DSV_Strongs(i)
1
H6256
En te dier tijd
H4317
zal Michael
H5975 H8799
opstaan
H1419
, die grote
H8269
vorst
H1121
, die voor de kinderen
H5971
uws volks
H5975 H8802
staat
H6256
, als het [zulk] een tijd
H6869
der benauwdheid
H1961 H8738
zijn zal
H1471
, als er niet geweest is, sinds dat er een volk
H6256
geweest is, tot op dienzelven tijd
H6256
toe; en te dier tijd
H5971
zal uw volk
H4422 H8735
verlost worden
H4672 H8737
, al wie gevonden wordt
H3789 H8803
geschreven te zijn
H5612
in het boek.
2
H7227
En velen
H6083
van die, die in het stof
H127
der aarde
H3463
slapen
H6974 H8686
, zullen ontwaken
H5769
, dezen ten eeuwigen
H2416
leven
H2781
, en genen tot versmaadheden
H5769
, [en] tot eeuwige
H1860
afgrijzing.
3
H7919 H8688
De leraars
H2094 H8686
nu zullen blinken
H2096
, als de glans
H7549
des uitspansels
H7227
, en die er velen
H6663 H8688
rechtvaardigen
H3556
, gelijk de sterren
H5769
, altoos
H5703
en eeuwiglijk.
4
H1840
En gij, Daniel
H5640 H0
! sluit
H1697
deze woorden
H5640 H8798
toe
H2856 H8798
, en verzegel
H5612
dit boek
H6256
, tot den tijd
H7093
van het einde
H7227
; velen
H7751 H8787
zullen het naspeuren
H1847
, en de wetenschap
H7235 H8799
zal vermenigvuldigd worden.
5
H1840
En ik, Daniel
H7200 H8804
, zag
H5975 H8802
, en ziet, er stonden
H8147
twee
H312
anderen
H259
, de een
H2008
aan deze zijde
H8193
van den oever
H2975
der rivier
H259
, en de ander
H8193
aan gene zijde van den oever
H2975
der rivier.
6
H559 H8799
En hij zeide
H376
tot den Man
H3847 H8803
, bekleed
H906
met linnen
H4605
, Die boven op
H4325
het water
H2975
der rivier
H7093
was: Tot hoe lang zal het zijn, dat er een einde
H6382
van deze wonderen zal wezen?
7
H8085 H8799
En ik hoorde
H376
dien Man
H3847 H8803
, bekleed
H906
met linnen
H4605
, Die boven op
H4325
het water
H2975
van de rivier
H7311 H8686
was, en Hij hief
H3225
Zijn rechter
H8040
[hand] en Zijn linkerhand
H8064
op naar den hemel
H7650 H8735
, en zwoer
H5769
bij Dien, Die eeuwiglijk
H2416
leeft
H4150
, dat na een bestemden tijd
H4150
, bestemde tijden
H2677
, en een helft
H3615 H8763
, en als Hij zal voleind hebben
H5310 H8763
te verstrooien
H3027
de hand
H6944
des heiligen
H5971
volks
H3615 H8799
, al deze dingen voleind zullen worden.
8
H8085 H8804
Dit hoorde ik
H995 H8799
, doch ik verstond
H559 H8799
het niet; en ik zeide
H113
: Mijn Heere
H319
! wat zal het einde zijn van deze [dingen]?
9
H559 H8799
En Hij zeide
H3212 H8798
: Ga henen
H1840
, Daniel
H1697
! want deze woorden
H5640 H8803
zijn toegesloten
H2856 H8803
en verzegeld
H6256
tot den tijd
H7093
van het einde.
10
H7227
Velen
H1305 H8691
zullen er gereinigd
H3835 H8691
en wit gemaakt
H6884 H8735
, en gelouterd worden
H7563
; doch de goddelozen
H7561 H8689
zullen goddelooslijk handelen
H7563
, en geen van de goddelozen
H995 H8799
zullen het verstaan
H7919 H8688
, maar de verstandigen
H995 H8799
zullen het verstaan.
11
H6256
En van dien tijd
H8548
af, dat het gedurig
H5493 H8717
[offer] zal weggenomen
H8074 H8802
, en de verwoestende
H8251
gruwel
H5414 H8800
zal gesteld zijn
H505
, zullen zijn duizend
H3967
tweehonderd
H8673
en negentig
H3117
dagen.