Psalms 103:13 Cross References - DSV_Strongs

  13 H1 Gelijk zich een vader H7355 H8763 ontfermt H1121 over de kinderen H7355 H8765 , ontfermt Zich H3068 de HEERE H3373 over degenen, die Hem vrezen.

Numbers 11:12

  12 H5971 Heb ik dan al dit volk H2029 H8804 ontvangen H3205 H8804 ? heb ik het gebaard H559 H8799 ? dat Gij tot mij zoudt zeggen H5375 H8798 : Draag H2436 het in uw schoot H539 H8802 , gelijk als een voedstervader H3243 H8802 den zuigeling H5375 H8799 draagt H127 , tot dat land H1 , hetwelk Gij hun vaderen H7650 H8738 gezworen hebt?

Deuteronomy 3:5

  5 H5892 Al die steden H1364 waren met hoge H2346 muren H1817 , poorten H1280 en grendelen H1219 H8803 gesterkt H3966 , behalve zeer H7235 H8687 vele H6521 onbemuurde H5892 steden.

Psalms 103:11

  11 H1361 H0 Want zo hoog H8064 de hemel H1361 H8800 is H776 boven de aarde H2617 , is Zijn goedertierenheid H1396 H8804 geweldig H3373 over degenen, die Hem vrezen.

Psalms 103:17

  17 H2617 Maar de goedertierenheid H3068 des HEEREN H5769 is van eeuwigheid H5704 en tot H5769 eeuwigheid H3373 over degenen, die Hem vrezen H6666 , en Zijn gerechtigheid H1121 H1121 aan kindskinderen;

Psalms 147:11

  11 H3068 De HEERE H7521 H8802 heeft een welgevallen H3373 aan hen, die Hem vrezen H2617 , die op Zijn goedertierenheid H3176 H8764 hopen.

Proverbs 3:12

  12 H3068 Want de HEERE H3198 H8686 kastijdt H157 H8799 dengene, dien Hij liefheeft H1 , ja, gelijk een vader H1121 den zoon H7521 H8799 , [in] [denwelken] hij een welbehagen heeft.

Isaiah 63:15-16

  15 H5027 H0 Zie H8064 van den hemel H5027 H8685 af H7200 H8798 , en aanschouw H6944 van Uw heilige H8597 en Uw heerlijke H2073 woning H7068 ; waar zijn Uw ijver H1369 en Uw mogendheden H1995 , het gerommel H4578 Uws ingewands H7356 en Uwer barmhartigheden H662 H8694 ? Zij houden zich tegen mij in.
  16 H3588 Gij zijt toch H1 onze Vader H85 , want Abraham H3045 H8804 weet H3808 van ons niet H3478 , en Israel H5234 H8686 kent H3068 ons niet; Gij, o HEERE H1 ! zijt onze Vader H1350 H8802 , onze Verlosser H5769 van ouds H8034 af is Uw Naam.

Jeremiah 31:9

  9 H935 H8799 Zij zullen komen H1065 met geween H8469 , en met smekingen H2986 H8686 zal Ik hen voeren H3212 H8686 ; Ik zal hen leiden H5158 H4325 aan de waterbeken H3477 , in een rechte H1870 weg H3782 H8735 , waarin zij zich niet zullen stoten H3478 ; want Ik ben Israel H1 tot een Vader H669 , en Efraim H1060 is Mijn eerstgeborene.

Jeremiah 31:20

  20 H669 Is [niet] Efraim H3357 Mij een dierbare H1121 zoon H8191 H3206 , is hij [Mij] [niet] een troetelkind H1767 ? Want sinds H1696 H8763 Ik tegen hem gesproken heb H2142 H8799 , denk Ik H2142 H8800 nog ernstelijk H1993 H8804 aan hem; daarom rommelt H4578 Mijn ingewand H7355 H8763 over hem; Ik zal Mij zijner zekerlijk H7355 H8762 ontfermen H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.

Malachi 3:16-17

  16 H227 Alsdan H1696 H8738 spreken H3068 , die den HEERE H3373 vrezen H376 , een ieder H7453 tot zijn naaste H3068 : De HEERE H7181 H8686 merkt er toch op H8085 H8799 en hoort H5612 H2146 , en er is een gedenkboek H6440 voor Zijn aangezicht H3789 H8735 geschreven H3068 , voor degenen, die den HEERE H3373 vrezen H8034 , en voor degenen, die aan Zijn Naam H2803 H8802 gedenken.
  17 H1961 H8804 En zij zullen H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H3117 , te dien dage H834 , dien H859 Ik H6213 H8802 maken zal H5459 , Mij een eigendom H5921 zijn; en Ik zal hen H2550 H8804 verschonen H834 , gelijk als H376 een man H5921 zijn H1121 zoon H2550 H8799 verschoont H853 , die hem H5647 H8802 dient.

Malachi 4:2

  2 H8034 Ulieden daarentegen, die Mijn Naam H3373 vreest H8121 , zal de Zon H6666 der gerechtigheid H2224 H8804 opgaan H4832 , en er zal genezing H3671 zijn onder Zijn vleugelen H3318 H8804 ; en gij zult uitgaan H6335 H8804 , en toenemen H5695 H4770 , als mestkalveren.

Matthew 6:9

  9 G5210 Gij G3767 dan G4336 G5737 bidt G3779 aldus G2257 : Onze G3962 Vader G3588 , Die G1722 in G3772 de hemelen G4675 [zijt]! Uw G3686 Naam G37 G5682 worde geheiligd.

Matthew 6:32

  32 G1063 Want G3956 al G5023 deze dingen G1934 G5719 zoeken G1484 de heidenen G1063 ; want G5216 uw G3770 hemelse G3962 Vader G1492 G5758 weet G3754 , dat G537 gij al G5130 deze dingen G5535 G5719 behoeft.

Luke 11:11-12

  11 G1161 En G5101 wat G3962 vader G5216 onder u G5207 , dien de zoon G740 om brood G154 G5692 bidt G846 , zal hem G3037 een steen G1929 G5692 G3361 geven G2532 , of ook G2486 om een vis G846 , zal hem G473 voor G2486 een vis G3789 een slang G1929 G5692 G3361 geven?
  12 G2228 Of G1437 zo G2532 hij ook G5609 om een ei G154 G5661 zou bidden G3361 , G846 zal hij hem G4651 een schorpioen G1929 G5692 geven?

Luke 15:21-22

  21 G1161 En G5207 de zoon G2036 G5627 zeide G846 tot hem G3962 : Vader G264 G5627 , ik heb gezondigd G1519 tegen G3772 den Hemel G2532 , en G1799 voor G4675 u G2532 , en G1510 G5748 ben G3765 niet meer G514 waardig G4675 uw G5207 zoon G2564 G5683 genaamd te worden.
  22 G1161 Maar G3962 de vader G2036 G5627 zeide G4314 tot G846 zijn G1401 dienstknechten G1627 G5657 : Brengt [hier] voor G4413 het beste G4749 kleed G2532 , en G1746 G doet G846 het hem G1746 G5657 aan G2532 , en G1325 G5628 geeft G1146 hem een ring G1519 aan G846 zijn G5495 hand G2532 , en G5266 schoenen G1519 aan G4228 de voeten;

John 20:17

  17 G2424 Jezus G3004 G5719 zeide G846 tot haar G680 G : Raak G3450 Mij G3361 niet G680 G5732 aan G1063 , want G3768 Ik ben nog niet G305 G5758 opgevaren G4314 tot G3450 Mijn G3962 Vader G1161 ; maar G4198 G5737 ga heen G4314 tot G3450 Mijn G80 broeders G2532 , en G2036 G5628 zeg G846 hun G305 G5719 : Ik vare op G4314 tot G3450 Mijn G3962 Vader G2532 en G5216 uw G3962 Vader G2532 , en G3450 [tot] Mijn G2316 God G2532 en G5216 uw G2316 God.

Acts 13:26

  26 G435 Mannen G80 broeders G5207 , kinderen G1085 van het geslacht G11 Abrahams G2532 , en G1722 die onder G5213 u G2316 God G5399 G5740 vrezen G5213 , tot u G3056 is het woord G5026 dezer G4991 zaligheid G649 G5648 gezonden.

Hebrews 12:5-11

  5 G2532 En G1585 G5769 gij hebt vergeten G3874 de vermaning G3748 , die G5213 tot u G5613 als G5207 tot zonen G1256 G5736 spreekt G3450 : Mijn G5207 zoon G3643 G , acht G3361 niet G3643 G5720 klein G3809 de kastijding G2962 des Heeren G3361 , en G1590 G5744 bezwijkt G1161 niet G5259 , als gij van G846 Hem G1651 G5746 bestraft wordt;
  6 G1063 Want G3739 dien G2962 de Heere G25 G5719 liefheeft G3811 G5719 , kastijdt Hij G1161 , en G3146 G5719 Hij geselt G3956 een iegelijken G5207 zoon G3739 , die G3858 G5736 Hij aanneemt.
  7 G1487 Indien G3809 gij de kastijding G5278 G5719 verdraagt G4374 G5743 , zo gedraagt Zich G2316 God G5213 jegens u G5613 als G5207 zonen G1063 ; (want G5101 wat G5207 zoon G2076 G5748 is er G3739 , dien G3962 de vader G3756 niet G3811 G5719 kastijdt?)
  8 G1161 Maar G1487 indien G5565 gij zonder G3809 kastijding G2075 G5748 zijt G3739 , welke G3956 allen G3353 deelachtig G1096 G5754 zijn geworden G686 , zo G2075 G5748 zijt gij G3541 dan bastaarden G2532 , en G3756 niet G5207 zonen.
  9 G1534 Voorts G3962 , wij hebben de vaders G2257 onzes G4561 vleses G3303 wel G3810 tot kastijders G2192 G5707 gehad G2532 , en G1788 G5710 wij ontzagen G3756 hen; zullen wij [dan] niet G4183 veel G3123 meer G3962 den Vader G4151 der geesten G5293 G5691 onderworpen zijn G2532 , en G2198 G5692 leven?
  10 G1063 Want G3303 genen hebben [ons] wel G4314 voor G3641 een korten G2250 tijd G2596 , naar G846 dat het hun G1380 G5723 goed dacht G3811 G5707 , gekastijd G1161 ; maar G4851 G Deze kastijdt G1909 [ons] tot G4851 G5723 [ons] nut G1519 , opdat G846 wij Zijner G41 heiligheid G3335 G5629 zouden deelachtig worden.
  11 G1161 En G3956 alle G3809 kastijding G4314 G3303 als G3918 G5752 die tegenwoordig is G1380 G5719 , schijnt G3756 geen G5479 [zaak] van vreugde G235 , maar G3077 van droefheid G1511 G5750 te zijn G1161 ; doch G5305 daarna G591 G5719 geeft zij van zich G1516 een vreedzame G2590 vrucht G1343 der gerechtigheid G1223 dengenen, die door G846 dezelve G1128 G5772 geoefend zijn.

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.