Jeremiah 52:11-27

DSV_Strongs(i)
  11 H5786 H8765 En hij verblindde H5869 de ogen H6667 van Zedekia H631 H8799 , en hij bond H5178 hem met twee koperen ketenen H935 H8686 ; alzo bracht H4428 hem de koning H894 van Babel H894 naar Babel H5414 H8799 , en stelde H1004 H6486 hem in het gevangenhuis H3117 , tot den dag H4194 zijns doods toe.
  12 H2549 Daarna, in de vijfde H2320 maand H6218 , op den tienden H2320 der maand H8672 H6240 H8141 (dit jaar was het negentiende H8141 jaar H4428 van den koning H5019 Nebukadrezar H4428 , den koning H894 van Babel H5018 ), als Nebuzaradan H7227 , de overste H2876 der trawanten H6440 , die voor het aangezicht H4428 des konings H894 van Babel H5975 H8804 stond H3389 , te Jeruzalem H935 H8804 gekomen was;
  13 H8313 H8799 Zo verbrandde hij H1004 het huis H3068 des HEEREN H1004 en het huis H4428 des konings H1004 ; mitsgaders alle huizen H3389 van Jeruzalem H1004 en alle huizen H1419 der groten H8313 H8804 verbrandde hij H784 met vuur.
  14 H2428 En het ganse heir H3778 der Chaldeen H7227 , dat met den overste H2876 der trawanten H5422 H0 was, brak H2346 alle muren H3389 van Jeruzalem H5439 rondom H5422 H8804 af.
  15 H1803 Van de armsten H5971 nu des volks H3499 en het overige H5971 des volks H5892 , die in de stad H7604 H8737 overgelaten waren H5307 H8802 , en de afvalligen H4428 , die tot den koning H894 van Babel H5307 H8804 gevallen waren H3499 , en het overige H527 der menigte H1540 H0 , voerde H5018 Nebuzaradan H7227 , de overste H2876 der trawanten H1540 H8689 , gevankelijk weg.
  16 H1803 Maar van de armsten H776 des lands H7604 H0 liet H5018 Nebuzaradan H7227 , de overste H2876 der trawanten H7604 H8689 , [enigen] over H3755 tot wijngaardeniers H3009 H8802 en tot akkerlieden.
  17 H7665 H8765 Verder braken H3778 de Chaldeen H5178 de koperen H5982 pilaren H1004 , die in het huis H3068 des HEEREN H4350 waren, en de stellingen H5178 , en de koperen H3220 zee H1004 , die in het huis H3068 des HEEREN H5375 H8799 was; en zij voerden H5178 al het koper H894 daarvan naar Babel.
  18 H3947 H8804 Ook namen zij H5518 de potten H3257 en de schoffelen H4212 , en de gaffelen H4219 , en de sprengbekkens H3709 , en de rookschalen H5178 , en al de koperen H3627 vaten H8334 H8762 , waar men den dienst mede deed.
  19 H7227 En de overste H2876 der trawanten H3947 H8804 nam weg H5592 de schalen H4289 , en de wierookvaten H4219 , en de sprengbekkens H5518 , en de potten H4501 , en de kandelaars H3709 , en de rookschalen H4518 , en de kroezen H2091 ; wat geheel H2091 goud H3701 , en wat geheel H3701 zilver was.
  20 H8147 De twee H5982 pilaren H259 , de ene H3220 zee H8147 H6240 , en de twaalf H5178 koperen H1241 runderen H4350 , die in de plaats der stellingen H4428 waren, die de koning H8010 Salomo H1004 voor het huis H3068 des HEEREN H6213 H8804 gemaakt had H5178 ; het koper H3627 daarvan, [te] [weten] van al deze vaten H4948 , was zonder gewicht.
  21 H5982 Aangaande de pilaren H8083 H6240 , achttien H520 ellen H6967 was de hoogte H259 eens H5982 pilaars H2339 , en een draad H8147 H6240 van twaalf H520 ellen H5437 H8799 omving H5672 hem; en zijn dikte H702 was vier H676 vingeren H5014 H8803 , [en] hij was hol.
  22 H3805 En het kapiteel H5178 daarop was koper H6967 , en de hoogte H259 des enen H3805 kapiteels H2568 was vijf H520 ellen H7639 , en een net H7416 , en granaatappelen H3805 op het kapiteel H5439 rondom H5178 , alles koper H8145 ; en dezen gelijk had de andere H5982 pilaar H7416 , met granaatappelen.
  23 H7416 En de granaatappelen H8337 waren zes H8673 en negentig H7307 , [gezet] naar den wind H7416 ; alle granaatappelen H3967 waren honderd H7639 , over het net H5439 rondom.
  24 H3947 H8799 Ook nam H7227 de overste H2876 der trawanten H8304 Seraja H7218 H3548 , den hoofdpriester H6846 , en Zefanja H4932 , den tweeden H3548 priester H7969 , en de drie H8104 H8802 H5592 dorpelbewaarders.
  25 H5892 En uit de stad H3947 H8804 nam hij H259 een H5631 hoveling H582 H4421 , die over de krijgslieden H6496 gesteld was H7651 , en zeven H582 mannen H4428 uit degenen, die des konings H6440 aangezicht H7200 H8802 zagen H5892 , die in de stad H4672 H8738 gevonden werden H8269 , mitsgaders den oversten H5608 H8802 schrijver H6635 des heirs H5971 , die het volk H776 des lands H6633 H8688 ten oorlog opschreef H8346 , en zestig H376 mannen H5971 van het volk H776 des lands H8432 , die in het midden H5892 der stad H4672 H8737 gevonden werden.
  26 H5018 Als Nebuzaradan H7227 , de overste H2876 der trawanten H3947 H8799 , dezen genomen had H3212 H8686 , zo bracht hij H4428 hen tot den koning H894 van Babel H7247 naar Ribla.
  27 H4428 En de koning H894 van Babel H5221 H8686 sloeg H4191 H8686 hen en doodde H7247 hen te Ribla H127 , in het land H2574 van Hamath H3063 . Alzo werd Juda H776 uit zijn land H1540 H8799 gevankelijk weggevoerd.