Isaiah 13:1-14

DSV_Strongs(i)
  1 H4853 De last H894 van Babel H3470 , dien Jesaja H1121 , de zoon H531 van Amoz H2372 H8804 , gezien heeft.
  2 H5375 H8798 Heft op H5251 een banier H8192 H8737 , op een hogen H2022 berg H7311 H8685 ; verheft H6963 een stem H5130 H8685 tot hen; beweegt H3027 de hand H935 H8799 omhoog, dat zij intrekken H6607 door de deuren H5081 der prinsen.
  3 H6942 H8794 Ik heb aan Mijn geheiligden H6680 H8765 bevel gegeven H639 ; ook heb Ik tot Mijn toorn H7121 H8804 geroepen H1368 Mijn helden H5947 , de vrolijken H1346 Mijner hoogheid.
  4 H1995 Er is een ruisende H6963 stem H2022 op de bergen H1823 , gelijk H7227 eens groten H5971 volks H6963 ; een stem H7588 van gedruis H4467 der koninkrijken H622 H8737 , der verzamelde H1471 heidenen H3068 ; de HEERE H6635 der heirscharen H6485 H8764 monstert H6635 H4421 het krijgsheir.
  5 H935 H8802 Zij komen H4801 uit verren H776 lande H7097 , van het einde H8064 des hemels H3068 ; de HEERE H3627 en de instrumenten H2195 Zijner gramschap H776 , om dat ganse land H2254 H8763 te verderven.
  6 H3213 H8685 Huilt gijlieden H3117 , want de dag H3068 des HEEREN H7138 is nabij H935 H8799 ; hij komt H7701 als een verwoesting H7706 van den Almachtige.
  7 H3027 Daarom zullen alle handen H7503 H8799 slap worden H582 , en aller mensen H3824 hart H4549 H8735 zal versmelten;
  8 H926 H8738 En zij zullen verschrikt worden H6735 , smarten H2256 en weeen H270 H8799 zullen hen aangrijpen H2342 H8799 , zij zullen bang zijn H3205 H8802 als een barende vrouw H376 ; een iegelijk H7453 zal over zijn naaste H8539 H8799 verbaasd zijn H6440 ; hun aangezichten H3851 zullen vlammende aangezichten zijn.
  9 H3117 Ziet, de dag H3068 des HEEREN H935 H8804 komt H394 , gruwelijk H5678 , met verbolgenheid H2740 en hittigen H639 toorn H776 , om het land H7760 H8800 te stellen H8047 tot verwoesting H2400 , en deszelfs zondaars H8045 H8686 daaruit te verdelgen.
  10 H3556 Want de sterren H8064 des hemels H3685 en zijn gesternten H216 zullen haar licht H1984 H8686 niet laten lichten H8121 ; de zon H2821 H8804 zal verduisterd worden H3318 H8800 , wanneer zij zal opgaan H3394 , en de maan H216 zal haar licht H5050 H8686 niet laten schijnen.
  11 H8398 Want Ik zal over de wereld H7451 de boosheid H6485 H8804 bezoeken H7563 , en over de goddelozen H5771 hun ongerechtigheid H1347 ; en Ik zal den hoogmoed H2086 der stouten H7673 H8689 doen ophouden H1346 , en de hovaardij H6184 der tirannen H8213 H8686 zal Ik vernederen.
  12 H582 Ik zal maken, dat een man H3365 H8686 dierbaarder zal zijn H6337 dan dicht goud H120 , en een mens H3800 dan fijn goud H211 van Ofir.
  13 H8064 Daarom zal Ik den hemel H7264 H8686 beroeren H776 , en de aarde H7493 H8799 zal bewogen worden H4725 van haar plaats H5678 , vanwege de verbolgenheid H3068 des HEEREN H6635 der heirscharen H3117 , en vanwege den dag H2740 Zijns hittigen H639 toorns.
  14 H5080 H8716 En [een] [iegelijk] zal zijn als een verjaagde H6643 ree H6629 , en als een schaap H6908 H8764 , dat niemand vergadert H376 ; een iegelijk H5971 zal naar zijn volk H6437 H8799 omzien H376 , en een iegelijk H776 zal naar zijn land H5127 H8799 vluchten.