DSV_Strongs(i)
1
H7637
Doch in het zevende
H8141
jaar
H2388 H8694
versterkte zich
H3077
Jojada
H3947 H8799
, en nam
H8269
de oversten
H3967
der honderden
H5838
, Azarja
H1121
, den zoon
H3395
van Jeroham
H3458
en Ismael
H1121
, den zoon
H3076
van Johanan
H5838
, en Azarja
H1121
, den zoon
H5744
van Obed
H4641
, en Maaseja
H1121
, den zoon
H5718
van Adaja
H478
, en Elisafat
H1121
, den zoon
H2147
van Zichri
H5973
, met
H1285
zich in een verbond.
2
H5437 H8799
Die togen om
H3063
in Juda
H6908 H8799
, en vergaderden
H3881
de Levieten
H4480
uit
H3605
alle
H5892
steden
H3063
van Juda
H7218
, en de hoofden
H1
der vaderen
H3478
van Israel
H935 H8799
, en zij kwamen
H413
naar
H3389
Jeruzalem.
3
H3605
En die ganse
H6951
gemeente
H3772 H8799
maakte
H1285
een verbond
H1004
in het huis
H430
Gods
H5973
, met
H4428
den koning
H559 H8799
; en hij zeide
H2009
tot hen: Ziet
H1121
, de zoon
H4428
des konings
H4427 H8799
zal koning zijn
H834
, gelijk als
H3068
de HEERE
H5921
van
H1121
de zonen
H1732
van David
H1696 H8765
gesproken heeft.
4
H2088
Dit
H1697
is de zaak
H834
, die
H6213 H8799
gij doen zult
H7992
: een derde deel
H4480
van
H7676
u, die op den sabbat
H935 H8802
ingaan
H3548
, van de priesteren
H3881
en van de Levieten
H7778
, zullen tot poortiers
H5592
der dorpelen zijn;
5
H7992
En een derde deel
H1004
zal zijn aan het huis
H4428
des konings
H7992
; en een derde deel
H8179 H3247
aan de Fondamentpoort
H3605
; en al
H5971
het volk
H2691
zal in de voorhoven
H1004
zijn van het huis
H3068
des HEEREN.
6
H408
Maar dat niemand
H935 H8799
kome
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN
H3588 H518
, dan
H3548
de priesteren
H3881
en de Levieten
H8334 H8764
, die dienen
H1992
; die
H935 H8799
zullen ingaan
H3588
, want
H1992
zij
H6944
zijn heilig
H3605
; maar al
H5971
het volk
H4931
zal de wacht
H3068
des HEEREN
H8104 H8799
waarnemen.
7
H3881
De Levieten
H4428
nu zullen de koning
H5439
rondom
H5362 H8689
omsingelen
H376
, een ieder
H3627
met zijn wapenen
H3027
in zijn hand
H413
; en die tot
H1004
het huis
H935 H8802
inkomt
H4191 H8714
, zal gedood worden
H1961 H8798
; doch weest gijlieden
H4428
bij den koning
H935 H8800
, als hij inkomt
H3318 H8800
en uitgaat.
8
H3881
En de Levieten
H3605
en gans
H3063
Juda
H6213 H8799
deden
H3605
naar alles
H834
, wat
H3548
de priester
H3077
Jojada
H6680 H8765
geboden had
H3947 H8799
; en zij namen
H376
een ieder
H582
zijn mannen
H7676
, die op den sabbat
H935 H8802
inkwamen
H5973
, met
H7676
degenen, die op den sabbat
H3318 H8802
uitgingen
H3588
; want
H3548
de priester
H3077
Jojada
H4256
had aan de verdelingen
H3808
geen
H6358 H8804
verlof gegeven.
9
H5414 H8799
Verder gaf
H3548
de priester
H3077
Jojada
H8269
aan de oversten
H3967
der honderden
H2595
de spiesen
H4043
, en de rondassen
H7982
, en de schilden
H834
, die
H4428
van den koning
H1732
David
H834
geweest waren, die
H1004
in het huis
H430
Gods waren.
10
H5975 H8686
En hij stelde
H3605
al
H5971
het volk
H376
, en een ieder
H7973
met zijn geweer
H3027
in zijn hand
H4480
, van
H3233 H3802
de rechterzijde
H1004
van het huis
H5704
tot
H8042 H3802
de linkerzijde
H1004
van het huis
H4196
, naar het altaar
H1004
, en naar het huis
H5921
, bij
H4428
den koning
H5439
rondom.
11
H3318 H0
Toen brachten zij
H4428
des konings
H1121
zoon
H3318 H8686
voor
H5414 H8799
, en zetten
H5145
hem de kroon
H5921
op
H5715
, en [gaven] [hem] de getuigenis
H4427 H0
, en zij maakten
H853
hem
H4427 H8686
koning
H3077
; en Jojada
H1121
en zijn zonen
H4886 H8799
zalfden
H559 H8799
hem, en zeiden
H4428
: De koning
H2421 H8799
leve!
12
H6271
Toen nu Athalia
H8085 H8799
hoorde
H6963
de stem
H5971
des volks
H7323 H8801
, dat toeliep
H4428
en den koning
H1984 H8764
roemde
H935 H8799
, kwam zij
H413
tot
H5971
het volk
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN.
13
H7200 H8799
En zij zag toe
H2009
; en ziet
H4428
, de koning
H5975 H8802
stond
H5921
bij
H5982
zijn pilaar
H3996
, aan den ingang
H8269
; en de oversten
H2689
en de trompetten
H5921
waren bij
H4428
den koning
H3605
; en al
H5971
het volk
H776
des lands
H8056
was blijde
H8628 H8802
, en blies
H2689
met de trompetten
H7891 H8789
; en de zangers
H7892
waren er met muzikale
H3627
instrumenten
H3045 H8688
, en gaven te kennen
H1984 H8763
, dat men lofzingen zou
H7167 H8799
; toen verscheurde
H6271
Athalia
H899
haar klederen
H559 H8799
, en zij riep
H7195
: Verraad
H7195
, verraad!
14
H3548
Maar de priester
H3077
Jojada
H3318 H0
bracht
H8269
de oversten
H3967
der honderden
H2428
, die over het heir
H6485 H8803
gesteld waren
H3318 H8686
, uit
H559 H8799
, en zeide
H413
tot
H3318 H8685
hen: Brengt ze uit
H413
tot
H4480 H1004
buiten
H7713
de ordeningen
H935 H8802 H310
, en die haar volgt
H2719
, zal met het zwaard
H4191 H8714
gedood worden
H3588
; want
H3548
de priester
H559 H8804
had gezegd
H1004
: Gij zult ze in het huis
H3068
des HEEREN
H3808
niet
H4191 H8686
doden.
15
H7760 H8799
En zij leiden
H3027
de handen
H935 H8799
aan haar, en zij ging
H413
naar
H3996
den ingang
H5483 H8179
van de Paardenpoort
H1004
, naar het huis
H4428
des konings
H4191 H8686
; en zij doodden
H8033
ze daar.
16
H3077
En Jojada
H3772 H8799
maakte
H1285
een verbond
H996
tussen
H996
zich, en tussen
H3605
al
H5971
het volk
H996
, en tussen
H4428
den koning
H3068
, dat zij den HEERE
H5971
tot een volk
H1961 H8800
zouden zijn.
17
H935 H8799
Daarna ging
H3605
al
H5971
het volk
H1004
in het huis
H1168
van Baal
H5422 H8799
, en braken dat af
H4196
; en zijn altaren
H6754
en zijn beelden
H7665 H8765
verbraken zij
H4977
, en Matthan
H3548
, den priester
H1168
van Baal
H2026 H8804
, sloegen zij dood
H6440
voor
H4196
de altaren.
18
H3077
Jojada
H7760 H8799
nu bestelde
H6486
de ambten
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN
H3027
, onder de hand
H3881
der Levietische
H3548
priesteren
H834
, die
H1732
David
H5921
in
H1004
het huis
H3068
des HEEREN
H2505 H8804
afgedeeld had
H5930
, om de brandofferen
H3068
des HEEREN
H5927 H8687
te offeren
H8451
, gelijk in de wet
H4872
van Mozes
H3789 H8803
geschreven is
H8057
, met blijdschap
H7892
en met gezang
H5921
, naar
H3027
de instelling
H1732
van David.
19
H5975 H8686
En hij stelde
H7778
de poortiers
H5921
aan
H8179
de poorten
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H3808
, opdat niemand
H3605
, in enig
H1697
ding
H2931
onrein
H935 H8799
zijnde, inkwame.
20
H3947 H8799
En hij nam
H8269
de oversten
H3967
der honderden
H117
, en de machtigen
H4910 H8802
, en die heerschappij hadden
H5971
onder het volk
H3605
, en al
H5971
het volk
H776
des lands
H3381 H0
, en bracht
H4428
den koning
H4480
van
H1004
het huis
H3068
des HEEREN
H3381 H8686
af
H935 H8799
, en zij kwamen
H8432
door het midden
H5945
der hoge
H8179
poort
H1004
in het huis
H4428
des konings
H3427 H8686
; en zij zetten
H4428
den koning
H5921
op
H3678
den troon
H4467
des koninkrijks.