Matthew 21:34 Cross References - DSV_Strongs

  34 G3753 Toen G1161 nu G2540 de tijd G2590 der vruchten G1448 G5656 genaakte G649 G5656 , zond hij G846 zijn G1401 dienstknechten G4314 tot G1092 de landlieden G846 , om zijn G2590 vruchten G2983 G5629 te ontvangen.

2 Kings 17:13-23

  13 H3068 Als nu de HEERE H3478 tegen Israel H3063 en tegen Juda H3027 , door den dienst H3605 van alle H5030 profeten H3605 , van alle H2374 zieners H5749 H8686 , betuigd had H559 H8800 , zeggende H7725 H8798 : Bekeert u H4480 van H7451 uw boze H1870 wegen H8104 H8798 en houdt H4687 Mijn geboden H2708 , [en] Mijn inzettingen H3605 , naar al H8451 de wet H834 , die H1 Ik uw vaderen H6680 H8765 geboden heb H834 , en die H413 Ik tot H3027 u door de hand H5650 van Mijn knechten H5030 , de profeten H7971 H8804 , gezonden heb;
  14 H8085 H8804 Zo hoorden zij H3808 niet H7185 H8686 , maar zij verhardden H6203 hun nek H6203 , gelijk de nek H1 hunner vaderen H834 geweest was, die H3068 aan den HEERE H430 , hun God H3808 , niet H539 H8689 geloofd hadden.
  15 H3988 H8799 Daartoe verwierpen zij H2706 Zijn inzettingen H1285 , en Zijn verbond H834 , dat H1 Hij met hun vaderen H3772 H8804 gemaakt had H5715 , en Zijn getuigenissen H834 , die H5749 H8689 Hij tegen hen betuigd had H3212 H8799 , en wandelden H1892 de ijdelheid H310 na H1891 H8799 , dat zij ijdel werden H310 , en achter H1471 de heidenen H834 , die H5439 rondom H834 hen waren, van dewelke H3068 de HEERE H853 hun H6680 H8765 geboden had H1115 , dat zij niet H6213 H8800 zouden doen gelijk die.
  16 H5800 H8799 Ja, zij verlieten H3605 al H4687 de geboden H3068 des HEEREN H430 , huns Gods H6213 H8799 , en maakten zich H4541 gegoten beelden H8147 , twee H5695 kalveren H6213 H8799 ; en maakten H842 bossen H7812 H8691 , en bogen zich H3605 voor alle H6635 heir H8064 des hemels H5647 H8799 , en dienden H1168 Baal.
  17 H1121 Ook deden zij hun zonen H1323 en hun dochteren H784 door het vuur H5674 H8686 gaan H7080 H8799 , en gebruikten H7081 waarzeggerijen H5172 H8762 , en gaven op vogelgeschrei acht H4376 H8691 , en verkochten zich H6213 H8800 , om te doen H7451 dat kwaad H5869 was in de ogen H3068 des HEEREN H3707 H8687 , om Hem tot toorn te verwekken.
  18 H599 H8691 Daarom vertoornde zich H3068 de HEERE H3966 zeer H3478 over Israel H5493 H8686 , dat Hij hen wegdeed H4480 H5921 van H6440 Zijn aangezicht H7604 H0 ; er bleef H3808 niets H7604 H8738 over H7535 , behalve H7626 de stam H3063 van Juda H909 alleen.
  19 H1571 Zelfs H8104 H8804 hield H3063 Juda H4687 de geboden H3068 des HEEREN H430 , huns Gods H3808 , niet H3212 H8799 ; maar zij wandelden H2708 in de inzettingen H3478 van Israel H834 , die H6213 H8804 zij gemaakt hadden.
  20 H3988 H8799 Zo verwierp H3068 de HEERE H3605 het ganse H2233 zaad H3478 van Israel H6031 H8762 , en bedrukte H5414 H8799 hen, en gaf H3027 ze in de hand H8154 H8802 der rovers H5704 H834 , totdat H4480 Hij hen van H6440 Zijn aangezicht H7993 H8689 weggeworpen had.
  21 H3588 Want H7167 H8804 Hij scheurde H3478 Israel H4480 H5921 van H1004 het huis H1732 van David H4427 H0 af, en zij maakten H3379 Jerobeam H1121 , den zoon H5028 van Nebat H4427 H8686 , koning H3379 ; en Jerobeam H5080 H8686 H8675 H5077 H8686 dreef H3478 Israel H4480 af van H310 achter H3068 den HEERE H1419 , en hij deed ze een grote H2401 zonde H2398 H8689 zondigen.
  22 H3212 H8799 Alzo wandelden H1121 de kinderen H3478 Israels H3605 in alle H2403 zonden H3379 van Jerobeam H834 die H6213 H8804 hij gedaan had H5493 H8804 ; zij weken H4480 daarvan H3808 niet af;
  23 H5704 H834 Totdat H3068 de HEERE H3478 Israel H4480 H5921 van H6440 Zijn aangezicht H5493 H8689 wegdeed H834 , gelijk als H1696 H8765 Hij gesproken had H3027 door den dienst H3605 van al H5650 Zijn knechten H5030 , de profeten H3478 ; alzo werd Israel H1540 H8799 weggevoerd H4480 H5921 uit H127 zijn land H804 naar Assyrie H5704 , tot H2088 op dezen H3117 dag.

2 Chronicles 36:15-16

  15 H3068 En de HEERE H430 , de God H1 hunner vaderen H7971 H8799 , zond H5921 tot H3027 hen, door de hand H4397 Zijner boden H7925 H8687 , vroeg op zijnde H7971 H8800 , om [die] te zenden H3588 ; want H2550 H8804 H5921 Hij verschoonde H5971 Zijn volk H5921 en H4583 Zijn woning.
  16 H1961 H8799 H3931 H8688 Maar zij spotten H4397 met de boden H430 Gods H959 H8802 , en verachtten H1697 Zijn woorden H8591 H8700 ; zij verleidden zichzelven H5030 tegen Zijn profeten H5704 ; totdat H2534 de grimmigheid H3068 des HEEREN H5971 tegen Zijn volk H5927 H8800 opging H5704 , dat H369 H0 er geen H4832 helen H369 aan was.

Nehemiah 9:29-30

  29 H5749 H8686 En Gij hebt tegen hen betuigd H7725 H8687 , om hen te doen wederkeren H413 tot H8451 Uw wet H1922 ; maar zij H2102 H8689 hebben trotselijk gehandeld H3808 , en niet H8085 H8804 gehoord H4687 naar Uw geboden H4941 , en tegen Uw rechten H2398 H8804 , tegen dezelve hebben zij gezondigd H834 , door dewelke H120 een mens H6213 H8799 , die ze doet H2421 H8804 , leven zal H3802 ; en zij hebben hun schouder H5414 H8799 H5637 H8802 teruggetogen H6203 , en hun nek H7185 H8689 verhard H3808 , en niet H8085 H8804 gehoord.
  30 H4900 H8799 Doch Gij vertoogt H7227 het vele H8141 jaren H5921 over H5749 H8686 hen, en betuigdet H7307 tegen hen door Uw Geest H3027 , door den dienst H5030 Uwer profeten H238 H8689 , maar zij neigden het oor H3808 niet H5414 H8799 ; daarom hebt Gij hen gegeven H3027 in de hand H5971 van de volken H776 der landen.

Song of Songs 8:11-12

  11 H8010 Salomo H3754 had een wijngaard H1174 , te Baal-hamon H5414 H8804 ; hij gaf H3754 dezen wijngaard H5201 H8802 aan de hoeders H376 , een ieder H935 H8686 bracht H6529 voor deszelfs vrucht H505 duizend H3701 zilverlingen.
  12 H3754 Mijn wijngaard H6440 , dien ik heb, is voor mijn aangezicht H505 ; de duizend H8010 [zilverlingen] zijn voor u, o Salomo H3967 ! maar tweehonderd H5201 H8802 zijn voor de hoeders H6529 van deszelfs vrucht.

Isaiah 5:4

  4 H6213 H8800 Wat is er meer te doen H3754 aan Mijn wijngaard H6213 H8804 , hetwelk Ik aan hem niet gedaan heb H4069 ? Waarom H6960 H8765 heb Ik verwacht H6025 , dat hij [goede] druiven H6213 H8800 voortbrengen zou H891 , en hij heeft stinkende druiven H6213 H8799 voortgebracht?

Jeremiah 25:3-7

  3 H7969 H6240 Van het dertiende H8141 jaar H2977 van Josia H1121 , den zoon H526 van Amon H4428 , den koning H3063 van Juda H3117 , tot op dezen dag H7969 toe (dit is het drie H6242 en twintigste H8141 jaar H1697 ) is het woord H3068 des HEEREN H1696 H8762 tot mij geschied; en ik heb tot ulieden gesproken H7925 H8687 , vroeg op zijnde H1696 H8763 en sprekende H8085 H8804 , maar gij hebt niet gehoord.
  4 H3068 Ook heeft de HEERE H7971 H8804 tot u gezonden H5650 al Zijn knechten H5030 , de profeten H7925 H8687 , vroeg op zijnde H7971 H8800 en zendende H8085 H8804 (maar gij hebt niet gehoord H241 , noch uw oor H5186 H8689 geneigd H8085 H8800 om te horen);
  5 H559 H8800 Zeggende H7725 H8798 : Bekeert u H376 toch, een iegelijk H7451 van zijn bozen H1870 weg H7455 , en van de boosheid H4611 uwer handelingen H3427 H8798 , en woont H127 in het land H3068 , dat de HEERE H1 u en uw vaderen H5414 H8804 gegeven heeft H5769 , van eeuw H5704 tot H5769 in eeuw;
  6 H3212 H8799 En wandelt H312 andere H430 goden H310 niet na H5647 H8800 , om die te dienen H7812 H8692 , en u voor die neder te buigen H3707 H8686 ; en vertoornt H3027 Mij niet door uwer handen H4639 werk H7489 H8686 , opdat Ik u geen kwaad doe.
  7 H8085 H8804 Maar gij hebt naar Mij niet gehoord H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H3707 H8687 ; opdat gij Mij vertoorndet H4639 door het werk H3027 uwer handen H7451 , u zelven ten kwade.

Jeremiah 35:15

  15 H7971 H8799 En Ik heb tot u gezonden H5650 al Mijn knechten H5030 , de profeten H7925 H8687 , vroeg op zijnde H7971 H8800 en zendende H559 H8800 , om te zeggen H7725 H8798 : Bekeert u H376 toch, een iegelijk H7451 van zijn bozen H1870 weg H3190 H0 , en maakt H4611 uw handelingen H3190 H8685 goed H3212 H8799 , en wandelt H312 andere H430 goden H310 niet na H5647 H8800 , om hen te dienen H127 , zo zult gij in het land H3427 H8798 blijven H1 , dat Ik u en uw vaderen H5414 H8804 gegeven heb H241 ; maar gij hebt uw oor H5186 H8689 niet geneigd H8085 H8804 , en naar Mij niet gehoord.

Zechariah 1:3-6

  3 H559 H8804 Daarom zeg H413 tot H3541 hen: Alzo H559 H8804 zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H7725 H8798 : Keert weder H413 tot H5002 H8803 Mij, spreekt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H413 , zo zal Ik weder tot H7725 H8799 ulieden keren H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen.
  4 H1961 H8799 Weest H408 niet H1 als uw vaderen H413 , tot H834 dewelke H7223 de vorige H5030 profeten H7121 H8804 riepen H559 H8800 , zeggende H3541 : Alzo H559 H8804 zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H7725 H8798 : Bekeert u H4994 toch H4480 van H7451 uw boze H1870 wegen H7451 , en uw boze H4611 handelingen H8085 H8804 ; maar zij hoorden H3808 niet H7181 H8689 , en zij luisterden H3808 niet H413 naar H5002 H8803 Mij, spreekt H3068 de HEERE.
  5 H1 Uw vaderen H346 , waar H1992 zijn die H5030 ? En de profeten H5769 , zullen zij in eeuwigheid H2421 H8799 leven?
  6 H389 Nochtans H1697 Mijn woorden H2706 en Mijn inzettingen H834 , die H5650 Ik Mijn knechten H5030 , den profeten H6680 H8765 , geboden had H1 , hebben zij uw vaders H3808 niet H5381 H8689 getroffen H7725 H8799 ? zodat zij wederkerende H559 H8799 zeiden H834 : Gelijk als H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H2161 H8804 gedacht heeft H6213 H8800 ons te doen H1870 , naar onze wegen H4611 en naar onze handelingen H3651 , alzo H853 heeft Hij met H6213 H8804 ons gedaan.

Zechariah 7:9-13

  9 H3541 Alzo H559 H8804 sprak H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H559 H8800 , zeggende H8199 H8798 : Richt H571 een waarachtig H4941 gericht H6213 H8798 , en doet H2617 goedertierenheid H7356 en barmhartigheden H376 , de een H251 aan den ander;
  10 H6231 H8799 En verdrukt H490 de weduwe H408 noch H3490 den wees H1616 , den vreemdeling H6041 noch den ellendige H2803 H8799 ; en denkt H408 niet H3824 in uw hart H376 de een H251 des anderen H7451 kwaad.
  11 H3985 H8762 Maar zij weigerden H7181 H8687 op te merken H5414 H0 H5637 H0 , en togen H3802 hun schouder H5414 H8799 H5637 H8802 terug H3513 H8689 , en zij verzwaarden H241 hun oren H8085 H8800 , opdat zij niet hoorden.
  12 H7760 H8804 En zij maakten H3820 hun hart H8068 [als] een diamant H8085 H8800 , opdat zij niet hoorden H8451 de wet H1697 en de woorden H834 , die H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H7971 H8804 zond H7307 in Zijn Geest H3027 , door den dienst H7223 der vorige H5030 profeten H1961 H8799 , waaruit ontstaan is H1419 een grote H7110 toorn H4480 van H3068 den HEERE H6635 der heirscharen.
  13 H1961 H8799 Daarom is het geschied H834 , gelijk als H7121 H8804 Hij geroepen had H3808 , doch zij niet H8085 H8804 gehoord hebben H3651 , alzo H7121 H8799 riepen zij H8085 H8799 ook, maar Ik hoorde H3808 niet H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen;

Matthew 22:3

  3 G2532 En G649 G5656 zond G846 zijn G1401 dienstknechten G2564 G5772 uit, om de genoden G1519 ter G1062 bruiloft G2564 G5658 te roepen G2532 ; en G2309 G5707 zij wilden G3756 niet G2064 G5629 komen.

Mark 12:2-5

  2 G2532 En G2540 als het de tijd G649 G5656 was, zond hij G1401 een dienstknecht G4314 tot G1092 de landlieden G2443 , opdat G3844 hij van G1092 de landlieden G2983 G5632 ontving G575 van G2590 de vrucht G290 des wijngaards.
  3 G1161 Maar G2983 G5631 zij namen G1194 G5656 en sloegen G846 hem G2532 , en G649 G zonden G2756 [hem] ledig G649 G5656 heen.
  4 G2532 En G649 G5656 hij zond G3825 wederom G243 een anderen G1401 dienstknecht G4314 tot G846 hen G2548 , en dien G3036 G5660 stenigden zij G2775 G5656 , en wondden hem het hoofd G2532 , en G649 G5656 zonden [hem] henen G821 G5772 , schandelijk behandeld zijnde.
  5 G2532 En G3825 wederom G649 G5656 zond hij G243 een anderen G2548 , en dien G615 G5656 doodden zij G2532 ; en G4183 vele G243 anderen G3303 , G1194 G5723 [waarvan] zij sommigen sloegen G1161 , en G615 G5723 sommigen doodden.

Luke 20:10-19

  10 G2532 En G1722 als G2540 het de tijd G649 G5656 was, zond hij G4314 tot G1092 de landlieden G1401 een dienstknecht G2443 , opdat G846 zij hem G575 van G2590 de vrucht G290 des wijngaards G1325 G5632 geven zouden G1161 ; maar G1092 de landlieden G1194 G5660 sloegen G846 denzelven G1821 G , en zonden G2756 [hem] ledig G1821 G5656 heen.
  11 G2532 En G4369 G5639 wederom G3992 G5658 zond hij G2087 nog een anderen G1401 dienstknecht G1161 ; maar G2548 ook G1194 G5660 dien geslagen G2532 en G818 G5660 smadelijk behandeld hebbende G1821 G , zonden zij G2756 [hem] ledig G1821 G5656 heen.
  12 G2532 En G4369 G5639 wederom G3992 G5658 zond hij G5154 nog een derden G1161 ; maar G5135 G5660 zij verwondden G2532 ook G5126 dezen G1544 G5627 , en wierpen [hem] uit.
  13 G1161 En G2962 de heer G290 des wijngaards G2036 G5627 zeide G5101 : Wat G4160 G5661 zal ik doen G3450 ? Ik zal mijn G27 geliefden G5207 zoon G3992 G5692 zenden G2481 ; mogelijk G5126 dezen G1492 G5631 ziende G1788 G5691 , zullen zij [hem] ontzien.
  14 G1161 Maar G1092 als de landlieden G846 hem G1492 G5631 zagen G1260 G5711 , overleiden zij G4314 onder G1438 elkander G3004 G5723 , en zeiden G3778 : Deze G2076 G5748 is G2818 de erfgenaam G1205 G5773 ; komt G615 G , laat ons G846 hem G615 G5725 doden G2443 , opdat G2817 de erfenis G2257 onze G1096 G5638 worde.
  15 G2532 En G846 als zij hem G1854 buiten G290 den wijngaard G1544 G5631 uitgeworpen hadden G615 G5656 , doodden zij G5101 [hem]. Wat G3767 zal dan G2962 de heer G290 des wijngaards G846 hun G4160 G5692 doen?
  16 G2064 G5695 Hij zal komen G2532 en G5128 deze G1092 landlieden G622 G5692 verderven G2532 , en G290 zal den wijngaard G243 aan anderen G1325 G5692 geven G1161 . En G191 G5660 als zij [dat] hoorden G2036 G5627 , zeiden zij G3361 G1096 G5636 : Dat zij verre!
  17 G1161 Maar G1689 G Hij zag G846 hen G1689 G5660 aan G2036 G5627 , en zeide G5101 : Wat G2076 G5748 is G3767 dan G5124 dit G1125 G5772 , hetwelk geschreven staat G3037 : De steen G3739 , dien G3618 G5723 de bouwlieden G593 G5656 verworpen hebben G3778 , deze G2776 is tot een hoofd G1519 des G1137 hoeks G1096 G5675 geworden?
  18 G3956 Een iegelijk G1909 , die op G1565 dien G3037 steen G4098 G5631 valt G4917 G5701 , zal verpletterd worden G1161 , en G1909 op G3739 G302 wien G4098 G5632 hij valt G846 , dien G3039 G5692 zal hij vermorzelen.
  19 G2532 En G749 de overpriesteren G2532 en G1122 de Schriftgeleerden G2212 G5656 zochten G1722 te G846 dierzelver G5610 ure G5495 de handen G1909 aan G846 Hem G1911 G5629 te slaan G2532 ; maar G5399 G5675 zij vreesden G2992 het volk G1063 ; want G1097 G5627 zij verstonden G3754 , dat G5026 Hij deze G3850 gelijkenis G4314 tegen G846 hen G2036 G5627 gesproken had.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.