1 Kings 21:16 Cross References - DSV_Strongs

  16 H1961 H8799 En het geschiedde H256 , als Achab H8085 H8800 hoorde H3588 , dat H5022 Naboth H4191 H8804 dood was H256 , dat Achab H6965 H8799 opstond H413 , om naar H3754 den wijngaard H5022 van Naboth H3158 , den Jizreeliet H3381 H8800 , af te gaan H3423 H8800 , om dien erfelijk te bezitten.

2 Samuel 1:13-16

  13 H559 H8799 Voorts zeide H1732 David H413 tot H5288 den jongen H5046 H8688 , die hem de boodschap gebracht had H4480 H2088 : Van H335 waar H859 zijt gij H559 H8799 ? En hij zeide H595 : Ik H1121 ben de zoon H1616 van een vreemden H376 man H6003 , van een Amalekiet.
  14 H1732 En David H559 H8799 zeide H413 tot H349 hem: Hoe H3808 , hebt gij niet H3372 H8804 gevreesd H3027 uw hand H7971 H8800 uit te strekken H4899 , om den gezalfde H3068 des HEEREN H7843 H8763 te verderven?
  15 H1732 En David H7121 H8799 riep H259 een H4480 van H5288 de jongens H559 H8799 , en zeide H5066 H8798 : Treed toe H6293 H8798 , val op hem aan H5221 H8686 . En hij sloeg H4191 H8799 hem, dat hij stierf.
  16 H1732 En David H559 H8799 zeide H413 tot H1818 hem: Uw bloed H5921 zij op H7218 uw hoofd H3588 ; want H6310 uw mond H6030 H8804 heeft tegen u getuigd H559 H8800 , zeggende H595 : ik H4899 heb den gezalfde H3068 des HEEREN H4191 H8790 gedood.

2 Samuel 4:9-12

  9 H1732 Maar David H6030 H8799 antwoordde H7394 Rechab H251 en zijn broeder H1196 Baena H1121 , den zonen H7417 van Rimmon H886 , den Beerothiet H559 H8799 , en zeide H3068 tot hen: [Zo] [waarachtig] [als] de HEERE H2416 leeft H834 , Die H5315 mijn ziel H4480 uit H3605 alle H6869 benauwdheid H6299 H8804 verlost heeft!
  10 H3588 Dewijl H5046 H8688 ik hem, die mij boodschapte H559 H8800 , zeggende H2009 : Zie H7586 , Saul H4191 H8804 is dood H1931 ; daar hij H5869 in zijn ogen H1961 H8804 was H1319 H8764 als een, die goede boodschap bracht H270 H8799 , nochtans gegrepen H6860 en te Ziklag H2026 H8799 gedood heb H834 , hoewel H1309 hij [meende], dat ik hem bodenloon H5414 H8800 zou geven;
  11 H637 Hoeveel te meer H3588 , wanneer H7563 goddeloze H582 mannen H6662 een rechtvaardigen H376 man H1004 in zijn huis H5921 op H4904 zijn slaapstede H2026 H8804 hebben gedood H6258 ? Nu dan H1818 , zou ik zijn bloed H4480 van H3027 uw handen H3808 niet H1245 H8762 eisen H4480 , en u van H776 de aarde H1197 H8765 wegdoen?
  12 H1732 En David H6680 H8762 gebood H5288 zijn jongens H2026 H8799 , en zij doodden H7112 H0 hen, en hieuwen H3027 hun handen H7272 en hun voeten H7112 H8762 af H8518 H8799 , en hingen H5921 ze op bij H1295 den vijver H2275 te Hebron H7218 , maar het hoofd H378 van Isboseth H3947 H8804 namen zij H6912 H8799 , en begroeven H74 het in Abners H6913 graf H2275 te Hebron.

2 Samuel 11:25-27

  25 H559 H8799 Toen zeide H1732 David H413 tot H4397 den bode H3541 : Zo H413 zult gij tot H3097 Joab H559 H8799 zeggen H2088 : Laat deze H1697 zaak H408 niet H3415 H8799 kwaad zijn H5896 in uw ogen H3588 , want H2719 het zwaard H398 H8799 verteert H2090 zowel dezen H2088 als genen H2388 H8685 ; versterk H4421 uw strijd H413 tegen H5892 de stad H2040 H8798 , en verstoor H2388 H8761 ze; versterk hem alzo.
  26 H802 Als nu de huisvrouw H223 van Uria H8085 H8799 hoorde H3588 , dat H376 haar man H223 Uria H4191 H8804 dood was H5594 H8799 , zo droeg zij leed H5921 over H1167 haar heer.
  27 H60 En als de rouw H5674 H8799 was overgegaan H7971 H8799 , zond H1732 David H622 H8799 heen, en nam H413 haar in H1004 zijn huis H1961 H8799 ; en zij werd H802 hem ter vrouwe H3205 H8799 , en baarde H1121 hem een zoon H1697 . Doch deze zaak H834 , die H1732 David H6213 H8804 gedaan had H3415 H8799 , was kwaad H5869 in de ogen H3068 des HEEREN.

2 Samuel 23:15-17

  15 H1732 En David H183 H8691 kreeg lust H559 H8799 , en zeide H4310 : Wie H4325 zal mij water H8248 H8686 te drinken geven H4480 uit H1035 Bethlehems H953 bornput H834 , die H8179 in de poort is?
  16 H1234 H8799 Toen braken H7969 die drie H1368 helden H4264 door het leger H6430 der Filistijnen H7579 H8799 , en putten H4325 water H4480 uit H1035 Bethlehems H953 bornput H834 , die H8179 in de poort H5375 H8799 is, en droegen H935 H8686 het, en kwamen H413 tot H1732 David H14 H8804 ; doch hij wilde H3808 dat niet H8354 H8800 drinken H5258 H0 , maar goot H853 het H5258 H8686 uit H3068 voor den HEERE.
  17 H559 H8799 En zeide H2486 : Het zij verre H3068 van mij, o HEERE H4480 , dat H2063 ik dit H6213 H8800 zou doen H1818 ; zou [ik] [drinken] het bloed H582 der mannen H1980 H8802 , die heengegaan zijn H5315 met gevaar van hun leven H14 H8804 ? En hij wilde H3808 het niet H8354 H8800 drinken H428 . Dit H6213 H8804 deden H7969 die drie H1368 helden.

Psalms 50:18

  18 H1590 Indien gij een dief H7200 H8804 ziet H7521 H8799 , zo loopt gij H2506 met hem; en uw deel H5003 H8764 is met de overspelers.

Isaiah 33:15

  15 H6666 Die in gerechtigheden H1980 H8802 wandelt H4339 , en die billijkheden H1696 H8802 spreekt H1215 ; die het gewin H4642 der onderdrukkingen H3988 H8802 verwerpt H3709 ; die zijn handen H5287 H8802 uitschudt H7810 , dat zij geen geschenken H8551 H8800 behouden H241 ; die zijn oor H331 H8801 stopt H1818 , dat hij geen bloedschulden H8085 H8800 hore H5869 , en zijn ogen H6105 H8802 toesluit H7451 ; dat hij het kwade H7200 H8800 niet aanzie;

Obadiah 1:12-14

  12 H408 Toen zoudt gij niet H7200 H8799 gezien hebben H3117 op den dag H251 uws broeders H3117 , den dag H5235 zijner vervreemding H408 ; noch H8055 H8799 u verblijd hebben H1121 over de kinderen H3063 van Juda H3117 , ten dage H6 H8800 huns ondergangs H408 ; noch H6310 uw mond H1431 H8686 groot gemaakt hebben H3117 , ten dage H6869 der benauwdheid;
  13 H408 Noch H8179 ter poorte H5971 Mijns volks H935 H8799 ingegaan zijn H3117 , ten dage H343 huns verderfs H408 ; noch H7200 H8799 gezien hebben H1571 , ook H859 gij H7451 , op zijn kwaad H3117 , ten dage H343 zijns verderfs H408 ; noch H7971 H8799 [uw] [handen] uitgestrekt hebben H2428 aan zijn heir H3117 , ten dage H343 zijns verderfs;
  14 H408 Noch H5975 H8799 gestaan hebben H5921 op H6563 de wegscheiding H6412 , om zijn ontkomenen H3772 H8687 uit te roeien H408 ; noch H8300 zijn overgeblevenen H5462 H8686 overgeleverd hebben H3117 , ten dage H6869 der benauwdheid.

Romans 1:32

  32 G3748 Dewelken G1345 , daar zij het recht G2316 Gods G1921 G5631 weten G3754 , [namelijk], dat G5108 degenen, die zulke dingen G4238 G5723 doen G2288 , des doods G514 waardig G1526 G5748 zijn G3756 ) niet G3440 alleen G846 dezelve G4160 G5719 doen G235 , maar G2532 ook G4909 G5719 mede een welgevallen hebben G4238 G5723 in degenen, die ze doen.

2 Peter 2:15

  15 G2117 Die den rechten G3598 weg G2641 G5631 verlaten hebbende G4105 G5681 , zijn verdwaald G1811 G5660 , en volgen G3598 den weg G903 van Balaam G1007 , den [zoon] van Bosor G3739 , die G3408 het loon G93 der ongerechtigheid G25 G5656 liefgehad heeft;

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.