Ezekiel 18

DSV_Strongs(i)
  1 H3068 Verder geschiedde des HEEREN H1697 woord H559 H8800 tot mij, zeggende:
  2 H4912 Wat is ulieden, dat gij dit spreekwoord H4911 H8802 gebruikt H127 van het land H3478 Israels H559 H8800 , zeggende H1 : De vaders H1155 hebben onrijpe druiven H398 H8799 gegeten H8127 , en de tanden H1121 der kinderen H6949 H8799 zijn stomp geworden?
  3 H2416 [Zo] [waarachtig] [als] Ik leef H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H4912 , zo het ulieden meer gebeuren zal, dit spreekwoord H3478 in Israel H4911 H8800 te gebruiken!
  4 H5315 Ziet, alle zielen H5315 zijn Mijne; gelijk de ziel H1 des vaders H5315 , alzo ook de ziel H1121 des zoons H5315 , zijn Mijne; de ziel H2398 H8802 , die zondigt H4191 H8799 , die zal sterven.
  5 H376 Wanneer nu iemand H6662 rechtvaardig H6213 H8804 is, en doet H4941 recht H6666 en gerechtigheid;
  6 H398 H8804 Niet eet H2022 op de bergen H5869 , en zijn ogen H5375 H8804 niet opheft H1544 tot de drekgoden H1004 van het huis H3478 Israels H802 ; noch de huisvrouw H7453 zijns naasten H2930 H8765 verontreinigt H5079 , noch tot de afgezonderde H802 vrouw H7126 H8799 nadert;
  7 H376 En niemand H3238 H8686 verdrukt H2326 , den schuldenaar H2258 zijn pand H7725 H8686 wedergeeft H1500 , geen roof H1497 H8799 rooft H7457 , den hongerige H3899 zijn brood H5414 H8799 geeft H5903 , en den naakte H899 met kleding H3680 H8762 bedekt;
  8 H5414 H8799 Niet geeft H5392 op woeker H8636 , noch overwinst H3947 H8799 neemt H3027 , zijn hand H5766 van onrecht H7725 H8686 afkeert H571 , waarachtig H4941 recht H376 tussen den een H376 en den anderen H6213 H8799 oefent;
  9 H2708 In Mijn inzettingen H1980 H8762 wandelt H4941 , en Mijn rechten H8104 H8804 onderhoudt H571 , om trouwelijk H6213 H8800 te handelen H6662 ; die rechtvaardige H2421 H8800 zal gewisselijk H2421 H8799 leven H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE.
  10 H1121 Heeft hij nu een zoon H3205 H8689 gewonnen H6530 , die een inbreker H1818 is, die bloed H8210 H8802 vergiet H251 , die zijn broeder H6213 H8804 doet H259 een van deze dingen;
  11 H6213 H8804 En die al die dingen niet doet H398 H8804 ; maar eet H2022 ook op de bergen H2930 H8765 , en verontreinigt H802 de huisvrouw H7453 zijns naasten;
  12 H3238 H8689 Verdrukt H6041 den ellendige H34 en den nooddruftige H1497 H8804 , rooft H1500 veel roofs H7725 H0 , geeft H2258 het pand H7725 H8686 niet weder H5375 H8804 , en heft H5869 zijn ogen H1544 op tot de drekgoden H6213 H8804 , doet H8441 gruwel;
  13 H5414 H8804 Geeft H5392 op woeker H3947 H8804 , en neemt H8636 overwinst H2425 H8804 ; zou die leven H2421 H8799 ? Hij zal niet leven H8441 , al die gruwelen H6213 H8804 heeft hij gedaan H4191 H8800 ; hij zal voorzeker H4191 H8714 gedood worden H1818 ; zijn bloed zal op hem zijn!
  14 H1121 Ziet nu, heeft hij een zoon H3205 H8689 gewonnen H2403 , die al de zonden H1 zijn vaders H6213 H8804 , die hij doet H7200 H8799 , aanziet H7200 H8799 , en toeziet H2004 , dat hij dergelijke H6213 H8799 niet doet;
  15 H398 H8804 Niet eet H2022 op de bergen H5869 , noch zijn ogen H5375 H8804 opheft H1544 tot de drekgoden H1004 van het huis H3478 Israels H802 , de huisvrouw H7453 zijns naasten H2930 H8765 niet verontreinigt;
  16 H376 En niemand H3238 H8689 verdrukt H2258 , het pand H2254 H8804 niet behoudt H1500 , en geen roof H1497 H8804 rooft H3899 , zijn brood H7457 den hongerige H5414 H8804 geeft H5903 , en den naakte H899 met kleding H3680 H8765 bedekt;
  17 H3027 Zijn hand H6041 van den ellendige H7725 H8689 afhoudt H5392 , geen woeker H8636 noch overwinst H3947 H8804 neemt H4941 , Mijn rechten H6213 H8804 doet H2708 , [en] in Mijn inzettingen H1980 H8804 wandelt H4191 H8799 ; die zal niet sterven H5771 om de ongerechtigheid H1 zijns vaders H2421 H8800 ; hij zal gewisselijk H2421 H8799 leven.
  18 H1 Zijn vader H6233 , dewijl hij met onderdrukking H6231 H8804 onderdrukt heeft H251 , des broeders H1499 goed H1497 H8804 geroofd heeft H6213 H8804 , en gedaan heeft H2896 , dat niet goed H8432 was in het midden H5971 zijner volken H4191 H8801 ; ziet daar, hij zal sterven H5771 in zijn ongerechtigheid.
  19 H559 H8804 Maar gijlieden zegt H5375 H8804 : Waarom draagt H1121 de zoon H5771 niet de ongerechtigheid H1 des vaders H1121 ? Immers zal de zoon H4941 , [die] recht H6666 en gerechtigheid H6213 H8804 gedaan heeft H2708 , [en] al Mijn inzettingen H8104 H8804 onderhouden H6213 H8799 , en die gedaan heeft H2421 H8800 , gewisselijk H2421 H8799 leven.
  20 H5315 De ziel H2398 H8802 , die zondigt H4191 H8799 , die zal sterven H1121 ; de zoon H5375 H8799 zal niet dragen H5771 de ongerechtigheid H1 des vaders H1 , en de vader H5375 H8799 zal niet dragen H5771 de ongerechtigheid H1121 des zoons H6666 ; de gerechtigheid H6662 des rechtvaardigen H7564 zal op hem zijn, en de goddeloosheid H7563 des goddelozen zal op hem zijn.
  21 H7563 Maar wanneer de goddeloze H7725 H8799 zich bekeert H2403 van al zijn zonden H6213 H8804 , die hij gedaan heeft H2708 , en al Mijn inzettingen H8104 H8804 onderhoudt H6213 H8804 , en doet H4941 recht H6666 en gerechtigheid H2421 H8800 , hij zal gewisselijk H2421 H8799 leven H4191 H8799 , hij zal niet sterven.
  22 H6588 Al zijn overtredingen H6213 H8804 , die hij gedaan heeft H2142 H8735 , zullen hem niet gedacht worden H6666 ; in zijn gerechtigheid H6213 H8804 , die hij gedaan heeft H2421 H8799 , zal hij leven.
  23 H2654 H8800 Zou Ik enigzins H2654 H8799 lust hebben H4194 aan den dood H7563 des goddelozen H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H7725 H8800 ; is het niet, als hij zich bekeert H1870 van zijn wegen H2421 H8804 , dat hij leve?
  24 H6662 Maar als de rechtvaardige H7725 H8800 zich afkeert H6666 van zijn gerechtigheid H5766 , en onrecht H6213 H8804 doet H6213 H8799 , doende H8441 naar al de gruwelen H7563 , die de goddeloze H6213 H8804 doet H2425 H8804 , zou die leven H6666 ? Al zijn gerechtigheden H6213 H8804 , die hij gedaan heeft H2142 H8735 , zullen niet gedacht worden H4603 H8804 ; in zijn overtreding H4604 , waardoor hij overtreden heeft H2403 , en in zijn zonde H2398 H8804 , die hij gezondigd heeft H4191 H8799 , in die zal hij sterven.
  25 H559 H8804 Nog zegt gijlieden H1870 : De weg H136 des HEEREN H8505 H8735 is niet recht H8085 H8798 ; hoort H1004 nu, o huis H3478 Israels H1870 ! is Mijn weg H8505 H8735 niet recht H1870 ? Zijn niet uw wegen H8505 H8735 onrecht?
  26 H6662 Als de rechtvaardige H7725 H8800 zich afkeert H6666 van zijn gerechtigheid H5766 , en onrecht H6213 H8804 doet H4191 H8804 , en sterft H5766 in dezelve, hij zal in zijn onrecht H6213 H8804 , dat hij gedaan heeft H4191 H8799 , sterven.
  27 H7563 Maar als de goddeloze H7725 H8800 zich bekeert H7564 van zijn goddeloosheid H6213 H8804 , die hij gedaan heeft H6213 H8799 , en doet H4941 recht H6666 en gerechtigheid H5315 , die zal zijn ziel H2421 H8762 in het leven behouden;
  28 H7200 H8799 Dewijl hij toeziet H7725 H8799 , en zich bekeert H6588 van al zijn overtredingen H6213 H8804 , die hij gedaan heeft H2421 H8800 , hij zal gewisselijk H2421 H8799 leven H4191 H8799 , hij zal niet sterven.
  29 H559 H8804 Evenwel zegt H1004 het huis H3478 Israels H1870 : De weg H136 des HEEREN H8505 H8735 is niet recht H1870 . Zouden Mijn wegen H1004 , o huis H3478 Israels H8505 H8735 , niet recht zijn H1870 ? Zijn niet uw wegen H8505 H8735 onrecht?
  30 H8199 H8799 Daarom zal Ik u richten H1004 , o huis H3478 Israels H376 ! een ieder H1870 naar zijn wegen H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H7725 H8798 , keert weder H7725 H8685 , en bekeert u H6588 van al uw overtredingen H5771 , zo zal de ongerechtigheid H4383 u niet tot een aanstoot worden.
  31 H7993 H8685 Werpt van u weg H6588 al uw overtredingen H6586 H8804 , waardoor gij overtreden hebt H6213 H8798 , en maakt H2319 u een nieuw H3820 hart H2319 en een nieuwen H7307 geest H4191 H8799 ; want waarom zoudt gij sterven H1004 , o huis H3478 Israels?
  32 H2654 H8799 Want Ik heb geen lust H4194 aan den dood H4191 H8801 des stervenden H5002 H8803 , spreekt H136 de Heere H3069 HEERE H7725 H8685 ; daarom bekeert u H2421 H8798 en leeft.