DSV_Strongs(i)
1
H3091
Jozua
H1121
nu, de zoon
H5126
van Nun
H8147
, had twee
H582
mannen
H2791
, die heimelijk
H7270 H8764
verspieden zouden
H7971 H8799
, gezonden
H4480
van
H7851
Sittim
H559 H8800
, zeggende
H3212 H8798
: Gaat heen
H7200 H8798
, bezichtigt
H776
het land
H3405
en Jericho
H3212 H8799
. Zij dan gingen
H935 H8799
, en kwamen
H802
ten huize
H1004
van een vrouw
H2181 H8802
, een hoer
H8034
, wier naam
H7343
was Rachab
H7901 H8799
, en zij sliepen
H8033
daar.
2
H4428
Toen werd den koning
H3405
te Jericho
H559 H8735
geboodschapt
H559 H8800
, zeggende
H2009
: Zie
H3915
, in dezen nacht
H2008
zijn hier
H582
mannen
H935 H8804
gekomen
H4480
van
H1121
de kinderen
H3478
Israels
H776
, om dit land
H2658 H8800
te doorzoeken.
3
H7971 H8799
Daarom zond
H4428
de koning
H3405
van Jericho
H413
tot
H7343
Rachab
H559 H8800
, zeggende
H3318 H8685
: Breng
H582
de mannen
H413
uit, die tot
H935 H8802
u gekomen zijn
H834
, die
H1004
te uwen huize
H935 H8804
gekomen zijn
H3588
; want
H935 H8804
zij zijn gekomen
H3605
, om het ganse
H776
land
H2658 H8800
te doorzoeken.
4
H802
Maar die vrouw
H8147
had die beide
H582
mannen
H3947 H8799
genomen
H6845 H8799
, en zij had hen verborgen
H559 H8799
; en zeide
H3651
aldus
H582
: Er zijn mannen
H413
tot
H935 H8804
mij gekomen
H3045 H8804
, maar ik wist
H3808
niet
H4480
, van
H370
waar zij waren.
5
H1961 H8799
En het geschiedde
H8179
, als men de poort
H5462 H8800
zou sluiten
H2822
, als het duister
H582
was, dat die mannen
H3318 H8804
uitgingen
H3045 H8804
; ik weet
H3808
niet
H575
, waarheen
H582
die mannen
H1980 H8804
gegaan zijn
H7291 H8798
; jaagt
H4118
hen haastelijk
H310
na
H3588
, want
H5381 H8686
gij zult ze achterhalen.
6
H1931
Maar zij
H1406
had hen op het dak
H5927 H8689
doen klimmen
H2934 H8799
, en zij had hen verstoken
H6086 H6593
onder de vlasstoppelen
H5921
, die van haar op
H1406
het dak
H6186 H8803
beschikt waren.
7
H582
Die mannen
H7291 H8804
nu jaagden
H310
hen na
H1870
op den weg
H3383
van de Jordaan
H5921
, tot aan
H4569
de veren
H5462 H8804
; en men sloot
H8179
de poort
H310 H834
toe, nadat
H3318 H8804
zij uitgegaan waren
H7291 H8802 H310
, die hen najaagden.
8
H2962
Eer
H1992
zij
H7901 H8799
nu sliepen
H5927 H8804
, zo klom
H1931
zij
H5921
tot
H5921
hen op, op
H1406
het dak.
9
H559 H8799
En zij sprak
H413
tot
H582
die mannen
H3045 H8804
: Ik weet
H3588
, dat
H3068
de HEERE
H776
u dit land
H5414 H8804
gegeven heeft
H3588
, en dat
H367
ulieder verschrikking
H5921
op
H5307 H8804
ons gevallen is
H3588
, en dat
H3605
al
H3427 H8802
de inwoners
H776
dezes lands
H4480
voor
H6440
ulieder aangezicht
H4127 H8738
gesmolten zijn.
10
H3588
Want
H8085 H8804
wij hebben gehoord
H834
, dat
H3068
de HEERE
H4325
de wateren
H5488 H3220
der Schelfzee
H3001 H8689
uitgedroogd heeft
H4480
voor
H6440
ulieder aangezicht
H4480
, toen gij uit
H4714
Egypte
H3318 H8800
gingt
H834
; en wat
H8147
gijlieden aan de twee
H4428
koningen
H567
der Amorieten
H5511
, Sihon
H5747
en Og
H6213 H8804
, gedaan hebt
H834
, die
H5676
op gene zijde
H3383
van de Jordaan
H834
waren, dewelke
H2763 H8689
gijlieden verbannen hebt.
11
H8085 H8799
Als wij het hoorden
H4549 H8735
, zo versmolt
H3824
ons hart
H6965 H8804
, en er bestaat
H3808
geen
H7307
moed
H5750
meer
H376
in iemand
H4480
, vanwege
H6440
ulieder tegenwoordigheid
H3588
; want
H3068
de HEERE
H430
, ulieder God
H1931
, is
H430
een God
H4480 H4605
boven
H8064
in den hemel
H4480 H8478
, en beneden
H5921
op
H776
de aarde.
12
H6258
Nu dan
H7650 H8734
, zweert
H4994
mij toch
H3068
bij den HEERE
H3588
, dewijl
H2617
ik weldadigheid
H5973
aan
H6213 H8804
ulieden gedaan heb
H859
, dat gij
H1571
ook
H2617
weldadigheid
H6213 H8804
doen zult
H5973
aan
H1
mijns vaders
H1004
huis
H5414 H8804
, en geeft
H571 H226
mij een waarteken,
13
H1
Dat gij mijn vader
H517
en mijn moeder
H2421 H8689
in het leven zult behouden
H251
, als ook mijn broeders
H269
en mijn zusters
H3605
, met alles
H834
, wat
H5315
zij hebben; en dat gij onze zielen
H4480
van
H4194
den dood
H5337 H8689
redden zult.
14
H559 H8799
Toen spraken
H582
die mannen
H5315
tot haar: Onze ziel
H4191 H8800
zij voor ulieden om te sterven
H518
, indien
H2088
gijlieden deze
H1697
onze zaak
H3808
niet
H5046 H8686
te kennen geeft
H1961 H8804
; het zal dan geschieden
H3068
, wanneer de HEERE
H776
ons dit land
H5414 H8800
geeft
H5973
, zo zullen wij aan
H2617
u weldadigheid
H571
en trouw
H6213 H8804
bewijzen.
15
H3381 H8686
Zij liet hen dan neder
H2256
met een zeel
H1157
door
H2474
het venster
H3588
; want
H1004
haar huis
H7023 H2346
was op den stadsmuur
H1931
; en zij
H3427 H8802
woonde
H2346
op den muur.
16
H559 H8799
En zij zeide
H3212 H8798
tot hen: Gaat
H2022
op het gebergte
H6435
, opdat niet misschien
H7291 H8802
de vervolgers
H6293 H8799
u ontmoeten
H2247 H8738
, en verbergt u
H8033
aldaar
H7969
drie
H3117
dagen
H5704
, totdat
H7291 H8802
de vervolgers
H7725 H8800
wedergekeerd zullen zijn
H3212 H8799
; en gaat
H310
daarna
H1870
uw weg.
17
H559 H8799
Ook zeiden
H582
die mannen
H413
tot
H587
haar: Wij
H5355
zullen onschuldig
H4480
zijn van
H2088
dezen
H7621
uw eed
H834
, dien
H7650 H8689
gij ons hebt doen zweren;
18
H2009
Zie
H587
, wanneer wij
H776
in het land
H935 H8802
komen
H2088
, zo zult gij dit
H8615
snoer
H8144 H2339
van scharlakendraad
H2474
aan het venster
H7194 H8799
binden
H834
, door hetwelk
H3381 H8689
gij ons zult nedergelaten hebben
H413
; en gij zult tot
H1004
u in het huis
H622 H8799
vergaderen
H1
uw vader
H517
, en uw moeder
H251
, en uw broeders
H3605
, en het ganse
H1004
huisgezin
H1
uws vaders.
19
H1961 H8804
Zo zal het geschieden
H3605
, al
H834
wie
H4480
uit
H1817
de deuren
H1004
van uw huis
H2351
naar buiten
H3318 H8799
gaan zal
H1818
, zijn bloed
H7218
zij op zijn hoofd
H587
, en wij
H5355
zullen onschuldig
H3605
zijn; maar al
H834
wie
H854
bij
H1004
u in het huis
H1961 H8799
zijn zal
H1818
, diens bloed
H7218
zij op ons hoofd
H518
, indien
H3027
een hand
H1961 H8799
tegen hem zijn zal!
20
H518
Maar indien
H2088
gij deze
H1697
onze zaak
H5046 H8686
te kennen zult geven
H5355
, zo zullen wij onschuldig
H1961 H8804
zijn
H4480
van
H7621
uw eed
H834
, dien
H7650 H8689
gij ons hebt doen zweren.
21
H559 H8799
Zij nu zeide
H1931
: Het
H3651
zij alzo
H1697
naar uw woorden
H7971 H8762
. Toen liet zij hen gaan
H3212 H8799
; en zij gingen heen
H7194 H8799
; en zij bond
H8144 H8615
het scharlakensnoer
H2474
aan het venster.
22
H3212 H8799
Zij dan gingen heen
H935 H8799
, en kwamen
H2022
op het gebergte
H3427 H8799
, en bleven
H8033
aldaar
H7969
drie
H3117
dagen
H5704
, totdat
H7291 H8802
de vervolgers
H7725 H8804
wedergekeerd waren
H7291 H8802
; want de vervolgers
H3605
hadden hen op al
H1870
den weg
H1245 H8762
gezocht
H3808
, maar niet
H4672 H8804
gevonden.