Song of Songs 6

DSV_Strongs(i)
  1 H1730 Waar is uw Liefste H1980 H8804 heengegaan H3303 , o gij schoonste H802 onder de vrouwen H1730 ? Waarheen heeft uw Liefste H6437 H8804 het aangezicht gewend H1245 H8762 , opdat wij Hem met u zoeken?
  2 H1730 Mijn Liefste H3381 H8804 is afgegaan H1588 in Zijn hof H6170 H1314 , tot de specerijbedden H7462 H8800 , om te weiden H1588 in de hoven H7799 , en om de lelien H3950 H8800 te verzamelen.
  3 H1730 Ik ben mijns Liefsten H1730 , en mijn Liefste H7799 is mijn, Die onder de lelien H7462 H8802 weidt.
  4 H3303 Gij zijt schoon H7474 , Mijn vriendin H8656 , gelijk Thirza H5000 , liefelijk H3389 als Jeruzalem H366 , schrikkelijk H1713 H8737 als [slagorden] met banieren.
  5 H5437 H0 Wend H5869 uw ogen H5437 H8685 van Mij af H1992 , want zij H7292 H8689 doen Mij geweld aan H8181 ; uw haar H5739 is als een kudde H5795 geiten H1568 , die [het] [gras] van Gilead H1570 afscheren.
  6 H8127 Uw tanden H5739 zijn als een kudde H7353 schapen H7367 , die uit de wasstede H5927 H8804 opkomen H8382 H8688 , die al te zamen tweelingen voortbrengen H7909 , en onder dezelve is geen jongeloos.
  7 H7541 Uw wangen H6400 zijn als een stuk H7416 van een granaatappel H1157 tussen H6777 uw vlechten.
  8 H8346 Er zijn zestig H4436 koninginnen H8084 en tachtig H6370 bijwijven H5959 , en maagden H4557 zonder getal.
  9 H259 Een enige H3123 is Mijn duive H8535 , Mijn volmaakte H259 , de enige H517 harer moeder H1249 , zij is de zuivere H3205 H8802 dergenen, die haar gebaard heeft H1323 ; als de dochters H7200 H8804 haar zien H833 H8762 , zo zullen zij haar welgelukzalig roemen H4436 , de koninginnen H6370 en de bijwijven H1984 H8762 ; en zij zullen haar prijzen.
  10 H8259 H8737 Wie is zij, die er uitziet H7837 als de dageraad H3303 , schoon H3842 , gelijk de maan H1249 , zuiver H2535 als de zon H366 , schrikkelijk H1713 H8737 als [slagorden] met banieren?
  11 H1594 H93 Ik ben tot den notenhof H3381 H8804 afgegaan H3 om de groene vruchten H5158 der vallei H7200 H8800 te zien H7200 H8800 ; om te zien H1612 , of de wijnstok H6524 H8804 bloeide H7416 , de granaatbomen H5132 H8689 uitbotten.
  12 H3045 H8804 Eer ik het wist H7760 H8804 , zette H5315 mij mijn ziel H4818 [op] de wagens H5993 van mijn vrijwillig volk.
  13 H7725 H8798 Keer weder H7725 H8798 , keer weder H7759 , o Sulammith H7725 H8798 ! Keer weder H7725 H8798 , keer weder H2372 H8799 , dat wij u mogen aanzien H2372 H8799 . Wat ziet gijlieden H7759 de Sulammith H4246 aan? Zij is als een rei H4264 van twee heiren.