Luke 12:10 Cross References - DSV_Strongs

10 G2532 En G3956 een iegelijk G3739 , die G3056 [enig] woord G2046 G5692 spreken zal G1519 tegen G5207 den Zoon G444 des mensen G846 , het zal hem G863 G5701 vergeven worden G1161 ; maar G1519 wie tegen G40 den Heiligen G4151 Geest G987 G5660 gelasterd zal hebben G3756 , dien zal het niet G863 G5701 vergeven worden.

Matthew 12:31-32

31 G1223 G5124 Daarom G3004 G5719 zeg Ik G5213 u G3956 : Alle G266 zonde G2532 en G988 lastering G444 zal den mensen G863 G5701 vergeven worden G1161 ; maar G988 de lastering G4151 tegen den Geest G444 zal den mensen G3756 niet G863 G5701 vergeven worden.

32 G2532 En G3739 G302 zo wie G3056 [enig] woord G2036 G5632 gesproken zal hebben G2596 tegen G5207 den Zoon G444 des mensen G846 , het zal hem G863 G5701 vergeven worden G3739 ; maar G302 G3739 zo wie G2596 tegen G40 den Heiligen G4151 Geest G2036 G5632 zal gesproken hebben G846 , het zal hem G3756 niet G863 G5701 vergeven worden G3777 , noch G1722 in G5129 deze G165 eeuw G3777 , noch G1722 in G3195 G5723 de toekomende.

28 G281 Voorwaar G3004 G5719 , Ik zeg G5213 u G3754 , dat G3956 al G265 de zonden G5207 den kinderen G444 der mensen G863 G5701 zullen vergeven worden G2532 , en G988 allerlei lasteringen G3745 G302 , waarmede G987 G5661 zij zullen gelasterd hebben;

29 G1161 Maar G302 zo wie G987 G5661 zal gelasterd hebben G1519 tegen G40 den Heiligen G4151 Geest G2192 G5719 , die heeft G3756 geen G859 vergeving G1519 in G165 der eeuwigheid G235 , maar G2076 G5748 hij is G1777 schuldig G166 des eeuwigen G2920 oordeels.

30 G3754 Want G3004 G5707 zij zeiden G2192 G5719 : Hij heeft G169 een onreinen G4151 geest.

34 G1161 En G2424 Jezus G3004 G5707 zeide G3962 : Vader G863 G5628 , vergeef G846 het hun G1063 ; want G1492 G5758 zij weten G3756 niet G5101 , wat G4160 G5719 zij doen G1161 . En G1266 G5734 verdelende G846 Zijn G2440 klederen G906 G5627 , wierpen zij G2819 het lot.

13 G3588 Die G4386 te voren G989 een [gods] lasteraar G5607 G5752 was G2532 , en G1376 een vervolger G2532 , en G5197 een verdrukker G235 ; maar G1653 G5681 mij is barmhartigheid geschied G3754 , dewijl G50 G5723 ik het onwetende G4160 G5656 gedaan heb G1722 in G570 [mijn] ongelovigheid.

4 G1063 Want G102 het is onmogelijk G530 , degenen, die eens G5461 G5685 verlicht geweest zijn G5037 , en G2032 de hemelse G1431 gave G1089 G5666 gesmaakt hebben G2532 , en G40 des Heiligen G4151 Geestes G3353 deelachtig G1096 G5679 geworden zijn,

5 G2532 En G1089 G5666 gesmaakt hebben G2570 het goede G4487 woord G2316 Gods G5037 , en G1411 de krachten G3195 G5723 der toekomende G165 eeuw,

6 G2532 En G3895 G5631 afvallig worden G3825 , [die], [zeg] [ik], wederom G340 G5721 te vernieuwen G1519 tot G3341 bekering G1438 , als welke zichzelven G5207 den Zoon G2316 van God G388 G5723 wederom kruisigen G2532 en G3856 G5723 openlijk te schande maken.

7 G1063 Want G1093 de aarde G3588 , die G5205 den regen G4178 , menigmaal G1909 op G846 haar G2064 G5740 komende G4095 G5631 , indrinkt G2532 , en G2111 bekwaam G1008 kruid G5088 G5723 voortbrengt G1565 voor degenen G1223 , door G3739 welke G1090 G5743 zij ook gebouwd wordt G3335 G5719 , die ontvangt G2129 zegen G575 van G2316 God;

8 G1161 Maar G173 die doornen G2532 en G5146 distelen G1627 G5723 draagt G96 , die is verwerpelijk G2532 , en G1451 nabij G2671 de vervloeking G3739 , welker G5056 einde G1519 is tot G2740 verbranding.

26 G1063 Want G2257 zo wij G1596 willens G264 G5723 zondigen G3326 , nadat G1922 wij de kennis G225 der waarheid G2983 G5629 ontvangen hebben G620 G5743 , zo blijft G3756 er geen G2378 slachtoffer G2089 meer G4012 over voor G266 de zonden;

27 G1161 Maar G5100 een G5398 schrikkelijke G1561 verwachting G2920 des oordeels G2532 , en G2205 hitte G4442 des vuurs G5227 , dat de tegenstanders G3195 G5723 zal G2068 G5721 verslinden.

28 G5100 Als iemand G3551 de wet G3475 van Mozes G114 G5660 heeft te niet gedaan G599 G5719 , die sterft G5565 zonder G3628 barmhartigheid G1909 , onder G1417 twee G2228 of G5140 drie G3144 getuigen;

29 G4214 Hoeveel G5501 te zwaarder G5098 straf G1380 G5719 , meent gij G515 G5701 , zal hij waardig geacht worden G3588 , die G5207 den Zoon G2316 van God G2662 G5660 vertreden heeft G2532 , en G129 het bloed G1242 des testaments G2839 onrein G2233 G5666 geacht heeft G3739 G1722 , waardoor G37 G5681 hij geheiligd was G2532 , en G4151 den Geest G5485 der genade G1796 G5660 smaadheid heeft aangedaan?

30 G1063 Want G1492 G5758 wij kennen G2036 G5631 Hem, Die gezegd heeft G1698 : Mijn G1557 is de wraak G1473 , Ik G467 G5692 zal het vergelden G3004 G5719 , spreekt G2962 de Heere G2532 . En G3825 wederom G2962 : De Heere G846 zal Zijn G2992 volk G2919 G5692 oordelen.

31 G5398 Vreselijk G1706 G5629 is het te vallen G1519 in G5495 de handen G2198 G5723 des levenden G2316 Gods.

16 G1437 Indien G5100 iemand G846 zijn G80 broeder G1492 G5632 ziet G264 G5723 zondigen G266 een zonde G3361 niet G4314 tot G2288 den dood G154 G5692 , die zal [God] bidden G2532 en G846 Hij zal hem G2222 het leven G1325 G5692 geven G264 G5723 , dengenen, [zeg] [ik], die zondigen G3361 niet G4314 tot G2288 den dood G2076 G5748 . Er is G266 een zonde G4314 tot G2288 den dood G4012 ; voor G1565 dezelve G3004 G5719 [zonde] zeg ik G3756 niet G2443 , dat G2065 G5661 hij zal bidden.