1
H7637
Doch in het zevende
H8141
jaar
H2388 H8694
versterkte zich
H3077
Jojada
H3947 H8799
, en nam
H8269
de oversten
H3967
der honderden
H5838
, Azarja
H1121
, den zoon
H3395
van Jeroham
H3458
en Ismael
H1121
, den zoon
H3076
van Johanan
H5838
, en Azarja
H1121
, den zoon
H5744
van Obed
H4641
, en Maaseja
H1121
, den zoon
H5718
van Adaja
H478
, en Elisafat
H1121
, den zoon
H2147
van Zichri
H5973
, met
H1285
zich in een verbond.
2 Chronicles 23:1 Cross References - DSV_Strongs
1 Samuel 18:3
2 Kings 11:4-20
4
H7637
In het zevende
H8141
jaar
H7971 H8804
nu zond
H3077
Jojada
H3947 H8799
, en nam
H8269
de oversten
H3967
van honderd
H3746
met de hoofdmannen
H7323 H8801
, en met de trawanten
H935 H8686
, en hij bracht
H853
hen
H413
tot
H1004
zich, in het huis
H3068
des HEEREN
H3772 H8799
; en hij maakte
H1285
een verbond
H7650 H8686
met hen, en hij beedigde
H853
hen
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN
H7200 H8686
, en hij toonde
H853
hun
H1121
den zoon
H4428
des konings.
5
H6680 H8762
En hij gebood
H559 H8800
hun, zeggende
H2088
: Dit
H1697
is de zaak
H834
, die
H6213 H8799
gij doen zult
H7992
: een derde deel
H4480
van
H7676
u, die op den sabbat
H935 H8802
ingaan
H4931
, zullen de wacht
H8104 H8802
waarnemen
H1004
van het huis
H4428
des konings;
6
H7992
En een derde deel
H8179
zal zijn aan de poort
H5495
Sur
H7992
; en een derde deel
H8179
aan de poort
H310
achter
H7323 H8801
de trawanten
H8104 H8804
; zo zult gij waarnemen
H4931
de wacht
H1004
van dit huis
H4535
, tegen inbreking.
7
H8147
En de twee
H3027
delen
H3605
van ulieden, allen
H7676
, die op den sabbat
H3318 H8802
uitgaan
H4931
, zullen de wacht
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H8104 H8804
waarnemen
H413
bij
H4428
den koning.
8
H5921
En gij zult den
H4428
koning
H5439
rondom
H5362 H8689
omsingelen
H376
, een ieder
H3627
met zijn wapenen
H3027
in zijn hand
H413
, en hij, die tussen
H7713
de ordeningen
H935 H8802
intreedt
H4191 H8714
, zal gedood worden
H1961 H8798
; en zijt gij
H4428
bij den koning
H3318 H8800
, als hij uitgaat
H935 H8800
, en als hij inkomt.
9
H8269
De oversten
H3967
dan van honderd
H6213 H8799
deden
H3605
naar al
H834
wat
H3548
de priester
H3077
Jojada
H6680 H8765
geboden had
H3947 H8799
, en namen
H376
ieder
H582
zijn mannen
H7676
, die op den sabbat
H935 H8802
ingingen
H5973
, met
H7676
degenen, die op den sabbat
H3318 H8802
uitgingen
H935 H8799
; en zij kwamen
H413
tot
H3548
den priester
H3077
Jojada.
10
H3548
En de priester
H5414 H8799
gaf
H8269
aan de oversten
H3967
van honderd
H2595
de spiesen
H7982
en de schilden
H834
, die
H4428
van den koning
H1732
David
H834
geweest waren, die
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN geweest waren.
11
H7323 H8801
En de trawanten
H5975 H8799
stonden
H376
, ieder
H3627
met zijn wapenen
H3027
in zijn hand
H4480
, van
H3233 H3802
de rechterzijde
H1004
van het huis
H5704
, tot
H8042 H3802
de linkerzijde
H1004
van het huis
H4196
, naar het altaar
H1004
en naar het huis
H5921
toe, bij
H4428
den koning
H5439
rondom.
12
H3318 H0
Daarna bracht hij
H4428
des konings
H1121
zoon
H3318 H8686
voor
H5414 H8799
, en zette
H5145
hem de kroon
H5921
op
H5715
, en [gaf] [hem] de getuigenis
H4427 H0
; en zij maakten
H853
hem
H4427 H8686
koning
H4886 H8799
, en zalfden
H5221 H8686
hem; daartoe klapten zij
H3709
met de handen
H559 H8799
, en zeiden
H4428
: De koning
H2421 H8799
leve!
13
H6271
Toen Athalia
H8085 H8799
hoorde
H6963
de stem
H7323 H8801
der trawanten
H5971
[en] des volks
H935 H8799
, zo kwam zij
H413
tot
H5971
het volk
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN.
14
H7200 H8799
En zij zag toe
H2009
, en ziet
H4428
, de koning
H5975 H8802
stond
H5921
bij
H5982
den pilaar
H4941
, naar de wijze
H8269
, en de oversten
H2689
en de trompetten
H413
bij
H4428
den koning
H3605
; en al
H5971
het volk
H776
des lands
H8056
was blijde
H8628 H8802
, en blies
H2689
met trompetten
H7167 H8799
. Toen verscheurde
H6271
Athalia
H899
haar klederen
H7121 H8799
, en zij riep
H7195
: Verraad
H7195
, verraad!
15
H3548
Maar de priester
H3077
Jojada
H6680 H8762
gebood
H8269
aan de oversten
H3967
van honderd
H2428
, die over het heir
H6485 H8803
gesteld waren
H559 H8799
, en zeide
H413
tot
H3318 H0
hen: Brengt
H853
haar
H3318 H8685
uit
H413
tot
H4480 H1004
buiten
H7713
de ordeningen
H4191 H8687
, en doodt
H935 H8802 H310
, wie haar volgt
H2719
, met het zwaard
H3588
; want
H3548
de priester
H559 H8804
had gezegd
H1004
: Laat ze in het huis
H3068
des HEEREN
H408
niet
H4191 H8714
gedood worden.
16
H7760 H8799
En zij leiden
H3027
de handen
H935 H8799
aan haar; en zij ging
H1870
den weg
H3996
van den ingang
H5483
der paarden
H1004
naar het huis
H4428
des konings
H8033
, en zij werd daar
H4191 H8714
gedood.
17
H3077
En Jojada
H3772 H8799
maakte
H1285
een verbond
H996
tussen
H3068
den HEERE
H996
en tussen
H4428
den koning
H996
, en tussen
H5971
het volk
H3068
, dat het den HEERE
H5971
tot een volk
H1961 H8800
zou zijn
H996
; mitsgaders tussen
H4428
den koning
H996
en tussen
H5971
het volk.
18
H935 H8799
Daarna ging
H3605
al
H5971
het volk
H776
des lands
H1004
in het huis
H1168
van Baal
H5422 H8799
, en braken dat af
H4196
; zijn altaren
H6754
en zijn beelden
H7665 H8765
verbraken zij
H3190 H8687
recht wel
H4977
; en Mattan
H3548
, den priester
H1168
van Baal
H2026 H8804
, sloegen zij dood
H6440
voor
H4196
de altaren
H3548
. De priester
H7760 H8799
nu bestelde
H6485 H8803 H8676 H6486
de ambten
H5921
in
H1004
het huis
H3068
des HEEREN.
19
H3947 H8799
En hij nam
H8269
de oversten
H3967
van honderd
H3746
, en de hoofdmannen
H7323 H8801
, en de trawanten
H3605
, en al
H5971
het volk
H776
des lands
H3381 H0
; en zij brachten
H4428
den koning
H3381 H8686
af
H4480
uit
H1004
het huis
H3068
des HEEREN
H935 H8799
, en kwamen
H1870
door den weg
H8179
van de poort
H7323 H8801
der trawanten
H1004
tot het huis
H4428
des konings
H3427 H8799
, en hij zat
H5921
op
H3678
den troon
H4428
der koningen.