1 Chronicles 13:1-4

DSV_Strongs(i)
  1 H1732 En David H3289 H8735 hield raad H5973 met H8269 de oversten H505 der duizenden H3967 en der honderden H3605 , [en] met alle H5057 vorsten.
  2 H1732 En David H559 H8799 zeide H3605 tot de ganse H6951 gemeente H3478 van Israel H518 : Indien H5921 het ulieden H2895 H8804 goeddunkt H4480 , en van H3068 den HEERE H430 , onzen God H6555 H8799 , te zijn, laat ons ons uitbreiden H7971 H8799 , laat ons zenden H5921 aan H7604 H8737 onze overige H251 broeders H3605 , in alle H776 landen H3478 van Israel H3548 , en de priesters H3881 en Levieten H5973 , [die] met H5892 hen zijn in de steden H4054 , met haar voorsteden H413 , opdat zij tot H6908 H8735 ons vergaderd worden.
  3 H727 En laat ons de ark H430 onzes Gods H413 tot H5437 H8686 ons wederhalen H3588 , want H3117 wij hebben ze in de dagen H7586 van Saul H3808 niet H1875 H8804 gezocht.
  4 H559 H8799 Toen zeide H3605 de ganse H6951 gemeente H3651 , dat men alzo H6213 H8800 doen zou H3588 ; want H1697 die zaak H3474 H8804 was recht H5869 in de ogen H3605 des gansen H5971 volks.