DSV_Strongs(i)
1
H4210
Een psalm
H1732
van David
H5329 H8764
, voor den opperzangmeester
H3068
. HEERE
H2713 H8804
! Gij doorgrondt
H3045 H8799
en kent mij.
2
H3045 H8804
Gij weet
H3427 H8800
mijn zitten
H6965 H8800
en mijn opstaan
H995 H8804
; Gij verstaat
H7350
van verre
H7454
mijn gedachten.
3
H2219 H8765
Gij omringt
H734
mijn gaan
H7252
en mijn liggen
H1870
; en Gij zijt al mijn wegen
H5532 H8689
gewend.
4
H4405
Als er nog geen woord
H3956
op mijn tong
H3068
is, zie, Heere
H3045 H8804
! Gij weet het alles.
5
H6696 H8804
Gij bezet
H268
mij van achteren
H6924
en van voren
H7896 H8799
, en Gij zet
H3709
Uw hand op mij.
6
H1847
De kennis
H6383 H8675 H6383
is mij te wonderbaar
H7682 H8738
, zij is hoog
H3201 H8799
, ik kan er niet bij.
7
H3212 H8799
Waar zou ik heengaan
H7307
voor Uw Geest
H1272 H8799
en waar zou ik heenvlieden
H6440
voor Uw aangezicht?
8
H5266 H8799
Zo ik opvoer
H8064
ten hemel
H3331 H8686
, Gij zijt daar; of bedde ik
H7585
mij in de hel, zie, Gij zijt [daar].
9
H5375 H8799
Nam ik
H3671
vleugelen
H7837
des dageraads
H7931 H8799
, woonde ik
H319
aan het uiterste
H3220
der zee;
10
H3027
Ook daar zou Uw hand
H5148 H8686
mij geleiden
H3225
, en Uw rechterhand
H270 H8799
zou mij houden.
11
H559 H8799
Indien ik zeide
H2822
: De duisternis
H7779 H8799
zal mij immers bedekken
H3915
; dan is de nacht
H216
een licht
H1157
om mij.
12
H2821 H8686
Ook verduistert
H2822
de duisternis
H3915
voor U niet; maar de nacht
H215 H8686
licht
H3117
als de dag
H2825
; de duisternis
H219
is als het licht.
13
H7069 H8804
Want Gij bezit
H3629
mijn nieren
H517
; Gij hebt mij in mijner moeders
H990
buik
H5526 H8799
bedekt.
14
H3034 H8686
Ik loof
H3372 H8737
U, omdat ik op een heel vreselijke wijze
H6395 H8738
wonderbaarlijk gemaakt ben
H6381 H8737
; wonderlijk
H4639
zijn Uw werken
H3045 H8802
! ook weet
H5315
het mijn ziel
H3966
zeer wel.
15
H6108
Mijn gebeente
H3582 H8738
was voor U niet verholen
H5643
, als ik in het verborgene
H6213 H8795
gemaakt ben
H7551 H8795
, [en] als een borduursel gewrocht ben
H8482
, in de nederste delen
H776
der aarde.
16
H5869
Uw ogen
H1564
hebben mijn ongevormden klomp
H7200 H8804
gezien
H5612
; en al deze dingen waren in Uw boek
H3789 H8735
geschreven
H3117
, de dagen
H3335 H8795
als zij geformeerd zouden worden
H259
, toen nog geen van die was.
17
H3365 H8804
Daarom, hoe kostelijk
H410
zijn mij, o God
H7454
, Uw gedachten
H6105 H8804
! hoe machtig veel
H7218
zijn haar sommen!
18
H5608 H8799
Zoude ik ze tellen
H7235 H8799
? Harer is meer
H2344
, dan des zands
H6974 H8689
; word ik wakker
H5750
, zo ben ik nog bij U.
19
H433
O God
H7563
! dat Gij den goddeloze
H6991 H8799
ombracht
H582
! en gij, mannen
H1818
des bloeds
H5493 H8798
, wijkt van mij!
20
H4209
Die van U schandelijk
H559 H8799
spreken
H6145
, [en] Uw vijanden
H7723
ijdellijk
H5375 H8804
verheffen.
21
H8130 H8799
Zou ik niet haten
H3068
, HEERE
H8130 H8764
! die U haten
H6962 H8709
? en verdriet hebben
H8618
in degenen, die tegen U opstaan?