Jeremiah 50:10-15

DSV_Strongs(i)
  10 H3778 En Chaldea H7998 zal ten roof H7997 H8802 zijn; allen, die het beroven H7646 H8799 , zullen verzadigd worden H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.
  11 H8055 H8799 Omdat gij u verblijd hebt H5937 H8799 , omdat gij van vreugde hebt opgesprongen H8154 H8802 , gij plunderaars H5159 Mijner erfenis H6335 H8799 ! omdat gij geil geworden zijt H1877 H8676 H1758 H8801 als een grazige H5697 vaars H6670 H8799 , [en] hebt gebriest H47 als de sterke [paarden];
  12 H517 Zo is uw moeder H3966 zeer H954 H8804 beschaamd H3205 H8802 ; die u gebaard heeft H2659 H8804 , is schaamrood geworden H319 ; ziet, zij is geworden de achterste H1471 der heidenen H4057 , een woestijn H6723 , dorheid H6160 en wildernis.
  13 H7110 Vanwege de verbolgenheid H3068 des HEEREN H3427 H8799 zal zij niet bewoond worden H8077 , maar zij zal geheel een verwoesting H894 worden; al wie aan Babel H5674 H8802 voorbijgaat H8074 H8799 , zal zich ontzetten H8319 H8799 , en fluiten H4347 over al haar plagen.
  14 H6186 H8798 Rust u H894 tegen Babel H5439 rondom H7198 , gij allen, die den boog H1869 H8802 spant H3034 H8798 ! schiet H2550 H8799 in haar, en spaart H2671 de pijlen H3068 niet; want zij heeft tegen den HEERE H2398 H8804 gezondigd.
  15 H7321 H8685 Juicht H5439 over haar rondom H3027 , zij heeft haar hand H5414 H8804 gegeven H803 ; haar fondamenten H5307 H8804 zijn gevallen H2346 , haar muren H2040 H8738 zijn afgebroken H3068 ; want dat is des HEEREN H5360 wraak H5358 H8734 , wreekt u H6213 H8798 aan haar, doet H6213 H8804 haar, gelijk als zij gedaan heeft!