Joshua 22:1-4

DSV_Strongs(i)
  1 H227 Toen H7121 H8799 riep H3091 Jozua H7206 de Rubenieten H1425 , en de Gadieten H2677 , en den halven H4294 stam H4519 van Manasse,
  2 H559 H8799 En hij zeide H413 tot H859 hen: Gijlieden H8104 H8804 hebt onderhouden H3605 alles H834 , wat H854 u H4872 Mozes H5650 , de knecht H3068 des HEEREN H6680 H8765 , geboden heeft H6963 ; en gij zijt mijner stem H8085 H8799 gehoorzaam geweest H3605 in alles H834 , wat H854 ik u H6680 H8765 geboden heb.
  3 H251 Gij hebt uw broederen H3808 niet H5800 H8804 verlaten H2088 nu H7227 langen H3117 tijd H5704 , tot H2088 op dezen H3117 dag H8104 H8804 toe; maar gij hebt waargenomen H4931 de onderhouding H4687 der geboden H3068 van den HEERE H430 , uw God.
  4 H6258 En nu H3068 , de HEERE H430 , uw God H251 , heeft uw broederen H5117 H8689 rust gegeven H834 , gelijk H1696 H8765 Hij hun toegezegd had H6437 H8798 ; keert dan nu wederom H3212 H8798 , en gaat H859 gij H168 naar uw tenten H413 , naar H776 het land H272 uwer bezitting H834 , hetwelk H4872 u Mozes H5650 , de knecht H3068 des HEEREN H5414 H8804 , gegeven heeft H5676 op gene zijde H3383 van de Jordaan.