DSV_Strongs(i)
18
H5315
Dat Hij zijn ziel
H4480
van
H7845
het verderf
H2820 H8799
afhoude
H2416
; en zijn leven
H7973
, dat het door het zwaard
H4480
niet
H5674 H8800
doorga.
19
H3198 H8717
Ook wordt hij gestraft
H4341
met smart
H5921
op
H4904
zijn leger
H386
, en de sterke
H7230 H8675 H7379
menigte
H6106
zijner beenderen;
20
H2416
Zodat zijn leven
H3899
het brood
H2092 H8765
zelf verfoeit
H5315
, en zijn ziel
H8378
de begeerlijke
H3978
spijze;
21
H1320
Dat zijn vlees
H3615 H8799
verdwijnt
H4480
uit
H7210
het gezicht
H6106
, en zijn beenderen
H3808
, [die] niet
H7200 H8795
gezien werden
H8192 H8795 H8675 H8205
, uitsteken;
22
H5315
En zijn ziel
H7126 H8799
nadert
H7845
ten verderve
H2416
, en zijn leven
H4191 H8688
tot de dingen, die doden.
23
H518
H3426
Is er
H5921
dan bij
H4397
Hem een Gezant
H3887 H8688
, een Uitlegger
H259
, een
H4480
uit
H505
duizend
H120
, om den mens
H3476
zijn rechten plicht
H5046 H8687
te verkondigen;
24
H2603 H8799
Zo zal Hij hem genadig zijn
H559 H8799
, en zeggen
H6308 H8798
: Verlos
H7845
hem, dat hij in het verderf
H4480
niet
H3381 H8800
nederdale
H3724
, Ik heb verzoening
H4672 H8804
gevonden.
25
H1320
Zijn vlees
H7375 H8738
zal frisser worden
H4480
dan
H5290
het was in de jeugd
H3117
; hij zal tot de dagen
H5934
zijner jonkheid
H7725 H8799
wederkeren.
26
H413
Hij zal tot
H433
God
H6279 H8799
ernstiglijk bidden
H7521 H8799
, Die in hem een welbehagen nemen zal
H6440
, en zijn aangezicht
H8643
met gejuich
H7200 H8799
aanzien
H582
; want Hij zal den mens
H6666
zijn gerechtigheid
H7725 H8686
wedergeven.