Deuteronomy 19:4-6

DSV_Strongs(i)
  4 H1697 En dit zij de zaak H7523 H8802 des doodslagers H5127 H8799 , die daarhenen vlieden zal H2425 H8804 , dat hij leve H7453 ; die zijn naaste H5221 H8686 zal geslagen hebben H1097 H1847 door onwetendheid H8543 , dien hij toch van gisteren H8032 [en] eergisteren H8130 H8802 niet haatte;
  5 H7453 Als, dewelke met zijn naaste H3293 in het bos H935 H8799 zal zijn gegaan H6086 , om hout H2404 H8800 te houwen H3027 , en zijn hand H1631 met de bijl H5080 H8738 wordt aangedreven H6086 , om hout H3772 H8800 af te houwen H1270 , en het ijzer H5394 H8804 schiet af H6086 van den steel H4672 H8804 , en treft H7453 zijn naaste H4191 H8804 , dat hij sterve H259 ; die zal in een H5892 dezer steden H5127 H8799 vluchten H2425 H8804 en leven;
  6 H1350 H8802 H1818 H8676 Opdat de bloedwreker H310 H7523 H8802 den doodslager H7291 H8799 niet najage H3588 , als H3824 zijn hart H3179 H8799 verhit is H5381 H8689 , en hem achterhale H1870 , omdat de weg H7235 H8799 te verre zou zijn H5221 H8689 , en hem sla H5315 aan het leven H4941 ; zo toch geen oordeel H4194 des doods H3588 aan hem is; want H8130 H8802 hij haatte H8543 hem niet van gisteren H8032 [en] eergisteren.