Nehemiah 2:17-3:1

DSV_Strongs(i)
  17 H559 H8799 Toen zeide ik H413 tot H859 hen: Gijlieden H7200 H8802 ziet H7451 de ellende H834 , waarin H587 wij H834 zijn, dat H3389 Jeruzalem H2720 woest H8179 is, en haar poorten H784 met vuur H3341 H8738 verbrand zijn H3212 H8798 ; komt H3389 , en laat ons Jeruzalems H2346 muur H1129 H8799 opbouwen H3808 ; opdat wij niet H5750 meer H2781 een versmaadheid H1961 H8799 zijn.
  18 H5046 H8686 En ik gaf hun te kennen H3027 de hand H430 mijns Gods H834 H1931 , Die H2896 goed H5921 over H637 mij geweest was, als ook H1697 de woorden H4428 des konings H834 , die H559 H8804 hij tot mij gesproken had H559 H8799 . Toen zeiden zij H6965 H8799 : Laat ons op zijn H1129 H8804 , dat wij bouwen H2388 H8762 ; en zij sterkten H3027 hun handen H2896 ten goede.
  19 H5571 Als nu Sanballat H2772 , de Horoniet H2900 , en Tobia H5984 , de Ammonietische H5650 knecht H1654 , en Gesem H6163 , de Arabier H8085 H8799 , dit hoorden H3932 H8686 , zo bespotten zij H959 H8799 H5921 ons, en verachtten H559 H8799 ons; en zij zeiden H4100 : Wat H2088 is dit H1697 voor een ding H834 , dat H859 gijlieden H6213 H8802 doet H859 ? Wilt gijlieden H5921 tegen H4428 den koning H4775 H8802 rebelleren?
  20 H7725 H8686 Toen gaf ik H853 hun H1697 tot antwoord H559 H8799 , en zeide H430 tot hen: God H8064 van den hemel H1931 , Die H6743 H8686 zal het ons doen gelukken H587 , en wij H5650 , Zijn knechten H6965 H8799 , zullen ons opmaken H1129 H8804 en bouwen H369 ; maar gijlieden hebt geen H2506 deel H6666 , noch gerechtigheid H2146 , noch gedachtenis H3389 in Jeruzalem.
3
  1 H475 En Eljasib H1419 H3548 , de hogepriester H6965 H8799 , maakte zich op H251 met zijn broederen H3548 , de priesteren H1129 H8799 , en zij bouwden H6629 H8179 de Schaapspoort H1992 ; zij H6942 H8765 heiligden H5975 H0 ze, en richtten H1817 haar deuren H5975 H8686 op H6942 H8765 ; ja, zij heiligden H5704 ze tot aan H4026 den toren H3968 Mea H5704 , tot H4026 aan den toren H2606 Hananeel.