Ezekiel 7:1-12

DSV_Strongs(i)
  1 H1697 Daarna geschiedde het woord H3068 des HEEREN H559 H8800 tot mij, zeggende:
  2 H1121 H120 Verder, gij mensenkind H559 H8804 , zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H127 , van het land H3478 Israels H7093 : Het einde H7093 is er, het einde H935 H8804 is gekomen H702 over de vier H3671 hoeken H776 des lands.
  3 H7093 Nu is het einde H639 over u; want Ik zal Mijn toorn H7971 H8765 tegen u zenden H8199 H8804 , en Ik zal u richten H1870 naar uw wegen H5414 H8804 , en Ik zal op u brengen H8441 al uw gruwelen.
  4 H5869 En Mijn oog H2347 H8799 zal u niet verschonen H2550 H8799 , en Ik zal niet sparen H1870 ; maar Ik zal uw wegen H5414 H8799 op u brengen H8441 , en uw gruwelen H8432 zullen in het midden H3045 H8804 van u zijn, en gijlieden zult weten H3068 , dat Ik de HEERE ben.
  5 H559 H8804 Zo zegt H136 de Heere H3069 HEERE H7451 : Een kwaad H259 , een enig H7451 kwaad H935 H8802 , ziet, is gekomen;
  6 H7093 Een einde H935 H8804 is er gekomen H7093 , dat einde H935 H8804 is gekomen H6974 H8689 , het is opgewaakt H935 H8802 tegen u; ziet, het [kwaad] is gekomen!
  7 H6843 De morgenstond H935 H8804 is tot u gekomen H3427 H8802 , o inwoner H776 des lands H6256 , de tijd H935 H8804 H8676 H935 H8802 is gekomen H3117 , de dag H4103 der beroerte H7138 is nabij H1906 , en er is geen wederklank H2022 der bergen.
  8 H7138 Nu zal Ik in kort H2534 Mijn grimmigheid H8210 H8799 over u uitgieten H639 , en Mijn toorn H3615 H8765 tegen u volbrengen H8199 H8804 , en u richten H1870 naar uw wegen H5414 H8804 , en zal op u brengen H8441 al uw gruwelen.
  9 H5869 En Mijn oog H2347 H8799 zal niet verschonen H2550 H8799 , en Ik zal niet sparen H5414 H8799 ; Ik zal u geven H1870 naar uw wegen H8441 , en uw gruwelen H8432 zullen in het midden H3045 H8804 van u zijn; en gijlieden zult weten H3068 , dat Ik de HEERE H5221 H8688 ben, Die slaat.
  10 H3117 Ziet, de dag H935 H8802 , ziet, [de] [morgenstond] is gekomen H6843 , de morgenstond H3318 H8804 is voortgekomen H4294 , de roede H6692 H8804 heeft gebloeid H2087 , de hovaardij H6524 H8804 heeft gegroend.
  11 H2555 Het geweld H6965 H8804 is opgerezen H4294 tot een roede H7562 der goddeloosheid H1995 ; niets van hen zal [overblijven], noch van hun menigte H1991 , noch van hun gedruis H5089 , en geen klage zal over hen zijn.
  12 H6256 De tijd H935 H8804 is gekomen H3117 , de dag H5060 H8689 is genaakt H7069 H8802 ; de koper H8055 H8799 zij niet blijde H4376 H8802 , en de verkoper H56 H8691 bedrijve geen rouw H2740 ; want een brandende toorn H1995 is over de gehele menigte van het [land].