Psalms 107:8-43

DSV_Strongs(i)
  8 H3068 Laat hen voor den HEERE H2617 Zijn goedertierenheid H3034 H8686 loven H6381 H8737 , en Zijn wonderwerken H1121 voor de kinderen H120 der mensen;
  9 H8264 H8802 Want Hij heeft de dorstige H5315 ziel H7646 H8689 verzadigd H7457 , en de hongerige H5315 ziel H2896 met goed H4390 H8765 vervuld;
  10 H2822 Die in duisternis H6757 en de schaduw des doods H3427 H8802 zaten H615 , gebonden H6040 met verdrukking H1270 en ijzer;
  11 H4784 H8689 Omdat zij wederspannig waren geweest H410 tegen Gods H561 geboden H6098 , en den raad H5945 des Allerhoogsten H5006 H8804 onwaardiglijk verworpen hadden.
  12 H3820 Waarom Hij hun het hart H5999 door zwarigheid H3665 H8686 vernederd heeft H3782 H8804 ; zij zijn gestruikeld H5826 H8802 , en er was geen helper.
  13 H2199 H8799 Doch roepende H3068 tot den HEERE H6862 in de benauwdheid H3467 H8686 , die zij hadden, verloste Hij H4691 hen uit hun angsten.
  14 H3318 H8686 Hij voerde hen uit H2822 de duisternis H6757 en de schaduw des doods H5423 H8762 , en Hij brak H4147 hun banden.
  15 H3068 Laat hen voor den HEERE H2617 Zijn goedertierenheid H3034 H8686 loven H6381 H8737 , en Zijn wonderwerken H1121 voor de kinderen H120 der mensen;
  16 H5178 Want Hij heeft de koperen H1817 deuren H7665 H8765 gebroken H1270 , en de ijzeren H1280 grendelen H1438 H8765 in stukken gehouwen.
  17 H191 De zotten H1870 worden om den weg H6588 hunner overtreding H5771 , en om hun ongerechtigheden H6031 H8691 geplaagd;
  18 H5315 Hun ziel H8581 H8762 gruwelde H400 van alle spijze H8179 , en zij waren tot aan de poorten H4194 des doods H5060 H8686 gekomen.
  19 H2199 H8799 Doch roepende H3068 tot den HEERE H6862 in de benauwdheid H3467 H8686 , die zij hadden, verloste Hij H4691 hen uit hun angsten.
  20 H7971 H8799 Hij zond H1697 Zijn woord H7495 H8799 uit, en heelde H4422 H8762 hen, en rukte hen uit H7825 hun kuilen.
  21 H3068 Laat hen voor den HEERE H2617 Zijn goedertierenheid H3034 H8686 loven H6381 H8737 , en Zijn wonderwerken H1121 voor de kinderen H120 der mensen.
  22 H2077 H8426 En dat zij lofofferen H2076 H8799 offeren H7440 , en met gejuich H4639 Zijn werken H5608 H8762 vertellen.
  23 H591 Die met schepen H3220 ter zee H3381 H8802 afvaren H4399 , handel H6213 H8802 doende H7227 op grote H4325 wateren;
  24 H7200 H8804 Die zien H4639 de werken H3068 des HEEREN H6381 H8737 , en Zijn wonderwerken H4688 in de diepte.
  25 H559 H8799 Als Hij spreekt H5591 H7307 , zo doet Hij een stormwind H5975 H8686 opstaan H1530 , die haar golven H7311 H8787 omhoog verheft.
  26 H5927 H8799 Zij rijzen op H8064 naar den hemel H3381 H8799 ; zij dalen neder H8415 tot in de afgronden H5315 ; hun ziel H4127 H8709 versmelt H7451 van angst.
  27 H2287 H8799 Zij dansen H5128 H8799 en waggelen H7910 als een dronken man H2451 , en al hun wijsheid H1104 H8691 wordt verslonden.
  28 H6817 H8799 Doch roepende H3068 tot den HEERE H6862 in de benauwdheid H3318 H8686 , die zij hadden, zo voerde Hij hen uit H4691 hun angsten.
  29 H6965 H8686 Hij doet H5591 den storm H1827 stilstaan H1530 , zodat hun golven H2814 H8799 stilzwijgen.
  30 H8055 H8799 Dan zijn zij verblijd H8367 H8799 , omdat zij gestild zijn H4231 , en dat Hij hen tot de haven H2656 hunner begeerte H5148 H8686 geleid heeft.
  31 H3068 Laat hen voor den HEERE H2617 Zijn goedertierenheid H3034 H8686 loven H6381 H8737 , en Zijn wonderwerken H1121 voor de kinderen H120 der mensen;
  32 H7311 H8787 En Hem verhogen H6951 in de gemeente H5971 des volks H4186 , en in het gestoelte H2205 der oudsten H1984 H8762 Hem roemen.
  33 H7760 H8799 Hij stelt H5104 de rivieren H4057 tot een woestijn H4325 H4161 , en watertochten H6774 tot dorstig [land].
  34 H6529 Het vruchtbaar H776 land H4420 tot zouten H7451 [grond], om de boosheid H3427 H8802 dergenen, die daarin wonen.
  35 H7760 H8799 Hij stelt H4057 de woestijn H98 H4325 tot een waterpoel H6723 , en het dorre H776 land H4325 H4161 tot watertochten.
  36 H7457 En Hij doet de hongerigen H3427 H8686 aldaar wonen H3559 H8787 , en zij stichten H5892 een stad H4186 ter woning;
  37 H2232 H8799 En bezaaien H7704 akkers H5193 H8799 , en planten H3754 wijngaarden H8393 , die inkomende H6529 vrucht H6213 H8799 voortbrengen.
  38 H1288 H8762 En Hij zegent H3966 hen, zodat zij zeer H7235 H8799 vermenigvuldigen H929 , en hun vee H4591 H8686 vermindert Hij niet.
  39 H4591 H8799 Daarna verminderen zij H7817 H8799 , en komen ten onder H6115 , door verdrukking H7451 , kwaad H3015 en droefenis.
  40 H8210 H8802 Hij stort H937 verachting H5081 uit over de prinsen H8582 H8686 , en doet hen dwalen H8414 in het woeste H1870 , waar geen weg is.
  41 H7682 H0 Maar Hij brengt H34 den nooddruftige H6040 uit de verdrukking H7682 H8762 in een hoog vertrek H7760 H8799 , en maakt H4940 de huisgezinnen H6629 als kudden.
  42 H3477 De oprechten H7200 H8799 zien H8055 H8799 het, en zijn verblijd H5766 , maar alle ongerechtigheid H7092 H8804 stopt H6310 haar mond.
  43 H2450 Wie is wijs H8104 H8799 ? Die neme deze [dingen] waar H995 H8709 ; en dat zij verstandelijk letten H2617 op de goedertierenheden H3068 des HEEREN.