Psalms 19:13 Cross References - DSV_Strongs
Genesis 20:6
6
H430
En God
H559 H8799
zeide
H413
tot
H2472
hem in den droom
H595
: Ik
H1571
heb ook
H3045 H8804
geweten
H2063
, dat gij dit
H8537
in oprechtheid
H3824
uws harten
H6213 H8804
gedaan hebt
H595
, en Ik
H853
heb u
H1571
ook
H2820 H8799
belet
H2398 H8800
van tegen Mij te zondigen
H5921 H3651
; daarom
H3808
heb Ik u niet
H5414 H8804
toegelaten
H413
, haar aan
H5060 H8800
te roeren.
Exodus 21:14
Numbers 15:30-31
30
H5315
Maar de ziel
H6213 H8799
, die iets gedaan zal hebben
H7311 H8802
met opgeheven
H3027
hand
H249
, hetzij van inboorlingen
H4480
of van
H1616
vreemdelingen
H1442 H8764
, die smaadt
H3068
den HEERE
H5315
; en diezelve ziel
H3772 H8738
zal uitgeroeid worden
H7130
uit het midden
H5971
van haar volk;
Deuteronomy 17:12-13
12
H376
De man
H2087
nu, die trotselijk
H6213 H8799
handelen zal
H8085 H8800
, dat hij niet hore
H3548
naar den priester
H5975 H8802
, dewelke staat
H3068
, om aldaar den HEERE
H430
, uw God
H8334 H8763
, te dienen
H8199 H8802
, of naar den rechter
H376
, dezelve man
H4191 H8804
zal sterven
H7451
; en gij zult het boze
H3478
uit Israel
H1197 H8765
wegdoen.
1 Samuel 25:32-34
32
H559 H8799
Toen zeide
H1732
David
H26
tot Abigail
H1288 H8803
: Gezegend
H3068
zij de HEERE
H430
, de God
H3478
Israels
H834
, Die
H2088
u te dezen
H3117
dage
H7125 H8800
mij tegemoet
H7971 H8804
gezonden heeft!
33
H1288 H8803
En gezegend
H2940
zij uw raad
H1288 H8803
en gezegend
H859
zijt gij
H834
, dat
H2088
gij mij te dezen
H3117
dage
H3607 H8804
geweerd hebt
H4480
, van
H935 H8800
te komen
H1818
met bloedstorting
H3027
, dat mijn hand
H3467 H8687
mij verlost zou hebben!
34
H199
Want voorzeker
H3068
, [het] [is] [zo] [waarachtig] [als] de HEERE
H430
, de God
H3478
Israels
H2416
, leeft
H834
, Die
H4513 H8804
mij verhinderd heeft
H4480
, van
H853
u
H7489 H8687
kwaad te doen
H3588
, dat
H3884
, ten ware
H4116 H8765
dat gij u gehaast hadt
H7125 H8800
, en mij tegemoet
H935 H8799
gekomen waart
H518 H5973
, zo
H5037
ware van Nabal
H8366 H8688 H7023
niemand, die mannelijk is
H3498 H8738
, overgebleven
H5704
tot
H1242 H216
het morgenlicht!
1 Samuel 25:39
39
H1732
Toen David
H8085 H8799
hoorde
H3588
, dat
H5037
Nabal
H4191 H8804
dood was
H559 H8799
, zo zeide hij
H1288 H8803
: Gezegend
H3068
zij de HEERE
H834
, Die
H7379
den twist
H2781
mijner smaadheid
H7378 H8804
getwist heeft
H4480
van
H3027
de hand
H5037
van Nabal
H5650
, en heeft zijn knecht
H2820 H8804
onthouden
H7451
van het kwade
H3068
, en [dat] de HEERE
H7451
het kwaad
H5037
van Nabal
H7218
op zijn hoofd
H7725 H8689
heeft doen wederkeren
H1732
! En David
H7971 H8799
zond heen
H26
, en liet met Abigail
H1696 H8762
spreken
H802
, dat hij ze zich ter vrouwe
H3947 H8800
nam.
1 Chronicles 10:13-14
13
H4191 H8799
Alzo stierf
H7586
Saul
H4604
, in zijn overtreding
H834
, waarmede
H4603 H8804
hij overtreden had
H3068
tegen den HEERE
H5921
, tegen
H1697
het woord
H3068
des HEEREN
H834
hetwelk
H3808
hij niet
H8104 H8804
gehouden had
H1571
; en ook
H178
omdat hij de waarzegster
H7592 H8800
gevraagd had
H1875 H8800
, haar zoekende,
Psalms 7:10
Psalms 11:7
Psalms 18:23
Psalms 84:11
Psalms 119:133
Acts 24:16
Romans 6:12-14
12
G3767
Dat dan
G266
de zonde
G3361
niet
G936 G5720
heerse
G1722
in
G5216
uw
G2349
sterfelijk
G4983
lichaam
G1519
, om
G846
haar
G5219 G5721
te gehoorzamen
G1722
in
G1939
de begeerlijkheden
G846
deszelven [lichaams].
13
G3366 G
En
G3936 G5720
stelt
G5216
uwe
G3196
leden
G3366
niet
G266
der zonde
G3696
tot wapenen
G93
der ongerechtigheid
G235
; maar
G3936 G5657
stelt
G1438
uzelven
G2316
Gode
G5613
, als
G1537
uit
G3498
de doden
G2198 G5723
levende [geworden] zijnde
G2532
, en
G5216
[stelt] uw
G3196
leden
G2316
Gode
G3696
tot wapenen
G1343
der gerechtigheid.
Romans 6:16-22
16
G1492 G5758
Weet gij
G3756
niet
G3754
, dat
G3739
wien
G1438
gij uzelven
G3936 G5719
stelt
G1401
tot dienstknechten
G1519
ter
G5218
gehoorzaamheid
G1401
, gij dienstknechten
G2075 G5748
zijt
G3739
desgenen, dien
G5219 G5719
gij gehoorzaamt
G2273
, of
G266
der zonde
G1519
tot
G2288
den dood
G2228
, of
G5218
der gehoorzaamheid
G1519
tot
G1343
gerechtigheid?
17
G1161
Maar
G2316
Gode
G5485
zij dank
G3754
, dat
G1401
gij [wel] dienstknechten
G266
der zonde
G2258 G5713
waart
G1161
, maar
G1537
[dat] gij [nu] van
G2588
harte
G5219 G5656
gehoorzaam geworden zijt
G5179
aan het voorbeeld
G1322
der leer
G1519
, tot
G3739
hetwelk
G3860 G5681
gij overgegeven zijt;
18
G1161
En
G1659 G5685
vrijgemaakt zijnde
G575
van
G266
de zonde
G1402 G5681
, zijt gemaakt dienstknechten
G1343
der gerechtigheid.
19
G3004 G5719
Ik spreek
G442
op menselijke wijze
G1223
, om
G769
der zwakheid
G5216
uws
G4561
vleses
G1063
wil; want
G5618
gelijk
G5216
gij uw
G3196
leden
G3936 G5656
gesteld hebt
G1400
, [om] dienstbaar
G167
[te] [zijn] der onreinigheid
G2532
en
G458
der ongerechtigheid
G1519
, tot
G458
ongerechtigheid
G3779
, alzo
G3936 G5657
stelt
G3568
nu
G5216
uw
G3196
leden
G1400
, [om] dienstbaar
G1343
[te] [zijn] der gerechtigheid
G1519
, tot
G38
heiligmaking.
20
G1063
Want
G3753
toen
G1401
gij dienstknechten
G2258 G5713
waart
G266
der zonde
G2258 G5713
, zo waart gij
G1658
vrij
G1343
van de gerechtigheid.
2 Peter 2:10
10
G1161
Maar
G3122
allermeest
G3694
degenen, die naar
G4561
het vlees
G1722
in
G3394
onreine
G1939
begeerlijkheid
G4198 G5740
wandelen
G2532
, en
G2963
de heerschappij
G2706 G5723
verachten
G5113
; die stout
G829
zijn, zichzelven behagen
G1391
, en die de heerlijkheden
G3756
niet
G5141 G5719
schromen
G987 G5723
te lasteren;