DSV_Strongs(i)
1
H7925 H0
Toen stond
H3378
Jerubbaal
H1931
(dewelke
H1439
is Gideon
H7925 H8686
) vroeg op
H3605
, en al
H5971
het volk
H834
, dat
H2583 H8799
met hem was; en zij legerden zich
H5921
aan
H5878
de fontein van Harod
H4264
; dat hij het heirleger
H4080
der Midianieten
H1961 H8804
had
H4480
tegen
H6828
het noorden
H4480
, achter
H1389
den heuvel
H4176
More
H6010
, in het dal.
2
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H413
tot
H1439
Gideon
H5971
: Des volks
H7227
is te veel
H834
, dat
H854
met
H4480
u is, dan dat
H4080
Ik de Midianieten
H3027
in hun hand
H5414 H8800
zou geven
H6435 H0
; opdat
H3478
zich Israel
H6435
niet
H5921
tegen
H6286 H8691
Mij beroeme
H559 H8800
, zeggende
H3027
: Mijn hand
H3467 H8689
heeft mij verlost.
3
H6258
Nu dan
H7121 H0
, roep
H4994
nu
H7121 H8798
uit
H241
voor de oren
H5971
des volks
H559 H8800
, zeggende
H4310
: Wie
H3373
blode
H2730
en versaagd
H7725 H8799
is, die kere weder
H6852 H8799
, en spoede zich
H4480
naar
H2022
het gebergte
H1568
van Gilead
H7725 H0
! Toen keerden
H4480
uit
H5971
het volk
H7725 H8799
weder
H8147
twee
H6242
en twintig
H505
duizend
H6235
, dat er tien
H505
duizend
H7604 H8738
overbleven.
4
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H413
tot
H1439
Gideon
H5750
: Nog
H5971
is des volks
H7227
te veel
H854
; doe hen
H3381 H8685
afgaan
H413
naar
H4325
het water
H8033
, en Ik zal ze u aldaar
H6884 H8799
beproeven
H1961 H8804
; en het zal geschieden
H834
, van welken
H413
Ik tot
H559 H8799
u zeggen zal
H2088
: Deze
H854
zal met
H3212 H8799
u trekken
H1931
, die
H854
zal met
H3212 H8799
u trekken
H3605
; maar al
H834
degene, van welken
H413
Ik tot
H559 H8799
u zeggen zal
H2088
: Deze
H3808
zal niet
H5973
met
H3212 H8799
u trekken
H1931
, die
H3808
zal niet
H3212 H8799
trekken.
5
H5971
En hij deed het volk
H3381 H8686
afgaan
H413
naar
H4325
het water
H559 H8799
. Toen zeide
H3068
de HEERE
H413
tot
H1439
Gideon
H3605
: Al
H834
wie
H3956
met zijn tong
H4480
uit
H4325
het water
H3952 H8799
zal lekken
H834
, gelijk als
H3611
een hond
H3952 H8799
zou lekken
H853
, dien
H909
zult gij alleen
H3322 H8686
stellen
H3605
; desgelijks al
H834
wie
H5921
op
H1290
zijn knieen
H3766 H8799
zal bukken
H8354 H8800
om te drinken.
6
H1961 H8799
Toen was
H4557
het getal
H3027
dergenen, die met hun hand
H413
tot
H6310
hun mond
H3952 H8764
gelekt hadden
H7969 H3967
, driehonderd
H376
man
H3605
; maar alle
H3499
overigen
H5971
des volks
H5921
hadden op
H1290
hun knieen
H3766 H8804
gebukt
H4325
, om water
H8354 H8800
te drinken.
7
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H413
tot
H1439
Gideon
H7969 H3967
: Door deze driehonderd
H376
mannen
H3952 H8764
, die gelekt hebben
H853
, zal Ik ulieden
H3467 H8686
verlossen
H4080
, en de Midianieten
H3027
in uw hand
H5414 H8804
geven
H3605
; daarom laat al
H5971
dat volk
H3212 H8799
weggaan
H376
, een ieder
H4725
naar zijn plaats.
8
H5971
En het volk
H3947 H8799
nam
H6720
den teerkost
H3027
in hun hand
H7782
, en hun bazuinen
H7971 H0
; en hij liet
H3605
al
H376
die mannen
H3478
van Israel
H7971 H8765
gaan
H376
, een iegelijk
H168
naar zijn tent
H7969 H3967
; maar die driehonderd
H376
man
H2388 H8689
behield hij
H1961 H8804
. En hij had
H4264
het heirleger
H4080
der Midianieten
H4480 H8478
beneden
H6010
in het dal.
9
H1961 H8799
En het geschiedde
H1931
in denzelven
H3915
nacht
H3068
, dat de HEERE
H413
tot
H559 H8799
hem zeide
H6965 H8798
: Sta op
H3381 H8798
, ga henen af
H4264
in het leger
H3588
, want
H3027
Ik heb het in uw hand
H5414 H8804
gegeven.
10
H518
H3373
Vreest
H859
gij
H3381 H8800
dan nog af te gaan
H3381 H8798
, zo ga af
H859
, gij
H6513
, en Pura
H5288
, uw jongen
H413
, naar
H4264
het leger.
11
H8085 H8804
En gij zult horen
H4100
, wat
H1696 H8762
zij zullen spreken
H310
, en daarna
H3027
zullen uw handen
H2388 H8799
gesterkt worden
H3381 H8804
, dat gij aftrekken zult
H4264
in het leger
H3381 H0
. Toen ging
H1931
hij
H3381 H8799
af
H6513
, met Pura
H5288
, zijn jongen
H413
, tot
H7097
het uiterste
H2571
der schildwachten
H834
, die
H4264
in het leger waren.
12
H4080
En de Midianieten
H6002
, en Amalekieten
H3605
, en al
H1121
de kinderen
H6924
van het oosten
H5307 H8802
, lagen
H6010
in het dal
H697
, gelijk sprinkhanen
H7230
in menigte
H1581
, en hun kemelen
H369
waren
H4557
ontelbaar
H2344
, gelijk het zand
H8193
, dat aan den oever
H3220
der zee
H7230
is, in menigte.
13
H1439
Toen nu Gideon
H935 H8799
aankwam
H2009
, ziet
H376
, zo was er een man
H7453
, die zijn metgezel
H2472
een droom
H5608 H8764
vertelde
H559 H8799
, en zeide
H2009
: Zie
H2472
, ik heb een droom
H2492 H8804
gedroomd
H2009
, en zie
H6742 H8675 H6742 H8184 H3899
, een geroost gerstebrood
H2015 H8693
wentelde zich
H4264
in het leger
H4080
der Midianieten
H935 H8799
, en het kwam
H5704
tot
H168
aan de tent
H5221 H8686
, en sloeg
H5307 H8799
haar, dat zij viel
H2015 H8799
, en keerde haar om
H4605
, het onderste boven
H168
, dat de tent
H5307 H8804
er lag.
14
H7453
En zijn metgezel
H6030 H8799
antwoordde
H559 H8799
, en zeide
H2063
: Dit
H369
is niet
H1115
anders
H518
, dan
H2719
het zwaard
H1439
van Gideon
H1121
, den zoon
H3101
van Joas
H3478
, den Israelietischen
H376
man
H430
; God
H4080
heeft de Midianieten
H3605
en dit ganse
H4264
leger
H3027
in zijn hand
H5414 H8804
gegeven.
15
H1961 H8799
En het geschiedde
H1439
, als Gideon
H4557
de vertelling
H2472
dezes drooms
H7667
, en zijn uitlegging
H8085 H8800
hoorde
H7812 H8691
, zo aanbad hij
H7725 H8799
; en hij keerde weder
H413
tot
H4264
het leger
H3478
van Israel
H559 H8799
, en zeide
H6965 H8798
: Maakt u op
H3588
, want
H3068
de HEERE
H4264
heeft het leger
H4080
der Midianieten
H3027
in ulieder hand
H5414 H8804
gegeven.
16
H2673 H8799
En hij deelde
H7969 H3967
de driehonderd
H376
man
H7969
in drie
H7218
hopen
H5414 H8799
; en hij gaf
H3605
een iegelijk
H7782
een bazuin
H3027
in zijn hand
H7386
, en ledige
H3537
kruiken
H3940
, en fakkelen
H8432
in het midden
H3537
der kruiken.
17
H559 H8799
En hij zeide
H413
tot
H7200 H8799
hen: Ziet
H4480
naar
H6213 H8799
mij en doet
H3651
alzo
H2009
; en ziet
H595
, als ik
H935 H8802
zal komen
H7097
aan het uiterste
H4264
des legers
H1961 H8804
, zo zal het geschieden
H834
, gelijk als
H6213 H8799
ik zal doen
H3651
, alzo
H6213 H8799
zult gij doen.
18
H595
Als ik
H7782
met de bazuin
H8628 H8804
zal blazen
H3605
, ik en allen
H854
, die met
H859
mij zijn, dan zult gijlieden
H1571
ook
H7782
met de bazuin
H8628 H8804
blazen
H5439
, rondom
H3605
het ganse
H4264
leger
H559 H8804
, en gij zult zeggen
H3068
: Voor den HEERE
H1439
en voor Gideon!
19
H935 H8799
Alzo kwam
H1439
Gideon
H3967
, en honderd
H376
mannen
H834
, die
H854
met
H7097
hem waren, in het uiterste
H4264
des legers
H7218
, in het begin
H8484
van de middelste
H821
nachtwaak
H389
, als zij maar
H6965 H8687
even
H8104 H8802
de wachters
H6965 H8689
gesteld hadden
H8628 H8799
; en zij bliezen
H7782
met de bazuinen
H5310 H0
, ook sloegen zij
H3537
de kruiken
H834
, die
H3027
in hun hand
H5310 H8800
waren, in stukken.
20
H8628 H8799
Alzo bliezen
H7969
de drie
H7218
hopen
H7782
met de bazuinen
H7665 H8799
, en braken
H3537
de kruiken
H2388 H8686
; en zij hielden
H8040 H3027
met de linkerhand
H3940
de fakkelen
H3225 H3027
, en met hun rechterhand
H7782
de bazuinen
H8628 H8800
om te blazen
H7121 H8799
; en zij riepen
H2719
: Het zwaard
H3068
van den HEERE
H1439
, en van Gideon!
21
H5975 H8799
En zij stonden
H376
, een iegelijk
H8478
in zijn plaats
H5439
, rondom
H4264
het leger
H7323 H8799
. Toen verliep
H3605
het ganse
H4264
leger
H7321 H8686
, en zij schreeuwden
H5127 H8799 H8675 H5127 H8686
en vloden.
22
H7969 H3967
Als de driehonderd
H7782
met de bazuinen
H8628 H8799
bliezen
H7760 H8799
, zo zette
H3068
de HEERE
H2719
het zwaard
H376
des een
H7453
tegen den anderen
H3605
, en [dat] in het ganse
H4264
leger
H4264
; en het leger
H5127 H8799
vluchtte
H5704
tot
H1029
Beth-sitta
H6888
toe naar Tseredath
H5704
, tot
H8193
aan de grens
H65
van Abel-mehola
H5921
, boven
H2888
Tabbath.
23
H376
Toen werden de mannen
H3478
van Israel
H6817 H8735
bijeengeroepen
H4480
, uit
H5321
Nafthali
H4480
, en uit
H836
Aser
H4480
, en uit
H3605
gans
H4519
Manasse
H7291 H8799
; en zij jaagden
H4080
de Midianieten
H310
achterna.
24
H7971 H8804
Ook zond
H1439
Gideon
H4397
boden
H3605
in het ganse
H2022
gebergte
H669
van Efraim
H559 H8800
, zeggende
H3381 H8798
: Komt af
H4080
den Midianieten
H7125 H8800
tegemoet
H3920 H8798
, en beneemt
H4325
hunlieden de wateren
H5704
, tot
H1012
aan Beth-bara
H3383
, te weten de Jordaan
H3605
; alzo werd alle
H376
man
H669
van Efraim
H6817 H8735
bijeengeroepen
H3920 H8799
, en zij benamen
H4325
[hun] de wateren
H5704
tot
H1012
aan Beth-bara
H3383
, en de Jordaan.
25
H3920 H8799
En zij vingen
H8147
twee
H8269
vorsten
H4080
der Midianieten
H6159
, Oreb
H2062
en Zeeb
H2026 H8799
, en doodden
H6159
Oreb
H6697
op den rotssteen
H6159
Oreb
H2062
, en Zeeb
H2026 H8804
doodden zij
H3342
in de perskuip
H2062
van Zeeb
H7291 H8799 H413
, en vervolgden
H4080
de Midianieten
H935 H8689
; en zij brachten
H7218
de hoofden
H6159
van Oreb
H2062
en Zeeb
H413
tot
H1439
Gideon
H4480 H5676
, over
H3383
de Jordaan.