Leviticus 23:9-21

DSV_Strongs(i)
  9 H3068 En de HEERE H1696 H8762 sprak H4872 tot Mozes H559 H8800 , zeggende:
  10 H1696 H8761 Spreek H1121 tot de kinderen H3478 Israels H559 H8804 , en zeg H776 tot hen: Als gij in het land H935 H8799 zult gekomen zijn H5414 H8802 , hetwelk Ik u geven zal H7105 , en gij zijn oogst H7114 H8804 zult inoogsten H6016 , dan zult gij een garf H7225 der eerstelingen H7105 van uw oogst H3548 tot den priester H935 H8689 brengen.
  11 H6016 En hij zal die garf H6440 voor het aangezicht H3068 des HEEREN H5130 H8689 bewegen H7522 , opdat het voor u aangenaam H4283 zij; des anderen daags H7676 na den sabbat H3548 zal de priester H5130 H8686 die bewegen.
  12 H3117 Gij zult ook op den dag H6016 , als gij die garf H5130 H8687 bewegen zult H6213 H8804 , bereiden H8549 een volkomen H3532 lam H1121 H8141 , dat eenjarig H5930 is, ten brandoffer H3068 den HEERE;
  13 H4503 En zijn spijsoffer H8147 twee H6241 tienden H5560 meelbloem H8081 , met olie H1101 H8803 gemengd H801 , ten vuuroffer H3068 , den HEERE H5207 tot een liefelijken H7381 reuk H5262 ; en zijn drankoffer H3196 van wijn H7243 , het vierde H1969 deel van een hin.
  14 H3899 En gij zult geen brood H7039 , noch geroost koren H3759 , noch groene aren H398 H8799 eten H6106 H2088 , tot op dienzelven H3117 dag H5704 , dat H7133 gij de offerande H430 uws Gods H935 H8687 zult gebracht hebben H5769 ; het is een eeuwige H2708 inzetting H1755 voor uw geslachten H4186 , in al uw woningen.
  15 H5608 H8804 Daarna zult gij u tellen H4283 van den anderen dag H7676 na den sabbat H3117 , van den dag H6016 , dat gij de garf H8573 des beweegoffers H935 H8687 zult gebracht hebben H7651 ; het zullen zeven H8549 volkomen H7676 sabbatten H1961 H8799 zijn;
  16 H5704 Tot H4283 den anderen dag H7637 , na den zevenden H7676 sabbat H2572 , zult gij vijftig H3117 dagen H5608 H8799 tellen H2319 , dan zult gij een nieuw H4503 spijsoffer H3068 den HEERE H7126 H8689 offeren.
  17 H4186 Gijlieden zult uit uw woningen H8147 twee H8573 H3899 beweegbroden H935 H8686 brengen H8147 , zij zullen van twee H6241 tienden H5560 meelbloem H2557 zijn, gedesemd H644 H8735 zullen zij gebakken worden H1061 ; het zijn de eerstelingen H3068 den HEERE.
  18 H3899 Gij zult ook met het brood H7651 zeven H8549 volkomen H1121 H8141 eenjarige H3532 lammeren H259 , en een H6499 var H1121 , het jong H1241 van een rund H8147 , en twee H352 rammen H7126 H8689 offeren H3068 ; zij zullen den HEERE H5930 een brandoffer H4503 zijn, met hun spijsoffer H5262 en hun drankofferen H801 , een vuuroffer H5207 , tot een liefelijken H7381 reuk H3068 den HEERE.
  19 H259 Ook zult gij een H8163 H5795 geitenbok H2403 ten zondoffer H8147 , en twee H1121 H8141 eenjarige H3532 lammeren H2077 H8002 ten dankoffer H6213 H8804 bereiden.
  20 H3548 Dan zal de priester H3899 dezelve met het brood H1061 der eerstelingen H8573 [ten] beweegoffer H6440 , voor het aangezicht H3068 des HEEREN H8147 , met de twee H3532 lammeren H5130 H8689 bewegen H3068 ; zij zullen den HEERE H6944 een heilig H3548 ding zijn, voor den priester.
  21 H6106 En gij zult op dienzelfden H3117 dag H7121 H8804 uitroepen H6944 , [dat] gij een heilige H4744 samenroeping H5656 H4399 zult hebben; geen dienstwerk H6213 H8799 zult gij doen H5769 ; het is een eeuwige H2708 inzetting H4186 in al uw woningen H1755 voor uw geslachten.