DSV_Strongs(i)
1
G2532
En
G2424
Jezus
G611 G5679
, antwoordende
G2036 G5627
, sprak
G846
tot hen
G3825
wederom
G1722
door
G3850
gelijkenissen
G3004 G5723
, zeggende:
2
G932
Het Koninkrijk
G3772
der hemelen
G3666 G5681
is gelijk
G444
een zeker
G935
koning
G3748
, die
G846
zijn
G5207
zoon
G1062
een bruiloft
G4160 G5656
bereid had;
3
G2532
En
G649 G5656
zond
G846
zijn
G1401
dienstknechten
G2564 G5772
uit, om de genoden
G1519
ter
G1062
bruiloft
G2564 G5658
te roepen
G2532
; en
G2309 G5707
zij wilden
G3756
niet
G2064 G5629
komen.
4
G3825
Wederom
G649 G5656
zond hij
G243
andere
G1401
dienstknechten
G3004 G5723
uit, zeggende
G2036 G5628
: Zegt
G2564 G5772
den genoden
G2400 G5628
: Ziet
G3450
, ik heb mijn
G712
middagmaal
G2090 G5656
bereid
G3450
; mijn
G5022
ossen
G2532
, en
G4619
de gemeste
G2380 G5772
[beesten] zijn geslacht
G2532
, en
G3956
alle dingen
G2092
zijn gereed
G1205 G5773
; komt
G1519
tot
G1062
de bruiloft.
5
G1161
Maar
G272 G5660
zij, [zulks] niet achtende
G565 G5627
, zijn heengegaan
G3739 G3303
, deze
G1519
tot
G2398
zijn
G68
akker
G3739 G1161
, gene
G1519
tot
G846
zijn
G1711
koopmanschap.
6
G1161
En
G3062
de anderen
G2902 G5660
grepen
G846
zijn
G1401
dienstknechten
G5195 G5656
, deden [hun] smaadheid aan
G2532
, en
G615 G5656
doodden hen.
7
G1161
Als nu
G935
de koning
G191 G5660
[dat] hoorde
G3710 G5681
, werd hij toornig
G2532
, en
G846
zijn
G4753
krijgsheiren
G3992 G5660
zendende
G1565
, heeft die
G5406
doodslagers
G622 G5656
vernield
G2532
, en
G846
hun
G4172
stad
G1714 G5656
in brand gestoken.
8
G5119
Toen
G3004 G5719
zeide hij
G846
tot zijn
G1401
dienstknechten
G1062
: De bruiloft
G2076 G5748
is
G3303
wel
G2092
bereid
G1161
, doch
G2564 G5772
de genoden
G2258 G5713
waren
G3756
het niet
G514
waardig.
9
G3767
Daarom
G4198 G5737
gaat
G1909
op
G1327
de uitgangen
G3598
der wegen
G2532
, en
G3745 G302
zovelen als
G2147 G5632
gij er zult vinden
G2564 G5657
, roept
G1519
ze tot
G1062
de bruiloft.
10
G2532
En
G1565
dezelve
G1401
dienstknechten
G1831 G5631
, uitgaande
G1519
op
G3598
de wegen
G4863 G5627
, vergaderden
G3956
allen
G3745
, die
G2147 G5627
zij vonden
G5037
, beiden
G4190
kwaden
G2532
en
G18
goeden
G2532
; en
G1062
de bruiloft
G4130 G5681
werd vervuld
G345 G5740
met aanzittende [gasten].
11
G1161
En
G935
als de koning
G1525 G5631
ingegaan was
G345 G5740
, om de aanzittende
G2300 G5664
[gasten] te overzien
G1492 G5627
, zag hij
G1563
aldaar
G444
een mens
G3756
, niet
G1746 G5765
gekleed
G1062 G1742
[zijnde] met een bruiloftskleed;
12
G2532
En
G3004 G5719
zeide
G846
tot hem
G2083
: Vriend
G4459
! hoe
G5602
zijt gij hier
G1525 G5627
ingekomen
G3361
, geen
G1062 G1742
bruiloftskleed
G2192 G5723
[aan] hebbende
G1161
? En
G5392 G5681
hij verstomde.
13
G5119
Toen
G2036 G5627
zeide
G935
de koning
G1249
tot de dienaars
G1210 G5660
: Bindt
G846
zijn
G5495
handen
G2532
en
G4228
voeten
G142 G5657
, neemt
G846
hem
G2532
weg, en
G1544 G5628
werpt [hem] uit
G1519
in
G1857
de buitenste
G4655
duisternis
G1563
; daar
G2071 G5704
zal zijn
G2805
wening
G2532
en
G1030
knersing
G3599
der tanden.
14
G1063
Want
G4183
velen
G1526 G5748
zijn
G2822
geroepen
G1161
, maar
G3641
weinigen
G1588
uitverkoren.
15
G5119
Toen
G4198 G5679
gingen
G5330
de Farizeen
G2983 G5627
heen, en hielden
G4824
te zamen raad
G3704
, hoe
G846
zij Hem
G3802 G5661
verstrikken zouden
G1722
in
G3056
[Zijn] rede.
16
G2532
En
G649 G5719
zij zonden uit
G846
tot Hem
G846
hun
G3101
discipelen
G3326
, met
G2265
de Herodianen
G3004 G5723
, zeggende
G1320
: Meester
G1492 G5758
! wij weten
G3754
, dat
G227
Gij waarachtig
G1488 G5748
zijt
G2532
, en
G3598
den weg
G2316
Gods
G1722
in
G225
der waarheid
G1321 G5719
leert
G2532
, en
G4012
naar
G3756 G3762
niemand
G4671 G3199 G5719
vraagt
G1063
; want
G991 G5719
Gij ziet
G1519 G4383
den persoon
G444
der mensen
G3756
niet aan;
17
G2036 G5628
Zeg
G2254
ons
G3767
dan
G5101
: wat
G1380 G5719
dunkt
G4671
U
G1832 G5748
? Is het geoorloofd
G2541
, den keizer
G2778
schatting
G1325 G5629
te geven
G2228
of
G3756
niet?
19
G5273
Gij geveinsden
G5101
, wat
G3985 G5719
verzoekt gij
G3165
Mij
G1925 G5657
? Toont
G3427
Mij
G2778 G3546
de schattingpenning
G1161
. En
G4374 G5656
zij brachten
G846
Hem
G1220
een penning.
20
G2532
En
G3004 G5719
Hij zeide
G846
tot hen
G5101
: Wiens
G3778
is dit
G1504
beeld
G2532
en
G1923
het opschrift?
21
G3004 G5719
Zij zeiden
G846
tot Hem
G2541
: Des keizers
G5119
. Toen
G3004 G5719
zeide Hij
G846
tot hen
G591 G5628
: Geeft
G3767
dan
G2541
den keizer
G3588
, dat
G2541
des keizers
G2532
is, en
G2316
Gode
G3588
, dat
G2316
Gods is.
22
G2532
En
G191 G5660
zij, dit horende
G2296 G5656
, verwonderden zich
G2532
, en
G846
Hem
G863 G5631
verlatende
G565 G5627
, zijn zij weggegaan.
23
G1722
Te
G1565
dienzelfden
G2250
dage
G4334 G5656
kwamen
G846
tot Hem
G4523
de Sadduceen
G3588
, die
G3004 G5723
zeggen
G3361
, dat er geen
G386
opstanding
G1511 G5750
is
G2532
, en
G1905 G5656
vraagden
G846
Hem.
24
G3004 G5723
Zeggende
G1320
: Meester
G3475
! Mozes
G2036 G5627
heeft gezegd
G1437
: Indien
G5100
iemand
G599 G5632
sterft
G3361
, geen
G5043
kinderen
G2192 G5723
hebbende
G846
, zo zal zijn
G80
broeder
G846
deszelfs
G1135
vrouw
G1918 G5692
trouwen
G2532
, en
G846
zijn
G80
broeder
G4690
zaad
G450 G5692
verwekken.
25
G1161
Nu
G2258 G5713
waren er
G3844
bij
G2254
ons
G2033
zeven
G80
broeders
G2532
; en
G4413
de eerste
G1060 G5660
, [een] [vrouw] getrouwd hebbende
G5053 G5656
, stierf
G2532
; en
G3361
dewijl hij geen
G4690
zaad
G2192 G5723
had
G863 G5656
, zo liet hij
G846
zijn
G1135
vrouw
G846
voor zijn
G80
broeder.
26
G3668
Desgelijks
G2532
ook
G1208
de tweede
G2532
, en
G5154
de derde
G2193
, tot
G2033
den zevende toe.
28
G1722
In
G386
de opstanding
G3767
dan
G5101
, wiens
G1135
vrouw
G2071 G5704
zal zij wezen
G2033
van die zeven
G1063
, want
G846
zij hebben ze
G3956
allen
G2192 G5627
gehad?
29
G1161
Maar
G2424
Jezus
G611 G5679
antwoordde
G2036 G5627
en zeide
G846
tot hen
G4105 G5744
: Gij dwaalt
G3361
, niet
G1492 G5761
wetende
G1124
de Schriften
G3366
, noch
G1411
de kracht
G2316
Gods.
30
G1063
Want
G1722
in
G386
de opstanding
G1060 G
nemen zij
G3777
niet
G1060 G5719
ten huwelijk
G3777
, noch
G1547 G5743
worden ten huwelijk uitgegeven
G235
; maar
G1526 G5748
zij zijn
G5613
als
G32
engelen
G2316
Gods
G1722
in
G3772
den hemel.
31
G1161
En
G4012
wat aangaat
G386
de opstanding
G3498
der doden
G3756
, hebt gij niet
G314 G5627
gelezen
G3588
, hetgeen
G5259
van
G2316
God
G5213
tot ulieden
G4483 G5685
gesproken is
G3004 G5723
, Die daar zegt:
32
G1473
Ik
G1510 G5748
ben
G2316
de God
G11
Abrahams
G2532
, en
G2316
de God
G2464
Izaks
G2532
, en
G2316
de God
G2384
Jakobs
G2316
! God
G2076 G5748
is
G3756
niet
G2316
een God
G3498
der doden
G235
, maar
G2198 G5723
der levenden.
33
G2532
En
G3793
de scharen
G191 G5660
, [dit] horende
G1605 G5712
, werden verslagen
G1909
over
G846
Zijn
G1322
leer.
34
G1161
En
G5330
den Farizeen
G191 G5660
, gehoord hebbende
G3754
, dat
G4523
Hij den Sadduceen
G5392 G5656
den mond gestopt had
G1909 G846
, zijn te zamen
G4863 G5681
bijeenvergaderd.
35
G2532
En
G1520
een
G1537
uit
G846
hen
G3544
, [zijnde] een wetgeleerde
G1905 G5656
, heeft gevraagd
G846
, Hem
G3985 G5723
verzoekende
G2532
, en
G3004 G5723
zeggende:
37
G1161
En
G2424
Jezus
G2036 G5627
zeide
G846
tot hem
G25 G5692
: Gij zult liefhebben
G2962
den Heere
G4675
, uw
G2316
God
G1722
, met
G3650
geheel
G4675
uw
G2588
hart
G2532
, en
G1722
met
G3650
geheel
G4675
uw
G5590
ziel
G2532
, en
G1722
met
G3650
geheel
G4675
uw
G1271
verstand.
39
G1161
En
G1208
het tweede
G846
aan dit
G3664
gelijk
G4675
, [is]: Gij zult uw
G4139
naaste
G25 G5692
liefhebben
G5613
als
G4572
uzelven.
40
G1722
Aan
G5025
deze
G1417
twee
G1785
geboden
G2910 G5743
hangt
G3650
de ganse
G3551
wet
G2532
en
G4396
de profeten.
41
G1161
Als nu
G5330
de Farizeen
G4863 G5772
samenvergaderd waren
G1905 G5656
, vraagde
G846
hun
G2424
Jezus,
42
G3004 G5723
En zeide
G5101
: Wat
G1380 G5719
dunkt
G5213
u
G4012
van
G5547
den Christus
G5101
? Wiens
G5207
Zoon
G2076 G5748
is Hij
G3004 G5719
? Zij zeiden
G846
tot Hem
G1138
: Davids [Zoon].
43
G3004 G5719
Hij zeide
G846
tot hen
G4459
: Hoe
G2564 G5719
noemt
G846
Hem
G3767
dan
G1138
David
G1722
, in
G4151
den Geest
G2962
, [zijn] Heere
G3004 G5723
? zeggende:
44
G2962
De Heere
G2036 G5627
heeft gezegd
G3450
tot Mijn
G2962
Heere
G2521 G5737
: Zit
G1537
aan
G3450
Mijn
G1188
rechter
G2193 G302
[hand], totdat
G4675
Ik Uw
G2190
vijanden
G5087 G5632
zal gezet hebben
G5286
tot een voetbank
G4675
Uwer
G4228
voeten.