Joshua 22:1-10

DSV_Strongs(i)
  1 H227 Toen H7121 H8799 riep H3091 Jozua H7206 de Rubenieten H1425 , en de Gadieten H2677 , en den halven H4294 stam H4519 van Manasse,
  2 H559 H8799 En hij zeide H413 tot H859 hen: Gijlieden H8104 H8804 hebt onderhouden H3605 alles H834 , wat H854 u H4872 Mozes H5650 , de knecht H3068 des HEEREN H6680 H8765 , geboden heeft H6963 ; en gij zijt mijner stem H8085 H8799 gehoorzaam geweest H3605 in alles H834 , wat H854 ik u H6680 H8765 geboden heb.
  3 H251 Gij hebt uw broederen H3808 niet H5800 H8804 verlaten H2088 nu H7227 langen H3117 tijd H5704 , tot H2088 op dezen H3117 dag H8104 H8804 toe; maar gij hebt waargenomen H4931 de onderhouding H4687 der geboden H3068 van den HEERE H430 , uw God.
  4 H6258 En nu H3068 , de HEERE H430 , uw God H251 , heeft uw broederen H5117 H8689 rust gegeven H834 , gelijk H1696 H8765 Hij hun toegezegd had H6437 H8798 ; keert dan nu wederom H3212 H8798 , en gaat H859 gij H168 naar uw tenten H413 , naar H776 het land H272 uwer bezitting H834 , hetwelk H4872 u Mozes H5650 , de knecht H3068 des HEEREN H5414 H8804 , gegeven heeft H5676 op gene zijde H3383 van de Jordaan.
  5 H7535 Alleenlijk H8104 H0 neemt H3966 naarstiglijk H8104 H8798 waar H6213 H8800 te doen H4687 het gebod H8451 en de wet H834 , die H854 u H4872 Mozes H5650 , de knecht H3068 des HEEREN H6680 H8765 , geboden heeft H3068 , dat gij den HEERE H430 , uw God H157 H8800 , liefhebt H3212 H8800 , en dat gij wandelt H3605 in al H1870 Zijn wegen H4687 , en Zijn geboden H8104 H8800 houdt H1692 H8800 , en Hem aanhangt H5647 H8800 , en dat gij Hem dient H3605 met uw ganse H3824 hart H3605 en met uw ganse H5315 ziel.
  6 H1288 H8762 Alzo zegende H3091 hen Jozua H7971 H8762 , en hij liet hen gaan H3212 H8799 ; en zij gingen H413 naar H168 hun tenten.
  7 H2677 Want aan de helft H7626 van den stam H4519 van Manasse H4872 had Mozes H5414 H8804 [een] [erfdeel] gegeven H1316 in Bazan H2677 ; maar aan [de] [andere] helft H5414 H8804 van denzelven gaf H3091 Jozua H5973 [een] [erfdeel] bij H251 hun broederen H4480 , aan H5676 deze zijde H3383 van de Jordaan H3220 westwaarts H1571 . Verder ook H3588 als H3091 Jozua H7971 H8765 hen liet trekken H413 naar H168 hun tenten H1288 H8762 , zo zegende hij hen.
  8 H559 H8799 En hij sprak H413 tot H559 H8800 hen, zeggende H7725 H8798 : Keert weder H413 tot H168 uw tenten H7227 met veel H5233 rijkdom H3966 , en met zeer H7227 veel H4735 vee H3701 , met zilver H2091 , en met goud H5178 , en met koper H1270 , en met ijzer H3966 , en met zeer H7235 H8687 veel H8008 klederen H2505 H8798 ; deelt H7998 den roof H341 H8802 uwer vijanden H5973 met H251 uw broederen.
  9 H7725 H0 Alzo keerden H1121 de kinderen H7205 van Ruben H1121 , en de kinderen H1410 van Gad H2677 , en de halve H7626 stam H4519 van Manasse H7725 H8799 wederom H3212 H8799 , en togen H4480 van H1121 de kinderen H3478 Israels H7887 , van Silo H834 , dat H776 in het land H3667 Kanaan H3212 H8800 is, om te gaan H413 naar H776 het land H1568 van Gilead H413 , naar H776 het land H272 hunner bezitting H834 , in hetwelk H270 H8738 zij bezitters gemaakt waren H5921 , naar H6310 den mond H3068 des HEEREN H3027 , door den dienst H4872 van Mozes.
  10 H935 H8799 Toen zij kwamen H413 aan H1552 de grenzen H3383 van de Jordaan H834 , die H776 in het land H3667 Kanaan H1129 H8799 zijn, zo bouwden H1121 de kinderen H7205 van Ruben H1121 , en de kinderen H1410 van Gad H2677 , en de halve H7626 stam H4519 van Manasse H8033 aldaar H4196 een altaar H5921 aan H3383 de Jordaan H4196 , een altaar H1419 groot H4758 in het aanzien.