6
G1161
En
G3195 G5692
gij zult
G191 G5721
horen
G4171
van oorlogen
G2532
, en
G189
geruchten
G4171
van oorlogen
G3708 G5720
; ziet toe
G3361
, wordt niet
G2360 G5744
verschrikt
G1063
; want
G3956
al [die] dingen
G1163 G5748
moeten
G1096 G5635
geschieden
G235
, maar
G3768 G
nog
G2076 G5748
is
G5056
het einde
G3768
niet.
Matthew 24:6 Cross References - DSV_Strongs
Psalms 27:1-3
1
H1732
[Een] [psalm] van David
H3068
. De HEERE
H216
is mijn Licht
H3468
en mijn Heil
H3372 H8799
, voor wien zou ik vrezen
H3068
? De HEERE
H2416
is mijns levens
H4581
kracht
H6342 H8799
, voor wien zou ik vervaard zijn?
Psalms 46:1-3
1
H7892
Een lied
H5961
op Alamoth
H5329 H8764
, voor den opperzangmeester
H1121
, onder de kinderen
H7141
van Korach
H430
. [046:2] God
H4268
is ons een Toevlucht
H5797
en Sterkte
H3966
; Hij is krachtelijk
H4672 H8738
bevonden
H5833
een Hulp
H6869
in benauwdheden.
Psalms 112:7
Isaiah 8:12-14
12
H559 H8799
Gijlieden zult niet zeggen
H7195
: Een verbintenis
H5971
, van alles, waar dit volk
H559 H8799
van zegt
H7195
: Het is een verbintenis
H3372 H8799
; en vreest gijlieden
H4172
hun vreze
H6206 H8686
niet, en verschrikt niet.
Isaiah 12:2
Isaiah 26:3-4
Isaiah 26:20-21
20
H3212 H8798
Ga henen
H5971
, mijn volk
H935 H8798
! ga
H2315
in uw binnenste kamers
H5462 H8798
, en sluit
H1817
uw deuren
H2247 H8798
na u toe; verberg u
H4592
als een klein
H7281
ogenblik
H2195
, totdat de gramschap
H5674 H8799
overga.
21
H3068
Want ziet, de HEERE
H4725
zal uit Zijn plaats
H3318 H8802
uitgaan
H5771
, om de ongerechtigheid
H3427 H8802
van de inwoners
H776
der aarde
H6485 H8800
over hen te bezoeken
H776
; en de aarde
H1818
zal haar bloed
H1540 H8765
ontdekken
H2026 H8803
, en zal haar doodgeslagenen
H3680 H8762
niet langer bedekt houden.
Jeremiah 4:19-22
19
H4578
O mijn ingewand
H4578
, mijn ingewand
H2342 H8799 H8675 H3176 H8686
! ik heb barenswee
H7023
, o wanden
H3820
mijns harten
H3820
! mijn hart
H1993 H8802
maakt getier
H2790 H8686
in mij, ik kan niet zwijgen
H5315
; want gij, mijn ziel
H8085 H8804
! hoort
H6963
het geluid
H7782
der bazuin
H8643 H4421
[en] het krijgsgeschrei.
20
H7667
Breuk
H7667
op breuk
H7121 H8738
wordt er uitgeroepen
H776
; want het ganse land
H7703 H8795
is verstoord
H6597
; haastelijk
H168
zijn mijn tenten
H7703 H8795
verstoord
H3407
, mijn gordijnen
H7281
in een ogenblik!
Jeremiah 6:22-24
22
H559 H8804
Zo zegt
H3068
de HEERE
H935 H8802
: Ziet, er komt
H5971
een volk
H776
uit het land
H6828
van het noorden
H1419
, en een grote
H1471
natie
H5782 H8735
zal opgewekt worden
H3411
uit de zijden
H776
der aarde.
23
H7198
Boog
H3591
en spies
H2388 H8686
zullen zij voeren
H394
, het is een wreed
H7355 H8762
[volk], en zij zullen niet barmhartig zijn
H6963
; hun stem
H1993 H8799
zal bruisen
H3220
als de zee
H5483
, en op paarden
H7392 H8799
zullen zij rijden
H6186 H8803
; het is toegerust
H376
, als een man
H4421
ten oorlog
H1323
tegen u, o dochter
H6726
van Sion!
Jeremiah 8:15-16
15
H6960 H8763
Men wacht naar
H7965
vrede
H2896
, maar er is niets goeds
H6256
, naar tijd
H4832
van genezing
H1205
, maar ziet, er is verschrikking.
16
H1835
Van Dan
H5170
af wordt het gesnuif
H5483
zijner paarden
H8085 H8738
gehoord
H776
; het ganse land
H7493 H8804
beeft
H6963
van het geluid
H4684
der briesingen
H47
zijner sterken
H935 H8799
; en zij komen
H776
daarhenen, dat zij het land
H398 H8799
opeten
H4393
en diens volheid
H5892
, de stad
H3427 H8802
en die daarin wonen.
Jeremiah 47:6
Ezekiel 7:24-26
24
H7451
Daarom zal Ik de kwaadste
H1471
der heidenen
H935 H8689
doen komen
H1004
, die hun huizen
H3423 H8804
erfelijk bezitten zullen
H1347
, en zal den hoogmoed
H5794
der sterken
H7673 H8689
doen ophouden
H6942 H8764
, en die hen heiligen
H2490 H8738 H8676 H5157 H8765
, zullen ontheiligd worden.
Ezekiel 14:17-21
17
H2719
Of [als] Ik het zwaard
H935 H8686
brenge
H776
over datzelve land
H559 H8804
, en zegge
H2719
: Zwaard
H5674 H8799
! ga door
H776
, door dat land
H3772 H8689
, zodat Ik daarvan uitroeie
H120
mensen
H929
en beesten;
18
H7969
Ofschoon die drie
H582
mannen
H8432
in het midden
H2416
deszelven waren, zo [waarachtig] [als] Ik leef
H5002 H8803
, spreekt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H1121
, zij zouden zonen
H1323
noch dochteren
H5337 H8686
bevrijden
H5337 H8735
, maar zij zelven alleen zouden bevrijd worden.
19
H1698
Of [als] Ik de pestilentie
H776
in datzelve land
H7971 H8762
zende
H2534
, en Mijn grimmigheid
H1818
daarover met bloed
H8210 H8804
uitgiete
H120
, om daarvan mensen
H929
en beesten
H3772 H8687
uit te roeien;
20
H5146
Ofschoon Noach
H1840
, Daniel
H347
en Job
H8432
in het midden
H589
deszelven waren, [zo] [waarachtig] [als] Ik
H2416
leef
H5002 H8803
, spreekt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H518
, zo
H1121
zij een zoon
H518
, [of] zo
H1323
zij een dochter
H5337 H8686
zouden bevrijden
H1992
, zij
H5315
zouden [alleen] hun ziel
H6666
door hun gerechtigheid
H5337 H8686
bevrijden.
21
H559 H8804
Want alzo zegt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H702
: Hoeveel te meer als Ik mijn vier
H7451
boze
H8201
gerichten
H2719
, het zwaard
H7458
, en den honger
H7451
, en het boze
H2416
gedierte
H1698
, en de pestilentie
H7971 H8765
gezonden zal hebben
H3389
tegen Jeruzalem
H120
, om daaruit mensen
H929
en beesten
H3772 H8687
uit te roeien!
Ezekiel 21:9-15
9
H1121 H120
Mensenkind
H5012 H8734
, profeteer
H559 H8804
en zeg
H559 H8804
: Alzo zegt
H3068
de HEERE
H559 H8798
: Zeg
H2719
: Het zwaard
H2719
, het zwaard
H2300 H8717
is gescherpt
H4803 H8803
, en ook geveegd.
10
H2300 H8717
Het is gescherpt
H2874
, opdat het een slachting
H2873 H8800
slachte
H4178 H8794
; het is geveegd
H1300
, opdat het een glinster
H176
hebbe; of
H7797 H8799
wij [dan] zullen vrolijk zijn
H7626
? het is de roede
H1121
Mijns Zoons
H6086
, die alle hout
H3988 H8802
versmaadt.
11
H4803 H8800
En Hij heeft hetzelve te vegen
H5414 H8799
gegeven
H3709
, opdat men het met de hand
H8610 H8800
handelen zou
H2719
; dat zwaard
H2300 H8717
is gescherpt
H4178 H8794
, en dat is geveegd
H3027
, om hetzelve in de hand
H2026 H8802
des doodslagers
H5414 H8800
te geven.
12
H2199 H8798
Schreeuw
H3213 H8685
en huil
H1121 H120
, o mensenkind
H5971
, want hetzelve zal zijn tegen Mijn volk
H5387
, het zal zijn tegen al de vorsten
H3478
van Israel
H4048 H8803
; verschrikkingen
H413
zullen vanwege
H2719
het zwaard
H5971
bij Mijn volk
H5606 H8798
zijn; daarom klop
H3409
op de heup.
13
H974 H8795
Als er beproeving was
H3988 H8802
, wat was het toen? Zou er dan ook geen versmadende
H7626
roede
H5002 H8803
zijn, spreekt
H136
de Heere
H3069
HEERE.
14
H1121 H120
Daarom gij, mensenkind
H5012 H8734
, profeteer
H5221 H8685
, en sla
H3709
hand
H2719
tegen hand; want het zwaard
H3717 H8735
zal verdubbeld worden
H7992
ten derden
H2719
male, het is het zwaard
H2491
dergenen, die verslagen
H2719
zullen worden; het is het zwaard
H1419
der groten
H2491
, die verslagen
H2314 H8802
zullen worden, dat tot hen in de binnenste kameren indringen zal.
15
H19
Ik heb de punt
H2719
des zwaards
H5414 H8804
gezet
H8179
tegen al hun poorten
H3820
, opdat het hart
H4127 H8800
versmelte
H4383
, en de aanstoten
H7235 H8687
vermenigvuldigen
H253
; ach
H6213 H8803
, het is toegemaakt
H1300
, opdat het glinstere
H4593
, het is ingewonden
H2874
om te slachten.
Ezekiel 21:28
28
H1121 H120
En gij, mensenkind
H5012 H8734
, profeteer
H559 H8804
en zeg
H559 H8804
: Alzo zegt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H1121
, van de kinderen
H5983
Ammons
H2781
, en van hun smading
H559 H8804
; zo zeg
H2719
: Het zwaard
H2719
, het zwaard
H6605 H8803
is uitgetrokken
H2874
, het is ter slachting
H4803 H8803
geveegd
H398 H8687
om te verdoen
H1300
, om te glinsteren;
Daniel 9:24-27
24
H7657
Zeventig
H7620
weken
H2852 H8738
zijn bestemd
H5971
over uw volk
H6944
, en over uw heilige
H5892
stad
H6588
, om de overtreding
H3607 H8763
te sluiten
H2403
, en om de zonden
H8552 H8687 H8675 H2856 H8800
te verzegelen
H5771
, en om de ongerechtigheid
H3722 H8763
te verzoenen
H5769
, en om een eeuwige
H6664
gerechtigheid
H935 H8687
aan te brengen
H2377
, en om het gezicht
H5030
, en den profeet
H2856 H8800
te verzegelen
H6944
, en om de heiligheid
H6944
der heiligheden
H4886 H8800
te zalven.
25
H3045 H8799
Weet
H7919 H8686
dan, en versta
H4161
: van den uitgang
H1697
des woords
H7725 H8687
, om te doen wederkeren
H3389
, en om Jeruzalem
H1129 H8800
te bouwen
H4899
, tot op Messias
H5057
, den Vorst
H7651
, zijn zeven
H7620
weken
H8147
, en twee
H8346
en zestig
H7620
weken
H7339
; de straten
H2742
, en de grachten
H7725 H8799
zullen wederom
H1129 H8738
gebouwd worden
H6695
, doch in benauwdheid
H6256
der tijden.
26
H310
En na
H8147
die twee
H8346
en zestig
H7620
weken
H4899
zal de Messias
H3772 H8735
uitgeroeid worden
H5971
, maar het zal niet voor Hem zelven zijn; en een volk
H5057
des vorsten
H935 H8802
, hetwelk komen zal
H5892
, zal de stad
H6944
en het heiligdom
H7843 H8686
verderven
H7093
, en zijn einde
H7858
zal zijn met een overstromenden vloed
H7093
, en tot het einde
H4421
toe zal er krijg
H2782 H8737
zijn, [en] vastelijk besloten
H8074 H8802
verwoestingen.
27
H7227
En hij zal velen
H1285
het verbond
H1396 H8689
versterken
H259
een
H7620
week
H2677
; en [in] de helft
H7620
der week
H2077
zal hij het slachtoffer
H4503
en het spijsoffer
H7673 H8686
doen ophouden
H8251
, en over den gruwelijken
H3671
vleugel
H8074 H8789
zal een verwoester zijn
H3617
, ook tot de voleinding
H2782 H8737
toe, die vastelijk besloten zijnde
H5413 H8799
, zal uitgestort worden
H8074 H8802
over den verwoeste.
Daniel 11:1-45
1
H5977
Ik nu, ik stond
H259
in het eerste
H8141
jaar
H1867
van Darius
H4075
, den Meder
H2388 H8688
, om hem te versterken
H4581
en te stijven.
2
H571
En nu, ik zal u de waarheid
H5046 H8686
te kennen geven
H7969
; ziet, er zullen nog drie
H4428
koningen
H6539
in Perzie
H5975 H8802
staan
H7243
, en de vierde
H6238 H8686
zal verrijkt worden
H1419
met groten
H6239
rijkdom
H6239
, meer dan al [de] [anderen]; en nadat hij zich in zijn rijkdom
H2393
zal versterkt hebben
H5782 H8686
, zal hij ze allen verwekken
H4438
tegen het koninkrijk
H3120
van Griekenland.
3
H1368
Daarna zal er een geweldig
H4428
koning
H5975 H8804
opstaan
H7227
, die met grote
H4474
heerschappij
H4910 H8804
heersen zal
H6213 H8804
, en hij zal doen
H7522
naar zijn welgevallen.
4
H5975 H8800
En als hij zal staan
H4438
, zal zijn rijk
H7665 H8735
gebroken
H702
, en in de vier
H7307
winden
H8064
des hemels
H2673 H8735
verdeeld worden
H319
, maar niet aan zijn nakomelingen
H4915
, ook niet naar zijn heerschappij
H4910 H8804
, waarmede hij heerste
H4438
; want zijn rijk
H5428 H8735
zal uitgerukt worden
H312
, en dat voor anderen, dan deze.
5
H4428
En de koning
H5045
van het Zuiden
H8269
, die een van zijn vorsten
H2388 H8799
is, zal sterk worden
H2388 H8799
; doch [een] [ander] zal sterker worden
H4910 H8804
dan hij, en hij zal heersen
H4475
; zijn heerschappij
H7227
zal een grote
H4474
heerschappij zijn.
6
H7093
Op het einde
H8141
nu van [sommige] jaren
H2266 H8691
, zullen zij zich met elkander bevrienden
H1323
, en de dochter
H4428
des konings
H5045
van het Zuiden
H935 H8799
zal komen
H4428
tot de koning
H6828
van het Noorden
H4339
, om billijke voorwaarden
H6213 H8800
te maken
H3581
; doch zij zal de macht
H2220
des arms
H6113 H8799
niet behouden
H2220
, daarom zal hij, noch zijn arm
H5975 H8799
, niet bestaan
H5414 H8735
; maar zij zal overgegeven worden
H935 H8688
, en die haar gebracht hebben
H3205 H8802
, en die haar gegenereerd heeft
H2388 H8688
, en die haar gesterkt heeft
H6256
in die tijden.
7
H5342
Doch uit de spruit
H8328
van haar wortelen
H5975 H8804
zal er een opstaan
H3653
[in] zijn staat
H2428
, die zal met heirkracht
H935 H8799
komen
H935 H8799
, en hij zal komen
H4581
tegen die sterke plaatsen
H4428
des konings
H6828
van het Noorden
H6213 H8804
, en hij zal tegen dezelve doen
H2388 H8689
, en hij zal ze bemachtigen.
8
H430
Ook zal hij hun goden
H5257
, met hun vorsten
H2532
, met hun gewenste
H3627
vaten
H3701
van zilver
H2091
en goud
H7628
, in de gevangenis
H4714
naar Egypte
H935 H8686
brengen
H8141
; en hij zal [enige] jaren
H5975 H8799
staande blijven
H4428
boven den koning
H6828
van het Noorden.
9
H4428
Alzo zal de koning
H5045
van het Zuiden
H4438
in het koninkrijk
H935 H8804
komen
H7725 H0
, en hij zal wederom
H127
in zijn land
H7725 H8804
trekken.
10
H1121
Doch zijn zonen
H1624 H8691
zullen zich [in] [strijd] mengen
H1995
, en zij zullen een menigte
H7227
van grote
H2428
heiren
H622 H8804
verzamelen
H935 H8800
; en [een] [van] [hen] zal snellijk
H935 H8804
komen
H7857 H8804
, en als een vloed overstromen
H5674 H8804
en doortrekken
H7725 H8799
; en hij zal wederom komen
H1624 H8691
, en zich [in] [den] [strijd] mengen
H4581
, tot aan zijn sterke plaats toe.
11
H4428
En de koning
H5045
van het Zuiden
H4843 H8698
zal verbitterd worden
H3318 H8804
, en hij zal uittrekken
H3898 H8738
, en strijden
H4428
tegen hem, tegen den koning
H6828
van het Noorden
H7227
, die [ook] een grote
H1995
menigte
H5975 H8689
oprichten zal
H1995
, doch die menigte
H3027
zal in zijn hand
H5414 H8738
gegeven worden.
12
H1995
Als die menigte
H5375 H8738
zal weggenomen zijn
H3824
, zal zijn hart
H7311 H8804 H8675 H7311 H8799
zich verheffen
H7239
, en hij zal er [enige] tien duizenden
H5307 H8689
nedervellen
H5810 H8799
; evenwel zal hij niet gesterkt worden.
13
H4428
Want de koning
H6828
van het Noorden
H7725 H8804
zal wederkeren
H7227
, en hij zal een groter
H1995
menigte
H7223
dan de eerste
H5975 H8689
was, oprichten
H7093
; en aan het einde
H6256
van de tijden
H8141
der jaren
H935 H8800
, zal hij snellijk
H935 H8799
komen
H1419
met een grote
H2428
heirkracht
H7227
, en met groot
H7399
goed.
14
H6256
Ook zullen er in die tijden
H7227
velen
H5975 H8799
opstaan
H4428
tegen den koning
H5045
van het Zuiden
H1121 H6530
; en de scheurmakers
H5971
uws volks
H5375 H8691
zullen verheven worden
H2377
, om het gezicht
H5975 H8687
te bevestigen
H3782 H8738
, doch zij zullen vallen.
15
H4428
En de koning
H6828
van het Noorden
H935 H8799
zal komen
H5550
, en een wal
H8210 H8799
opwerpen
H4013
, en vaste
H5892
steden
H3920 H8804
innemen
H2220
; en de armen
H5045
van het Zuiden
H5975 H8799
zullen niet bestaan
H4005
, noch zijn uitgelezen
H5971
volk
H3581
, ja, er zal geen kracht
H5975 H8800
zijn om te bestaan.
16
H935 H8802
Maar hij, die tegen hem komt
H6213 H8799
, zal doen
H7522
naar zijn welgevallen
H6440
, en niemand zal voor zijn aangezicht
H5975 H8802
bestaan
H5975 H8799
; hij zal ook staan
H776
in het land
H6643
des sieraads
H3617
, en de verderving
H3027
zal in zijn hand wezen.
17
H6440
En hij zal zijn aangezicht
H7760 H8799
stellen
H8633
, om met de kracht
H4438
zijns gansen rijks
H935 H8800
te komen
H3477
, en hij zal billijke voorwaarden
H6213 H8804
medebrengen, en hij zal het doen
H1323
; want hij zal hem een dochter
H802
der vrouwen
H5414 H8799
geven
H7843 H8687
, om haar te verderven
H5975 H8799
, maar zij zal niet vast staan, en zij zal voor hem niet zijn.
18
H6440
Daarna zal hij zijn aangezicht
H339
tot de eilanden
H7760 H8799 H8675 H7725 H8686
keren
H7227
, en hij zal er vele
H3920 H8804
innemen
H7101
; doch een overste
H2781
zal zijn smaad
H7673 H8689
tegen hem doen ophouden
H1115
, behalve dat
H2781
hij zijn smaad
H7725 H8686
op hem zal doen wederkeren.
19
H6440
En hij zal zijn aangezicht
H7725 H8686
keren
H4581
naar de sterkten
H776
zijns lands
H3782 H8738
, en hij zal aanstoten
H5307 H8804
, en vallen
H4672 H8735
, en niet gevonden worden.
20
H3653
En in zijn staat
H5975 H8804
zal er een opstaan
H5065 H8802
, doende een geldeiser
H5674 H8688
doortrekken
H4438
, in koninklijke
H1925
heerlijkheid
H259
; maar hij zal in enige
H3117
dagen
H7665 H8735
gebroken worden
H639
, nochtans niet door toornigheden
H4421
, noch door oorlog.
21
H959 H8737
Daarna zal er een verachte
H3653
in zijn staat
H5975 H8804
staan
H4438
, denwelken men de koninklijke
H1935
waardigheid
H5414 H8804
niet zal geven
H7962
; doch hij zal in stilheid
H935 H8804
komen
H4438
, en het koninkrijk
H2519
door vleierijen
H2388 H8689
bemachtigen.
22
H2220
En de armen
H7858
der overstroming
H7857 H8735
zullen overstroomd worden
H6440
van voor zijn aangezicht
H7665 H8735
, en zij zullen gebroken worden
H5057
, en ook de vorst
H1285
des verbonds.
23
H2266 H8692
En na de vereniging
H4820
met hem zal hij bedrog
H6213 H8799
plegen
H5927 H8804
, en hij zal optrekken
H4592
, en hij zal met weinig
H1471
volks
H6105 H8804
gesterkt worden.
24
H7962
Met stilheid
H4924
zal hij ook in de vette plaatsen
H4082
des landschaps
H935 H8799
komen
H6213 H8804
, en hij zal doen
H1
, dat zijn vaders
H1
, of de vaders
H1
zijner vaderen
H6213 H8804
, niet gedaan hebben
H961
; roof
H7998
, en buit
H7399
, en goederen
H967 H8799
, zal hij onder hen uitstrooien
H4013
, en hij zal tegen de vastigheden
H4284
zijn gedachten
H2803 H8762
denken
H6256
, doch tot een [zekeren] tijd toe.
25
H3581
En hij zal zijn kracht
H3824
en zijn hart
H5782 H8686
verwekken
H4428
tegen den koning
H5045
van het Zuiden
H1419
, met een grote
H2428
heirkracht
H4428
; en de koning
H5045
van het Zuiden
H4421
zal zich in den strijd
H1624 H8691
mengen
H1419
met een grote
H3966
en zeer
H6099
machtige
H2428
heirkracht
H5975 H8799
; doch hij zal niet bestaan
H4284
, want zij zullen gedachten
H2803 H8799
tegen hem denken.
26
H6598
En die de stukken zijner spijze
H398 H8802
zullen eten
H7665 H8799
, zullen hem breken
H2428
, en de heirkracht
H7857 H8799
deszelven zal overstromen
H7227
, en vele
H2491
verslagenen
H5307 H8804
zullen vallen.
27
H3824
En het hart
H8147
van beide
H4428
deze koningen
H4827 H8688 H7451
zal wezen om kwaad
H259
te doen, en aan een
H7979
tafel
H3577
zullen zij leugen
H1696 H8762
spreken
H6743 H8799
; en het zal niet gelukken
H7093
, want het zal nog een einde
H4150
hebben ter bestemder tijd.
28
H776
En hij zal [in] zijn land
H7725 H8804
wederkeren
H1419
met groot
H7399
goed
H3824
, en zijn hart
H6944
zal zijn tegen het heilig
H1285
verbond
H6213 H8804
; en hij zal het doen
H7725 H8799
, en wederkeren
H776
in zijn land.
29
H4150
Ter bestemder tijd
H7725 H8799
zal hij wederkeren
H5045
, en tegen het Zuiden
H935 H8804
komen
H7223
, doch het zal niet zijn gelijk de eerste
H314
, noch gelijk de laatste [reize].
30
H6716
Want er zullen schepen
H3794
van Chittim
H935 H8804
tegen hem komen
H3512 H8738
, daarom zal hij met smart bevangen worden
H7725 H8804
, en hij zal wederkeren
H2194 H8804
, en gram worden
H6944
tegen het heilig
H1285
verbond
H6213 H8804
, en hij zal het doen
H7725 H8804
; want wederkerende
H995 H8799
zal hij acht geven
H5800 H8802
op de verlaters
H6944
des heiligen
H1285
verbonds.
31
H2220
En er zullen armen
H5975 H8799
uit hem ontstaan
H4720
, en zij zullen het heiligdom
H2490 H8765
ontheiligen
H4581
, [en] de sterkte
H8548
, en zij zullen het gedurige
H5493 H8689
[offer] wegnemen
H8074 H8789
, en een verwoestenden
H8251
gruwel
H5414 H8804
stellen.
32
H7561 H8688
En die goddelooslijk handelen
H1285
tegen het verbond
H2610 H8686
, zal hij doen huichelen
H2514
door vleierijen
H5971
; maar het volk
H430
, die hun God
H3045 H8802
kennen
H2388 H8686
, zullen zij grijpen
H6213 H8804
, en zullen het doen.
33
H7919 H8688
En de leraars
H5971
des volks
H7227
zullen er velen
H995 H8799
onderwijzen
H3782 H8738
, en zij zullen vallen
H2719
door het zwaard
H3852
en door vlam
H7628
, door gevangenis
H961
en door beroving
H3117
, [vele] dagen.
34
H3782 H8736
Als zij nu zullen vallen
H4592
, zullen zij met een kleine
H5828
hulp
H5826 H8735
geholpen worden
H7227
; doch velen
H2519
zullen zich door vleierijen
H3867 H8738
tot hen vervoegen.
35
H7919 H8688
En van de leraars
H3782 H8735
zullen er [sommigen] vallen
H6884 H8800
, om hen te louteren
H1305 H8763
en te reinigen
H3835 H8687
, en wit te maken
H6256
, tot den tijd
H7093
van het einde
H4150
toe; want het zal nog zijn voor een bestemden tijd.
36
H4428
En die koning
H6213 H8804
zal doen
H7522
naar zijn welgevallen
H7311 H8709
, en hij zal zichzelven verheffen
H1431 H8691
, en groot maken
H410
boven allen God
H410
, en hij zal tegen den God
H410
der goden
H6381 H8737
wonderlijke dingen
H1696 H8762
spreken
H6743 H8689
; en hij zal voorspoedig zijn
H2195
, totdat de gramschap
H3615 H8804
voleind zij
H2782 H8737
, want het is vastelijk besloten
H6213 H8738
, het zal geschieden.
37
H430
En op de goden
H1
zijner vaderen
H995 H8799
zal hij geen acht geven
H2532
, noch op de begeerte
H802
der vrouwen
H433
; hij zal ook op geen God
H995 H8799
acht geven
H1431 H8691
, maar hij zal zich boven alles groot maken.
38
H433
En hij zal den god
H4581
Mauzzim
H3653
in zijn standplaats
H3513 H8762
eren
H433
; namelijk den god
H1
, welken zijn vaders
H3045 H8804
niet gekend hebben
H3513 H8762
, zal hij eren
H2091
met goud
H3701
, en met zilver
H3368
, en met kostelijk
H68
gesteente
H2532
, en met gewenste dingen.
39
H4581
En hij zal de vastigheden
H4013
der sterkten
H6213 H8804
maken
H5236
met den vreemden
H433
god
H5234 H8686 H8675 H5234 H8689
; dengenen, die hij kennen zal
H3519
, zal hij de eer
H7235 H8686
vermenigvuldigen
H4910 H8689
, en hij zal ze doen heersen
H7227
over velen
H127
, en hij zal het land
H2505 H8762
uitdelen
H4242
om prijs.
40
H6256
En op den tijd
H7093
van het einde
H4428
, zal de koning
H5045
van het Zuiden
H5055 H8691
tegen hem met hoornen stoten
H4428
; en de koning
H6828
van het Noorden
H8175 H8691
zal tegen hem aanstormen
H7393
, met wagenen
H6571
, en met ruiteren
H7227
, en met vele
H591
schepen
H776
; en hij zal in de landen
H935 H8804
komen
H7857 H8804
, en hij zal ze overstromen
H5674 H8804
en doortrekken.
41
H935 H8804
En hij zal komen
H776
in het land
H6643
des sieraads
H7227
, en vele
H3782 H8735
[landen] zullen ter nedergeworpen worden
H3027
; doch deze zullen zijn hand
H4422 H8735
ontkomen
H123
, Edom
H4124
en Moab
H7225
, en de eerstelingen
H1121
der kinderen
H5983
Ammons.
42
H3027
En hij zal zijn hand
H776
aan de landen
H7971 H8799
leggen
H776
, ook zal het land
H4714
van Egypte
H6413
niet ontkomen.
43
H4910 H8804
En hij zal heersen
H4362
over de verborgen schatten
H2091
des gouds
H3701
en des zilvers
H2532
, en over al de gewenste
H4714
dingen van Egypte
H3864
; en die van Libye
H3569
, en de Moren
H4703
zullen in zijn gangen wezen.
Habakkuk 3:16-18
16
H8085 H8804
Als ik het hoorde
H990
, zo werd mijn buik
H7264 H8799
beroerd
H6963
; voor de stem
H8193
hebben mijn lippen
H6750 H8804
gebeefd
H7538
; verrotting
H935 H8799
kwam
H6106
in mijn gebeente
H7264 H8799
, en ik werd beroerd
H8478
in mijn plaats
H5117 H8799
. Zekerlijk, ik zal rusten
H3117
ten dage
H6869
der benauwdheid
H5927 H8800
, als hij optrekken zal
H5971
tegen het volk
H1464 H8799
, dat hij het met benden aanvalle.
17
H3588
Alhoewel
H8384
de vijgeboom
H3808
niet
H6524 H8799
bloeien zal
H369 H0
, en geen
H2981
vrucht
H1612
aan den wijnstok
H369
zijn zal
H4639
, dat het werk
H2132
des olijfbooms
H3584 H8765
liegen zal
H7709
, en de velden
H3808
geen
H400
spijze
H6213 H8804
voortbrengen
H6629
; dat men de kudde
H4480
uit
H4356
de kooi
H1504 H8804
afscheuren zal
H369 H0
, en dat er geen
H1241
rund
H7517
in de stallingen
H369
wezen zal;
Matthew 24:14
Matthew 26:54
Mark 13:7-8
7
G1161
En
G3752
wanneer
G191 G5661
gij zult horen
G4171
van oorlogen
G2532
, en
G189
geruchten
G4171
van oorlogen
G2360 G
, zo wordt
G3361
niet
G2360 G5744
verschrikt
G1063
; want
G1163 G5748
[dit] moet
G1096 G5635
geschieden
G235
; maar
G3768 G
nog
G5056
is het einde
G3768
niet.
8
G1063
Want
G1484
het [ene] volk
G1453 G
zal
G1909
tegen
G1484
het [andere] volk
G1453 G5701
opstaan
G2532
, en
G932
het [ene] koninkrijk
G1909
tegen
G932
het [andere] koninkrijk
G2532
; en
G2071 G
er zullen
G4578
aardbevingen
G2071 G5704
zijn
G2596
in verscheidene
G5117
plaatsen
G2532
, en
G2071 G
er zullen
G3042
hongersnoden
G2071 G5704
wezen
G2532
, en
G5016
beroerten
G5023
. Deze dingen
G746
zijn [maar] beginselen
G5604
der smarten.
Luke 21:9
Luke 21:19
Luke 22:37
37
G1063
Want
G3004 G5719
Ik zeg
G5213
u
G3754
, dat
G2089
nog
G5124
dit
G1125 G5772
, hetwelk geschreven is
G1722
, in
G1698
Mij
G1163 G5748
moet
G5055 G5683
volbracht worden
G2532
, namelijk: En
G3326
Hij is met
G459
de misdadigen
G3049 G5681
gerekend
G1063
. Want
G2532
ook
G4012
die dingen, die van
G1700
Mij
G2192 G5719
[geschreven] [zijn], hebben
G5056
een einde.
John 14:1
John 14:27
27
G1515
Vrede
G863 G5719
laat Ik
G5213
u
G1699
, Mijn
G1515
vrede
G1325 G5719
geef Ik
G5213
u
G3756
; niet
G2531
gelijkerwijs
G2889
de wereld
G1325 G5719
[hem] geeft
G1325 G5719
, geef
G1473
Ik
G5213
[hem] u
G5216
. Uw
G2588
hart
G5015 G
worde
G3361
niet
G5015 G5744
ontroerd
G3366 G
en
G1168 G
zij
G3366
niet
G1168 G5720
versaagd.
Acts 27:24-26
24
G3004 G5723
Zeggende
G5399 G5732 G5737
: Vrees
G3361
niet
G3972
, Paulus
G4571
, gij
G1163 G5748
moet
G2541
voor den keizer
G3936 G5629
gesteld worden
G2532
; en
G2400 G5628
zie
G2316
, God
G4671
heeft u
G5483 G5766
geschonken
G3956
allen
G3326
, die met
G4675
u
G4126 G5723
varen.
2 Thessalonians 2:2
2
G1519
Dat
G5209
gij
G3361
niet
G5030
haastelijk
G4531 G5683
bewogen wordt
G575
van
G3563
verstand
G3383
, of
G2360 G5745
verschrikt
G3383
, noch
G1223
door
G4151
geest
G3383
, noch
G1223
door
G3056
woord
G3383
, noch
G1223
door
G1992
zendbrief
G5613
, als
G1223
van
G2257
ons
G5613 G3754
[geschreven], alsof
G2250
de dag
G5547
van Christus
G1764 G5758
aanstaande ware.
1 Peter 3:14-15
14
G235
Maar
G1487
indien
G2532
gij ook
G3958 G5722
lijdt
G1223
om
G1343
der gerechtigheid
G3107
wil, zo zijt gij zalig
G1161
; en
G5399 G5676
vreest
G3361
niet
G5401
uit vreze
G846
van hen
G2443
, en
G3361
wordt niet
G5015 G5686
ontroerd;
15
G1161
Maar
G37 G5657
heiligt
G2316
God
G2962
, den Heere
G1722
, in
G5216
uw
G2588
harten
G1161
; en
G104
zijt altijd
G2092
bereid
G4314
tot
G627
verantwoording
G3956
aan een iegelijk
G5209
, die u
G3056
rekenschap
G154 G5723
afeist
G4012
van
G1680
de hoop
G1722
, die in
G5213
u
G3326
is, met
G4240
zachtmoedigheid
G2532
en
G5401
vreze.