DSV_Strongs(i)
18
H559 H8804
Toen zeide
H4397
de engel
H3068
des HEEREN
H413
tot
H1410
Gad
H1732
, dat hij David
H559 H8800
zeggen zou
H3588
, dat
H1732
David
H5927 H8799
zou opgaan
H3068
, om den HEERE
H4196
een altaar
H6965 H8687
op te richten
H1637
op den dorsvloer
H771
van Ornan
H2983
, den Jebusiet.
19
H5927 H0
Zo ging
H1732
dan David
H5927 H8799
op
H1697
naar het woord
H1410
van Gad
H834
, dat
H8034
hij in den Naam
H3068
des HEEREN
H1696 H8765
gesproken had.
20
H771
Toen zich Ornan
H7725 H8799
wendde
H7200 H8799
, zo zag hij
H4397
den engel
H702
; en zijn vier
H1121
zonen
H5973
, die bij
H2244 H8693
hem waren, verstaken zich
H771
; en Ornan
H1758 H8804
dorste
H2406
tarwe.
21
H1732
En David
H935 H8799
kwam
H5704
tot
H771
Ornan
H771
; en Ornan
H5027 H8686
zag toe
H7200 H8799
, en zag
H1732
David
H3318 H8799
; zo ging hij
H4480
uit
H1637
den dorsvloer
H7812 H8691
, en boog zich neder
H1732
voor David
H639
, met het aangezicht
H776
ter aarde.
22
H1732
En David
H559 H8799
zeide
H413
tot
H771
Ornan
H5414 H8798
: Geef
H4725
mij de plaats
H1637
des dorsvloers
H3068
, dat ik op dezelve den HEERE
H4196
een altaar
H1129 H8799
bouwe
H5414 H8798
; geef
H4392
ze mij voor het volle
H3701
geld
H4046
, opdat deze plage
H6113 H8735
opgehouden worde
H4480
van
H5921
over
H5971
het volk.
23
H559 H8799
Toen zeide
H771
Ornan
H413
tot
H1732
David
H3947 H8798
: Neem ze maar henen
H113
, en mijn heer
H4428
de koning
H6213 H8799
doe
H2896
wat goed
H5869
is in zijn ogen
H7200 H8798
; zie
H5414 H8804
, ik geef
H1241
deze runderen
H5930
tot brandofferen
H4173
, en deze sleden
H6086
tot hout
H2406
, en de tarwe
H4503
tot spijsoffer
H5414 H8804
; ik geef
H3605
het al.
24
H4428
En de koning
H1732
David
H559 H8799
zeide
H771
tot Ornan
H3808
: Neen
H3588
, maar
H7069 H8800
ik zal het zekerlijk
H7069 H8799
kopen
H4392
voor het volle
H3701
geld
H3588
; want
H3068
ik zal voor den HEERE
H3808
niet
H5375 H8799
nemen
H834
wat
H5930
uw is, dat ik een brandoffer
H2600
om niet
H5927 H8687
offere.
25
H1732
En David
H5414 H8799
gaf
H771
aan Ornan
H4725
voor die plaats
H8337 H3967
zeshonderd
H2091
gouden
H8255
sikkelen
H4948
van gewicht.
26
H1129 H8799
Toen bouwde
H1732
David
H8033
aldaar
H3068
den HEERE
H4196
een altaar
H5927 H8686
, en hij offerde
H5930
brandofferen
H8002
en dankofferen
H3068
. Als hij den HEERE
H7121 H8799 H413
aanriep
H6030 H8799
, zo antwoordde Hij
H784
hem door vuur
H4480
uit
H8064
den hemel
H5921
, op
H4196 H5930
het brandofferaltaar.
27
H3068
En de HEERE
H559 H8799
zeide
H4397
tot den engel
H2719
, dat hij zijn zwaard
H7725 H0
weder
H413
in
H5084
zijn schede
H7725 H8686
steken zou.
28
H1931
Ter zelfder
H6256
tijd
H1732
, toen David
H7200 H8800
zag
H3588
, dat
H3068
de HEERE
H6030 H8804
hem geantwoord had
H1637
op den dorsvloer
H771
van Ornan
H2983
, den Jebusiet
H2076 H8799
, zo offerde hij
H8033
aldaar;