DSV_Strongs(i)
1
H227
Toen
H7121 H8799
riep
H3091
Jozua
H7206
de Rubenieten
H1425
, en de Gadieten
H2677
, en den halven
H4294
stam
H4519
van Manasse,
2
H559 H8799
En hij zeide
H413
tot
H859
hen: Gijlieden
H8104 H8804
hebt onderhouden
H3605
alles
H834
, wat
H854
u
H4872
Mozes
H5650
, de knecht
H3068
des HEEREN
H6680 H8765
, geboden heeft
H6963
; en gij zijt mijner stem
H8085 H8799
gehoorzaam geweest
H3605
in alles
H834
, wat
H854
ik u
H6680 H8765
geboden heb.
3
H251
Gij hebt uw broederen
H3808
niet
H5800 H8804
verlaten
H2088
nu
H7227
langen
H3117
tijd
H5704
, tot
H2088
op dezen
H3117
dag
H8104 H8804
toe; maar gij hebt waargenomen
H4931
de onderhouding
H4687
der geboden
H3068
van den HEERE
H430
, uw God.
4
H6258
En nu
H3068
, de HEERE
H430
, uw God
H251
, heeft uw broederen
H5117 H8689
rust gegeven
H834
, gelijk
H1696 H8765
Hij hun toegezegd had
H6437 H8798
; keert dan nu wederom
H3212 H8798
, en gaat
H859
gij
H168
naar uw tenten
H413
, naar
H776
het land
H272
uwer bezitting
H834
, hetwelk
H4872
u Mozes
H5650
, de knecht
H3068
des HEEREN
H5414 H8804
, gegeven heeft
H5676
op gene zijde
H3383
van de Jordaan.