1 Samuel 17:40-51

DSV_Strongs(i)
  40 H3947 H8799 En hij nam H4731 zijn staf H3027 in zijn hand H977 H8799 , en hij koos H2568 zich vijf H2512 gladde H68 stenen H4480 uit H5158 de beek H7760 H8799 , en leide H853 ze H7462 H8802 H3627 in de herderstas H834 , die H3219 hij had, te weten in den zak H7050 , en zijn slinger H3027 was in zijn hand H5066 H8799 ; alzo naderde hij H413 tot H6430 den Filistijn.
  41 H6430 De Filistijn H3212 H8799 ging ook heen H1980 H8802 , gaande H7131 en naderende H413 tot H1732 David H376 H5375 H8802 H6793 , en zijn schilddrager H6440 [ging] voor zijn aangezicht.
  42 H6430 Toen de Filistijn H5027 H8686 opzag H1732 , en David H7200 H8799 zag H959 H8799 , zo verachtte hij H3588 hem; want H1961 H8804 hij was H5288 een jongeling H132 , roodachtig H5973 , mitsgaders H3303 schoon H4758 van aanzien.
  43 H6430 De Filistijn H559 H8799 nu zeide H413 tot H1732 David H595 : Ben ik H3611 een hond H3588 , dat H859 gij H413 tot H935 H8802 mij komt H4731 met stokken H6430 ? En de Filistijn H7043 H8762 vloekte H1732 David H430 bij zijn goden.
  44 H559 H8799 Daarna zeide H6430 de Filistijn H413 tot H1732 David H3212 H8798 : Kom H413 tot H1320 mij, zo zal ik uw vlees H5775 aan de vogelen H8064 des hemels H5414 H8799 geven H929 , en aan de dieren H7704 des velds.
  45 H1732 David H559 H8799 daarentegen zeide H413 tot H6430 den Filistijn H859 : gij H935 H8802 komt H413 tot H2719 mij met een zwaard H2595 , en met een spies H3591 , en met een schild H595 ; maar ik H935 H8802 kom H413 tot H8034 u in den Naam H3068 van den HEERE H6635 der heirscharen H430 , den God H4634 der slagorden H3478 van Israel H834 , Dien H2778 H8765 gij gehoond hebt.
  46 H2088 Te dezen H3117 dage H3068 zal de HEERE H5462 H8762 u besluiten H3027 in mijn hand H5221 H8689 , en ik zal u slaan H7218 , en ik zal uw hoofd H4480 H5921 van H5493 H8689 u wegnemen H6297 , en ik zal de dode lichamen H6430 van der Filistijnen H4264 leger H2088 dezen H3117 dag H5775 aan de vogelen H8064 des hemels H2416 , en aan de beesten H776 des velds H5414 H8804 geven H3605 ; en de ganse H776 aarde H3045 H8799 zal weten H3588 , dat H3478 Israel H430 een God H3426 heeft.
  47 H2088 En deze H3605 ganse H6951 vergadering H3045 H8799 zal weten H3588 , dat H3068 de HEERE H3808 niet H2719 door het zwaard H2595 , noch door de spies H3467 H8686 verlost H3588 ; want H4421 de krijg H3068 is des HEEREN H853 , Die zal ulieden H3027 in onze hand H5414 H8804 geven.
  48 H1961 H8804 En het geschiedde H3588 , toen H6430 de Filistijn H6965 H8804 zich opmaakte H3212 H8799 , en heenging H1732 , en David H7125 H8800 tegemoet H7126 H8799 naderde H4116 H8762 , zo haastte H1732 David H7323 H8799 , en liep H4634 naar de slagorde H6430 toe, den Filistijn H7125 H8800 tegemoet.
  49 H1732 En David H7971 H8799 stak H3027 zijn hand H413 in H3627 de tas H3947 H8799 , en hij nam H68 een steen H4480 H8033 daaruit H7049 H8762 , en hij slingerde H5221 H8686 , en trof H6430 den Filistijn H413 in H4696 zijn voorhoofd H68 ; zodat de steen H2883 H8799 zonk H4696 in zijn voorhoofd H5307 H8799 , en hij viel H5921 op H6440 zijn aangezicht H776 ter aarde.
  50 H2388 H8799 H4480 Alzo overweldigde H1732 David H6430 den Filistijn H7050 met een slinger H68 en met een steen H5221 H8686 ; en hij versloeg H6430 den Filistijn H4191 H8686 , en doodde H1732 hem; doch David H369 had geen H2719 zwaard H3027 in de hand.
  51 H7323 H8799 Daarom liep H1732 David H5975 H8799 , en stond H413 op H6430 den Filistijn H3947 H8799 , en nam H2719 zijn zwaard H8025 H8799 , en hij trok H4480 het uit H8593 zijn schede H4191 H8787 , en hij doodde H3772 H0 hem, en hij hieuw H7218 hem het hoofd H3772 H8799 daarmede af H6430 . Toen de Filistijnen H7200 H8799 zagen H3588 , dat H1368 hun geweldigste H4191 H8804 dood was H5127 H8799 , zo vluchtten zij.