Proverbs 1:10-19

DSV_Strongs(i)
  10 H1121 Mijn zoon H2400 ! indien de zondaars H6601 H8762 u aanlokken H14 H8799 , bewillig H3808 niet;
  11 H559 H8799 Indien zij zeggen H3212 H8798 : Ga H693 H8799 met ons, laat ons loeren H1818 op bloed H6845 H8799 , ons versteken H5355 tegen den onschuldige H2600 , zonder oorzaak;
  12 H2416 Laat ons hen levend H1104 H8799 verslinden H7585 , als het graf H8549 ; ja, geheel en al H953 , gelijk die in den kuil H3381 H8802 nederdalen;
  13 H3368 Alle kostelijk H1952 goed H4672 H8799 zullen wij vinden H1004 , onze huizen H7998 zullen wij met roof H4390 H8762 vullen.
  14 H1486 Gij zult uw lot H8432 midden H5307 H8686 onder ons werpen H259 ; wij zullen allen een H3599 buidel hebben.
  15 H1121 Mijn zoon H3212 H8799 ! wandel H1870 niet met hen op den weg H4513 H8798 ; weer H7272 uw voet H5410 van hun pad.
  16 H7272 Want hun voeten H7323 H8799 lopen H7451 ten boze H4116 H8762 ; en zij haasten zich H1818 om bloed H8210 H8800 te storten.
  17 H7568 Zekerlijk, het net H2600 wordt tevergeefs H2219 H8794 gespreid H5869 voor de ogen H1167 H3671 van allerlei gevogelte;
  18 H693 H8799 En deze loeren H1818 op hun [eigen] bloed H6845 H8799 , en versteken zich H5315 tegen hun zielen.
  19 H734 Zo zijn de paden H1215 van een iegelijk, die gierigheid H1214 H8802 pleegt H5315 ; zij zal de ziel H1167 van haar meester H3947 H8799 vangen.