Hebrews 9:8 Cross References - DSV_Strongs
Isaiah 63:11
11
H2142 H8799
Nochtans dacht Hij aan
H3117
de dagen
H5769
van ouds
H4872
, aan Mozes
H5971
[en] Zijn volk
H3220
; [maar] [nu], waar is Hij, Die hen uit de zee
H5927 H8688
opgebracht heeft
H7462 H8802
, met de herders
H6629
Zijner kudde
H6944
? Waar is Hij, Die Zijn Heiligen
H7307
Geest
H7130
in het midden
H7760 H8802
van hen stelde?
John 10:7
John 10:9
John 14:6
Acts 7:51-52
51
G4644
Gij hardnekkigen
G2532
en
G564
onbesnedenen
G2588
van hart
G2532
en
G3775
oren
G5210
, gij
G496 G5719
wederstaat
G104
altijd
G40
den Heiligen
G4151
Geest
G5613
; gelijk
G5216
uw
G3962
vaders
G2532
, [alzo] ook
G5210
gij.
52
G5101
Wien
G4396
van de profeten
G5216
hebben uw
G3962
vaders
G3756
niet
G1377 G5656
vervolgd
G2532
? En
G615 G5656
zij hebben gedood
G3588
degenen, die
G4293 G5660
te voren verkondigd hebben
G4012
de
G1660
komst
G1342
des Rechtvaardigen
G3739
, van Welken
G5210
gijlieden
G3568
nu
G4273
verraders
G2532
en
G5406
moordenaars
G1096 G5769
geworden zijt.
Acts 28:25
25
G1161
En
G4314
tegen
G240
elkander
G800
oneens
G5607 G5752
zijnde
G630 G5710
, scheidden zij
G3972
; als Paulus
G1520
[dit] ene
G4487
woord
G2036 G5631
gezegd had
G3754
, [namelijk]:
G2573
Wel
G40
heeft de Heilige
G4151
Geest
G2980 G5656
gesproken
G1223
door
G2268
Jesaja
G4396
, den profeet
G4314
, tot
G2257
onze
G3962
vaderen,
Galatians 3:8
8
G1161
En
G1124
de Schrift
G4275 G5631
, te voren ziende
G3754
, dat
G2316
God
G1484
de heidenen
G1537
uit
G4102
het geloof
G1344 G5719
zou rechtvaardigen
G4283 G
, heeft te voren
G11
aan Abraham
G4283 G5662
het Evangelie verkondigd
G3754
, [zeggende]:
G1722
In
G4671
u
G3956
zullen al
G1484
de volken
G1757 G5701
gezegend worden.
Ephesians 2:18
Hebrews 3:7
Hebrews 4:15-16
15
G1063
Want
G2192 G5719
wij hebben
G3756
geen
G749
hogepriester
G3361
, die niet
G1410 G5740
kan
G4834 G5658
medelijden hebben met
G2257
onze
G769
zwakheden
G1161
, maar
G2596
Die in
G3956
alle dingen
G2596
, gelijk
G2596 G3665
als
G3985 G5772 G5625 G3987 G5772
wij, is verzocht geweest
G5565
, [doch] zonder
G266
zonde.
Hebrews 9:3
Hebrews 10:15
Hebrews 10:19-22
19
G3767
Dewijl wij dan
G80
, broeders
G3954
, vrijmoedigheid
G2192 G5723
hebben
G1519
, om
G1529
in te gaan
G39
in het heiligdom
G1722
door
G129
het bloed
G2424
van Jezus,
20
G4372
Op een versen
G2532
en
G2198 G5723
levenden
G3598
weg
G3739
, welken
G2254
Hij ons
G1457 G5656
ingewijd heeft
G1223
door
G2665
het voorhangsel
G5123 G5748
, dat is
G846
, [door] Zijn
G4561
vlees;
21
G2532
En
G3173
[dewijl] [wij] [hebben] een groten
G2409
Priester
G1909
over
G3624
het huis
G2316
Gods;
22
G4334 G5741
Zo laat ons toegaan
G3326
met
G228
een waarachtig
G2588
hart
G1722
, in
G4136
volle verzekerdheid
G4102
des geloofs
G2588
, [onze] harten
G4472 G5772
gereinigd zijnde
G575
van
G4190
het kwaad
G4893
geweten
G2532
, en
G4983
het lichaam
G3068 G5772
gewassen zijnde
G2513
met rein
G5204
water.