Psalms 136:10-22

DSV_Strongs(i)
  10 H4714 Dien, Die de Egyptenaren H5221 H8688 geslagen heeft H1060 in hun eerstgeborenen H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  11 H3478 En heeft Israel H8432 uit het midden H3318 H8686 van hen uitgebracht H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  12 H2389 Met een sterke H3027 hand H5186 H8803 , en met een uitgestrekte H2220 arm H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  13 H5488 H3220 Dien, Die de Schelfzee H1506 in delen H1504 H8802 deelde H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  14 H5674 H8689 En voerde H3478 Israel H8432 door het midden H2617 van dezelve; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  15 H6547 Hij heeft Farao H2428 met zijn heir H5287 H8765 gestort H5488 H3220 in de Schelfzee H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  16 H5971 Die Zijn volk H4057 door de woestijn H3212 H8688 geleid heeft H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  17 H1419 Die grote H4428 koningen H5221 H8688 geslagen heeft H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  18 H117 En heeft heerlijke H4428 koningen H2026 H8799 gedood H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  19 H5511 Sihon H567 , den Amorietischen H4428 koning H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  20 H5747 En Og H4428 , den koning H1316 van Basan H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  21 H776 En heeft hun land H5159 ten erve H5414 H8804 gegeven H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.
  22 H5159 Ten erve H5650 aan Zijn knecht H3478 Israel H2617 ; want Zijn goedertierenheid H5769 is in der eeuwigheid.