DSV_Strongs(i)
2
H1121 H120
Mensenkind
H559 H8798
! zeg
H5057
tot den vorst
H6865
van Tyrus
H559 H8804
: Zo zegt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H3820
: Omdat uw hart
H1361 H8804
zich verheft
H559 H8799
en zegt
H410
: Ik ben God
H3427 H8804
, ik zit
H430
in Godes
H4186
stoel
H3820
, in het hart
H3220
der zeeen
H120
! daar gij een mens
H410
en geen God
H5414 H8799
zijt, stelt gij
H3820
nochtans uw hart
H430
, als Gods
H3820
hart.
3
H2450
Zie, gij zijt wijzer
H1840
dan Daniel
H5640 H8803
; zij hebben niets toegeslotens
H6004 H8804
voor u verborgen.
4
H2451
Door uw wijsheid
H8394
en door uw verstand
H2428
, hebt gij vermogen
H6213 H8804
voor u verkregen
H2091
; ja, gij hebt goud
H3701
en zilver
H6213 H8799
verkregen
H214
in uw schatten.
5
H7230
Door de grootheid
H2451
uwer wijsheid
H7404
in uw koophandel
H2428
hebt gij uw vermogen
H7235 H8689
vermeerderd
H3824
, en uw hart
H1361 H8799
verheft zich
H2428
vanwege uw vermogen.
6
H559 H8804
Daarom zegt
H136
de Heere
H3069
HEERE
H3820
alzo: Omdat gij uw hart
H5414 H8800
gesteld hebt
H430
als Gods
H3824
hart;
7
H2114 H8801
Daarom zie, Ik zal vreemden
H935 H8688
over u brengen
H6184
, de tirannigste
H1471
der heidenen
H2719
; die zullen hun zwaarden
H7324 H8689
uittrekken
H3308
over de schoonheid
H2451
uwer wijsheid
H3314
, en zullen uw glans
H2490 H8765
ontheiligen.
8
H7845
Ter groeve
H3381 H8686
zullen zij u doen nederdalen
H4191 H8804
; en gij zult sterven
H4463
den dood
H2491
eens verslagenen
H3820
in het hart
H3220
der zeeen.