Isaiah 14:3-11

DSV_Strongs(i)
  3 H3117 En het zal geschieden ten dage H3068 , wanneer u de HEERE H5117 H8687 rust geven zal H6090 van uw smart H7267 , en van uw beroering H7186 , en van de harde H5656 dienstbaarheid H5647 H8795 , waarin men u heeft doen dienen;
  4 H4912 Dan zult gij deze spreuk H5375 H8804 opnemen H4428 tegen den koning H894 van Babel H559 H8804 , en zeggen H7673 H0 : Hoe houdt H5065 H8802 de drijver H7673 H8804 op H7673 H0 ? [Hoe] houdt H4062 de goudene H7673 H8804 op?
  5 H3068 De HEERE H4294 heeft den stok H7563 der goddelozen H7665 H8804 gebroken H7626 , den scepter H4910 H8802 der heersers.
  6 H5971 Die de volken H5221 H8688 plaagde H5678 in verbolgenheid H4347 met een plaag H1115 zonder H5627 ophouden H639 , die in toorn H1471 over de heidenen H7287 H8802 heerste H4783 , die wordt vervolgd H1097 , zonder dat het iemand H2820 H8804 afweren kan.
  7 H776 De ganse aarde H5117 H8804 rust H8252 H8804 , zij is stil H6476 H8804 ; zij maken groot geschal H7440 met gejuich.
  8 H8055 H8804 Ook verheugen zich H1265 de dennen H730 over u, [en] de cederen H3844 van Libanon H7901 H8804 , [zeggende]: Sinds dat gij daar nederligt H5927 H0 , komt H5927 H8799 niemand tegen ons op H3772 H8802 , die ons afhouwe.
  9 H7585 De hel H7264 H8804 van onderen was beroerd H7125 H8800 om uwentwil, om [u] tegemoet te gaan H935 H8800 , als gij kwaamt H5782 H0 ; zij wekt H7496 om uwentwil de doden H5782 H8790 op H6260 , al de bokken H776 der aarde H4428 ; zij doet al de koningen H1471 der heidenen H3678 van hun tronen H6965 H8689 opstaan.
  10 H6030 H8799 Die altegader zullen antwoorden H559 H8799 , en tot u zeggen H2470 H8795 : Gij zijt ook krank geworden H4911 H8738 , gelijk wij, gij zijt ons gelijk geworden.
  11 H1347 Uw hovaardij H7585 is in de hel H3381 H8717 nedergestort H1998 , [met] het geklank H5035 uwer luiten H7415 ; de maden H3331 H8714 zullen onder u gestrooid worden H8438 , en de wormen H4374 zullen u bedekken.