DSV_Strongs(i)
2
H1121 H120
Mensenkind
H5375 H8798
! hef
H7015
een klaaglied
H6547
op over Farao
H4428
, den koning
H4714
van Egypte
H559 H8804
, en zeg
H3715
tot hem: Gij waart een jongen leeuw
H1471
onder de heidenen
H1819 H8738
gelijk
H8577 H8676 H8565
; en gij waart als een zeedraak
H3220
in de zeeen
H1518 H8799
, en braakt voort
H5104
in uw rivieren
H1804 H8799
, en beroerdet
H4325
het water
H7272
met uw voeten
H7515 H8799
, en vermodderdet
H5104
hunlieder rivieren.
3
H559 H8804
Alzo zegt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H7568
: Ik zal daarom Mijn net
H6566 H8804
over u uitspreiden
H6951
door een vergadering
H7227
van vele
H5971
volken
H5927 H8689
; die zullen u optrekken
H2764
in Mijn garen.
4
H5203 H8804
Dan zal Ik u laten
H776
op het land
H2904 H8686
, Ik zal u henenwerpen
H6440
op het open
H7704
veld
H5775
; en Ik zal al het gevogelte
H8064
des hemels
H7931 H8689
op u doen wonen
H2416
, en het gedierte
H776
der ganse aarde
H7646 H8689
van u verzadigen.
5
H1320
En Ik zal uw vlees
H5414 H8804
henengeven
H2022
op de bergen
H1516
, en de dalen
H7419
met uw hoogheid
H4390 H8765
vervullen.
6
H776
En Ik zal het land
H6824
, waarin gij zwemt
H1818
, van uw bloed
H8248 H8689
drenken
H2022
tot aan de bergen
H650
; en de stromen
H4390 H8735
zullen van u vervuld worden.
7
H3518 H8763
En als Ik u zal uitblussen
H8064
, zal Ik den hemel
H3680 H8765
bedekken
H3556
, en zijn sterren
H6937 H8689
zwart maken
H8121
; Ik zal de zon
H6051
met wolken
H3680 H8762
bedekken
H3394
, en de maan
H216
zal haar licht
H215 H8686
niet laten lichten.