DSV_Strongs(i)
1
G2532
En
G1096 G5633
het is geschied
G3753
, als
G2424
Jezus
G3956
al
G5128
deze
G3056
woorden
G5055 G5656
geeindigd had
G846
, dat Hij tot Zijn
G3101
discipelen
G2036 G5627
zeide:
2
G1492 G5758
Gij weet
G3754
, dat
G3326
na
G1417
twee
G2250
dagen
G3957
het pascha
G1096 G5736
is
G2532
, en
G5207
de Zoon
G444
des mensen
G3860 G5743
zal overgeleverd worden
G1519
, om
G4717 G5683
gekruisigd te worden.
3
G5119
Toen
G4863 G5681
vergaderden
G749
de overpriesters
G2532
en
G1122
de Schriftgeleerden
G2532
, en
G4245
de ouderlingen
G2992
des volks
G1519
, in
G833
de zaal
G749
des hogepriesters
G3588
, die
G3004 G5746
genaamd was
G2533
Kajafas;
4
G2532
En
G4823 G5668
zij beraadslaagden te zamen
G2443
, dat
G2424
zij Jezus
G1388
met listigheid
G2902 G5661
vangen
G2532
en
G615 G5725
doden zouden.
5
G1161
Doch
G3004 G5707
zij zeiden
G3361
: Niet
G1722
in
G1859
het feest
G3363
, opdat er geen
G2351
oproer
G1096 G5638
worde
G1722
onder
G2992
het volk.
6
G1161
Als nu
G2424
Jezus
G1722
te
G963
Bethanie
G1096 G5637
was
G1722
, ten
G3614
huize
G4613
van Simon
G3015
, den melaatse,
7
G4334 G5627
Kwam
G846
tot Hem
G1135
een vrouw
G2192 G5723
, hebbende
G211
een albasten fles
G927
met zeer kostelijke
G3464
zalf
G2532
, en
G2708 G5656
goot ze uit
G1909
op
G846
Zijn
G2776
hoofd
G345 G5740
, daar Hij aan [tafel] zat.
8
G1161
En
G846
Zijn
G3101
discipelen
G1492 G5631
, [dat] ziende
G23 G5656
, namen het zeer kwalijk
G3004 G5723
, zeggende
G1519 G5101
: Waartoe
G3778
dit
G684
verlies?
9
G1063
Want
G5124
deze
G3464
zalf
G1410 G5711
had kunnen
G4183
duur
G4097 G5683
verkocht
G2532
, en
G4434
[de] [penningen] den armen
G1325 G5683
gegeven worden.
10
G1161
Maar
G2424
Jezus
G1097 G5631
, [zulks] verstaande
G2036 G5627
, zeide
G846
tot hen
G5101
: Waarom
G3930 G
doet gij
G1135
deze vrouw
G2873
moeite
G3930 G5719
aan
G1063
? want
G2570
zij heeft een goed
G2041
werk
G1519
aan
G1691
Mij
G2038 G5662
gewrocht.
11
G1063
Want
G4434
de armen
G2192 G5719
hebt gij
G3842
altijd
G3326
met
G1438
u
G1161
, maar
G1691
Mij
G2192 G5719
hebt gij
G3756
niet
G3842
altijd.
12
G1063
Want
G846
als zij
G5124
deze
G3464
zalf
G1909
op
G3450
Mijn
G4983
lichaam
G906 G5631
gegoten heeft
G4160 G5656
, zo heeft zij het gedaan
G4314
tot
G3165
[een] [voorbereiding] [van] Mijn
G1779 G5658
begrafenis.
13
G281
Voorwaar
G3004 G5719
zeg Ik
G5213
u
G3699 G1437
: Alwaar
G5124
dit
G2098
Evangelie
G2784 G5686
gepredikt zal worden
G1722
in
G3650
de gehele
G2889
wereld
G2532
, [daar] zal ook
G1519
tot
G846
haar
G3422
gedachtenis
G2980 G5701
gesproken worden
G846
van hetgeen zij
G4160 G5656
gedaan heeft.
14
G5119
Toen
G4198 G5679
ging
G1520
een
G1427
van de twaalven
G3004 G5746
, genaamd
G2455
Judas
G2469
Iskariot
G4314
, tot
G749
de overpriesters,
15
G2036
En zeide
G5101
: Wat
G2309 G5719
wilt gij
G3427
mij
G1325 G5629
geven
G2504
, en
G846
ik zal Hem
G5213
u
G3860 G5692
overleveren
G1161
? En
G846
zij hebben hem
G2476 G5627
toegelegd
G5144
dertig
G694
zilveren [penningen].
16
G2532
En
G575
van
G5119
toen af
G2212 G5707
zocht hij
G2120
gelegenheid
G2443
, opdat
G846
hij Hem
G3860 G5632
overleveren mocht.
17
G1161
En
G4413
op den eersten
G106
[dag] der ongehevelde
G4334 G5656
[broden] kwamen
G3101
de discipelen
G2424
tot Jezus
G3004 G5723
, zeggende
G846
tot Hem
G4226
: Waar
G2309 G5719
wilt Gij
G4671
, dat wij U
G2090 G5661
bereiden
G3957
het pascha
G5315 G5629
te eten?
18
G1161
En
G2036 G5627
Hij zeide
G5217 G5720
: Gaat heen
G1519
in
G4172
de stad
G4314
, tot
G1170
zulk een
G2532
, en
G2036 G5628
zegt
G846
hem
G1320
: De Meester
G3004 G5719
zegt
G3450
: Mijn
G2540
tijd
G2076 G5748
is
G1451
nabij
G4314
, Ik zal bij
G4571
u
G3957
het pascha
G4160 G5719
houden
G3326
met
G3450
Mijn
G3101
discipelen.
19
G2532
En
G3101
de discipelen
G4160 G5656
deden
G5613
, gelijk
G2424
Jezus
G846
hun
G4929 G5656
bevolen had
G2532
, en
G2090 G5656
bereidden
G3957
het pascha.
20
G1161
En
G3798
als het avond
G1096 G5637
geworden was
G345 G5711
, zat Hij aan
G3326
met
G1427
de twaalven.
21
G2532
En
G2068 G5723
toen zij aten
G2036 G5627
, zeide Hij
G281
: Voorwaar
G3004 G5719
, Ik zeg
G5213
u
G3754
, dat
G1520
een
G1537
van
G5216
u
G3165
, Mij
G3860 G5692
zal verraden.
22
G2532
En
G4970
zij, zeer
G3076 G5746
bedroefd geworden zijnde
G756 G5662
, begon
G1538
een iegelijk
G846
van hen
G846
tot Hem
G3004 G5721
te zeggen
G1510 G5748
: Ben
G1473
ik
G3385
het
G2962
, Heere?
23
G1161
En
G611 G5679
Hij, antwoordende
G2036 G5627
, zeide
G5495
: Die de hand
G3326
met
G1700
Mij
G1722
in
G5165
den schotel
G1686 G5660
indoopt
G3778
, die
G3165
zal Mij
G3860 G5692
verraden.
24
G5207
De Zoon
G444
des mensen
G5217 G5719
gaat
G3303
wel
G2531
heen, gelijk
G4012
van
G846
Hem
G1125 G5769
geschreven is
G1161
; maar
G3759
wee
G1565
dien
G444
mens
G1223
, door
G3739
welken
G5207
de Zoon
G444
des mensen
G3860 G5743
verraden wordt
G2258 G5713
; het ware
G846
hem
G2570
goed
G1487
, zo
G1565
die
G444
mens
G3756
niet
G1080 G5681
geboren was geweest.
25
G1161
En
G2455
Judas
G3588
, die
G846
Hem
G3860 G5723
verried
G611 G5679
, antwoordde
G2036 G5627
en zeide
G1510 G5748
: Ben
G1473
ik
G3385
het
G4461
, Rabbi
G3004 G5719
? Hij zeide
G846
tot hem
G4771
: Gij
G2036 G5627
hebt het gezegd.
26
G1161
En
G846
als zij
G2068 G5723
aten
G2983 G5631
, nam
G2424
Jezus
G740
het brood
G2532
, en
G2127 G5660
gezegend hebbende
G2806 G5656
, brak Hij
G2532
het, en
G1325 G5707
gaf
G3101
het den discipelen
G2532
, en
G2036 G5627
zeide
G2983 G5628
: Neemt
G5315 G5628
, eet
G5124
, dat
G2076 G5748
is
G3450
Mijn
G4983
lichaam.