Genesis 49:4 Cross References - DSV_Strongs
Genesis 35:22
22
H1961 H8799
En het geschiedde
H3478
, als Israel
H1931
in dat
H776
land
H7931 H8800
woonde
H7205
, dat Ruben
H3212 H8799
heenging
H7901 H8799
, en lag
H1090
bij Bilha
H1
, zijns vaders
H6370
bijwijf
H3478
; en Israel
H8085 H8799
hoorde
H1121
het. En de zonen
H3290
van Jakob
H1961 H8799
waren
H8147 H6240
twaalf.
Genesis 46:8
Numbers 32:1-42
1
H1121
De kinderen
H7205
van Ruben
H7227
nu hadden veel
H4735
vee
H1121
, en de kinderen
H1410
van Gad
H6099
hadden machtig
H3966
veel
H7200 H8799
; en zij bezagen
H776
het land
H3270
Jaezer
H776
, en het land
H1568
van Gilead
H4725
, en ziet, deze plaats
H4725
was een plaats
H4735
voor vee.
2
H935 H8799
Zo kwamen
H1121
de kinderen
H1410
van Gad
H1121
en de kinderen
H7205
van Ruben
H559 H8799
, en spraken
H4872
tot Mozes
H499
, en tot Eleazar
H3548
, den priester
H5387
, en tot de oversten
H5712
der vergadering
H559 H8800
, zeggende:
3
H5852
Ataroth
H1769
, en Dibon
H3270
, en Jaezer
H5247
, en Nimra
H2809
, en Hesbon
H500
, en Eleale
H7643
, en Schebam
H5015
, en Nebo
H1194
, en Behon;
4
H776
Dit land
H3068
, hetwelk de HEERE
H6440
voor het aangezicht
H5712
der vergadering
H3478
van Israel
H5221 H8689
geslagen heeft
H776
, is een land
H4735
voor vee
H5650
; en uw knechten
H4735
hebben vee.
5
H559 H8799
Voorts zeiden zij
H2580
: Indien wij genade
H5869
in uw ogen
H4672 H8804
gevonden hebben
H776
, dat ditzelve land
H5650
aan uw knechten
H5414 H8714
gegeven worde
H272
tot een bezitting
H5674 H8686
; [en] doe ons niet trekken
H3383
over de Jordaan.
6
H4872
Maar Mozes
H559 H8799
zeide
H1121
tot de kinderen
H1410
van Gad
H1121
en tot de kinderen
H7205
van Ruben
H251
: Zullen uw broeders
H4421
ten strijde
H935 H8799
gaan
H3427 H8799
, en zult gijlieden hier blijven?
7
H3820
Waarom toch zult gij het hart
H1121
der kinderen
H3478
Israels
H5106 H8686 H8675 H5106 H8799
breken
H5674 H8800
, dat zij niet overtrekken
H776
naar het land
H3068
, dat de HEERE
H5414 H8804
hun gegeven heeft?
8
H6213 H8804
Zo deden
H1
uw vaders
H6947
, als ik hen van Kades-barnea
H7971 H8800
zond
H776
, om dit land
H7200 H8800
te bezien.
9
H5927 H8799
Als zij opgekomen waren
H5158
tot aan het dal
H812
Eskol
H776
, en dit land
H7200 H8799
bezagen
H5106 H8686
, zo braken zij
H3820
het hart
H1121
der kinderen
H3478
Israels
H935 H8800
, dat zij niet gingen
H776
naar het land
H3068
, dat de HEERE
H5414 H8804
hun gegeven had.
10
H2734 H8799
Toen ontstak
H639
de toorn
H3068
des HEEREN
H3117
te dien dage
H7650 H8735
, en Hij zwoer
H559 H8800
, zeggende:
11
H518
Indien
H582
deze mannen
H4714
, die uit Egypte
H5927 H8802
opgetogen zijn
H6242
, van twintig
H8141
jaren
H1121
oud
H4605
en daarboven
H127
, het land
H7200 H8799
zullen zien
H85
, dat Ik Abraham
H3327
, Izak
H3290
en Jakob
H7650 H8738
gezworen heb
H4390 H0
! Want zij hebben niet volhard
H310
Mij na
H4390 H8765
te volgen;
12
H3612
Behalve Kaleb
H1121
, de zoon
H3312
van Jefunne
H7074
, den Keniziet
H3091
, en Jozua
H1121
, de zoon
H5126
van Nun
H4390 H0
; want zij hebben volhard
H3068
den HEERE
H310
na
H4390 H8765
te volgen.
13
H2734 H8799
Alzo ontstak
H3068
des HEEREN
H639
toorn
H3478
tegen Israel
H5128 H8686
, en Hij deed hen omzwerven
H4057
in de woestijn
H705
, veertig
H8141
jaren
H8552 H8800
, totdat verteerd was
H1755
het ganse geslacht
H6213 H8802
, hetwelk gedaan had
H7451
, wat kwaad
H5869
was in de ogen
H3068
des HEEREN.
14
H6965 H8804
En ziet, gijlieden zijt opgestaan
H1
in stede van uw vaderen
H8635
, een menigte
H2400
van zondige
H582
mensen
H2740
, om de hittigheid
H3068
van des HEEREN
H639
toorn
H3478
tegen Israel
H5595 H8800
te vermeerderen.
15
H310
Wanneer gij van achter
H7725 H8799
Hem u zult afkeren
H3254 H8804
, zo zal Hij wijders voortvaren
H3240 H8687
het te laten
H4057
in de woestijn
H5971
; en gij zult al dit volk
H7843 H8765
verderven.
16
H5066 H8799
Toen traden zij toe
H559 H8799
tot hem, en zeiden
H1448 H6629
: Wij zullen hier schaapskooien
H1129 H8799
bouwen
H4735
voor ons vee
H5892
, en steden
H2945
voor onze kinderen.
17
H587
Maar wij zelven
H2502 H8735
zullen ons toerusten
H2363 H8803
, haastende
H6440
voor het aangezicht
H1121
der kinderen
H3478
Israels
H4725
, totdat wij hen aan hun plaats
H935 H8689
zullen gebracht hebben
H2945
; en onze kinderen
H3427 H8804
zullen blijven
H4013
in de vaste
H5892
steden
H6440
, vanwege
H3427 H8802
de inwoners
H776
des lands.
18
H7725 H8799
Wij zullen niet wederkeren
H1004
tot onze huizen
H1121
, totdat zich de kinderen
H3478
Israels
H5157 H8692
tot erfelijke bezitters zullen gesteld hebben
H376
, een ieder
H5159
van zijn erfenis.
19
H5157 H8799
Want wij zullen met hen niet erven
H5676
aan gene zijde
H3383
van de Jordaan
H1973
, en verder heen
H5159
, als onze erfenis
H935 H8804
ons toegekomen zal zijn
H5676
aan deze zijde
H3383
van de Jordaan
H4217
, tegen den opgang.
20
H559 H8799
Toen zeide
H4872
Mozes
H1697
tot hen: Indien gij deze zaak
H6213 H8799
doen zult
H6440
, indien gij u voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H2502 H8735
zult toerusten
H4421
ten strijde.
21
H2502 H8803
En een ieder van u, die toegerust is
H3383
, over de Jordaan
H5674 H8804
zal trekken
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H341 H8802
, totdat Hij Zijn vijanden
H6440
voor Zijn aangezicht
H3423 H8687
uit de bezitting zal verdreven hebben.
22
H776
En het land
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H3533 H8738
ten ondergebracht zij
H310
; zo zult gij daarna
H7725 H8799
wederkeren
H5355
, en onschuldig
H3068
zijn voor den HEERE
H3478
en voor Israel
H776
, en dit land
H272
zal u ter bezitting
H6440
zijn voor het aangezicht
H3068
des HEEREN.
23
H6213 H8799
Indien gij daarentegen alzo niet zult doen
H3068
, ziet, zo hebt gij tegen den HEERE
H2398 H8804
gezondigd
H2403
; doch gij zult uw zonde
H3045 H8798
gewaar worden
H4672 H8799
, als zij u vinden zal!
24
H1129 H8798
Bouwt
H5892
u steden
H2945
voor uw kinderen
H1448
, en kooien
H6792
voor uw schapen
H6213 H8799
; en doet
H6310
, wat uit uw mond
H3318 H8802
uitgegaan is.
25
H559 H8799
Toen spraken
H1121
de kinderen
H1410
van Gad
H1121
en de kinderen
H7205
van Ruben
H4872
tot Mozes
H559 H8800
, zeggende
H5650
: Uw knechten
H6213 H8799
zullen doen
H113
, gelijk als mijn heer
H6680 H8764
gebiedt.
26
H2945
Onze kinderen
H802
, onze vrouwen
H4735
, onze have
H929
en al onze beesten
H5892
zullen aldaar zijn in de steden
H1568
van Gilead;
27
H5650
Maar uw knechten
H5674 H8799
zullen overtrekken
H6635
, al wie ten heire
H2502 H8803
toegerust is
H6440
, voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H4421
tot den strijd
H113
, gelijk als mijn heer
H1696 H8802
gesproken heeft.
28
H6680 H8762
Toen gebood
H4872
Mozes
H3548
, hunnenthalve, den priester
H499
Eleazar
H3091
, en Jozua
H1121
, den zoon
H5126
van Nun
H7218
, en den hoofden
H1
der vaderen
H4294
van de stammen
H1121
der kinderen
H3478
Israels;
29
H4872
En Mozes
H559 H8799
zeide
H1121
tot hen: Indien de kinderen
H1410
van Gad
H1121
, en de kinderen
H7205
van Ruben
H3383
, met ulieden over de Jordaan
H5674 H8799
zullen trekken
H2502 H8803
, een ieder, die toegerust is
H4421
ten oorlog
H6440
, voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H776
, als het land
H6440
voor uw aangezicht
H3533 H8738
zal ten ondergebracht zijn
H776
; zo zult gij hun het land
H1568
Gilead
H272
ter bezitting
H5414 H8804
geven.
30
H2502 H8803
Maar indien zij niet toegerust
H5674 H8799
met u zullen overtrekken
H270 H8738
, zo zullen zij tot bezitters gesteld worden
H8432
in het midden
H776
van ulieden in het land
H3667
Kanaan.
31
H1121
En de kinderen
H1410
van Gad
H1121
en de kinderen
H7205
van Ruben
H6030 H8799
antwoordden
H559 H8800
, zeggende
H3068
: Wat de HEERE
H5650
tot uw knechten
H1696 H8765
gesproken heeft
H6213 H8799
, zullen wij alzo doen.
32
H5168
Wij
H2502 H8803
zullen toegerust
H5674 H8799
overtrekken
H6440
voor het aangezicht
H3068
des HEEREN
H776
naar het land
H3667
Kanaan
H272
; en de bezitting
H5159
onzer erfenis
H5676
zullen wij hebben aan deze zijde
H3383
van de Jordaan.
33
H5414 H8799
Alzo gaf
H4872
Mozes
H1121
hunlieden, den kinderen
H1410
van Gad
H1121
, en de kinderen
H7205
van Ruben
H2677
, en den halven
H7626
stam
H4519
van Manasse
H1121
, den zoon
H3130
van Jozef
H4467
, het koninkrijk
H5511
van Sihon
H4428
, koning
H567
der Amorieten
H4467
, en het koninkrijk
H5747
van Og
H4428
, koning
H1316
van Bazan
H776
; het land
H5892
met de steden
H1367
van hetzelve in de landpalen
H5892
, de steden
H776
des lands
H5439
rondom.
34
H1121
En de kinderen
H1410
van Gad
H1129 H8799
bouwden
H1769
Dibon
H5852
, en Ataroth
H6177
, en Aroer,
36
H1039
En Beth-nimra
H1028
, en Beth-haran
H4013
, vaste
H5892
steden
H1448 H6629
en schaapskooien.
37
H1121
En de kinderen
H7205
van Ruben
H1129 H8804
bouwden
H2809
Hezbon
H500
, en Eleale
H7156
, en Kirjathaim,
38
H5015
En Nebo
H1186
, en Baal-meon
H4142 H8716
, veranderd zijnde
H8034
van naam
H7643
, en Sibma
H7121 H8799
; en zij noemden
H8034
de namen
H5892
der steden
H1129 H8804
, die zij bouwden
H8034
, met [andere] namen.
39
H1121
En de kinderen
H4353
van Machir
H1121
, den zoon
H4519
van Manasse
H3212 H8799
, gingen
H1568
naar Gilead
H3920 H8799
, en namen dat in
H3423 H8686
, en zij verdreven
H567
de Amorieten, die daarin waren, uit de bezitting.
40
H5414 H8799
Zo gaf
H4872
Mozes
H1568
Gilead
H4353
aan Machir
H1121
, den zoon
H4519
van Manasse
H3427 H8799
; en hij woonde daarin.
Deuteronomy 5:21
21
H2530 H8799
En gij zult niet begeren
H7453
uws naasten
H802
vrouw
H183 H8691
; en gij zult u niet laten gelusten
H7453
uws naasten
H1004
huis
H7704
, zijn akker
H5650
, noch zijn dienstknecht
H519
, noch zijn dienstmaagd
H7794
, zijn os
H2543
, noch zijn ezel
H7453
, noch iets, dat uws naasten is.
Deuteronomy 27:20
Deuteronomy 33:6
1 Chronicles 5:1
1
H1121
De kinderen
H7205
van Ruben
H1060
nu, den eerstgeborene
H3478
van Israel
H3588
; (want
H1931
hij
H1060
was de eerstgeborene
H1
; maar dewijl hij zijns vaders
H3326
bed
H2490 H8763
ontheiligd had
H1062
, werd zijn eerstgeboorte
H5414 H8738
gegeven
H1121
aan de kinderen
H3130
van Jozef
H1121
, den zoon
H3478
van Israel
H3808
; doch niet
H3187 H0
[alzo], dat hij zich in het geslachtsregister
H1062
naar de eerstgeboorte
H3187 H8692
rekenen mocht;
1 Corinthians 5:1
James 1:6-8
6
G1161
Maar
G154 G5720
dat hij [ze] begere
G1722
in
G4102
geloof
G3367
, niet
G1252 G5734
twijfelende
G1063
; want
G1252 G5734
die twijfelt
G2830
, is een baar
G2281
der zee
G1503 G5758
gelijk
G416 G5746
, die van den wind gedreven
G2532
en
G4494 G5746
op [geworpen] en nedergeworpen wordt.
2 Peter 2:14
2 Peter 3:16
16
G5613
Gelijk
G2532
ook
G1722
in
G3956
alle
G1992
zendbrieven
G1722 G846
, daarin
G4012
van
G5130
deze dingen
G2980 G5723
sprekende
G1722
; in
G3739
welke
G5100
sommige dingen
G1425 G
zwaar
G2076 G5748
zijn
G1425
om te verstaan
G3739
, die
G261
de ongeleerde
G2532
en
G793
onvaste
G4761 G5719
[mensen] verdraaien
G5613
, gelijk
G2532
ook
G3062
de andere
G1124
Schriften
G4314
, tot
G846
hun
G2398
eigen
G684
verderf.