1 Kings 2:36-46

DSV_Strongs(i)
  36 H7971 H8799 Daarna zond H4428 de koning H7121 H8799 , en riep H8096 Simei H559 H8799 , en zeide H1129 H8798 tot hem: Bouw H1004 u een huis H3389 in Jeruzalem H3427 H8804 , en woon H8033 aldaar H3318 H0 ; en ga H4480 van H8033 daar H3808 niet H3318 H8799 uit H575 herwaarts H575 of derwaarts.
  37 H1961 H8804 Want het zal geschieden H3117 ten dage H3318 H8800 van uw uitgaan H5674 H0 , als gij over H5158 de beek H6939 Kidron H5674 H8804 zult gaan H3045 H8799 , weet H3045 H8800 voorzeker H3588 , dat H4191 H8800 gij den dood H4191 H8799 sterven zult H1818 ; uw bloed H7218 zal op uw hoofd H1961 H8799 zijn.
  38 H8096 En Simei H559 H8799 zeide H4428 tot den koning H1697 : Dat woord H2896 is goed H834 ; gelijk als H113 mijn heer H4428 de koning H1696 H8765 gesproken heeft H3651 , alzo H5650 zal uw knecht H6213 H8799 doen H8096 . En Simei H3427 H8799 woonde H3389 te Jeruzalem H7227 vele H3117 dagen.
  39 H1961 H8799 Doch het geschiedde H4480 met H7093 het einde H7969 van drie H8141 jaren H8147 , dat twee H5650 knechten H8096 van Simei H1272 H8799 wegliepen H413 tot H397 Achis H1121 , den zoon H4601 van Maacha H4428 , den koning H1661 van Gath H5046 H0 ; en men gaf H8096 het Simei H5046 H8686 te kennen H559 H8800 , zeggende H2009 : Zie H5650 , uw knechten H1661 zijn in Gath.
  40 H6965 H0 Toen maakte zich H8096 Simei H6965 H8799 op H2280 H8799 , en zadelde H2543 zijn ezel H3212 H8799 , en toog heen H1661 naar Gath H413 tot H397 Achis H5650 , om zijn knechten H1245 H8763 te zoeken H3212 H0 ; zo toog H8096 Simei H3212 H8799 heen H935 H8686 , en bracht H5650 zijn knechten H4480 van H1661 Gath.
  41 H8010 En het werd Salomo H5046 H8714 aangezegd H3588 , dat H8096 Simei H4480 uit H3389 Jeruzalem H1661 naar Gath H1980 H8804 getogen H7725 H8799 , en wedergekomen was.
  42 H7971 H8799 Toen zond H4428 de koning H7121 H8799 , en riep H8096 Simei H559 H8799 , en zeide H413 tot H3808 hem: Heb ik u niet H7650 H8689 beedigd H3068 bij den HEERE H5749 H8686 , en tegen u betuigd H559 H8800 , zeggende H3117 : Ten dage H3318 H8800 van uw uitgaan H575 , als gij zult herwaarts H575 of derwaarts H1980 H8804 gaan H3045 H8799 , weet H3045 H8800 voorzeker H3588 , dat H4191 H8800 gij den dood H4191 H8799 zult sterven H559 H8799 ? En gij zeidet H413 tot H1697 mij: Dat woord H2896 is goed H8085 H8804 , [dat] ik gehoord heb.
  43 H4069 Waarom H7621 dan hebt gij den eed H3068 des HEEREN H3808 niet H8104 H8804 gehouden H4687 , en het gebod H834 , dat H5921 ik over H6680 H8765 u geboden had?
  44 H559 H8799 Verder zeide H4428 de koning H413 tot H8096 Simei H859 : Gij H3045 H8804 weet H3605 al H7451 de boosheid H834 , die H3824 uw hart H3045 H8804 weet H834 , die H1 gij aan mijn vader H1732 David H6213 H8804 gedaan hebt H3068 ; daarom heeft de HEERE H7451 uw boosheid H7218 op uw hoofd H7725 H8689 doen wederkeren.
  45 H4428 Maar de koning H8010 Salomo H1288 H8803 is gezegend H3678 ; en de troon H1732 van David H3559 H8737 zal bevestigd H1961 H8799 zijn H6440 voor het aangezicht H3068 des HEEREN H5704 tot in H5769 eeuwigheid.
  46 H4428 En de koning H6680 H8762 gebood H1141 Benaja H1121 , den zoon H3077 van Jojada H3318 H8799 ; die ging uit H6293 H8799 , en viel op hem aan H4191 H8799 , dat hij stierf H4467 . Alzo is het koninkrijk H3559 H8738 bevestigd H3027 in de hand H8010 van Salomo.