DSV_Strongs(i)
1
H559 H8799
Voorts zeide ik
H8085 H8798
: Hoort
H4994
nu
H7218
, gij hoofden
H3290
Jakobs
H7101
, en gij oversten
H1004
van het huis
H3478
Israels
H3808
! Betaamt het ulieden niet
H4941
het recht
H3045 H8800
te weten?
2
H8130 H8802
Zij haten
H2896
het goede
H157 H0
, en hebben
H7451
het kwade
H157 H8802
lief
H1497 H8802
; zij roven
H5785
hun huid
H4480 H5921
van
H7607
hen af, en hun vlees
H4480 H5921
van
H6106
hun beenderen.
3
H834
Ja, zij zijn het, die
H7607
het vlees
H5971
mijns volks
H398 H8804
eten
H4480 H5921
, en
H5785
hun huid
H6584 H8689
afstropen
H6106
, en hun beenderen
H6476 H8765
verbreken
H6566 H8804
; en vaneen leggen
H834
, gelijk als
H5518
in een pot
H1320
, en als vlees
H8432
in het midden
H7037
eens ketels.
4
H227
Alsdan
H2199 H8799
zullen zij roepen
H413
tot
H3068
den HEERE
H3808
, doch Hij zal hen niet
H6030 H8799
verhoren
H6440
; maar zal Zijn aangezicht
H1931
te dier
H6256
tijd
H4480
voor
H5641 H8686
hen verbergen
H834
, gelijk als
H4611
zij hun handelingen
H7489 H8689
kwaad gemaakt hebben.
5
H3541
Alzo
H559 H8804
zegt
H3068
de HEERE
H5921
, tegen
H5030
de profeten
H5971
, die Mijn volk
H8582 H8688
verleiden
H8127
; die met hun tanden
H5391 H8802
bijten
H7121 H8804
, en roepen
H7965
vrede
H834
uit; maar die
H3808
niet
H5414 H8799
geeft
H5921
in
H6310
hun mond
H5921
, tegen
H6942 H8765
dien zo heiligen zij
H4421
een krijg.
6
H3651
Daarom
H3915
zal het nacht
H4480
voor ulieden worden vanwege
H2377
het gezicht
H2821 H8675 H2821 H8804
, en ulieden zal duisternis zijn
H4480
vanwege
H7080 H8800
de waarzegging
H8121
; en de zon
H5921
zal over
H5030
deze profeten
H935 H8804
ondergaan
H3117
; en de dag
H5921
zal over
H6937 H8804
hen zwart worden.
7
H2374
En de zieners
H954 H8804
zullen beschaamd
H7080 H8802
, en de waarzeggers
H2659 H8804
schaamrood worden
H3605
; en zij zullen al te zamen
H5921
de bovenste
H8222
lip
H5844 H8804
bewimpelen
H3588
; want
H369 H0
er zal geen
H4617
antwoord
H430
Gods
H369
zijn.
8
H199
Maar waarlijk
H595
, ik
H4390 H8804
ben vol
H3581
krachts
H7307
van den Geest
H3068
des HEEREN
H4941
; en [vol] van gericht
H1369
en dapperheid
H3290
, om Jakob
H5046 H8687
te verkondigen
H6588
zijn overtreding
H3478
, en Israel
H2403
zijn zonde.
9
H8085 H8798
Hoort
H4994
nu
H2063
dit
H7218
, gij hoofden
H1004
van het huis
H3290
Jakobs
H7101
, en gij oversten
H1004
van het huis
H3478
Israels
H4941
! die van het gericht
H8581 H8764
een gruwel hebt
H3605
, en al
H3477
wat recht
H6140 H8762
is verkeert;
11
H7218
Haar hoofden
H8199 H8799
rechten
H7810
om geschenken
H3548
, en haar priesters
H3384 H8686
leren
H4242
om loon
H5030
, en haar profeten
H7080 H8799
waarzeggen
H3701
om geld
H8172 H8735
; nog steunen zij
H5921
op
H3068
den HEERE
H559 H8800
, zeggende
H3068
: Is de HEERE
H3808
niet
H7130
in het midden
H5921
van ons?
H3808
Ons zal geen
H7451
kwaad
H935 H8799
overkomen.