2 Chronicles 24:7 Cross References - DSV_Strongs
Deuteronomy 32:15-17
15
H3484
Als nu Jeschurun
H8080 H8799
vet werd
H1163 H8799
, zo sloeg hij achteruit
H8080 H8804
(gij zijt vet
H5666 H8804
, gij zijt dik
H3780 H8804
, [ja], [met] [vet] overdekt geworden
H433
!); en hij liet God
H5203 H8799
varen
H6213 H8804
, Die hem gemaakt heeft
H5034 H8762
, en versmaadde
H6697
den Rotssteen
H3444
zijns heils.
2 Kings 12:4
4
H3060
En Joas
H559 H8799
zeide
H413
tot
H3548
de priesteren
H3605
: Al
H3701
het geld
H6944
der geheiligde dingen
H834
, dat
H935 H8714
gebracht zal worden
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN
H3701
, [te] [weten] het geld
H5674 H8802
desgenen, die overgaat
H3701
[tot] [de] [getelden], het geld
H376
van een ieder
H5315
der personen
H6187
[naar] zijn schatting
H3605
, [en] al
H3701
het geld
H834
, dat
H5921
in
H376
ieders
H3820
hart
H5927 H8799
komt
H935 H8687
, om [dat] te brengen
H1004
in het huis
H3068
des HEEREN,
2 Chronicles 21:17
17
H5927 H8799
Die togen op
H3063
in Juda
H1234 H8799
, en braken
H7617 H0
daarin, en voerden
H3605
alle
H7399
have
H7617 H8799
weg
H1004
, die in het huis
H4428
des konings
H4672 H8737
gevonden werd
H1571
, zelfs ook
H1121
zijn kinderen
H802
, en zijn vrouwen
H3808
; zodat hem geen
H1121
zoon
H7604 H8738
overgelaten werd
H3588 H518
, dan
H3059
Joahaz
H6996
, de kleinste
H1121
zijner zonen.
2 Chronicles 28:22-24
22
H6256
Ja, ter tijd
H6887 H8687
, als men hem benauwde
H4603 H8800
, zo maakte hij des overtredens
H3068
tegen den HEERE
H3254 H8686
nog meer
H1931
; dit
H4428
was de koning
H271
Achaz.
23
H2076 H8799
Want hij offerde
H430
den goden
H1834
van Damaskus
H5221 H8688
, die hem geslagen hadden
H559 H8799
, en zeide
H3588
: Omdat
H430
de goden
H1992
der
H4428
koningen
H758
van Syrie
H859
hen
H5826 H8688
helpen
H2076 H8762
, zal ik hun offeren
H5826 H8799
, opdat zij mij [ook] helpen
H1992
; maar zij
H1961 H8804
waren
H3782 H8687
hem tot zijn val
H3605
, mitsgaders aan gans
H3478
Israel.
24
H271
En Achaz
H622 H8799
verzamelde
H3627
de vaten
H1004
van het huis
H430
Gods
H7112 H0
, en hieuw
H3627
de vaten
H1004
van het huis
H430
Gods
H7112 H8762
in stukken
H5462 H8799
, en sloot
H1817
de deuren
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H6213 H8799
toe; daartoe maakte hij
H4196
zich altaren
H3605
in alle
H6438
hoeken
H3389
te Jeruzalem.
Esther 7:6
Proverbs 10:7
Ezekiel 16:17-21
17
H3947 H8799
Daartoe hebt gij genomen
H3627
de vaten
H8597
uws sieraads
H2091
van Mijn goud
H3701
en van Mijn zilver
H5414 H8804
, dat Ik u gegeven had
H6754 H2145
, en gij hebt u mansbeelden
H6213 H8799
gemaakt
H2181 H8799
, en gij hebt met dezelve gehoereerd.
18
H7553
En gij hebt uw gestikte
H899
klederen
H3947 H8799
genomen
H3680 H8762
, en hebt ze bedekt
H8081
; en gij hebt Mijn olie
H7004
en Mijn reukwerk
H6440
voor hun aangezichten
H5414 H8804
gesteld.
19
H3899
En Mijn brood
H5414 H8804
, hetwelk Ik u gaf
H5560
, meelbloem
H8081
en olie
H1706
, en honig
H398 H8689
, [waarmede] Ik u spijsde
H6440
, dat hebt gij ook voor hun aangezichten
H5414 H8804
gesteld
H5207
tot een liefelijken
H7381
reuk
H5002 H8803
; zo is het geschied, spreekt
H136
de Heere
H3069
HEERE.
Daniel 5:2-4
2
H1113
Als Belsazar
H2562
den wijn
H2942
geproefd had
H560 H8754
, zeide hij
H1722
, dat men de gouden
H3702
en zilveren
H3984
vaten
H858 H8682
voorbrengen zou
H2
, die zijn vader
H5020
Nebukadnezar
H4481
uit
H1965
den tempel
H3390
, die te Jeruzalem
H5312 H8684
geweest was, weggevoerd had
H4430
; opdat de koning
H7261
en zijn geweldigen
H7695
, zijn vrouwen
H3904
en zijn bijwijven
H8355 H8748
uit dezelve dronken.
3
H116
Toen
H858 H8684
bracht men
H1722
voor de gouden
H3984
vaten
H4481
, die men uit
H1965
den tempel
H1005
van het huis
H426
Gods
H3390
, die te Jeruzalem
H5312 H8684
geweest was, weggevoerd had
H4430
; en de koning
H7261
en zijn geweldigen
H7695
, zijn vrouwen
H3904
, en zijn bijwijven
H8355 H8754
dronken daaruit.
Daniel 5:23
23
H7313 H8712
Maar gij hebt u verheven
H5922
tegen
H4756
den Heere
H8065
des hemels
H3984
, en men heeft de vaten
H1005
van Zijn huis
H6925
voor
H858 H8684
u gebracht
H607
, en gij
H7261
, en uw geweldigen
H7695
, uw vrouwen
H3904
, en uw bijwijven
H2562
hebben wijn
H8355 H8750
uit dezelve gedronken
H426
, en de goden
H3702
van zilver
H1722
en goud
H5174
, koper
H6523
, ijzer
H636
, hout
H69
en steen
H3809
, die niet
H2370 H8751
zien
H3809
, noch
H8086 H8750
horen
H3809
, noch
H3046 H8751
weten
H7624 H8745
, hebt gij geprezen
H426
; maar dien God
H3028
, in Wiens hand
H5396
uw adem
H3606
is, en bij Wien al
H735
uw paden
H3809
zijn, hebt gij niet
H1922 H8745
verheerlijkt.
Hosea 2:8-9
Hosea 2:13
13
H6485
[02:12] En Ik zal over haar bezoeken
H3117
de dagen
H1168
des Baals
H6999
, waarin zij dien gerookt heeft
H5710
, en zich versierd
H5141
met haar voorhoofdsiersel
H2484
, en haar halssieraad
H157
, en is haar boelen
H3212 H310
nagegaan
H7911
, maar heeft Mij vergeten
H5002
, spreekt
H3068
de HEERE.
2 Thessalonians 2:8
Revelation 2:20
20
G235
Maar
G2192 G5719
Ik heb
G3641
[enige] weinige dingen
G2596
tegen
G4675
u
G3754
, dat
G1135
gij de vrouw
G2403
Jezabel
G3588
, die
G1438
zich zelve
G3004 G5723
zegt
G4398
een profetes
G1439 G5719
te zijn, laat
G1321 G5721
leren
G2532
, en
G1699
Mijn
G1401
dienstknechten
G4105 G5745
verleiden
G4203 G5658
, dat zij hoereren
G2532
en
G1494
afgodenoffer
G5315 G5629
eten.