2 Kings 19:20-37

DSV_Strongs(i)
  20 H7971 H8799 Toen zond H3470 Jesaja H1121 , de zoon H531 van Amoz H413 , tot H2396 Hizkia H559 H8800 , zeggende H3541 : Zo H559 H8804 spreekt H3068 de HEERE H430 , de God H3478 Israels H834 : Dat H413 gij tot H6419 H8694 Mij gebeden hebt H413 tegen H5576 Sanherib H4428 , den koning H804 van Assyrie H8085 H8804 , heb Ik gehoord.
  21 H2088 Dit H1697 is het woord H834 , dat H3068 de HEERE H5921 over H1696 H8765 hem gesproken heeft H1330 : De jonkvrouw H1323 , de dochter H6726 van Sion H959 H8804 , veracht H3932 H8804 u, zij bespot H1323 u, de dochter H3389 van Jeruzalem H5128 H8689 schudt H7218 het hoofd H310 achter u.
  22 H4310 Wien H2778 H8765 hebt gij gehoond H1442 H8765 en gelasterd H5921 ? en tegen H4310 Wien H6963 hebt gij de stem H7311 H8689 verheven H5869 , en uw ogen H4791 omhoog H5375 H8799 opgeheven H5921 ? Tegen H6918 den Heilige H3478 Israels!
  23 H3027 Door middel H4397 uwer boden H136 hebt gij den HEERE H2778 H8765 gehoond H559 H8799 , en gezegd H589 : Ik H7230 heb met de menigte H7393 H8675 H7393 mijner wagenen H5927 H8804 beklommen H4791 de hoogten H2022 der bergen H3411 , de zijden H3844 van den Libanon H6967 ; en ik zal zijn hoge H730 cederbomen H4004 , en zijn uitgelezen H1265 dennebomen H3772 H8799 afhouwen H935 H8799 ; en zal komen H7093 in zijn uiterste H4411 herberg H3293 , in het woud H3760 zijns schonen velds.
  24 H589 Ik H6979 H8804 heb gegraven H8354 H8804 en heb gedronken H2114 H8801 vreemde H4325 wateren H3709 H6471 ; en ik heb met mijn voetzolen H3605 alle H2975 rivieren H4693 der belegerde plaatsen H2717 H8686 verdroogd.
  25 H3808 Hebt gij niet H8085 H8804 gehoord H853 , dat Ik zulks H4480 H7350 lang te voren H6213 H8804 gedaan heb H4480 en dat van H6924 oude H3117 dagen H3335 H8804 af geformeerd heb H6259 ? Nu H935 H8689 heb Ik dat doen komen H1961 H8799 , dat gij zoudt zijn H1219 H8803 , om de vaste H5892 steden H7582 H8687 te verstoren H5327 H8737 tot woeste H1530 hopen.
  26 H3427 H8802 Daarom waren haar inwoners H7116 H3027 handeloos H1961 H8804 ; zij waren H2865 H8804 verslagen H954 H8799 en beschaamd H6212 ; zij waren [als] het gras H7704 des velds H3419 , en de groene H1877 grasscheutjes H2682 , het hooi H1406 der daken H7711 , en het brandkoren H6440 , eer H7054 het over einde staat.
  27 H3045 H8804 Maar Ik weet H3427 H8800 uw zitten H3318 H8800 , en uw uitgaan H935 H8800 , en uw inkomen H7264 H8692 , en uw woeden H413 tegen Mij.
  28 H3282 Om H7264 H8692 uw woeden H413 tegen H7600 Mij, en dat uw woeling H241 voor Mijn oren H5927 H8804 opgekomen is H2397 , zo zal Ik Mijn haak H639 in uw neus H7760 H8804 leggen H4964 , en Mijn gebit H8193 in uw lippen H7725 H8689 , en Ik zal u doen wederkeren H1870 door dien weg H834 , door H935 H8804 denwelken gij gekomen zijt.
  29 H2088 En dat H226 zij u een teken H8141 , dat men [in] dit jaar H398 H8800 eten zal H5599 , wat van zelf gewassen is H8145 ; en in het tweede H8141 jaar H7823 , wat daarvan weder uitspruit H2232 H8798 ; maar zaait H7992 in het derde H8141 jaar H7114 H8798 , en maait H5193 H8798 , en plant H3754 wijngaarden H398 H8798 , en eet H6529 hun vruchten.
  30 H6413 Want het ontkomene H7604 H8737 , dat overgebleven is H1004 van het huis H3063 van Juda H3254 H8804 , zal wederom H4295 nederwaarts H8328 wortelen H4605 , en zal opwaarts H6529 vrucht H6213 H8804 dragen.
  31 H3588 Want H4480 van H3389 Jeruzalem H7611 zal het overblijfsel H3318 H8799 uitgaan H6413 , en het ontkomene H4480 van H2022 den berg H6726 Sion H7068 ; de ijver H3068 van den HEERE H6635 der heirscharen H2063 zal dit H6213 H8799 doen.
  32 H3651 Daarom H3541 zo H559 H8804 zegt H3068 de HEERE H413 van H4428 den koning H804 van Assyrie H413 : Hij zal in H2063 deze H5892 stad H3808 niet H935 H8799 komen H3808 , noch H8033 daar H2671 een pijl H3384 H8686 inschieten H3808 ; ook zal hij [met] geen H4043 schild H6923 H8762 daarvoor komen H3808 , en zal geen H5550 wal H5921 daartegen H8210 H8799 opwerpen.
  33 H1870 Door den weg H834 , dien H935 H8799 hij gekomen is H7725 H8799 , door dien zal hij wederkeren H413 ; maar in H2063 deze H5892 stad H3808 zal hij niet H935 H8799 komen H5002 H8803 , zegt H3068 de HEERE.
  34 H413 Want Ik zal H2063 deze H5892 stad H1598 H8804 beschermen H3467 H8687 , om die te verlossen H4616 , om H4616 Mijnentwil, en om H1732 Davids H5650 , Mijns knechts wil.
  35 H1961 H8799 Het geschiedde H1931 dan in dienzelven H3915 nacht H4397 , dat de Engel H3068 des HEEREN H3318 H8799 uitvoer H5221 H8686 , en sloeg H4264 in het leger H804 van Assyrie H3967 honderd H2568 vijf H8084 en tachtig H505 duizend H1242 . En toen zij zich des morgens H7925 H8686 vroeg opmaakten H2009 , ziet H3605 , die allen H4191 H8801 waren dode H6297 lichamen.
  36 H5265 H8799 Zo vertrok H5576 Sanherib H4428 , de koning H804 van Assyrie H3212 H8799 , en toog henen H7725 H8799 , en keerde H3427 H8799 weder; en hij bleef H5210 te Nineve.
  37 H1961 H8799 Het geschiedde H1931 nu, als hij H1004 in het huis H5268 van Nisroch H430 , zijn god H7812 H8693 , zich nederboog H152 , dat Adramelech H8272 en Sarezer H1121 , [zijn] [zonen H2719 ], hem met het zwaard H5221 H8689 versloegen H1992 ; doch zij H4422 H8738 ontkwamen H776 in het land H780 van Ararat H634 ; en Esar-haddon H1121 , zijn zoon H4427 H8799 , werd koning H8478 in zijn plaats.