1320 is toch ons vlees H1320 als het vlees H251 onzer broederen H1121 , onze kinderen H1121 zijn als hun kinderen H2009 ; en ziet H3533 H8802 , wij onderwerpen H1121 onze zonen H1323 en onze dochteren H5650 tot dienstknechten H3426 ; ja, er zijn H4480 enige van H1323 onze dochteren H3533 H8737 onderworpen H410 , dat zij in de macht H3027 onzer handen H369 niet zijn H312 ; en anderen H7704 hebben onze akkers H3754 en onze wijngaarden.
  6 H834 Toen H2201 ik nu hun geroep H428 en deze H1697 woorden H8085 H8804 hoorde H2734 H8799 , ontstak ik H3966 zeer.
  7 H3820 En mijn hart H4427 H8735 beraadslaagde H5921 in H7378 H8799 mij; daarna twistte ik H2715 met de edelen H5461 , en met de overheden H559 H8799 , en zeide H859 tot hen: Gijlieden H5378 H8801 H8678 H5383 H8802 H8675 H5375 H8802 vordert H4855 een last H376 , een iegelijk H251 van zijn broeder H5414 H8799 . Voorts belegde ik H1419 een grote H6952 vergadering H5921 tegen hen.
  8 H559 H8799 En ik zeide H587 tot hen: Wij H251 hebben onze broederen H3064 , de Joden H1471 , die aan de heidenen H4376 H8737 verkocht waren H1767 , naar ons vermogen H7069 H8804 wedergekocht H859 ; en zoudt gijlieden H1571 ook H251 uw broederen H4376 H8799 verkopen H4376 H8738 , of zouden zij aan ons verkocht worden H2790 H8686 ? Toen zwegen zij H4672 H8804 , en vonden H3808 geen H1697 antwoord.
  9 H559 H8799 Voorts zeide ik H1697 : De zaak H3808 is niet H2896 goed H834 , die H859 gijlieden H6213 H8802 doet H3808 ; zoudt gij niet H3212 H8799 wandelen H3374 in de vreze H430 onzes Gods H4480 , om H2781 de versmading H1471 der heidenen H341 H8802 , onze vijanden?
  10 H589 Ik H251 , mijn broederen H5288 , en mijn jongens H5383 H8802 , vorderen wij H1571 ook H3701 geld H1715 en koren H4994 van hen? Laat ons toch H2088 dezen H4855 last H5800 H8799 nalaten.
  11 H7725 H0 Geeft H4994 hun toch H3117 als heden H7725 H8685 weder H7704 hun akkers H3754 , hun wijngaarden H2132 , hun olijfgaarden H1004 en hun huizen H3967 ; en het honderdste H3701 [deel] van het geld H1715 , en van het koren H8492 , den most H3323 en de olie H834 , die H589 gij H5383 H8802 hun hebt afgevorderd.
  12 H559 H8799 Toen zeiden zij H7725 H8686 : Wij zullen het wedergeven H4480 , en van H1992 hen H3808 niets H1245 H8762 zoeken H3651 ; wij zullen alzo H6213 H8799 doen H834 , als H859 gij H559 H8802 zegt H7121 H8799 . En ik riep H3548 de priesteren H7650 H8686 , en deed hen zweren H6213 H8800 , dat zij doen zouden H2088 naar dit H1697 woord.
  13 H1571 Ook H5287 H0 schudde ik H2684 mijn boezem H5287 H8804 uit H559 H8799 , en zeide H3602 : Alzo H5287 H0 schudde H430 God H5287 H8762 uit H3605 allen H376 man H834 , die H2088 dit H1697 woord H3808 niet H6965 H8686 zal bevestigen H4480 , uit H1004 zijn huis H4480 en uit H3018 zijn arbeid H1961 H8799 , en hij zij H3602 alzo H5287 H8803 uitgeschud H7386 en ledig H3605 . En de ganse H6951 gemeente H559 H8799 zeide H543 : Amen H1984 H8762 ! En zij prezen H3068 de HEERE H5971 . En het volk H6213 H8799 deed H2088 naar dit H1697 woord.

Job 22:5-9

  5 H3808 Is niet H7451 uw boosheid H7227 groot H5771 , en uwer ongerechtigheden H369 geen H7093 einde?
  6 H3588 Want H251 gij hebt uw broederen H2600 zonder oorzaak H2254 H8799 pand afgenomen H899 , en de klederen H6174 der naakten H6584 H8686 hebt gij uitgetogen.
  7 H5889 Den moede H3808 hebt gij geen H4325 water H8248 H8686 te drinken gegeven H4480 , en van H7457 den hongerige H3899 hebt gij het brood H4513 H8799 onthouden.
  8 H376 Maar was er een man H2220 van geweld H776 , voor dien was het land H5375 H8803 , en een aanzienlijk H6440 persoon H3427 H8799 woonde daarin.
  9 H490 De weduwen H7387 hebt gij ledig H7971 H8765 weggezonden H2220 , en de armen H3490 der wezen H1792 H8792 zijn verbrijzeld.

Job 24:4

  4 H5186 H0 Zij doen H34 de nooddruftigen H5186 H8686 wijken H4480 van H1870 den weg H3162 ; te zamen H2244 H8795 versteken zich H6041 H8675 H6035 de ellendigen H776 des lands.

Job 31:17

  17 H6595 En mijn bete H909 alleen H398 H8799 gegeten heb H3490 , zodat de wees H4480 daarvan H3808 niet H398 H8804 gegeten heeft;

Psalms 68:5

  5 H1 [068:6] Hij is een Vader H3490 der wezen H1781 , en een Rechter H490 der weduwen H430 ; God H4583 , in de woonstede H6944 Zijner heiligheid.

Psalms 72:12

  12 H34 Want hij zal den nooddruftige H5337 H8686 redden H7768 H8764 , die daar roept H6041 , mitsgaders den ellendige H5826 H8802 , en die geen helper heeft.

Psalms 82:2-4

  2 H5766 Hoe lang zult gijlieden onrecht H8199 H8799 oordelen H6440 , en het aangezicht H7563 der goddelozen H5375 H8799 aannemen H5542 ? Sela.
  3 H8199 H8798 Doet recht H1800 den arme H3490 en den wees H6663 H8685 ; rechtvaardigt H6041 den verdrukte H7326 H8802 en den arme.
  4 H6403 H8761 Verlost H1800 den arme H34 en den behoeftige H5337 H8685 , rukt H7563 [hem] uit der goddelozen H3027 hand.

Proverbs 21:13

  13 H241 Die zijn oor H331 H8801 stopt H2201 voor het geschrei H1800 des armen H7121 H8799 , die zal ook roepen H6030 H8735 , en niet verhoord worden.

Proverbs 24:11-12

  11 H5337 H8685 Red H4194 degenen, die ter dood H3947 H8803 gegrepen zijn H4131 H8801 ; want zij wankelen H2027 ter doding H2820 H8799 , zo gij u onthoudt.
  12 H559 H8799 Wanneer gij zegt H3045 H8804 : Ziet, wij weten H3826 dat niet; zal Hij, Die de harten H8505 H8802 weegt H995 H8799 , [dat] niet merken H5315 ? En Die uwe ziel H5341 H8802 gadeslaat H3045 H8799 , zal Hij het niet weten H120 ? Want Hij zal den mens H7725 H8689 vergelden H6467 naar zijn werk.

Jeremiah 22:16

  16 H1779 Hij heeft de rechtzaak H6041 des ellendigen H34 en nooddruftigen H1777 H8804 gericht H2896 , toen ging het [hem] wel H1847 ; is dat niet Mij te kennen H5002 H8803 ? spreekt H3068 de HEERE.

James 1:27

  27 G2513 De zuivere G2532 en G283 onbevlekte G2356 godsdienst G3844 voor G2316 God G2532 en G3962 den Vader G2076 G5748 is G3778 deze G3737 : wezen G2532 en G5503 weduwen G1980 G5738 bezoeken G1722 in G2347 hun verdrukking G1438 , [en] zichzelven G784 onbesmet G5083 G5721 bewaren G575 van G2889 de wereld.

Deuteronomy 16:11

  11 H8055 H8804 En gij zult vrolijk zijn H6440 voor het aangezicht H3068 des HEEREN H430 , uws Gods H1121 , gij, en uw zoon H1323 , en uw dochter H5650 , en uw dienstknecht H519 , en uw dienstmaagd H3881 , en de Leviet H8179 , die in uw poorten H1616 is, en de vreemdeling H3490 , en de wees H490 , en de weduwe H7130 , die in het midden H4725 van u zijn; in de plaats H3068 , die de HEERE H430 , uw God H977 H8799 , zal verkiezen H8034 , om Zijnen Naam H7931 H8763 aldaar te doen wonen.

Deuteronomy 24:13

  13 H5667 Gij zult hem dat pand H7725 H8687 zekerlijk H7725 H8686 wedergeven H8121 , als de zon H935 H8800 ondergaat H8008 , dat hij in zijn kleed H7901 H8804 nederligge H1288 H8765 , en u zegene H6666 ; en het zal u gerechtigheid H6440 zijn voor het aangezicht H3068 des HEEREN H430 , uws Gods.

Deuteronomy 26:5

  5 H6440 Dan zult gij voor het aangezicht H3068 des HEEREN H430 , uws Gods H6030 H8804 , betuigen H559 H8804 en zeggen H1 : Mijn vader H6 H8802 was een bedorven H761 Syrier H3381 H8799 , en hij toog af H4714 naar Egypte H1481 H8799 , en verkeerde aldaar als vreemdeling H4592 met weinig H4962 volks H1419 ; maar hij werd aldaar tot een groot H6099 , machtig H7227 en menigvuldig H1471 volk.

Nehemiah 8:10-12

  10 H559 H8799 [08:11] Voorts zeide hij H3212 H8798 tot hen: Gaat H398 H8798 , eet H4924 het vette H8354 H8798 , en drinkt H4477 het zoete H7971 H8798 , en zendt H4490 delen H369 H0 dengenen, voor welken niets H3559 H8737 bereid H369 is H3588 , want H3117 deze dag H113 is onzen HEERE H6918 heilig H6087 H8735 ; zo bedroeft u H408 niet H3588 , want H2304 de blijdschap H3068 des HEEREN H1931 , die H4581 is uw sterkte.
  11 H3881 [08:12] En de Levieten H2814 H8688 stilden H3605 al H5971 het volk H559 H8800 , zeggende H2013 H8761 : Zwijgt H3588 , want H3117 deze dag H6918 is heilig H6087 H8735 , daarom bedroeft u H408 niet.
  12 H3212 H8799 [08:13] Toen ging H3605 al H5971 het volk H398 H8800 henen om te eten H8354 H8800 , en om te drinken H4490 , en om delen H7971 H8763 te zenden H1419 , en om grote H8057 blijdschap H6213 H8800 te maken H3588 ; want H1697 zij hadden de woorden H995 H8689 verstaan H834 , die H3045 H8689 men hun had bekend gemaakt.

Job 22:9

  9 H490 De weduwen H7387 hebt gij ledig H7971 H8765 weggezonden H2220 , en de armen H3490 der wezen H1792 H8792 zijn verbrijzeld.

Job 31:19-20

  19 H518 Zo H7200 H8799 ik iemand heb zien H6 H8802 omkomen H4480 H1097 , omdat hij zonder H3830 kleding H34 was, en dat de nooddruftige H369 H0 geen H3682 deksel H369 had;
  20 H518 Zo H2504 zijn lenden H3808 mij niet H1288 H8765 gezegend hebben H4480 , toen hij van H1488 de vellen H3532 mijner lammeren H2552 H8691 verwarmd werd;

Psalms 67:4

  4 H3816 [067:5] De natien H8055 H8799 zullen zich verblijden H7442 H8762 en juichen H5971 , omdat Gij de volken H8199 H8799 zult richten H4334 [in] rechtmatigheid H3816 ; en de natien H776 op de aarde H5148 H8686 die zult Gij leiden H5542 . Sela.

Proverbs 31:6-9

  6 H5414 H8798 Geeft H7941 sterken drank H6 H8802 dengene, die verloren gaat H3196 , en wijn H4751 dengenen, die bitterlijk bedroefd H5315 van ziel zijn;
  7 H8354 H8799 Dat hij drinke H7389 , en zijn armoede H7911 H8799 vergete H5999 , en zijner moeite H2142 H8799 niet meer gedenke.
  8 H6605 H8798 Open H6310 uw mond H483 voor den stomme H1779 , voor de rechtzaak H1121 van allen H2475 , die omkomen zouden.
  9 H6605 H8798 Open H6310 uw mond H8199 H8798 ; oordeel H6664 gerechtelijk H1777 H0 , en doe H6041 den verdrukte H34 en nooddruftige H1777 H8798 recht.

Isaiah 27:13

  13 H3117 En het zal te dien dage H1419 geschieden, dat er met een grote H7782 bazuin H8628 H8735 geblazen zal worden H935 H8804 ; dan zullen die komen H776 , die in het land H804 van Assur H6 H8802 verloren zijn H5080 H8737 , en de heengedrevenen H776 in het land H4714 van Egypte H3068 ; en zij zullen den HEERE H7812 H8694 aanbidden H6944 op den heiligen H2022 berg H3389 te Jeruzalem.

Isaiah 65:14

  14 H5650 Ziet, Mijn knechten H7442 H8799 zullen juichen H2898 van goeder H3820 harte H6817 H8799 , maar gijlieden zult schreeuwen H3511 van weedom H3820 des harten H7667 , en van verbreking H7307 des geestes H3213 H8686 zult gij huilen.

Acts 9:39-41

  39 G1161 En G4074 Petrus G450 G5631 stond op G4905 G5627 , en ging G846 met hen G3739 ; welken G3854 G5637 zij, als hij daar gekomen was G1519 , in G5253 de opperzaal G321 G5627 leidden G2532 . En G3956 al G5503 de weduwen G3936 G5656 stonden G846 bij hem G2799 G5723 , wenende G2532 , en G1925 G5734 tonende G5509 de rokken G2532 en G2440 klederen G3745 , die G1393 Dorkas G4160 G5707 gemaakt had G3326 , als zij bij G846 haar G5607 G5752 was.
  40 G1161 Maar G4074 Petrus G1544 G5631 , hebbende G3956 hen [allen G1854 ] uitgedreven G5087 G5631 G1119 , knielde neder G4336 G5662 en bad G2532 ; en G1994 G5660 zich kerende G4314 tot G4983 het lichaam G2036 G5627 , zeide hij G5000 : Tabitha G450 G5628 , sta op G1161 ! En G455 G zij deed G846 haar G3788 ogen G455 G5656 open G2532 , en G4074 Petrus G1492 G5631 gezien hebbende G339 G5656 , zat zij over einde.
  41 G1161 En G1325 G5631 hij gaf G846 haar G5495 de hand G450 G5656 , en richtte G846 haar G1161 op, en G40 de heiligen G2532 en G5503 de weduwen G5455 G5660 geroepen hebbende G3936 G , stelde hij G846 haar G2198 G5723 levend G3936 G5656 voor [hen].

2 Corinthians 9:12-14

  12 G3754 Want G1248 de bediening G5026 van dezen G3009 dienst G2076 G5748 G4322 G5723 vervult G3756 niet G3440 alleen G5303 het gebrek G40 der heiligen G235 , maar G2532 is ook G4052 G5723 overvloedig G1223 door G4183 vele G2169 dankzeggingen G2316 tot God;
  13 G1223 Dewijl zij door G1382 de beproeving G5026 dezer G1248 bediening G2316 God G1392 G5723 verheerlijken G1909 over G5292 de onderwerping G5216 uwer G3671 belijdenis G1519 onder G2098 het Evangelie G5547 van Christus G2532 , en G572 [over] de goeddadigheid G2842 der mededeling G1519 aan G846 hen G2532 en G1519 aan G3956 allen;
  14 G2532 En G846 door hun G1162 gebed G5228 voor G5216 u G5209 , welke naar u G1971 G5723 verlangen G1223 , om G5235 G5723 de uitnemende G5485 genade G2316 Gods G1909 over G5213 u.

2 Timothy 1:16-18

  16 G2962 De Heere G1325 G5630 geve G3624 den huize G3683 van Onesiforus G1656 barmhartigheid G3754 ; want G3165 hij heeft mij G4178 dikmaals G404 G5656 verkwikt G2532 , en G3450 heeft zich mijner G254 keten G3756 niet G1870 G5681 geschaamd.
  17 G235 Maar G1722 als hij te G4516 Rome G1096 G5637 gekomen was G3165 , heeft hij mij G4706 zeer naarstiglijk G2212 G5656 gezocht G2532 , en G2147 G5627 heeft [mij] gevonden.
  18 G2962 De Heere G1325 G5630 geve G846 hem G1656 , dat hij barmhartigheid G2147 G5629 vinde G3844 bij G2962 den Heere G1722 , in G1565 dien G2250 dag G2532 ; en G3745 hoeveel G1722 hij [mij] te G2181 Efeze G1247 G5656 gediend heeft G1097 G5719 , weet G4771 gij G957 zeer wel.

Philemon 1:7

  7 G1063 Want G2192 G5719 wij hebben G4183 grote G5485 vreugde G2532 en G3874 vertroosting G1909 over G4675 uw G26 liefde G3754 , dat G4698 de ingewanden G40 der heiligen G373 G5769 verkwikt zijn geworden G1223 door G4675 u G80 , broeder!

Job 27:6

  6 H6666 Aan mijn gerechtigheid H2388 H8689 zal ik vasthouden H3808 , en zal ze niet H7503 H8686 laten varen H3824 ; mijn hart H3808 zal [die] niet H2778 H8799 versmaden H4480 van H3117 mijn dagen.

Psalms 132:9

  9 H3548 Dat Uw priesters H3847 H8799 bekleed worden H6664 met gerechtigheid H2623 , en dat Uw gunstgenoten H7442 H8762 juichen.

Isaiah 28:5

  5 H3117 Te dien dage H3068 zal de HEERE H6635 der heirscharen H6643 tot een heerlijke H5850 Kroon H8597 en tot een sierlijken H6843 Krans H7605 zijn den overgeblevenen H5971 Zijns volks;

Isaiah 59:17

  17 H3847 H0 Want Hij trok H6666 gerechtigheid H3847 H8799 aan H8302 als een pantser H3553 , en den helm H3444 des heils H7218 [zette] [Hij] op Zijn hoofd H899 , en de klederen H5359 der wraak H3847 H8799 trok Hij aan H8516 [tot] kleding H5844 H0 , en Hij deed H7068 den ijver H5844 H8799 aan H4598 als een mantel.

Isaiah 61:10

  10 H7797 H8800 Ik ben zeer H7797 H8799 vrolijk H3068 in den HEERE H5315 , mijn ziel H1523 H8799 verheugt zich H430 in mijn God H3847 H8689 , want Hij heeft mij bekleed H899 met de klederen H3468 des heils H4598 , den mantel H6666 der gerechtigheid H3271 H8804 heeft Hij mij omgedaan H2860 ; gelijk een bruidegom H6287 zich met priesterlijk sieraad H3547 H8762 versiert H3618 , en als een bruid H5710 H8799 zich versiert H3627 met haar gereedschap.

Isaiah 62:3

  3 H8597 En gij zult een sierlijke H5850 kroon H3027 zijn in de hand H3068 des HEEREN H4410 , en een koninklijke H6797 H8675 H6797 hoed H3709 in de hand H430 uws Gods.

Romans 13:14

  14 G235 Maar G1746 G5669 doet aan G2962 den Heere G2424 Jezus G5547 Christus G2532 , en G4160 G5732 G4307 verzorgt G4561 het vlees G3361 niet G1519 tot G1939 begeerlijkheden.

2 Corinthians 6:7

  7 G1722 In G3056 het woord G225 der waarheid G1722 , in G1411 de kracht G2316 van God G1223 , door G3696 de wapenen G1343 der gerechtigheid G1188 aan de rechter G2532 [zijde] en G710 aan de linker [zijde];

Ephesians 6:14

  14 G2476 G5628 Staat G3767 dan G5216 , uw G3751 lenden G4024 G5671 omgord hebbende G1722 met G225 de waarheid G2532 , en G1746 G5671 aangedaan hebbende G2382 het borstwapen G1343 der gerechtigheid;

1 Thessalonians 5:8

  8 G1161 Maar G2249 wij G2250 , die des daags G5607 G5752 zijn G3525 G5725 , laat ons nuchteren zijn G1746 G5671 , aangedaan hebbende G2382 het borstwapen G4102 des geloofs G2532 en G26 der liefde G2532 , en G4030 [tot] een helm G1680 , de hoop G4991 der zaligheid.

Revelation 19:8

  8 G2532 En G846 haar G1325 G5681 is gegeven G2443 , dat G4016 G5643 zij bekleed worde G2513 met rein G2532 en G2986 blinkend G1039 fijn lijnwaad G1063 ; want G1039 dit fijn lijnwaad G2076 G5748 zijn G1345 de rechtvaardigmakingen G40 der heiligen.

Numbers 10:31

  31 H559 H8799 En hij zeide H5800 H8799 : Verlaat H3651 ons toch niet; want dewijl H3045 H8804 gij weet H2583 H8800 , dat wij ons legeren H4057 in de woestijn H5869 , zo zult gij ons tot ogen zijn.

Matthew 11:5

  5 G5185 De blinden G308 G5719 worden ziende G2532 , en G5560 de kreupelen G4043 G5719 wandelen G3015 ; de melaatsen G2511 G5743 worden gereinigd G2532 , en G2974 de doven G191 G5719 horen G3498 ; de doden G1453 G5743 worden opgewekt G2532 , en G4434 den armen G2097 G5743 wordt het Evangelie verkondigd.

1 Corinthians 12:12-31

  12 G1063 Want G2509 gelijk G4983 het lichaam G1520 een G2076 G5748 is G2532 , en G4183 vele G3196 leden G2192 G5719 heeft G1161 , en G3956 al G3196 de leden G1520 van dit ene G4983 lichaam G4183 , vele G5607 G5752 zijnde G1520 , [maar] een G4983 lichaam G2076 G5748 zijn G3779 , alzo G2532 ook G5547 Christus.
  13 G1063 Want G2532 ook G2249 wij G3956 allen G1722 zijn door G1520 een G4151 Geest G1519 tot G1520 een G4983 lichaam G907 G5681 gedoopt G1535 ; hetzij G2453 Joden G1535 , hetzij G1672 Grieken G1535 , hetzij G1401 dienstknechten G1535 , hetzij G1658 vrijen G2532 ; en G3956 wij zijn allen G1519 tot G1520 een G4151 Geest G4222 G5681 gedrenkt.
  14 G1063 Want G2532 ook G4983 het lichaam G2076 G5748 is G3756 niet G1520 een G3196 lid G235 , maar G4183 vele [leden].
  15 G1437 Indien G4228 de voet G2036 G5632 zeide G3754 : Dewijl G5495 ik de hand G3756 niet G1510 G5748 ben G1510 G5748 , zo ben ik G1537 van G4983 het lichaam G3756 niet G2076 G5748 ; is hij G3844 G5124 daarom G3756 niet G1537 van G4983 het lichaam?
  16 G2532 En G1437 indien G3775 het oor G2036 G5632 zeide G3754 : Dewijl G3788 ik het oog G3756 niet G1510 G5748 ben G1510 G5748 , zo ben ik G1537 van G4983 het lichaam G3756 niet G2076 G5748 ; is G3844 G5124 het daarom G3756 niet G1537 van G4983 het lichaam?
  17 G1487 Ware G3650 het gehele G4983 lichaam G3788 het oog G4226 , waar G189 [zou] het gehoor G1487 [zijn]? Ware G3650 het gehele G189 [lichaam] gehoor G4226 , waar G3750 [zou] de reuk [zijn]?
  18 G1161 Maar G3570 nu G2316 heeft God G3196 de leden G5087 G5639 gezet G1520 , een G1538 iegelijk G846 van dezelve G1722 in G4983 het lichaam G2531 , gelijk G2309 G5656 Hij gewild heeft.
  19 G1161 G1487   G2258 G5713 Waren G3956 zij alle G1520 [maar] een G3196 lid G4226 , waar G4983 [zou] het lichaam [zijn]?
  20 G1161 Maar G3568 nu G3303 zijn er wel G4183 vele G3196 leden G1161 , doch G1520 [maar] een G4983 lichaam.
  21 G1161 En G3788 het oog G1410 G5736 kan G3756 niet G2036 G5629 zeggen G5495 tot de hand G2192 G5719 : Ik heb G4675 u G3756 niet G5532 van node G2228 ; of G3825 wederom G2776 het hoofd G4228 tot de voeten G2192 G5719 : Ik heb G5216 u G3756 niet G5532 van node.
  22 G235 Ja G4183 G3123 veeleer G3196 , de leden G1380 G5723 , die [ons] dunken G772 de zwakste G4983 des lichaams G5225 G5721 te zijn G2076 G5748 , die zijn G316 nodig.
  23 G2532 En G3739 die G1380 G5719 ons dunken G820 de minst eerlijke G4983 [leden] des lichaams G1511 G5750 te zijn G5125 , denzelven G4055 doen wij overvloediger G5092 eer G4060 G5719 aan G2532 ; en G2257 onze G809 onsierlijke G2192 G5719 [leden] hebben G4055 overvloediger G2157 versiering.
  24 G1161 Doch G2257 onze G2158 sierlijke G2192 G5719 hebben G3756 het niet G5532 van node G235 ; maar G2316 God G4983 heeft het lichaam G4786 G5656 [alzo] samengevoegd G1325 G5631 , gevende G4055 overvloediger G5092 eer G5302 G5746 aan hetgeen gebrek [aan] [dezelve] heeft;
  25 G3363 Opdat geen G4978 tweedracht G1722 in G4983 het lichaam G5600 G5753 zij G235 , maar G3196 de leden G5228 voor G240 elkander G846 gelijke G3309 G5725 zorg zouden dragen.
  26 G2532 En G1535 hetzij G1520 dat een G3196 lid G3958 G5719 lijdt G4841 G , zo lijden G3956 al G3196 de leden G4841 G5719 mede G1535 ; hetzij G1520 dat een G3196 lid G1392 G5743 verheerlijkt wordt G4796 G , zo verblijden zich G3956 al G3196 de leden G4796 G5719 mede.
  27 G1161 En G5210 gijlieden G2075 G5748 zijt G4983 het lichaam G5547 van Christus G2532 , en G3196 leden G1537 in G3313 het bijzonder.
  28 G2532 En G2316 God G3303 heeft er sommigen G1722 in G1577 de Gemeente G5087 G5639 gesteld G4412 , ten eerste G652 apostelen G1208 , ten tweede G4396 profeten G5154 , ten derde G1320 leraars G1899 , daarna G1411 krachten G1534 , daarna G5486 gaven G2386 der gezondmakingen G484 , behulpsels G2941 , regeringen G1085 , menigerlei G1100 talen.
  29 G3361   G3956 Zijn zij allen G652 apostelen G3361 ? G3956 Zijn zij allen G4396 profeten G3361 ? G3956 Zijn zij allen G1320 leraars G3361 ? G3956 Zijn zij allen G1411 krachten?
  30 G3361   G2192 G5719 Hebben zij G3956 allen G5486 gaven G2386 der gezondmakingen G3361 ? G2980 G5719 Spreken zij G3956 allen G1100 met [menigerlei] talen G3361 ? G3956 Zijn zij allen G1329 G5719 uitleggers?
  31 G1161 Doch G2206 G5720 ijvert G2909 naar de beste G5486 gaven G2532 G2089 ; en G1166 G5719 ik wijs G5213 u G3598 een weg G2596 , die nog G5236 uitnemender is.

Exodus 18:26

  26 H5971 Dat zij het volk H6256 te allen tijde H8199 H8804 richtten H7186 , de harde H1697 zaak H4872 tot Mozes H935 H8686 brachten H1992 , maar zij H6996 alle kleine H1697 zaak H8199 H8799 richtten.

Deuteronomy 13:14

  14 H1875 H8804 Zo zult gij onderzoeken H2713 H8804 , en naspeuren H3190 H8687 , en wel H7592 H8804 navragen H571 ; en ziet, het is de waarheid H1697 , de zaak H3559 H8737 is zeker H2063 , zulk H8441 een gruwel H7130 is in het midden H6213 H8738 van u gedaan;

Deuteronomy 17:8-10

  8 H1697 Wanneer een zaak H4941 aan het gericht H6381 H8735 voor u te zwaar zal zijn H1818 , tussen bloed H1818 en bloed H1779 , tussen rechtshandel H1779 en rechtshandel H5061 , tussen plage H5061 en plage H1697 H7379 , zijnde twistzaken H8179 in uw poorten H6965 H8804 , zo zult gij u opmaken H5927 H8804 en opgaan H4725 naar de plaats H3068 , die de HEERE H430 , uw God H977 H8799 , verkiezen zal;
  9 H935 H8804 En gij zult komen H3881 tot de Levietische H3548 priesters H8199 H8802 , en tot den rechter H3117 , die in die dagen H1875 H8804 zijn zal; en gij zult ondervragen H1697 , en zij zullen u de zaak H4941 des rechts H5046 H8689 aanzeggen.
  10 H6213 H8804 En gij zult doen H6310 naar het bevel H1697 des woords H5046 H8686 , dat zij u zullen aanzeggen H4725 , van diezelve plaats H3068 , die de HEERE H977 H8799 verkiezen zal H8104 H8804 , en gij zult waarnemen H6213 H8800 te doen H3384 H8686 naar alles, wat zij u zullen leren.

1 Kings 3:16-28

  16 H227 Toen H935 H8799 kwamen H8147 er twee H802 vrouwen H2181 H8802 , die hoeren waren H413 , tot H4428 den koning H5975 H8799 ; en zij stonden H6440 voor zijn aangezicht.
  17 H259 En de ene H802 vrouw H559 H8799 zeide H994 : Och H113 , mijn heer H589 . Ik H2063 en deze H802 vrouw H3427 H8802 wonen H259 in een H1004 huis H5973 ; en ik heb bij H1004 haar in dat huis H3205 H8799 gebaard.
  18 H1961 H8799 Het is nu geschied H7992 op den derden H3117 dag H3205 H8800 na mijn baren H2063 dat deze H802 vrouw H1571 ook H3205 H8799 gebaard heeft H587 ; en wij H3162 waren te zamen H369 H0 , geen H2114 H8801 vreemde H369 was H854 met H1004 ons in dat huis H2108 , behalve H587 ons H8147 tweeen H1004 in het huis.
  19 H1121 En de zoon H2063 dezer H802 vrouw H3915 is des nachts H4191 H8799 gestorven H834 , omdat H5921 zij op H7901 H8804 hem gelegen had.
  20 H6965 H0 En zij stond H8432 H3915 ter middernacht H6965 H8799 op H3947 H8799 , en nam H1121 mijn zoon H4480 van H681 bij H519 mij, als uw dienstmaagd H3463 sliep H7901 H8686 , en leide H2436 hem in haar schoot H4191 H8801 , en haar doden H1121 zoon H7901 H8689 leide zij H2436 in mijn schoot.
  21 H6965 H0 En ik stond H1242 in de morgen H6965 H8799 op H1121 , om mijn zoon H3243 H8687 te zogen H2009 , en zie H4191 H8804 , hij was dood H995 H8709 ; maar ik lette H1242 in den morgen H413 op H2009 hem, en zie H1961 H8804 , het was H1121 mijn zoon H3808 niet H834 , dien H3205 H8804 ik gebaard had.
  22 H559 H8799 Toen zeide H312 de andere H802 vrouw H3808 : Neen H3588 , maar H2416 die levende H1121 is mijn zoon H4191 H8801 , en de dode H1121 is uw zoon H2063 ; gene H559 H8802 daarentegen zeide H3808 : Neen H3588 , maar H4191 H8801 de dode H1121 is uw zoon H2416 , en de levende H1121 is mijn zoon H1696 H8762 ! Alzo spraken zij H6440 voor het aangezicht H4428 des konings.
  23 H559 H8799 Toen zeide H4428 de koning H2063 : Deze H559 H8802 zegt H2063 : Dit H1121 is mijn zoon H2416 , die leeft H1121 , maar uw zoon H4191 H8801 is het, die dood is H2063 ; en die H559 H8802 zegt H3808 : Neen H3588 , maar H4191 H8801 de dode H1121 is uw zoon H2416 , en de levende H1121 mijn zoon.
  24 H559 H8799 Verder zeide H4428 de koning H3947 H8798 : Haalt H2719 mij een zwaard H935 H8686 ; en zij brachten H2719 een zwaard H6440 voor het aangezicht H4428 des konings.
  25 H4428 En de koning H559 H8799 zeide H1504 H8798 : Doorsnijdt H2416 dat levende H3206 kind H8147 in tweeen H5414 H8798 , en geeft H259 de ene H2677 een helft H259 , en de andere H2677 een helft.
  26 H802 Maar de vrouw H834 , welker H1121 zoon H2416 de levende H559 H8799 was, sprak H413 tot H4428 den koning H3588 (want H7356 haar ingewand H3648 H8738 ontstak H5921 over H1121 haar zoon H559 H8799 ), en zeide H994 : Och H113 , mijn heer H5414 H8798 ! Geef H2416 haar dat levende H3205 H8803 kind H4191 H8686 , en dood H4191 H8687 H408 het geenszins H2063 ; deze H559 H8802 daarentegen zeide H1961 H8799 : Het zij H1571 noch H1571 H3808 het uwe noch H1504 H8798 het mijne, doorsnijdt het.
  27 H6030 H8799 Toen antwoordde H4428 de koning H559 H8799 , en zeide H5414 H8798 : Geeft H2416 aan die het levende H3205 H8803 kind H4191 H8686 , en doodt H4191 H8687 H3808 het geenszins H1931 ; die H517 is zijn moeder.
  28 H3605 En geheel H3478 Israel H8085 H8799 hoorde H4941 dat oordeel H834 , dat H4428 de koning H8199 H8804 geoordeeld had H3372 H8799 , en vreesde H4480 voor H6440 het aangezicht H3588 des konings; want H7200 H8804 zij zagen H3588 , dat H2451 de wijsheid H430 Gods H7130 in H4941 hem was, om recht H6213 H8800 te doen.

Esther 2:7

  7 H1961 H8799 En hij was het H539 H8802 , die opvoedde H1919 Hadassa H1931 (deze H635 is Esther H1323 , de dochter H1730 zijns ooms H3588 ); want H369 zij had geen H1 vader H517 noch moeder H5291 ; en zij was een jonge dochter H3303 , schoon H8389 van gedaante H2896 , en schoon H4758 van aangezicht H1 ; en als haar vader H517 en haar moeder H4194 stierven H4782 , had Mordechai H1323 ze zich tot een dochter H3947 H8804 aangenomen.

Job 31:18

  18 H3588 (Want H4480 van H5271 mijn jonkheid H1431 H8804 af is hij bij mij opgetogen H1 , als [bij] een vader H517 , en van mijner moeders H990 buik H5148 H8686 af heb ik haar geleid;)

Proverbs 25:2

  2 H430 Het is Gods H3519 eer H1697 een zaak H5641 H8687 te verbergen H3519 ; maar de eer H4428 der koningen H1697 een zaak H2713 H8800 te doorgronden.

Proverbs 29:7

  7 H6662 De rechtvaardige H3045 H8802 neemt kennis H1779 van de rechtzaak H1800 der armen H7563 ; [maar] de goddeloze H995 H8799 begrijpt H1847 de wetenschap niet.

Ephesians 5:1

  1 G1096 G5737 Zijt G3767 dan G3402 navolgers G2316 Gods G5613 , als G27 geliefde G5043 kinderen;

1 Samuel 17:35

  35 H3318 H8804 En ik ging uit H310 hem na H5221 H8689 , en ik sloeg H5337 H8689 hem, en redde H4480 het uit H6310 zijn mond H5921 ; toen hij tegen H6965 H8799 mij opstond H2388 H8689 , zo vatte ik H2206 hem bij zijn baard H5221 H8689 , en sloeg H4191 H8689 hem, en doodde hem.

Psalms 3:7

  7 H6965 H8798 [03:8] Sta op H3068 , HEERE H3467 H8685 , verlos H430 mij, mijn God H3588 ; want H3605 Gij hebt al H853 mijn H341 H8802 vijanden H3895 op het kinnebakken H5221 H8689 geslagen H8127 ; de tanden H7563 der goddelozen H7665 H8765 hebt Gij verbroken.

Psalms 58:8

  8 H1980 H8799 [058:9] Laat hem henengaan H8557 , als een smeltende H7642 slak H802 ; laat hen, [als] ener vrouwe H5309 misdracht H8121 , de zon H2372 H8804 niet aanschouwen.

Psalms 124:3

  3 H233 Toen H2416 zouden zij ons levend H1104 H8804 verslonden hebben H639 , als hun toorn H2734 H8800 tegen ons ontstak.

Psalms 124:6

  6 H3068 De HEERE H1288 H8803 zij geloofd H8127 , Die ons in hun tanden H5414 H8804 niet heeft overgegeven H2964 tot een roof.

Proverbs 30:14

  14 H1755 Een geslacht H8127 , welks tanden H2719 zwaarden H4973 , en welks baktanden H3979 messen H6041 zijn, om de ellendigen H776 van de aarde H34 en de nooddruftigen H120 van onder de mensen H398 H8800 te verteren.

Genesis 32:12

  12 H589 Gij H559 H8804 hebt immers gezegd H3190 H8687 : Ik zal gewisselijk H5973 bij H3190 H8686 u weldoen H2233 , en Ik zal uw zaad H7760 H8804 stellen H2344 als het zand H3220 der zee H834 , dat H4480 vanwege H7230 de menigte H3808 niet H5608 H8735 geteld kan worden!

Genesis 41:49

  49 H6651 H0 Alzo bracht H3130 Jozef H3966 zeer H7235 H8687 veel H1250 koren H6651 H8799 bijeen H2344 , als het zand H3220 der zee H5704 H3588 , totdat H2308 H8804 men ophield H5608 H8800 te tellen H3588 : want H369 daarvan was geen H4557 getal.

Job 5:26

  26 H3624 Gij zult in ouderdom H413 ten H6913 grave H935 H8799 komen H1430 , gelijk de korenhoop H6256 te zijner tijd H5927 H8800 opgevoerd wordt.

Job 42:16-17

  16 H347 En Job H2421 H8799 leefde H310 na H2063 dezen H3967 honderd H705 en veertig H8141 jaren H7200 H8799 , dat hij zag H1121 zijn kinderen H1121 , en de kinderen H1121 zijner kinderen H702 , tot in vier H1755 geslachten.
  17 H347 En Job H4191 H8799 stierf H2205 , oud H3117 en der dagen H7649 zat.

Psalms 30:6-7

  6 H559 H8804 [030:7] Ik zeide H7959 wel in mijn voorspoed H4131 H8735 : Ik zal niet wankelen H5769 in eeuwigheid.
  7 H3068 [030:8] [Want], HEERE H2042 ! Gij hadt mijn berg H7522 door Uw goedgunstigheid H5975 H8689 H5797 vastgezet H6440 ; [maar] [toen] Gij Uw aangezicht H5641 H8689 verborgt H926 H8737 , werd ik verschrikt.

Psalms 91:16

  16 H753 Ik zal hem met langheid H3117 der dagen H7646 H8686 verzadigen H3444 , en Ik zal hem Mijn heil H7200 H8686 doen zien.

Jeremiah 22:23

  23 H3844 O gij, die nu op den Libanon H3427 H8802 woont H730 , [en] in de cederen H7077 H8794 nestelt H2603 H8738 ! hoe begenadigd zult gij zijn H2256 , als u de smarten H935 H8800 zullen aankomen H2427 , het wee H3205 H8802 als ener barende [vrouw]!

Jeremiah 49:16

  16 H8606 Uw schrikkelijkheid H5377 H8689 heeft u bedrogen H2087 , [en] de trotsheid H3820 uws harten H7931 H8802 , gij, die woont H2288 in de kloven H5553 der steenrotsen H8610 H8802 , die u houdt H4791 op de hoogte H1389 der heuvelen H7064 ! Al zoudt gij uw nest H1361 H8686 [zo] hoog maken H5404 als de arend H3381 H8686 , zo zal Ik u van daar nederstoten H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.

Obadiah 1:4

  4 H518 Al H1361 H8686 verhieft gij u H5404 gelijk de arend H518 , en al H7760 H8800 steldet gij H7064 uw nest H996 tussen H3556 de sterren H4480 , zo zal Ik u van H8033 daar H3381 H8686 nederstoten H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.

Habakkuk 2:9

  9 H1945 Wee H7451 dien, die met kwade H1215 gierigheid H1214 H8802 giert H1004 voor zijn huis H4791 , opdat hij in de hoogte H7064 zijn nest H7760 H8800 stelle H5337 H8736 , om bevrijd te zijn H4480 uit H3709 de hand H7451 des kwaads.

Job 18:16

  16 H4480 Van H8478 onder H8328 zullen zijn wortelen H3001 H8799 verdorren H4480 , en van H4605 boven H7105 zal zijn tak H5243 H8799 afgesneden worden.

Psalms 1:3

  3 H1961 H8799 Want hij zal zijn H6086 als een boom H8362 H8803 , geplant H5921 aan H6388 H4325 waterbeken H6529 , die zijn vrucht H5414 H8799 geeft H6256 op zijn tijd H5929 , en welks blad H3808 niet H5034 H8799 afvalt H834 ; en al wat H6213 H8799 hij doet H6743 H8686 , zal wel gelukken.

Jeremiah 17:8

  8 H6086 Want hij zal zijn als een boom H4325 , die aan het water H8362 H8803 geplant is H8328 , en zijn wortelen H7971 H8762 uitschiet H3105 aan een rivier H7200 H8799 , en gevoelt H2527 het niet, wanneer er een hitte H935 H8799 komt H5929 , maar zijn loof H7488 blijft groen H8141 ; en in een jaar H1226 van droogte H1672 H8799 zorgt hij H4185 H8686 niet, en houdt niet op H6529 van vrucht H6213 H8800 te dragen.

Hosea 14:5-7

  5 H3478 [014:6] Ik zal Israel H2919 zijn als de dauw H6524 ; hij zal bloeien H7799 als de lelie H8328 , en hij zal zijn wortelen H5221 uitslaan H3844 als de Libanon.
  6 H3127 [014:7] Zijn scheuten H3212 zullen zich uitspreiden H1935 , en zijn heerlijkheid H2132 zal zijn als des olijfbooms H7381 , en hij zal een reuk H3844 hebben als de Libanon.
  7 H7725 [014:8] Zij zullen wederkeren H3427 , zittende H6738 onder zijn schaduw H2421 ; zij zullen ten leven voortbrengen H1715 [als] koren H6524 , en bloeien H1612 als de wijnstok H2143 ; zijn gedachtenis H3196 zal zijn als de wijn H3844 van Libanon.

Genesis 45:13

  13 H5046 H8689 En boodschapt H1 mijn vader H3605 al H3519 mijn heerlijkheid H4714 in Egypte H3605 , en alles H834 wat H7200 H8804 gij gezien hebt H4116 H8765 ; en haast u H3381 H0 , en brengt H1 mijn vader H2008 herwaarts H3381 H8689 af.

Genesis 49:24

  24 H7198 Maar zijn boog H386 is in stijvigheid H3427 H8799 gebleven H2220 , en de armen H3027 zijner handen H6339 H8799 zijn gesterkt geworden H4480 , door H3027 de handen H46 van den Machtige H3290 Jakobs H4480 H8033 ; daarvan H7462 H8802 is hij een herder H68 , een steen H3478 Israels;

Job 19:9

  9 H3519 Mijn eer H4480 H5921 heeft Hij van H6584 H8689 mij afgetrokken H5850 , en de kroon H7218 mijns hoofds H5493 H8686 heeft Hij weggenomen.

Job 29:14

  14 H3847 H8804 Ik bekleedde mij H6664 met gerechtigheid H3847 H8799 , en zij bekleedde H4941 mij; mijn oordeel H4598 was als een mantel H6797 en vorstelijke hoed.

Psalms 3:3

  3 H859 [03:4] Doch Gij H3068 ,HEERE H4043 ! zijt een Schild H1157 voor mij H3519 , mijn eer H7218 , en Die mijn hoofd H7311 H8688 opheft.

Psalms 18:34

  34 H3925 H8764 [018:35] Hij leert H3027 mijn handen H4421 ten strijde H5154 , zodat een stalen H7198 boog H2220 met mijn armen H5181 H8765 verbroken is.

Psalms 103:5

  5 H5716 Die uw mond H7646 H8688 verzadigt H2896 met het goede H5271 , uw jeugd H2318 H8691 vernieuwt H5404 als eens arends.

Isaiah 40:31

  31 H3068 Maar dien den HEERE H6960 H8802 verwachten H3581 , zullen de kracht H2498 H8686 vernieuwen H5927 H8799 ; zij zullen opvaren H83 met vleugelen H5404 , gelijk de arenden H7323 H8799 ; zij zullen lopen H3021 H8799 , en niet moede worden H3212 H8799 ; zij zullen wandelen H3286 H8799 , en niet mat worden.

2 Corinthians 4:16

  16 G1352 Daarom G1573 G5719 vertragen wij G3756 niet G235 G2532 ; maar G1499 hoewel G2257 onze G1854 uitwendige G444 mens G1311 G5743 verdorven wordt G235 , zo wordt nochtans G2081 de inwendige G341 G5743 vernieuwd G2250 van dag G2532 tot G2250 dag.

Job 29:9-10

  9 H8269 De oversten H6113 H0 hielden H4405 de woorden H6113 H8804 in H7760 H8799 , en leiden H3709 de hand H6310 op hun mond.
  10 H6963 De stem H5057 der vorsten H2244 H8738 verstak zich H3956 , en hun tong H1692 H8804 kleefde H2441 aan hun gehemelte.

Job 32:11-12

  11 H2005 Ziet H3176 H8689 , ik heb gewacht H1697 op ulieder woorden H238 H8686 ; ik heb het oor gewend H5704 tot H8394 ulieder aanmerkingen H5704 , totdat H4405 gij redenen H2713 H8799 uitgezocht hadt.
  12 H5704 Als ik nu acht op H995 H8709 u gegeven heb H2009 , ziet H369 , er is niemand H347 , die Job H3198 H8688 overreedde H4480 , die uit H561 ulieden zijn redenen H6030 H8802 beantwoordde;

Deuteronomy 32:2

  2 H3948 Mijn leer H6201 H8799 druipe H4306 als een regen H565 , mijn rede H5140 H8799 vloeie H2919 als een dauw H8164 ; als een stofregen H1877 op de grasscheutjes H7241 , en als druppelen H6212 op het kruid.

Job 32:15-16

  15 H2865 H8804 Zij zijn ontzet H6030 H8804 , zij antwoorden H3808 niet H4405 meer; zij hebben de woorden H4480 van H6275 H8689 zich verzet.
  16 H3176 H8689 Ik heb dan gewacht H3588 , maar H1696 H8762 zij spreken H3808 niet H3588 ; want H5975 H8804 zij staan stil H6030 H8804 ; zij antwoorden H3808 niet H5750 meer.

Job 33:31-33

  31 H7181 H8685 Merk op H347 , o Job H8085 H8798 ! Hoor H2790 H8685 naar mij; zwijg H595 , en ik H1696 H8762 zal spreken.
  32 H518 Zo H3426 H0 er H4405 redenen H3426 zijn H7725 H8685 , antwoord H1696 H8761 mij; spreek H3588 , want H2654 H8804 ik heb lust H6663 H8763 u te rechtvaardigen.
  33 H518 Zo H369 niet H8085 H8798 , hoor H589 naar mij H2790 H8685 ; zwijg H2451 , en ik zal u wijsheid H502 H8762 leren.

Song of Songs 4:11

  11 H8193 Uw lippen H3618 , o bruid H5197 H8799 ! druppen H5317 van honigzeem H1706 ; honig H2461 en melk H3956 is onder uw tong H7381 , en de reuk H8008 uwer klederen H7381 is als de reuk H3844 van Libanon.

Isaiah 52:15

  15 H7227 Alzo zal Hij vele H1471 heidenen H5137 H8686 besprengen H4428 , [ja], de koningen H6310 zullen hun mond H7092 H8799 over Hem toehouden H5608 H8795 ; want denwelken het niet verkondigd was H7200 H8804 , die zullen het zien H8085 H8804 , en welken het niet gehoord hebben H995 H8712 , die zullen het verstaan.

Ezekiel 20:46

  46 H1121 H120 Mensenkind H7760 H8798 , zet H6440 uw aangezicht H1870 naar den weg H8486 van het zuiden H5197 H8685 , en drup H1864 tegen het zuiden H5012 H8734 ; en profeteer H3293 tegen het woud H7704 van het veld H5045 [in] [het] zuiden.

Amos 7:16

  16 H6258 Nu dan H8085 H8798 , hoor H3068 des HEEREN H1697 woord H859 : Gij H559 H8802 zegt H3808 : Gij zult niet H5012 H8735 profeteren H5921 tegen H3478 Israel H3808 , noch H5197 H8686 druppen H5921 tegen H1004 het huis H3446 van Izak.

Micah 2:6

  6 H5197 H8686 Profeteert H408 gijlieden niet H5197 H8686 , [zeggen] [zij], laat [die] profeteren H5197 H8686 ; zij profeteren H3808 niet H428 als die H5253 H0 ; men wijkt H3808 niet H5253 H8799 af H3639 [van] smaadheden.

Matthew 22:46

  46 G2532 En G3762 niemand G1410 G5711 kon G846 Hem G3056 een woord G611 G5677 antwoorden G3761 ; noch G5100 iemand G5111 G5656 durfde G846 Hem G575 van G1565 dien G2250 dag G3765 aan [iets] meer G1905 G5658 vragen.

Psalms 72:6

  6 H3381 H8799 Hij zal nederdalen H4306 als een regen H1488 op het nagras H7241 , als de druppelen H776 , die de aarde H2222 bevochtigen.

Hosea 6:3

  3 H3045 Dan zullen wij kennen H7291 , wij zullen vervolgen H3068 , om den HEERE H3045 te kennen H4161 ; Zijn uitgang H3559 is bereid H7837 als de dageraad H935 ; en Hij zal tot ons komen H1653 als een regen H4456 , als de spade H3384 regen [en] vroege H776 regen des lands.

Zechariah 10:1

  1 H7592 H8798 Begeert H4480 van H3068 den HEERE H4306 regen H6256 , ten tijde H4456 des spaden regens H3068 ; de HEERE H6213 H8802 maakt H2385 de weerlichten H1653 H4306 ; en Hij zal hun regen H5414 H8799 genoeg geven H376 voor ieder H6212 kruid H7704 op het veld.

Genesis 45:26

  26 H5046 H8686 Toen boodschapten zij H559 H8800 hem, zeggende H3130 : Jozef H2416 leeft H5750 nog H3588 , ja, ook H1931 is hij H4910 H8802 regeerder H3605 in gans H776 H4714 Egypteland H6313 H8799 ! Toen bezweek H3820 zijn hart H3588 , want H539 H8689 hij geloofde H3808 hen niet.

Psalms 89:15

  15 H835 [089:16] Welgelukzalig H5971 is het volk H8643 , hetwelk het geklank H3045 H8802 kent H3068 ; o HEERE H216 ! zij zullen in het licht H6440 Uws aanschijns H1980 H8762 wandelen.

Psalms 126:1

  1 H7892 Een lied H4609 Hammaaloth H3068 . Als de HEERE H7870 de gevangenen H6726 Sions H7725 H8800 wederbracht H2492 H8802 , waren wij gelijk degenen, die dromen.

Luke 24:41

  41 G1161 En G575 toen zij het van G5479 blijdschap G2089 nog G569 G5723 niet geloofden G2532 , en G2296 G5723 zich verwonderden G2036 G5627 , zeide Hij G846 tot hen G2192 G5719 : Hebt gij G1759 hier G5100 iets G1034 om te eten?

Genesis 14:14-17

  14 H87 Als Abram H8085 H8799 hoorde H3588 , dat H251 zijn broeder H7617 H8738 gevangen was H7324 H8686 , zo wapende hij H853 zijn H2593 onderwezenen H3211 , de ingeborenen H1004 van zijn huis H7969 H3967 , driehonderd H6240 H8083 en achttien H7291 H8799 , en hij jaagde hen na H5704 tot H1835 Dan toe.
  15 H2505 H8735 En hij verdeelde zich H5921 tegen H3915 hen des nachts H1931 , hij H5650 en zijn knechten H5221 H8686 , en sloeg H7291 H8799 ze; en hij jaagde hen na H5704 tot H2327 Hoba H834 toe, hetwelk H8040 is ter linkerhand H1834 van Damaskus.
  16 H7725 H0 En hij bracht H3605 alle H7399 have H7725 H8686 weder H1571 , en ook H3876 Lot H251 zijn broeder H7399 en deszelfs have H7725 H8689 bracht hij weder H1571 , als ook H853 de H802 vrouwen H5971 , en het volk.
  17 H4428 En de koning H5467 van Sodom H3318 H8799 toog uit H7125 H8800 , hem tegemoet H310 (nadat H7725 H8800 hij wedergekeerd was H5221 H8687 van het slaan van H3540 Kedor-laomer H4428 , en van de koningen H834 , die H854 met H413 hem [waren]), tot H6010 het dal H7740 Schave H1931 , dat H6010 is, het dal H4428 des konings.

Genesis 41:40

  40 H589 Gij H5921 zult over H1004 mijn huis H1961 H8799 zijn H5921 , en op H6310 uw bevel H3605 zal al H5971 mijn volk H5401 H8799 [de] [hand] kussen H7535 ; alleen H3678 dezen troon H1431 H8799 zal ik groter zijn H4480 dan gij.

Deuteronomy 33:5

  5 H4428 En Hij was koning H3484 in Jeschurun H7218 , als de hoofden H5971 des volks H622 H8692 zich vergaderden H3162 , samen H7626 met de stammen H3478 Israels.

Judges 11:8

  8 H2205 En de oudsten H1568 van Gilead H559 H8799 zeiden H413 tot H3316 Jeftha H3651 : Daarom H6258 zijn wij nu H413 tot H7725 H8804 u wedergekomen H5973 , dat gij met H1980 H8804 ons trekt H1121 , en tegen de kinderen H5983 Ammons H3898 H8738 strijdt H7218 ; en gij zult ons tot een hoofd H1961 H8804 zijn H3605 , over alle H3427 H8802 inwoners H1568 van Gilead.

2 Samuel 5:2

  2 H1571 H1571 Daartoe ook H865 H8032 te voren H7586 , toen Saul H4428 koning H5921 over H1961 H8800 ons was H1961 H8804 , waart H859 gij H3478 Israel H3318 H8688 uitvoerende H935 H8688 en inbrengende H3068 ; ook heeft de HEERE H559 H8799 tot u gezegd H859 : Gij H5971 zult Mijn volk H3478 Israel H7462 H8799 weiden H859 , en gij H5057 zult tot een voorganger H1961 H8799 zijn H5921 over H3478 Israel.

1 Chronicles 13:1-4

  1 H1732 En David H3289 H8735 hield raad H5973 met H8269 de oversten H505 der duizenden H3967 en der honderden H3605 , [en] met alle H5057 vorsten.
  2 H1732 En David H559 H8799 zeide H3605 tot de ganse H6951 gemeente H3478 van Israel H518 : Indien H5921 het ulieden H2895 H8804 goeddunkt H4480 , en van H3068 den HEERE H430 , onzen God H6555 H8799 , te zijn, laat ons ons uitbreiden H7971 H8799 , laat ons zenden H5921 aan H7604 H8737 onze overige H251 broeders H3605 , in alle H776 landen H3478 van Israel H3548 , en de priesters H3881 en Levieten H5973 , [die] met H5892 hen zijn in de steden H4054 , met haar voorsteden H413 , opdat zij tot H6908 H8735 ons vergaderd worden.
  3 H727 En laat ons de ark H430 onzes Gods H413 tot H5437 H8686 ons wederhalen H3588 , want H3117 wij hebben ze in de dagen H7586 van Saul H3808 niet H1875 H8804 gezocht.
  4 H559 H8799 Toen zeide H3605 de ganse H6951 gemeente H3651 , dat men alzo H6213 H8800 doen zou H3588 ; want H1697 die zaak H3474 H8804 was recht H5869 in de ogen H3605 des gansen H5971 volks.

Job 1:3

  3 H1961 H8799 Daartoe was H4735 zijn vee H7651 zeven H505 duizend H6629 schapen H7969 , en drie H505 duizend H1581 kemelen H2568 H3967 , en vijfhonderd H6776 juk H1241 ossen H2568 H3967 , en vijfhonderd H860 ezelinnen H5657 ; ook was zijn dienstvolk H3966 zeer H7227 veel H1931 ; zodat deze H376 man H1419 groter H1961 H8799 was H4480 dan H1121 al die H6924 van het oosten.

Job 4:3-4

  3 H2009 Zie H7227 , gij hebt velen H3256 H8765 onderwezen H7504 , en gij hebt slappe H3027 handen H2388 H8762 gesterkt;
  4 H4405 Uw woorden H3782 H8802 hebben den struikelende H6965 H8686 opgericht H3766 H8802 , en de krommende H1290 knieen H553 H8762 hebt gij vastgesteld;

Job 31:37

  37 H4557 Het getal H6806 mijner treden H5046 H8686 zou ik hem aanwijzen H3644 ; als H5057 een vorst H7126 H8762 zou ik tot hem naderen.

Isaiah 35:3-4

  3 H2388 H8761 Versterkt H7504 de slappe H3027 handen H553 H0 , en stelt H3782 H8802 de struikelende H1290 knieen H553 H8761 vast.
  4 H559 H8798 Zegt H4116 H8737 den onbedachtzamen H3820 van harte H2388 H8798 : Weest sterk H3372 H8799 , en vreest H430 niet; ziet, ulieder God H5359 zal [ter] wrake H935 H8799 komen H1576 [met] de vergelding H430 Gods H935 H8799 . Hij zal komen H3467 H8686 en ulieden verlossen.

Isaiah 61:1-3

  1 H7307 De Geest H136 des Heeren H3069 HEEREN H3068 is op Mij, omdat de Heere H4886 H8804 Mij gezalfd heeft H1319 H8763 , om een blijde boodschap te brengen H6035 den zachtmoedigen H7971 H8804 ; Hij heeft Mij gezonden H2280 H8800 om te verbinden H7665 H8737 de gebrokenen H3820 van harte H7617 H8803 , om den gevangenen H1865 vrijheid H7121 H8800 uit te roepen H631 H8803 , en den gebondenen H6495 opening der gevangenis;
  2 H7121 H8800 Om uit te roepen H8141 het jaar H7522 van het welbehagen H3068 des HEEREN H3117 , en den dag H5359 der wraak H430 onzes Gods H57 ; om alle treurigen H5162 H8763 te troosten;
  3 H57 Om den treurigen H6726 Sions H7760 H8800 te beschikken H5414 H8800 dat hun gegeven worde H6287 sieraad H665 voor as H8081 H8342 , vreugdeolie H60 voor treurigheid H4594 , het gewaad H8416 des lofs H3544 voor een benauwden H7307 geest H7121 H8795 ; opdat zij genaamd worden H352 eikebomen H6664 der gerechtigheid H4302 , een planting H3068 des HEEREN H6286 H8692 , opdat Hij verheerlijkt worde.

2 Corinthians 1:3-4

  3 G2128 Geloofd G2316 zij de God G2532 en G3962 Vader G2257 van onzen G2962 Heere G2424 Jezus G5547 Christus G3962 , de Vader G3628 der barmhartigheden G2532 , en G2316 de God G3956 aller G3874 vertroosting;
  4 G3588 Die G2248 ons G3870 G5723 vertroost G1909 in G3956 al G2257 onze G2347 verdrukking G1519 , opdat G2248 wij G1410 G5738 zouden kunnen G3870 G5721 vertroosten G1722 degenen, die in G3956 allerlei G2347 verdrukking G1223 zijn, door G3874 de vertroosting G3739 , met welke G846 wij zelven G5259 van G2316 God G3870 G5743 vertroost worden.

2 Corinthians 7:5-7

  5 G1063 Want G2532 ook G2257 , als wij G1519 in G3109 Macedonie G2064 G5631 gekomen zijn G2257 , zo heeft ons G4561 vlees G3762 geen G425 rust G2192 G5758 gehad G235 ; maar G1722 wij waren in G3956 alles G2346 G5746 verdrukt G1855 ; van buiten G3163 was strijd G2081 , van binnen G5401 vrees.
  6 G235 Doch G2316 God G5011 , Die de nederigen G3870 G5723 vertroost G2248 , heeft ons G3870 G5656 getroost G1722 door G3952 de komst G5103 van Titus.
  7 G1161 En G3756 niet G3440 alleen G1722 door G846 zijn G3952 komst G235 , maar G2532 ook G1722 door G3874 de vertroosting G3739 , met welke G1909 hij over G5213 u G3870 G5681 vertroost is geweest G2254 , als hij ons G312 G5723 verhaalde G5216 uw G1972 verlangen G5216 , uw G3602 kermen G5216 , uw G2205 ijver G5228 voor G1700 mij G5620 ; alzo G3165 dat ik G3123 te meer G5463 G5646 verblijd ben geweest.

1 Thessalonians 3:2-3

  2 G2532 En G3992 G5656 hebben gezonden G5095 Timotheus G2257 , onzen G80 broeder G2532 , en G2316 Gods G1249 dienaar G2532 , en G2257 onzen G4904 medearbeider G1722 in G2098 het Evangelie G5547 van Christus G1519 , om G5209 u G4741 G5658 te versterken G2532 , en G5209 u G3870 G5658 te vermanen G4012 van G5216 uw G4102 geloof;
  3 G3367 Opdat niemand G4525 G5745 bewogen worde G1722 in G5025 deze G2347 verdrukkingen G1063 ; want G1492 G5758 gij weet G846 zelven G3754 , dat G1519 G5124 wij hiertoe G2749 G5736 gesteld zijn.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.