Psalms 96:5 Cross References - DSV_Strongs
Genesis 1:1
Psalms 115:3-8
4
H6091
Hunlieder afgoden
H3701
zijn zilver
H2091
en goud
H4639
, het werk
H120
van des mensen
H3027
handen;
5
H6310
Zij hebben een mond
H1696 H8762
, maar spreken
H5869
niet; zij hebben ogen
H7200 H8799
, maar zien niet;
6
H241
Oren
H8085 H8799
hebben zij, maar horen
H639
niet; zij hebben een neus
H7306 H8686
, maar zij rieken niet;
Psalms 115:15
Psalms 135:15
Psalms 135:18
Isaiah 42:5
5
H559 H8804
Alzo zegt
H410
God
H3068
, de HEERE
H8064
, Die de hemelen
H1254 H8802
geschapen
H5186 H8802
, en dezelve uitgebreid heeft
H776
, Die de aarde
H7554 H8802
uitgespannen heeft
H6631
, en wat daaruit voortkomt
H5971
; Die den volke
H5397
, [dat] daarop is, den adem
H5414 H8802
geeft
H7307
, en den geest
H1980 H8802
dengenen, die daarop wandelen:
Isaiah 44:8-28
8
H6342 H8799
Verschrikt
H7297 H8799 H8676 H7297 H8804
niet, en vreest
H227
niet; heb Ik het u van toen
H8085 H8689
af niet doen horen
H5046 H8689
en verkondigd
H5707
? Want gijlieden zijt Mijn getuigen
H3426
: is er
H433
ook een God
H1107
behalve
H6697
Mij? Immers, is er geen [andere] rotssteen
H3045 H8804
: Ik ken er geen?
9
H3335 H8802
De formeerders
H6459
van gesneden beelden
H8414
zijn al te zamen ijdelheid
H2530 H8803
, en hun gewenste dingen
H3276 H8686
doen geen nut
H5707
; ja, zij zelven zijn hun getuigen
H7200 H8799
; zij zien
H3045 H8799
niet, en zij weten
H954 H8799
niet, daarom zullen zij beschaamd worden.
10
H3335 H8804
Wie formeert
H410
een god
H5258 H8804
, en giet
H6459
een beeld
H1115
, dat geen
H3276 H8687
nut doet?
11
H2270
Ziet, al hun medegenoten
H954 H8799
zullen beschaamd worden
H2796
, want de werkmeesters
H120
zijn uit de mensen
H6908 H8691
; dat zij zich altemaal vergaderen
H5975 H8799
, dat zij opstaan
H6342 H8799
, zij zullen verschrikken
H3162
, zij zullen te zamen
H954 H8799
beschaamd worden.
12
H1270 H2796
De ijzersmid
H4621
[maakt] een bijl
H6466 H8804
, en werkt
H6352
in den gloed
H3335 H8799
, en formeert
H4717
het met hamers
H6466 H8799
, en werkt
H3581
het met zijn sterken
H2220
arm
H7457
; ook lijdt hij honger
H3581 H369
, totdat hij krachteloos
H8354 H8804
wordt, hij drinkt
H4325
geen water
H3286 H8799
, totdat hij amechtig wordt.
13
H2796 H6086
De timmerman
H5186 H8804
trekt
H6957
het richtsnoer
H8388 H8762
uit, hij tekent het af
H8279
met den draad
H6213 H8799
, hij maakt
H4741
het [effen] met de schaven
H8388 H8762
, en tekent
H4230
het met den passer
H6213 H8799
, en maakt
H8403
het naar de beeltenis
H376
eens mans
H8597
, naar de schoonheid
H120
van een mens
H1004
, dat het in het huis
H3427 H8800
blijve.
14
H730
Als hij zich cederen
H3772 H8800
afhouwt
H3947 H8799
, zo neemt hij
H8645
een cypressenboom
H437
of een eik
H553 H8762
, en hij versterkt zich
H6086
onder de bomen
H3293
des wouds
H5193 H8804
; hij plant
H766
een olmboom
H1653
, en de regen
H1431 H8762
maakt [dien] groot.
15
H120
Dan is het voor den mens
H1197 H8763
om te verbranden
H3947 H8799
, dan neemt hij
H2552 H8799
daarvan, en warmt er zich
H5400 H8686
bij; ook ontsteekt hij
H644 H8804
het, en bakt
H3899
er brood
H6466 H8799
bij; daarenboven maakt hij
H410
er een god
H7812 H8691
van, en buigt zich
H6213 H8804
[daarvoor], hij maakt
H6459
er een gesneden beeld
H5456 H8799
van, en knielt er voor neder.
16
H2677
Zijn helft
H8313 H8804
brandt hij
H1119
in
H784
het vuur
H2677
, bij de [andere] helft
H398 H8799
daarvan eet hij
H1320
vlees
H6740 H8799
; hij braadt
H6748
een gebraad
H7646 H8799
, en hij wordt verzadigd
H2552 H8799
; ook warmt hij
H559 H8799
zichzelven, en hij zegt
H1889
: Hei
H2552 H8804
! ik ben warm geworden
H217
, ik heb het vuur
H7200 H8804
gezien!
17
H7611
Het overige
H6213 H8804
nu daarvan maakt hij
H410
tot een god
H6459
, tot zijn gesneden beeld
H5456 H8799
; hij knielt er voor neder
H7812 H8691
, en buigt zich
H6419 H8691
, en bidt het aan
H559 H8799
, en zegt
H5337 H8685
: Red
H410
mij, want gij zijt mijn god!
18
H3045 H8804
Zij weten
H995 H8799
niet, en verstaan
H5869
niet, want het heeft hun ogen
H2902 H8804
bestreken
H7200 H8800
, dat zij niet zien
H3826
, [en] hun harten
H7919 H8687
, dat zij niet verstaan.
19
H7725 H8686
En niemand [van] [hen] brengt
H3820
het in zijn hart
H1847
, en er is noch kennis
H8394
noch verstand
H559 H8800
, dat hij zeggen zou
H2677
: De helft
H8313 H8804
daarvan heb ik verbrand
H1119
in
H784
het vuur
H1513
, ja, ook op de kolen
H3899
daarvan heb ik brood
H644 H8804
gebakken
H1320
, ik heb vlees
H6740 H8799
[daarbij] gebraden
H398 H8799
, en heb het gegeten
H3499
; en zou ik het overblijfsel
H8441
daarvan tot een gruwel
H6213 H8799
maken
H5456 H8799
, zou ik nederknielen
H6086
voor hetgeen van een boom
H944
gekomen is?
20
H7462 H8802
Hij voedt zich
H665
met as
H2048 H8795
, het bedrogen
H3820
hart
H5186 H8689
heeft hem [ter] [zijde] afgeleid
H5315
; zodat hij zijn ziel
H5337 H8686
niet redden kan
H559 H8799
, noch zeggen
H8267
: Is er niet een leugen
H3225
in mijn rechterhand?
21
H2142 H8798
Gedenk
H3290
aan deze dingen, o Jakob
H3478
, en Israel
H5650
! Want gij zijt Mijn knecht
H3335 H8804
, Ik heb u geformeerd
H5650
; gij zijt Mijn knecht
H3478
, Israel
H5382 H8735
, gij zult van Mij niet vergeten worden.
22
H4229 H8804
Ik delg
H6588
uw overtredingen
H5645
uit als een nevel
H2403
, en uw zonden
H6051
als een wolk
H7725 H8798
; keer weder
H1350 H8804
tot Mij, want Ik heb u verlost.
23
H7442 H8798
Zingt met vreugde
H8064
, gij hemelen
H3068
! want de HEERE
H6213 H8804
heeft het gedaan
H7321 H8685
; juicht
H8482
, gij benedenste delen
H776
der aarde
H2022
! gij bergen
H6476 H8798
! maakt een groot gedreun
H7440
met vreugdegezang
H3293
, gij bossen
H6086
, en alle geboomte
H3068
daarin! Want de HEERE
H3290
heeft Jakob
H1350 H8804
verlost
H6286 H8691
, en Zich heerlijk gemaakt
H3478
in Israel.
24
H559 H8804
Alzo zegt
H3068
de HEERE
H1350 H8802
, uw Verlosser
H3335 H8802
, en Die u geformeerd heeft
H990
van den buik
H3068
af: Ik ben de HEERE
H6213 H8802
, Die alles doet
H8064
, Die den hemel
H5186 H8802
uitbreidt
H776
, Ik alleen, en Die de aarde
H7554 H8802
uitspant door Mijzelven;
25
H226
Die de tekenen
H907
der leugendichters
H6565 H8688
vernietigt
H7080 H8802
, en de waarzeggers
H1984 H8779
dol maakt
H2450
; Die de wijzen
H268
achterwaarts
H7725 H8688
doet keren
H1847
, en [Die] hun wetenschap
H5528 H8762
verdwaast;
26
H1697
Die het woord
H5650
Zijns knechts
H6965 H8688
bevestigt
H6098
, en den raad
H4397
Zijner boden
H7999 H8686
volbrengt
H3389
; Die tot Jeruzalem
H559 H8802
zegt
H3427 H8714
: Gij zult bewoond worden
H5892
; en tot de steden
H3063
van Juda
H1129 H8735
: Gij zult herbouwd worden
H2723
, en Ik zal haar verwoeste plaatsen
H6965 H8787
oprichten.
Isaiah 46:1-2
Jeremiah 10:3-5
3
H2708
Want de inzettingen
H5971
der volken
H1892
zijn ijdelheid
H6086
; want het is hout
H3293
, dat men uit het woud
H3772 H8804
gehouwen heeft
H4639
, een werk
H2796
van des werkmeesters
H3027
handen
H4621
met de bijl.
4
H3302 H8762
Men pronkt het op
H3701
met zilver
H2091
en met goud
H2388 H8762
; zij hechten
H4548
ze met nagelen
H4717
en met hameren
H6328 H8686
, opdat het niet waggele.
5
H8560
Zij zijn gelijk een palmboom
H4749
van dicht werk
H1696 H8762
, maar kunnen niet spreken
H5375 H8800
; zij moeten
H5375 H8735
gedragen worden
H6805 H8799
, want zij kunnen niet gaan
H3372 H8799
; vreest
H7489 H8686
niet voor hen, want zij kunnen geen kwaad doen
H3190 H8687
, ook is er geen goeddoen bij hen.
Jeremiah 10:11-12
Jeremiah 10:14-15
Acts 19:26
26
G2532
En
G2334 G5719
gij ziet
G2532
en
G191 G5719
hoort
G3754
, dat
G3778
deze
G3972
Paulus
G2425
veel
G3793
volk
G3756
, niet
G3440
alleen
G2181
van Efeze
G235
, maar
G4975
ook bijna
G3956
van geheel
G773
Azie
G3982 G5660
, overreed
G3179 G5656
en afgekeerd heeft
G3004 G5723
, zeggende
G3754
, dat
G3756
het geen
G2316
goden
G1526 G5748
zijn
G3588
, die
G1223
met
G5495
handen
G1096 G5740
gemaakt worden.