Job 32:18 Cross References - DSV_Strongs

  18 H3588 Want H4390 H0 ik ben H4405 der woorden H4390 H8804 vol H7307 ; de geest H990 mijns buiks H6693 H8689 benauwt mij.

Psalms 39:3

  3 H3820 [039:4] Mijn hart H2552 H8804 werd heet H7130 in mijn binnenste H784 , een vuur H1197 H8799 ontbrandde H1901 in mijn overdenking H227 ; [toen H1696 H8765 ] sprak ik H3956 met mijn tong:

Jeremiah 20:9

  9 H559 H8804 Dies zeide ik H2142 H8799 : Ik zal Zijner niet gedenken H8034 , en niet meer in Zijn Naam H1696 H8762 spreken H3820 ; maar het werd in mijn hart H1197 H8802 als een brandend H784 vuur H6113 H8803 , besloten H6106 in mijn beenderen H3811 H8738 ; en ik bemoeide mij H3557 H8771 om te verdragen H3201 H8799 , maar konde niet.

Ezekiel 3:14-27

  14 H5375 H0 Toen hief H7307 de Geest H5375 H8804 mij op H3947 H8799 , en nam mij weg H3212 H8799 , en ik ging henen H4751 , bitterlijk bedroefd H2534 door de hitte H7307 mijns geestes H3027 ; maar de hand H3068 des HEEREN H2388 H8804 was sterk op mij.
  15 H935 H8799 En ik kwam H1473 tot de weggevoerden H8512 te Tel-abib H5104 , die aan de rivier H3529 Chebar H3427 H8802 woonden H3427 H8799 , en ik bleef H3427 H8799 daar zij woonden H3427 H8799 ; ja, ik bleef H8074 H8688 daar verbaasd H8432 in het midden H7651 van hen zeven H3117 dagen.
  16 H7097 Het gebeurde nu ten einde H7651 van zeven H3117 dagen H1697 , dat het woord H3068 des HEEREN H559 H8800 tot mij geschiedde, zeggende:
  17 H1121 H120 Mensenkind H6822 H8802 ! Ik heb u tot een wachter H5414 H8804 gesteld H1004 over het huis H3478 Israels H1697 ; zo zult gij het woord H6310 uit Mijn mond H8085 H8804 horen H2094 H8689 , en hen van Mijnentwege waarschuwen.
  18 H7563 Als Ik tot den goddeloze H559 H8800 zeg H4191 H8800 : Gij zult den dood H4191 H8799 sterven H2094 H8689 , en gij waarschuwt H1696 H8765 hem niet, en spreekt H7563 niet, om den goddeloze H7563 van zijn goddelozen H1870 weg H2094 H8687 te waarschuwen H2421 H8763 , opdat gij hem in het leven behoudt H7563 ; die goddeloze H5771 zal in zijn ongerechtigheid H4191 H8799 sterven H1818 , maar zijn bloed H3027 zal Ik van uw hand H1245 H8762 eisen.
  19 H7563 Doch als gij den goddeloze H2094 H8689 waarschuwt H7562 , en hij zich van zijn goddeloosheid H7563 en van zijn goddelozen H1870 weg H7725 H8804 niet bekeert H5771 , hij zal in zijn ongerechtigheid H4191 H8799 sterven H5315 ; maar gij hebt uw ziel H5337 H8689 bevrijd.
  20 H6662 Als ook een rechtvaardige H6664 zich van zijn gerechtigheid H7725 H8800 afkeert H5766 , en onrecht H6213 H8804 doet H4383 , en Ik een aanstoot H6440 voor zijn aangezicht H5414 H8804 leg H4191 H8799 , hij zal sterven H2094 H8689 ; omdat gij hem niet gewaarschuwd hebt H2403 , zal hij in zijn zonde H4191 H8799 sterven H6666 , en zijn gerechtigheden H6213 H8804 , die hij gedaan heeft H2142 H8735 , zullen niet gedacht worden H1818 ; maar zijn bloed H3027 zal Ik van uw hand H1245 H8762 eisen.
  21 H6662 Doch als gij den rechtvaardige H2094 H8689 waarschuwt H6662 , opdat de rechtvaardige H2398 H8800 niet zondige H2398 H8804 , en hij niet zondigt H2421 H8800 ; hij zal zekerlijk H2421 H8799 leven H2094 H8737 , omdat hij gewaarschuwd is H5315 ; en gij hebt uw ziel H5337 H8689 bevrijd.
  22 H3027 En de hand H3068 des HEEREN H559 H8799 was daar op mij, en Hij zeide H6965 H8798 tot mij: Maak u op H3318 H8798 , ga uit H1237 in de vallei H1696 H8762 , en Ik zal daar met u spreken.
  23 H6965 H8799 En ik maakte mij op H3318 H8799 , en ging uit H1237 in de vallei H3519 , en ziet, de heerlijkheid H3068 des HEEREN H5975 H8802 stond H3519 aldaar, gelijk de heerlijkheid H7200 H8804 , die ik gezien had H5104 bij de rivier H3529 Chebar H5307 H8799 ; en ik viel H6440 op mijn aangezicht.
  24 H935 H8799 Toen kwam H7307 de Geest H5975 H8686 in mij, en stelde H7272 mij op mijn voeten H1696 H8762 , en Hij sprak H559 H8799 met mij, en Hij zeide H935 H8798 tot mij: Ga H5462 H8734 , besluit u H8432 binnen H1004 in uw huis.
  25 H1121 H120 Want u aangaande, mensenkind H5688 , ziet, zij zouden dikke touwen H5414 H8804 aan u leggen H631 H8804 , en zij zouden u daarmede binden H3318 H8799 ; daarom zult gij niet uitgaan H8432 in het midden van hen.
  26 H3956 En Ik zal uw tong H2441 aan uw gehemelte H1692 H8686 doen kleven H481 H8738 , dat gij stom worden zult H3198 H8688 , en zult hun niet zijn tot een bestraffenden H376 man H4805 ; want zij zijn een wederspannig H1004 huis.
  27 H854 Maar als Ik met H1696 H8763 u spreken zal H6310 , zal Ik uw mond H6605 H8799 opendoen H559 H8804 , en gij zult tot hen zeggen H559 H8804 : Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H8085 H8802 , wie hoort H8085 H8799 , die hore H2310 , en wie het laat H2308 H8799 , die late H4805 het; want zij zijn een wederspannig H1004 huis.

Acts 4:20

  20 G1063 Want G2249 wij G1410 G5736 kunnen G3765 niet G3361 laten G2980 G5721 te spreken G3739 , hetgeen G1492 G5627 wij gezien G2532 en G191 G5656 gehoord hebben.

2 Corinthians 5:13-14

  13 G1063 Want G1535 hetzij dat G1839 G5627 wij uitzinnig zijn G2316 , wij zijn het Gode G1535 ; hetzij dat G4993 G5719 wij gematigd van zinnen zijn G5213 , wij zijn het ulieden.
  14 G1063 Want G26 de liefde G5547 van Christus G4912 G5719 dringt G2248 ons;

Cross Reference data is from OpenBible.info, retrieved June 28, 2010, and licensed under a Creative Commons Attribution License.