DSV_Strongs(i)
1
H7637
Maar het geschiedde in de zevende
H2320
maand
H3458
, [dat] Ismael
H1121
, de zoon
H5418
van Nethanja
H1121
, den zoon
H476
van Elisama
H4410
, van koninklijken
H2233
zade
H7227
, en de oversten
H4428
des konings
H6235
, te weten tien
H582
mannen
H935 H8804
, met hem kwamen
H1436
tot Gedalia
H1121
, den zoon
H296
van Ahikam
H4709
, te Mizpa
H398 H8799
; en zij aten
H3899
aldaar brood
H3162
te zamen
H4708
, te Mizpa.
2
H3458
En Ismael
H1121
, de zoon
H5418
van Nethanja
H6965 H8799
, maakte zich op
H6235
, mitsgaders de tien
H582
mannen
H5221 H8686
, die met hem waren, en zij sloegen
H1436
Gedalia
H1121
, den zoon
H296
van Ahikam
H1121
, den zoon
H8227
van Safan
H2719
, met het zwaard
H4191 H8686
; alzo doodde hij
H4428
hem, dien de koning
H894
van Babel
H776
over het land
H6485 H8689
gesteld had.
3
H5221 H8689
Ook sloeg
H3458
Ismael
H3064
al de Joden
H1436
, die met hem, [namelijk] met Gedalia
H4709
, te Mizpa
H3778
waren, en de Chaldeen
H582 H4421
, de krijgslieden
H4672 H8738
, die aldaar gevonden werden.
4
H8145
Het geschiedde nu op den tweeden
H3117
dag
H1436
, nadat hij Gedalia
H4191 H8687
gedood had
H376
, en niemand
H3045 H8804
[het] wist;
5
H935 H8799
Zo kwamen
H582
er lieden
H7927
van Sichem
H7887
, van Silo
H8111
, en van Samaria
H8084
, tachtig
H376
man
H2206
, hebbende den baard
H1548 H8794
afgeschoren
H899
, en de klederen
H7167 H8803
gescheurd
H1413 H8706
, en zichzelven gesneden
H4503
; en spijsoffer
H3828
en wierook
H3027
waren in hun hand
H1004
, om ten huize
H3068
des HEEREN
H935 H8687
te brengen.
6
H3458
En Ismael
H1121
, de zoon
H5418
van Nethanja
H3318 H8799
, ging uit
H4709
van Mizpa
H7125 H8800
hun tegemoet
H1980 H8800
, al
H1980 H8802
gaande
H1058 H8802
en wenende
H6298 H8800
; en het geschiedde, als hij hen aantrof
H559 H8799
dat hij zeide
H935 H8798
: Komt
H1436
tot Gedalia
H1121
, den zoon
H296
van Ahikam!
7
H8432
Maar het geschiedde, als zij in het midden
H5892
der stad
H935 H8800
gekomen waren
H3458
, dat Ismael
H1121
, de zoon
H5418
van Nethanja
H7819 H8799
, hen keelde
H8432
, [en] [wierp] [hen] in het midden
H953
des kuils
H582
, hij en de mannen, die met hem waren.
8
H6235
Doch onder hen werden tien
H582
mannen
H4672 H8738
gevonden
H3458
, die tot Ismael
H559 H8799
zeiden
H4191 H8686
: Dood
H3426
ons niet, want wij hebben
H4301
verborgen schatten
H7704
in het veld
H2406
, van tarwe
H8184
, en gerst
H8081
, en olie
H1706
, en honig
H2308 H8799
. Zo liet hij af
H4191 H8689
, en doodde
H8432
ze niet in het midden
H251
hunner broederen.
9
H953
De kuil
H3458
nu, waarin Ismael
H6297
al de dode lichamen
H582
der mannen
H3027
, die hij aan de zijde
H1436
van Gedalia
H5221 H8689
geslagen had
H7993 H8689
, henenwierp
H4428
, is dezelfde, dien de koning
H609
Asa
H6213 H8804
maakte
H6440
vanwege
H1201
Baesa
H4428
, den koning
H3478
Israels
H4390 H8765
; dezen vulde
H3458
Ismael
H1121
, de zoon
H5418
van Nethanja
H2491
, met de verslagenen.
10
H3458
En Ismael
H7617 H0
voerde
H7611
het ganse overblijfsel
H5971
des volks
H4709
, dat te Mizpa
H7617 H8799
was, gevankelijk
H4428
, [te] [weten] des konings
H1323
dochteren
H5971
, en al het volk
H4709
, die te Mizpa
H7604 H8737
waren overgelaten
H5018
, die Nebuzaradan
H7227
, de overste
H2876
der trawanten
H1436
, aan Gedalia
H1121
, den zoon
H296
van Ahikam
H6485 H8689
, bevolen had
H3458
; Ismael
H1121
dan, den zoon
H5418
van Nethanja
H7617 H8799
, voerde ze gevankelijk weg
H3212 H8799
, en toog henen
H5674 H8800
, om over te gaan
H1121
tot de kinderen
H5983
Ammons.
11
H3110
Toen nu Johanan
H1121
, de zoon
H7143
van Kareah
H8269
, en al de oversten
H2428
der heiren
H7451
, die met hem waren, al het kwaad
H8085 H8799
hoorden
H3458
, dat Ismael
H1121
, de zoon
H5418
van Nethanja
H6213 H8804
, gedaan had;
12
H3947 H8799
Zo namen zij
H582
al de mannen
H3212 H8799
, en togen henen
H3458
, om met Ismael
H1121
, den zoon
H5418
van Nethanja
H3898 H8736
, te strijden
H4672 H8799
; en zij vonden
H7227
hem aan het grote
H4325
water
H1391
, dat bij Gibeon is.
13
H5971
En het geschiedde, als al het volk
H3458
, dat met Ismael
H3110
was, Johanan
H7200 H8800
zag
H1121
, den zoon
H7143
van Kareah
H8269
, en al de oversten
H2428
der heiren
H8055 H8799
, die met hem waren, zo werden zij verblijd.
14
H5971
En al het volk
H3458
, dat Ismael
H4709
van Mizpa
H7617 H8804
gevankelijk had weggevoerd
H5437 H8799
, wendde zich om
H7725 H8799
; en zij keerden zich
H3212 H8799
en gingen over
H3110
tot Johanan
H1121
, den zoon
H7143
van Kareah.
15
H3458
Doch Ismael
H1121
, de zoon
H5418
van Nethanja
H4422 H8738
, ontkwam
H3110
van Johanans
H6440
aangezicht
H8083
, met acht
H582
mannen
H3212 H8799
, en hij toog
H1121
tot de kinderen
H5983
Ammons.
16
H3947 H8799
Toen nam
H3110
Johanan
H1121
, de zoon
H7143
van Kareah
H8269
, mitsgaders al de oversten
H2428
der heiren
H7611
, die met hem waren, het ganse overblijfsel
H5971
des volks
H7725 H8689
, dat hij wedergebracht had
H3458
van Ismael
H1121
, den zoon
H5418
van Nethanja
H4709
, van Mizpa
H310
, (nadat
H1436
hij Gedalia
H1121
, den zoon
H296
van Ahikam
H5221 H8689
, geslagen had
H582
) [te] [weten] de mannen
H1397 H4421
, die krijgslieden
H802
waren, en de vrouwen
H2945
, en kinderkens
H5631
, en kamerlingen
H1391
, die hij van Gibeon
H7725 H8689
had wedergebracht;
17
H3212 H8799
En zij togen henen
H3427 H8799
, en sloegen zich neder
H1628 H3643
te Geruth-chimham
H681
, dat bij
H1035
Bethlehem
H3212 H8800
is, om voort te trekken
H4714
, dat zij in Egypte
H935 H8800
kwamen.
18
H6440
Voor het aangezicht
H3778
der Chaldeen
H3372 H8804
; want zij vreesden
H6440
voor hunlieder aangezicht
H3458
, omdat Ismael
H1121
, de zoon
H5418
van Nethanja
H1436
, Gedalia
H1121
, den zoon
H296
van Ahikam
H5221 H8689
, geslagen had
H4428
, dien de koning
H894
van Babel
H776
over het land
H6485 H8689
gesteld had.